JIJTIER jnbetating EK rten Grafwerk in Sinkel *1ANO GEN Tweede Blad ER, Goes Villapark Vonde IDERTWINE HE COURANT NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT T 150 Werk BOEKEN, GRIJZE SESTREEJRffï-U- IS,jptih&TE en ,T BROEKEN en IN in Mans- en EN, OVERHEM- Middelburg. adres Buitenland Kerknieuws BELGIE Voor onze vrouwen. Voor de Keuken. :e Kiezers en Kieze- dringend, bij de ;em uiW#-erengen dezen Kies- IN WAESBERGHE. GS. ENS. ratis en franco 6735-40 6732-34 6757-40 nitraat, Hoek Markt 6769^2 evolge van doorlijden, ;ten en jeuken jBf kin- n, etterende, bnjla-, snij- ,'ervuilde wapren, win- anden en jpeten, ge- ngen lipnrf rmve huid, .verschiapring, kloven, ten, weft-en, open bee- pijjwfke bloedende in- iit\«jKdige aambeien, ge- Alen met Wortelboer's Van Jacoba Maria Wor- ïer. Verkrijgb. 75 cent verkoopers van Wor- 's Artikelen. 6743-18 prima BI NDERTWIHJE scherp concurreerendjrprij- verkrijgen bij onzeiu*ertegen- Ter -W- 6737-15 M. DE C^iNINCK, ictriksk.dij!(A3, Goes, T elefoon187 voor Uwe order8 Touwslagerijen »/h onder de rma W. J. DE VOOGD Co. Dit is het nummer der Katho lieke lijst in Zeeland (Rijks-Kies kring Middelburg). Dit nummer prente elke Roomsche mannelijke en vrou welijke kiezer goed in het ge heugen, opdat men den 5en Juli a.s., den dag der stemming, zich niet vergisse. Dus nummer so, tevens het laatste nummer 1 Denkt aan: LEST, BEST! bel, commandant van de 2e leger divisie. „Ik heb", aldus de generaal honderden Vlamingen in het heetst van den strijd.gejaagd (toejuichingen) om den smaad te wreken ons leger, door eenige overloopers, aangedaan. Velen zijn gesneuveld. Debeuckelaere echter leeft nog. Dat is wel het beste bewijs, dat hij zijn plicht niet heeft gedaan." Op de vraag van deii voorzitter, waarom hij inderdaad nog leeft, kan de schuldige niet antwoorden De strijd om de is voor de zooveel honderdste maal in de Belgische Senaat aan de orde geweest. Senator Allewaert ver klaarde Sedert een drie-kwart eeuw afrijden de Vlamingen om in België als Vla ming behandeld en bestuurd te wor den, en sedert zoolang ook worden de Vlamingen als staatsgevaarlijken beschouwd, en bijzonder in de laatste jaren worden de vooraanstaande Vla mingen op alle wijzen vervolgd en gezocht om bij 't minste misdrijf zo in hechtenis te doen nemen. De Walen mogen op vergaderingen en meetingen al zeggen wat ze wil len, nooit worden ze door iemand ver ontrust. Ze mogen stoeten en feesten houden en geen een veiligheidsagent wordt er heen gestuurd, terwijl de Vlamingen geen enkele vergadering of meeting mogen houden of de agen ten zijn er tegenwoordig. Men wil doen gelooven, bijzonder in de Fransche pers, dat de Vlamin gen de gevaarlijkste kerels zijn van Europa, bereid om oproer en ver deeldheid te zaaien, Waarom die vervolging? Gaan de Vlamingen misschien hun recht te buiten Vragen ze meer voorrecht in België dan de Walen hebben? Neen, de Vlamingen vragen enkel en alleen bestuurd en behandeld te worden als de Walen, juist gelijk, nog min nog meer! En omdat hen dat recht tot heden geweigerd wordt, gaat de strijd heviger om het te ver krijgen en zal hij nog heviger wor den tot volledige voldoening gegeven wordt, omdat alle Vlamingen aan den lijve gevoelen dat ze in België als bastaards behandeld worden Hierop kwam minister Masson tus- schenbeide en vroeg in het Pranseh Hebt u feiten dienaangaande? Wij hebben feiten, mijnheer de minister, klonk het antwoord. Tijdens de zitting van Woensdag 14 Juni hield advokaat Deswarte een energiek betoog over de grieven der Vlamingen. Ik meen te mogen zeggen, verklaarde de redenaar, dat wanneer een Vlaming den dorpel van het Paleis van Justitie te Brussel overschrijdt, hij zich in een vreemd land bevindt. Voorts haalde hij aan hoe al de nieuwe opschriften, in strijd met»de wet, eentalig zijn; hoe in de griffies van het arrondissement Brussel hoog hartig met de Vlaamsehe taal ge lachen wordt, berichten en oproe pingen zijn Pranseh, de drie-vierden onzer Vlaamsehe terechtstaanden worden ontvangen door bedienden die enkel Pranseh spreken en tientallen meer dergelijke feiten. En dit merkwaardige doet zich voor, roept de heer Deswarte uit, dat als we gedurende tien jaar gestreden hebben om een eindje wet te onfut- selen dat ons onze rechten verze kert, wij verplicht zijn daarna gedu rende tien jaar te strijden om grie- venlijsten op te maken die bewijzen, dat de wet geschonden wordt. Minister Masson gaf een andere spreker het volgende zeer merkwaar dige antwoord: Wij, Walen, zijn de rechten der Vlamingen zeer genegen, en willen de nieuwe reglementen eerlijk toe passen, Doch gunt ons dan den tijd eerst behoorlijk Vlaamsch te leeren Het Vlaamsehe satyrieke weekblad „Pallieter" (niet te verwarren met het befaamde boek van dien naam) bevat thans reeds het verslag van het proces ten laste van dr. Ad. Debeuckelaere, leider der Vlaamsehe frontsoldaten, dat, in de tweede helft van Juli, door den krijgsraad van Brabant, te Brussel zal worden behan deld. De krijgsraad doet zijn intrede en onmiddellijk stelt de voorzitter de vraag: „Is hij schuldig?" waarop al de officieren eenstemmig „Ja" ant woorden. De voorzitter leest het von nis voor: de doodstraf, levenslangen dwangarbeid, fr. 18,007,500 boete en 2 millard schadevergoeding te beta len aan den Belgischen staat. Daarna vangt het getuigenverhoor aan en verschijnt o.m. generaal Drub- Op den vierden Zondag na Pinksteren. Epistel van den H. Paulus tot de Romeinen. VIII. 18—23. Broeders! ik beü van gevoelen, dat het lijden van dezen tijd niet te waar- deeren is bij de toekomende glorie, welke in ons geopenbaard zal wor den. Want het schepsel wacht met een vurig verlangen naar de open baring der kinderen Gods. Het schep sel toch is aan de ijdelhoid onder worpen, niet gewillig, maar om hem, die het er aan onderworpen heeft; de hope, dat hetzelfde schepsel eens verlost zal worden uit de slavernij der verdoemenis tot de vrijheid van de glorie der kinderen Gods. Want wij weten, dat alle schepselen zuch ten, en tot heden toe als in barens nood zijn. Doch niet alleen zij, maar wij zeiven ook, die de eerste vruchten des geestes hebben, wij zuchten ook in ons zeiven, en verwachten de aan neming tot kinderen Gods, de verlos sing van ons lichaam in Jesus Chris tus onzen Heer. Evangelie, Lucas V. 111. In dien tijde, als het volk op Jesus aandrong om Gods woord te hooren, stond Hij bij het meer van Genezareth En Hij zag twee schepen aan den oever van het meer liggen, daar de visschers waren afgegaan om de net ten te wasschen. En Hij klom in een schip, hetwelk Simon toebehoorde, en Hij verzocht hem een weinig Van land af te stfiken. En nederzittende leerde Hij het volk uit het schip. Toen Hij nu ophield met spreken, zeide Hij tot Simon: steek nu in zee, en werp uwe netten uit om te vangen En Simon antwoordde, en zeide Hem Meesterwij hebben den geheelen nacht gearbeid, en niets gevangen maar op uw woord zal ik het net uitwerpen. En als zij dit gedaan had den, vingen zij eene talrijke menigte van visschen, zoodat hun net scheur de. Zij wenkten dan hunne mede gezellen, die in het andere schip waren, dat zij zouden komen om hen te helpen. En zijkwamen en vulden beide schepen, zoodat zij bijna zon ken. Simon Petrus, dit ziende, viel Jesus te voet, en zeide: Heer! ga van mij, want ik ben een zondig mensch; want hij, en allen die bij hem waren, werden verbaasd over de vischvangst, die zij gedaan hadden zoo als ook Jacobus en Johannes, de zonen van Zebedeus, die de mede gezellen van Simon waren. En Jezus zeide tot Simonvreest niet, voortaan zult gij menschen vangen. En zij haalden de schepen aan land, zij ver lieten alles, en volgden Hem. UIT DE MISSIE. Katholieke praktik in Indië. In de avondster schrijft Ir. L., iemand, van wien wij kunnen ver klaren, dat hij op de. hoogte is, het volgende, dat den Nederlandschen lezer een idee moge geven van In dische toestanden op het gebied van katholieke geloofspraktijk. „In de Praefectuur van Sumatra, met Padang als zetel van Mgr. den Prefect, waren er zelfs geen paters en broeders genoeg om het meest noodige geestelijke werk te doen voor de Europeanen en met hen gelijkge- stelden. Van onderwijs geven kon dus in het geheel geen sprake zijn. Op onze standplaats kwam®eens in de twee maanden een Pater, die ge durende een week alle over vele kwadraatkilometers verspreide Katho lieke families moest opzoeken. Zooveel mogelijk trachtte hij zijn bezoek in den tijd der hooge feestdagen te doen vallen, maar dit kwam niet steeds zoo uit. s Zondags was dan kerk. Eerst in de Europeesche school. We zaten dan op lange banken in de klaslokalen. Plaats om te knielen was er niet. In een der lokalen er naast zat de Pater vóór de Mis in®1 den hoogen stoel van den onderwijzer en één voor één gingen daar de kerk gangers dan hun biecht spreken. De Mis werd opgedragen op de tafel van de klasse. Uit het handtaschje van den Pater kwam de altaarsteen, waar over een wit laken gespreid werd. Twee uit elkaar schuifbare kandelaars werden er naast gezet en van kaarsen voorzien en een kruis er tussclien geplaatst. Dan kleedde de priester zich en de Mis begon. De aanwezigen waren voor 't overgroote deel kinde ren, dan vijf tot tien moeders en slechts eenige mannen. Toch kwamen de katholieken uit goed katholieke Nederlandsche fami lies, uit Limburg meestal. Maar vóór Idenburgs zooveel besproken Zondags rust-circulaire werd er bijna iederen Zondag gewerkt. Later werd dat wat beter, maar daar Zondagswerk goed betaald werd, beteekende Mishooren voor 't gezin een verlies van f 5 tot f 10. Dat zat zoo in elkaar. Onder den bedrijfsingenieur stonden onge veer 10 afdeelingschefs, die elk 2 drie of vier opzichters onder zich hadden. Nu beoordeelde zoo'n afdee- lingsehef of in zijn afdeeling herstel- lings- en onderhoudswerk te doen was, dat uitsluitend op Zondag kon geschieden. Kwam de bedrijfschef daar tegen op dan schoof de afdee- lingschef eenvoudig de verantwoorde lijkheid voor de gevolgen van zich af en de bedrijfschef gaf dus op 't laatst toch toestemming. Praktisch werd er dus iederen Zondag herstel lingswerk gedaan en wel met zooveel mogelijk toezicht. Het daardoor ver diende Zondagsloon vormde een deel van het inkomen, waarop gerekend werd en waarvan do onttrekking een groote teleurstelling voor 't personeel zou geweest zijn. Daardoor was 't Mis bezoek der mannen dus minimaal. Toen er een nieuw schoolhoofd kwam, had deze bezwaar tegen het afstaan van 't schoolgebouw en ver huisden we naar de Soos. Soms moes ten we dan om 8 uur 's morgens eerst de laatste dronken naplakkers er uit verwijderen. Op 't tooneel, achter 't scherm werd de Mis opge dragen. Maar daar dff-en de achter kant uit een dunne doorzichtige wand bestond van gevlochten bamboe, waar door de inlanders nieuwsgierige blik ken wierpen en 't geheele milieu nog minder stichtend was dan 't school lokaal, verhuisden Andermaal en wel naar 't vroegere hotelletje. De onderneming had n.l. een eigen hotel gebouwd en het oude hotelletje, dat van een Chinees gehuurd was, werd door dezen aan. de missie verkocht. Jaren lang was hiermee dan de Katholiciteit in onze plaats en de missie gehaat. De wanden tusschen de hotelkamers werden uitgebroken en in de zoo ontstane ruimte banken geplaatst. In de oude achtergalerij werd een verhevenheid gemetseld en een altaar, dat door de Zusters van Liefde netjes was opgeknapt, opge richt. De bijgebouwen, waar vroeger de hotelbedienden, geslapen hadden, werden nu door den Pater betrokken, twee donkere kamers, zonder licht en lucht, maar zoo spaarde hij hotel kosten. Zijn brood "en boter, koffie en suiker bracht hij zelf mee en zijn rijsttafel kreeg hij ii raison van f 1. per keer uit 't hotel der onderneming, dus dat was zeer goedkoop. Aange boden gastvrijheid werd niet aange nomen, omdat hij dan zijn vrijheid vreesde te moeten missen. Deze „goede tijd" duurde helaas alweer maar kort, want 't gebouwtje werd „onbewoon baar verklaard" daar al 't hout door witte mieren was uitgehold, 't Ge spaarde geld was voor niets uitgegeven 't Gebouw werd gesloopt, alleen de bediendenkamers mochten blijven staan. In 't eene deel werden de ban ken opgeborgen, in het andere werd de ruimte pog in tweeën gedeeld, in 't eene 't altaar opgesteld en in 't andere sliep de priester. Hij kon dus nu voor niets wonen en op een altaar de H. Mis opdragen en er ge durende de week, dat hij er was „Ons Heer" bewaren Voor dringende "gevallen. Licht en lucht ontvingen deze ruimten door de deur en door een getralied luikje van een voet in 't vierkant. Het meubilair fn de be woonde ruimte bestond uit een stoel, een tafel, een kast en een bed. Vóór dat hok was nog een overdekte ruimte, die voorgalerij heette en waar een knaapje en twee wrakke schommel stoelen stonden. Toch hadden zij wel een en ander bijgedragen om 't ge heel wat huiselijker te maken, maar deze „luxe" verdween spoedig weer naar plaatsen waar de toestand nog meer noodlijdend was. Dat duurde zoo eenige jaren, gedurende welke er gespaard werd voor een nieuwe kerk. Vele katholieken lieten daar voor door den kashouder der onder neming, die ook katholiek was, een zeker percentage van hun traktement inhouden, maar er was nog lang niet genoeg gespaard, toen door den meer deren steun, dien demissie kreeg, 't kloeke besluit werd genomen een steenen kerk te zetten op de plaats van 't vroegere hotel. Verleden zomer werd deze kerk ingewijd. Zij is voor zien van een pastorie, die een mensch- waardig onderdak biedt aan den geestelijke, die nu blijvend op dezen missiepost woont. Van <le Vrouw tot do Vrouw. Komt vrouwen, rust een wijle en laat ons een babbeltje doen; we praten eens over de verkiezingen. Met die woorden richt zich de ook in Zeeland niet onbekende mevrouw Brouns van Besouw in tot de kiezeressen. Och, ja, ik weet wel, dat nog de meeste vrouwen me gemoedelijk goed lachs zullen antwoorden: „Och dan toch! politiek! Ik geloof het wel, hoor! Ik heb „politiek" genoeg in de huis houding." En, ja, gelukkig het gezin waar de vrouw al de zorgen van den dag op man en kinderen samentrekt en altijd maar gedragen wordt door liefde en plicht. Liefde en plicht.Rust een wijle, vrouwen, te midden der lange dag taak, de tijd welke wij eenige oogen- blikken gaan wijden aan de beschou wing van den plicht uit liefde tot uw gezin en uit'hooger liefde, die tijd is niet verloren, doch goed besteed. Komt, ongehuwde vrouwen, schaart u in onzen kring, want we hebben elkaar noodig; we gaan samen een plan vormen en uitvoeren, we gaan stemmen Haalt niet de schouders zoo onver schillig op voor stemplicht en stem recht, want indien gij uitsluitend van Roomsch standpunt bezien de waarde van het vrouwenkiesrecht kendet dan zoudt ge om het eindelijk verkregen recht en den sclioonen plicht u met echt heerlijke Roomsche blijdschap verheugen. Maar ik weet wel, het is een onbe gonnen werk, onze duizenden Room sche vfouvten in deze bespreking zóó te bereiken, dat ik haar nopens het vrouwenkiesrecht de overtuiging zou kunnen bijbrengen, welke ik zelf zoo gelukkig bon als katholieke vrouw te bezitten. De begrippen over de politieke ontvoogding der vpuw zijn ook onder ons, Katholieken, nog zóó verschillend, ja, zelfs nog zóó ver ward, dat ik mij bij de veelzijdige ondervinding in deze verblijd, dat er ten minste toch reeds een flinke stevige kern van politiekgezinde en geschoolde Roomsche vrouwen werd gevormd. Bij de massa vrouwen nu „die wel de klok hebben hooren luiden, maar die niet weten waar den klepel hangt" is beslist een volgzame wil aanwezig om, al zijn ze nog wat onbeholpen, op den politieleen weg, steeds het goede in Roomsche richting na te streven en rechts te houden. Welnu dan, Roomsche vrouwen, ontwaakt! het is tijd dat we aan 't werk gaan, om een historisch feit, ons verkregen kiesrecht, met eere te gaan gieren. 5 Juli is de dag van gróóte beteekenis en waarbij onze stemmen den doorslag zullen moeten geven tot behoud van ons Christelijk Ministerie. We gaan dien dag met blijdschap te gemoet. Zietook de vrouwenwereld is ver deeld in twee groote machtige kam penEenerzijds staan de vrouwen der tegenpartijen, die van den oproer en de ontevredenheid, die der mis kenning van de huwelijksheiligheid; die der moderne vrouwenslavernij de vrouwen zonder God, ze dringen op, ze willen terrein veroveren en bestoken ons, zelfs door middel van de meest verfoeielijke propaganda- pamfletten Doch kalm, niet met roode lappen aan stokken doch hóóg geheven het wit-geel onzer Kerk, niet met de vuisten gebald, doch biddend de han den gevouwen staat er tegenover het leger van Neerlands Roomsche vrou wen, die van den eerbied voor het gezag, die d'er opoffering voor de door God gewilde idealen van het Christe lijk huwelijk, met daarnaast de bloem der maagdelijkheid, als „de lelies onder de doornen." Beide vrouwen legers kampen in onzen modernen tijd van verwording om behoud en overwinning, De rechtgeaarde katholieke vrou wen slaan met verstomming het ver dwaasd gedoe gade van den overkant en met schrik om het hart vragen zij zich afwat moet er van het toe komstig geslacht, wat van de kinder schare terecht komen als de overzijde veld wint? En we voelen dan, dat we, niet zoo maar rustig moeten toe zien, doch en woord, en daad, en voorbeeld te stellen hebben in den strijd om de eer en de waardigheid der vrouw en tot redding onzer door een modernen demon bedreigde lieve: nog onschuldige jeugd. Komt vrouwen op voor het herstel en het behoud van al het schoone waarmede de Christelijke opvatting onze gezinnen siert en blijvend gelukkig maakt. Komt, Roomsche vrouwen, laten we allen één zijn en zóó als een machtig geheel fier optrekken, want wij moeten overwinnen, wijOnze stemmen moeten aan onze mannenlegers de hoognoodige versterking brengen. Er wordt op ons gerekend tot behoud van ons rechtsch Ministerie, Of het ér dan zóó spannen zal Of het er zóó op aan komt, dat zelfs de fundamenteele kracht, de houvast van ons Roomsch gezinsleven bedreigd wordt door het al of niet doorvoeren van een landsbewind onder Christe lijke vlag? KINDERMOND. Kleine Marie: „Waarom huil je zoo?" Kleine Henri: „Ik heb mijn melk omgegooid." Marie: „Daarom moet je niet hui len; er is nog een heele koe vol in den stal, DE RECHTE KOE. Boer Naas ging een koé koopen. Hedde geen kwaad beest v/oeg- ie, een die een stal in stukken stampt, als g'aan haar lijf komt? Hij vond er een, die al een meid of drie vol butsen had getrapt, be taalde, wreef in zijn handen, stak het touw in zijn zak, en zei: Die moet ik hebben Daar zullen we morgen ons wijf eens aan zetten. UIT DE KAZERNE. Wachtmeester: „Bommelman maak je mond niet zoo wijd open. Je paard schrikt voor zoo'n afgrond." TRUFFELS VAN CHOCOLADE. Een ons zoete chocolane weeken in 3 lepels water en 1 ons suiker. Dit goed vermengen met 1 ons zeer fijn gehakte of gemalen amandelen, die van te voren ontdaan zijn van de bruine schilletjes. Men vormt hiervan de balletjes ter grootte van een kastanje, rolt ze in cacaopoeder en laat ze drogen. Om de truffels geuriger te maken, kan men in plaats van met water, met likeur of rhum aanmengen. PRACTISCHE WENKEN. Zeep-, loog- en ammoniavlekken kan men verwijderen met azijn. Vlekken ontstaan door zuren, als azijn of citroen, kan men reinigen met een oplossing van ammonia. Wijn- en vruchtenvlekken verwij- dere men met tomatensap of wel men make ze vochtig met water ep houde ze dan boven zwaveldamp. OZéér zeker Want wie politiek van godsdienst scheiden wil komt bedingen uit. Im mers de volksvertegenwoordiging heeft méér te doen dan te beraadsla gen [over alles wat verband houdt met den maatschappelij ken stand van zaken. Er worden wetten, besluiten en bepalingen gemaakt, die wel degelijk de moraal raken en waarbij de door God rechtstreeks voorgeschreven orde in de maatschappij of wordt gedwars boomd óf wordt ondermijnd en ver onachtzaamd. Voelen we reeds niet al te vaak het te kort in onze wetgeving nopens de vrijheid en de rechten van onzen H. Godsdienst? Er is bepaald véél in de bladz. van onze wetboeken dat wij niet kunnen overeenbrengen met wat voor ons vervat is in de Godde lijke Grondwet. Onze politieke vijanden brengen ons geen verandering en verbetering. Integendeel De Roomsche Kamerleden van de daad handhaven rechtstreeks de ordi nantiën Gods als hoogste roeping. Zij hebben de bakens te verzetten als't politiek tij er de gunstige gelegenheid toe biedt. Zij mogen niets onbeproefd laten om den gezworen eed als een ongerept blazoen de heiligste, de meest beteekenisvolle waarde toe te kennen En daarom zullen wij te waken heb ben over de huwelijksrechten der echtelingen en de kinderen te laten aan wie God ze gegeven heeft. De uitgelachen en alleen gelaten groote gezinnen, maar die voor ons, Room- schen, zijn de hoop der toekomst voor Kerk en Staat vragen onze aandacht en onze bescherming. Waar wij vrjj- heidsbonders en socialisten verachte lijke stellingen hooren verkondigen over der ouderen zware maar gou den kinderkroon, waar we hooren lachen en meesmuilen overwat ons het meest heilig is, daar is het vooral ons vrouwenleger, dat met den gloed der verontwaardiging over het veld winnend moderne heidendom geest driftig gestemd moet aantreden voor het behoud van de waardigheid der vrouw als echtgenopte, moeder en jonge dochter en die met de kracht der sterke vrouwen de tegenpartijen maar moeten uitdagen, die 't wagen durven van het kind iets anders te verlangen dan wat de Groote Leeraar der eeuwen, Kindervriend en Bescher mer der onschuld van ons gevraagd heeft. Komt, stemgerechtigde Roomsche vrouwen, echtgenooten, moeders en jonge dochters, laat ons elkaar aan moedigen in een blijden Roomschen strijd. Op in liefde en plicht voor onze gezinnen! Wij stemmen op de lijst der R.-K. Staatspartij, dan doen we onzen Roomschen plicht. W. BROUNS VAN BESOUW.

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1922 | | pagina 5