NIEUWE ZEEUWSGHE COURANT
ZATERDAG 4 MAART 1922
Kerknieuws
Voor onze vrouwen.
Gemengd Nieuws.
liet echter doorgaans vastendag en
moet men zich bepalen tot brood met
margarine en aardappelen met vet.
Vleesch is bij de meesten een onge
kende „weelde" en wordt als een
extratje voor den Zondag bewaard als
het steuncomité het uitdeelt,
Daarom durven wij vooral een
beroep doen op onze boeren om van
hun voorraad spek een gedeelte af
te staan voor hun misdeelde landge-
nooten in de venen. Ook aan aard
appelen bestaat groote behoefte. Ze
zijn te duur om door de arbeiders
van hun steungeld te kunnen betaald
worden en maken het voornaamste
voedsel voor deze meschen uit.
Steeds hoorden wij dezelfde opmer
king: de aardappelen kunnen wij
niet meer betalen.
liet Pi.-K. Huisvestings-Comité, dat
zijn centraal magazijn in Den Bosch
op de Zuid-Willemsvaart heeft, zal
dus gaarne vooral deze levensmidde
lenvoor de veenbewonersin ontvangst
nemen.
De kleeding is absoluut onvol
doende, zoowel wat boven- als onder
goed betreft. De kleeren- en linnen
kast, meestal keurig in orde ge
houden voor zoover het 't droevig
beetje betreft, dat er zicli nog in be
vindt, vertooncn bedenkelijke
gapingen, die door do mensehen zelf
niet kunnen worden aangevuld. Zoo
wel voor volwassenen als kinderen
is hier hulp dringend noodig en daarbij
Vergete men ook de nieuwe wereld
burgers niet, die in deze streek zoo
talrijk zijn! Met vertrouwen doen wij
een beroep op onze landgenooten om
hier te helpen. Beter nog dan oude
of nieuwe kleeren te schonken
hoewel die gaarne zullen ontvangen
worden is het, voor dit doel geld
te geven, opdat die kleeren ter plaatse
bij den zwaar beproefden midden
stand kunnen gekocht worden.
Dezelfde behoefte is er aan bedde-
goed en dekens, die meest in een
orbarmelijken toestand verkoeren en
dikwijls geheel ontbreken.
Wie de venen kent en wij kun
nen er thans van meespreken!
weet dat goed schoeisel een onont
beerlijke vereischte is. Dus ook
schoenen cn niet het minst klompen
zullen van harte welkom zijn.
De toestand in de venen moge
immer slecht geweest zijn, thans kan
in waarheid van een abnormalen
noodtoestand gesproken worden, waar
in een extra hulpverleening door ons
Nederlandsche volk ons alleszins ge
motiveerd lijkt.
Wanneer liet verslag van onze be
vindingen tot het verleenen van deze
hulp eenigszins moge bijdragen, zal
het Ned. R.-K. Huisvestings-Comité
zich gelukkig gevoelen tot deze actie
voor eigen landgenooten té hebben
mogen medewerken.
Op den eersten Zondag in de Vaste.
Epistel II. van den II. Paulus tot de
Corinthen. VI. 110.
Broeders! wij vermanen U, dat gij
de genade Gods niet te vergeefs ont
vangt. Want Hij zegt: In' don aan-
genamen tijd heb ik U verhoord, en
U geholpen op den dag der zaligheid.
Ziet, nu is het een aangename tijd;
ziet, nu is het de dag der zaligheid.
Wij geven niemand eenige ontstich
ting, opdat deze bediening niet ver
acht wordemaar gedragen ons zeiven
in alles, als dienaren Gods, in veel
geduld, in verdrukkingen, in nood
zakelijkheden, in benauwdheden, in
slagen, in gevangenissen, in oproeren,
in arbeid, in waken, in vasten, in
zuiverheid, in wetenschap, in lang-
moedigheid, in lieftalligheid, in den
heiligen Geest, in ongeveinsde liefde,
in het woord der waarheid, in de
kracht Gods, door de wapenen der
rechtvaardigheid ter rechter- en ter
linkerzijde, door eer eii oneer, door
cenen goeden en eenen kwaden naam
als verleiders en rechtzinnigenals
onbekenden en bekenden; als sterven
den, en ziet, wij leven als gefolter-
den, en niet gedood; als droevig,
maar altoos blijde; als arm, maar die
velen rijk maken; als die niets heb
ben, en alles bezitten.
Evangelie, Mattheus IV. 111.
In dien tijde werd Jesus door den
geest naar de woestijn geleid, om van
den duivel bekoord te worden. En
als Hij veertig dagen en veertig
nachten gevast had, kreeg Hij einde
lijk honger. En de bekoorder bij Hem
komende, zeideindien Gij Gods Zoon
zijt, zeg dat deze steenen brood
worden. Maar Hjj antwoordde, en
zeidedaar is geschreven, de mensch
leeft niet bij brood alleen, maar bij
alle woord, dat uit den mond Gods
voorkomt. Toen nam de duivel Hem
op naar de heilige stad, en stelde
Hem op de tinne des tempels, en
zeide Hem: indien Gij Gods Zoon zijt,
werp U van boven neder, Want daar
staat geschreven: dat Hij zijnen
Engelen wegens U bevolen heeft, en
zij zullen U op de handen dragen,
opdat Gij uwen voet aan geenen steen
moogt stooten. .lesus zeide hem: er
is ook geschrevengij zult den Heer
uwen God niet tergen. De duivel nam
Hem weder met zich op een' zeer
hoogen berg, en toonde Hem alle
koningrijken der wereld, en hunne
heerlijkheid, en zeide Hemdit alles
zal ik U geven, indien Gij ncdervalt
en mij aanbidt. Toen zeide .Jesus hem:
wijk Satan want er is geschreven
gij zult den Heer uwen God aan
bidden, en Hem alleen dienen. Toen
verliet Hem de duivel; en ziet, de
Engelen kwamen en dienden Hem.
Missie-nieuws.
Zuid-Amerika. De bevolking van
Z.-A.kan worden verdeeld in 46.147.539
Katholieken, 506.359 Potestanten,
1.390.000 heidenen (Indianen) en 8.400
Joden. (Z. M. W. 1921, 169). Zware
crisissen heeft de Kath. Kerk in de
meeste staten moeten doormaken,
maar thans is overal weder opbloei
te constateeren, niettegenstaande de
groote priesternood.
Bijzonder moeilijk zijn de missies
onder de 1.390.000 Indianen, waar
onder een «00 priesters Augustijnen,
Recollecten, Capucijnen, Lazaristen,
Zonen v. h. Onbevlekt Hart van Maria,
Carmelieten, Dominicanen, Salesianeh,
Jezuiten, Franciskanen, Benedictijnen,
Redemptoristen, Paters van den II.
Geest, v. d. H. Familie, van het Godd.
Woord, van het Gezelschap van Maria
en wereldpriesters werkzaam zijn.
Ondanks een 400-jarige Europeesche
kolonisatie is de beschaving in die
streken nog zeer achterlijk, is het
verkeer uiterst moeilijk, het land
slecht gecultiveerd, zijn de sociale,
politieke, godsdienstige en zedelijke
toestanden allertreurigst.
De Europeanen hebben de Indianen
in slavernij gebracht en uitgebuit
zooveel het mogelijk was. Daardoor
is op sommige plaatsen een onver
zoenbare haat ontstaan tegen alle
blanken (bijv. in Peru) en wordt het
werken der missionarissen zeer be
moeilijkt.
Brazilië. Dit reusachtig land telt
ongeveer 25 millioen inwoners, die
voor het grootste gedeelte Katholiek
zijn (maar hoe). Evenals in andere
Shiten van Z.-A. heeft de Braziliaan-
sche Katholieke Kerk met groote
moeilijkheden te kampen. Een Brazili-
aansche krant schrijft: „In verschil
lende steden en dorpen is een cam
pagne begonnen tegen den Roomschen
clerus, onder samenwerking van vrij
denkers, Spiritistischegenootschappen,
methodisten, evangelisten en vrij
metselaars."
Een der grootste moeilijkheden voor
den Missiearbeid in Brazilië zijn de
groote afstanden, de slechte wegen
en de uitgestrektheid der parochies.
Ook hier is nog een groot tekort
aan arbeidskrachten, al hebben de
verbannen Duitsche Missionarissen er
een dankbaar arbeidsveld gevonden.
Toch zijn ook mooie successen be
reikt. De Fransche Dominicanen, die
in de binnenlanden 15 groote paro
chies hebben, hadden in 1919 bij de
100.000 leden in de rozenkransbroeder
schap en door een keurbende kate-
chisten werden er in deze parochies
2000 in het H. Geloof onderwezen.
Even groote successen hadden de
Capucijnen behaald, die in 1896 de
reuzen parochie Barra overnamen.
Waar het aantal onwettige kinderen
95 bedroeg, thans echter 20 In
de havenstad Santos werden per jaar
plm. 40.000 II. Communies uitgereikt,
in 1905 slechts 40.
Utrechtscli Missie-Comité.
Toenadering van de Orthodoxe Kerk
tot Rome.
Bij gelegenheid van den dood van
Benedictus XV begaf zich een depu
tatie van het Grieksche oecumenische
patriarchaat te Constantinopel, met
den orthodoxen opper-aarts-diaken
Mgr. Neofitos aan het hoofd, op offici-
eele wijze naar de apostolische dele
gatie in Constantinopel om Mgr. Dolci
namens de Oostersche kerk te con-
doleeren.
Alle Grieksche bladen in de Turk-
sche hoofdstad hechten een bijzondere
kerkelijk-politieke beteekenis aan dit
bezoek.
Het blad „Bospliore" spreekt met
geestdrift van deze toenadering en
herinnert er aan, dat de apostolische
delegatie en de fanar (zetel van de
Grieksche orthodoxie) elkaar tot nu
toe negeerden.
Rome en het patriarchaat bleven
eeuwenlang ieder op zijn eigen stand
punt staan, in de overtuiging, dat hun
wederzijdsche belangen' de besten
diging van zulk een houding eischte.
Intusschen poogde het Vaticaan in
de laatste 25 jaar meer dan éénmaal
de hand ter verzoening te reiken
en de „Bospkore" herinnert aan de
encyclieken van Leo XIII, Pius X
en 'Benedictus XV, die echter zonder
resultaat zijn gebleven.
Naar het blad te verstaan geeft,
blijkt uit den ofticieelen stap van het
patriarchaat de wil van het hoogste
orthodoxe gezag om van houding te
veranderen. De „Bospliore" pleit
verder voor een samengaan der beide
christelijke kerken. De oorzaken en
de intriges, waardoor tot nu toe deze
verzoening werd tegenwerkt, worden
door genoemd blad aan invloeden viyi
politieken aard toegeschreven, waar
door steeds de grootste tweedracht
werd gezaaid en de goede bedoelingen
van Rome werden gedwarsboomd.
l)e vrouw en het rechterlijk ambt.
Bij de behandeling van de begrooting
van Justitie is voorverleden week in de
T weede Kamer ook ter sprake gekomen
een motie, reeds het vorig jaar (21
Mei 1921), door den heer Kleerekoper
c.s. ingediend, strekkende om in het
algemeen de benoembaarheid dei-
vrouw tot rechterlijke ambten uit te
spreken en te vorderen. De motie
luidde in haar oorspronkelijke redactie
als volgt: „De Kamer, van oordeel,
dat het gewenseht is do vrouw tot
het rechterlijk ambt toe te laten, dat
mitsdien de ten gevolge dier toelating
noodige wettelijke voorzieningen on
verwijld dienen te worden aangebracht,
noodigt de Regeering uit. voorstellen
tot dat doel ten spoedigste bij de Kamer
aanhangig te maken."
In den loop der discussie wijzigden
de voorstellers hun motie in dien zin,
dat het woord „onverwijld" daaruit
werd geschrapt.
Aan de bespreking namen ook deel
een tweetal katholieke afgevaardigden
de lieeren mr. Van Schaik en mr.
Van Sasse van l.Isselt, wier meenin
gen bleken uiteen te loopen. Eerst
genoemde verklaarde zich voorstander,
laatstgenoemde tegenstander van de
motie. Aan het betoog van mr. Van
Schaik die zich ook vroeger reeds
deed kennen als sympathiek gezind
ten aanzien van het optreden der
vro'nw als rechter ontleenen wij
het volgende:
De oude voorstelling, dat de vrouw
haar verstand te veel in dienst zou
stellen van haar gevoel, lijkt mij niet
houdbaar, Men vergete niet, dat alleen
die vrouwen tot het reebtersambt
zullen geroepen worden, die juist door
haai- studie en haar praktijk de blijken
hebben gegeven haar verstand goed
te gebruiken. En de ondervinding
met de vrouw opgedaan in de openbare
lichamen - ik denk bijv. aan de
gemeenteraden, waarin zij toch ook
■telkens hun verstand moeten stellen
tegenover haar hart bewijst in geen
enkel opzicht, dat zij haar evenwicht
gemakkelijk kwijt raken.
Hebben bepaalde vrouwen eenmaal
roeping tot het rechterambt en komen
zij daarvoor ook om hun capaciteiten en
andere eigenschappen in aanmerking,
dan dienen zij niet door de willekeur
van den wetgever van de benoem
baarheid uitgesloten te blijven.
Integendeel, is een bepaalde vrouw
eenmaal om haar persoonlijke quali-
teiten in staat de functie van rechter
uit te oefenen, dan kan de rechterlijke
macht door haar opname in het corps
slechts worden verrijkt, de rechtspraak
daardoor slechts worden gediend. De
vrouw beschikt over een eigen visie
op personen en rechten heeft een
eigen ervaring; aan de volledigheid
van een gerechtelijk onderzoek en
dus ook aan een rechterlijk oordeel
moet dit ten goede komen.
Als men daarenboven ten aanzien
van strafzaken bedenkt, dat de straf-
berechting voor een groot deel en
zeker voor het allerbelangrijkste deel
bestaat in de juiste keuze van do
strafsoort en de strafmaat, en dat naast
wetskennis goed sociaal inzicht eerste
voorwaarde is voor een rechtvaardige
en doelmatige strafrechttoepassing,dan
zal men niet kunnen ontkennen, dat
het zitting nemen van de vrouw op
den rechterstoel valt toe te juichen.
Dat andere belangen er voor zouden
pleiten de vrouw van de rechtsbe-
deeling verre te houden, is mij niet
bekend. Overings zal men het niet
moeten voorstellen dat er, is de vrouw
eenmaal toegelaten, een soort exodus
naar de rechterlijke macht zal plaats
vinden,
Het aantal gepromoveerde vrouwen
is betrekkelijk niet groot, zal ook wel
immer verre bij dat van de mannen
achterblijven; voorts trekken de
meesten harer zich bij huwelijk uit
het ambtelijk leven of uit betrekking-
terug, terwijl van de overblijvenden
uiteraard slechts een klein percentage
voor de bezetting van plaatsen in de
rechterlijke macht in aanmerking
komt.
Intusschen wenscht de heer Van
Schaik de vrouw niet zonder meer
tot het rechterlijk ambt toe te laten:
De vraag moet namelijk nauwgezet
worden overwogen, of althans de
gehuwde vrouw of de moeder niet
van sommige betrekkingen moet wor
den uitgesloten of beperkende be
palingen aan haar bevoegdheid moeten
worden gesteld, Ik denk daarbij minder
aan het eigenlijke rechterambt, het
welk in staatstelt, een groot deel van
den aan de functie verbonden arbeid
te huis te verrichten, dan wel* aan
de functies die te vervullen zijn bij
de griffie en het openbaar ministerie.
Deze vereisclien zitting-, bureau- en
ander werk, hetwelk tdeu gansehen
dag in beslag neemt, en énkel buitens
huis kan worden verricht. Ook dienen
maatregelen te worden getroffen voor
de tijdvakken voorafgaande aan of
volgende op de bevalling.
Kortom, zonder op deri inhoud eener
regeling te willen vooruitloopen, ben
ik aanvankelijk van meening, dat er
moet komen niet enkel een toelating
zonder meer, maar een deugdelijke
regeling, inhoudende de noodige waar
borgen, dat de natuurlijke cn zedelijke
.plichten, die de vrouw heeft te
vervullen als echtgenoote en moeder
niet ten offer vallen óf aan de zucht
een bepaald Staatsambt te beklecdeu
óf aan de vrees een winstgevende
functie te verliezen.
De lieer Van Sasse van l.Isselt achtte
de motie veel te algemeen, omdat zij
het gehoele rechterlijke ambt omvat,
ook dat van ambtenaar van het Open
baar Ministerie. Ook meende hij, dat
de vrouw wegens haar groote gevoelig
heid in het algemeen ongeschikt is
voor het ambt van rechter, dat van
kinderrechter wellicht uitgezonderd.
Ook de minister van Justitie, mr.
Heemskerk, bleek tegenstander van
de motie, die hij o.a. bestreed door te
verklaren, dater waarschijnlijk weinig
ambten zijn, waarvoor de bezwaren
in dit verband zwaarder Wjegen dan
juist voor het rechterlijk ambt. Boven
dien meende Z.Exe., dat de voor
stellers te veel spoed verlangden, en
besloot, hij met te zeggen: „Het
vraagstuk moet zeer nauwkeurig in
studie worden genomen en misschien
zal het eens gelukken een oplossing
te vinden. Ik zal de motie bij aan
neming niet naast mij neder leggen,
maar „onverwijld" is volslagen on
mogelijk en het denkbeeld daarin
neergelegd is dus niet uit te voeren".
Gelijk gezegd, werd liet door den
minister gewraakte woord geschrapt.
En uit het Kamerverslag heeft men
reeds kunnen lezen, dat in de zitting
van Dinsdag 1.1. de motie werd aange-
met 41 tegen 36 stemmen, waarbij
5 katholieke afgevaardigden tot dé
meerderheid behoorden.
De zaak is daarmee in een nieuw
staduim gekomen. Want al laat de
Grondwet, naar de meening van ge
zaghebbende juristen thans reeds
vrouwen tot de rechterlijke functie
toe, de Kamer heeft thans verklaard,
dat de wettelijke beletselen, die zich
daartegen verzetten, moeten worden
uit den weg geruimd, al moge het
eenigszins twijfelachtig heeten, of met
de voorstellen daartoe door minister
Heemskerk de spoed zal worden be
tracht, door de voorstellers verlangd.
Mevrouw Curie.
Mevr. Curie werd bij haar toe
lating in de Académie de medócine
ontvangen door den Raad der Acadé
mie en nam plaats naast dr. Roux,
die haar candidatuur krachtig ge
steund had. De president de schei
kundige Bébal begroette het nieuwe
lid en sprak met waardeering over
haar werk. Op zijn korte toespraak
volgde een langdurig en hartelijk
applaus.
De vrouw en liaar werk.
„De vrouw en haar werk" zal van
12 Mei tot 11 Juni in het Paleis voor
Volksvlijt te Amsterdam een tentoon
stelling houden, waar zal worden
gedemonstreerd wat de vrouw be
reikte met handen- en hoofdarbeid;
hoever zij het heeft gebracht op maat
schappelijk gebied, en wat zij aan
geestelijken arbeid presteerde.
De kleeding der vrouw.
Het Centraal Comité tot zedelijke
verlieffiug meldde ons:
Eind September 1921 werd door
het Haagsche Centraal Comité tot
zedelijke verheffing samengesteld uit
afgevaardigden van verschiRende
lichamen werkzaam op het terrein
van zedelijke verheffing of opvoeding,
een artikel ingezonden in do Haagsclie
bladen, met het opschrift: Maatschap
pelijke verwildering en de kleeding
der vrouw.
De gedachte in dit artikeltje neer
gelegd vond sympathie in vele levens
kringen, zoodat eind November eene
bijeenkomst met adhearonten kon
worden gehouden onder presidium
van mevrouw van Biema Hijmans.
Sinds dien had een werkvergadering
plaats waarin een pers-commissie
werd aangewezen om het publiek op
de hoogte te houden van de werk
zaamheden en waarin o.a. werd be
sloten dat het comité zich in ver
binding zal stellen met de directies
van modezaken, met winkeliers organi
saties teneindè medewerking te ver
krijgen in zake de wijze van etaleeren,
waarmede ook het ethisch gevoel
vrede kan hebben. De eerste stappen
zijn hiertoe gedaan. Mededeeling kan
tevens worden gedaan van de ge
bleken belangstelling van II. M. de
Koningin, die het comité ongevraagd
een mooie gift deed toekomen en zich
nader liet inlichten.
In liet dames comité werden nog
bereid gevonden zitting te nemen de
damesRuys de Beerenbrouck, König,
Berghuis en van Rappard.
Gearresteerd.
De Berlijnsche politie heeft te
Dresden den eersten luiteant Netzold
gearresteerd, nadat deze had getracht
zijn schoonmoeder, die daar woont,
door twee gehuurde mannen te doen
vermoorden.
N. was pas korten tijd gehuwd. Het
jongen paar werd door de zeer rijke
moeder financieel ondersteund en af
en toe ging het een paar dagen te
Dresden logeeren. N., die tijdens den
oorlog in Mesopotamia en iii Turkije
had gestreden en daar verschillende
tropenziekten had opgedaan, trachtte
voortdurend zelf een bestaan te vinden.
Toen hij daar echter niet in slaagde
besloot hij zonder zijn jonge vrouw
iets van zijn plannen mede te deelen,
de rijke schoonmoeder uit den weg
te ruimen. In een Bcrlijnsch koffiehuis
had hij de mannen leeren kennen
die zich bereid verklaarden de misdaad
uit te voeren. Zij zouden 100.000
mark en juweelen van het slachtoffer
krijgen, in den nacht waarop het
tweetal de schoonmoeder moest ver
moorden zou N. buiten wachten. Een
lichtsein zou hem doen weten dat de
oude dame uit den weg was gerutmd.
Een der twee mannen heeft de politie
gewaarschuwd die daarop N. arre
steerde. Hij heeft reeds een volledige
bekentenis afgelegd.
Kostbare ring verdwenen.
In devorigeweek bemerkte de ju
welier A. in de Spuistraat in Den
Haag, na het bezoek van een Duitsch
sprekenden heer met dame, die in zijn
zaak ringen bezichtigden, doch niets
kochten, dat een kostbare ring met
een brillant van hooge waarde was
verdwenen. Do recherche stelde een
onderzoek in en kreeg vermoeden op
een Duitsch ingeneur, zekeren F..
die met een dame in een hotel in
Den Haag verblijf hield en den dag,
waarop den diefstal van den ring
plaats vond, met de noorderzon was
vertrokken. De inspecteur van politie
C. Last ging naar Berlijn, waarheen
het paar waarschijnlijk was afgereisd,
en slaagde er in, met behulp van de
politie aldaar, de gezocliten te arre
steeren, die nog in het bezit van
den gestolen ring, werden gevonden.
De dranksmokkelai-y.
De douaneautoriteiten aan de Oost
kust van de Vereen. Staten vatten
den laatsten tijd de bestrijding van
de dranksmokkelarij zeer ernstig op.
Daarbij ontzien zij de Engelsche vlag
geenszins; en wie onder verdenking
staat van smokkelarij op zee, ten
koste van de Vereen. Staten wordt
aangepakt. Daarbij kan uit den aard
der zaak de bekende driemijls-Iimiet
voor de territoriale wateren niet altijd
met mathematische nauwkeurigheid
worden in acht genomen.
Uit Norfolk in den staat Virginië
wordt thans weer gemeld, dat de
Britsche schoener Esmerald, die thuis
behoort te Digby (Nieuw-Schotland)
bij de invaart van de Chesapeake-
baai is aangehouden en opgebracht.
Het Britsche vaartuig was toen al
een uur achterna gezeten door een
Amerikaansche douanekotter, die van
Hampton Roads kwam. De Esmerald
had duizend kisten sterken drank -aan
boord; en het schip was zoover uit
zijn koers dat er gereede aanleiding-
bestond om aan te nemen, dat do
kapitein zijn lading wilde lossen aan
de Amerikaansche kust.
De opvarenden ontkenden dit en
beweerden dat het schip onderweg-
was van Nassau (Bahama-eil.) naar
St. Pierre, dat even bezuiden New-
Foundland ligt.
De Esmerald is reeds het derde
Britsche schip dat binnen tien
dagen tijds door de Amerikaansche
douane-poli tie wordt aangehouden, De
beide andere vaartuigen waren de
schoener Annabelle, die was aange
houden ter hoogte van Jewfïsh-creek,
40 mijl ten zuiden van Miami (Florida),
en de schoener Grace and Ruby'die
bijgedraaid lag voor Bakers Island in
dé baai van Massachusetts.
De Annabelle had voor een waarde
van 3.000.000 aan sterken drank
aan boordde Grace and Ruby voor
een waarde van 150.000.
Jaarbeurs te Brussel.
Voor de 3de Jaarbeurs in het Jubel
park te Brussel zijn 1267 stands ver
huurd van 12 M2 oppervlakte en in
de hallen 890 stands van 12 M2 opper
vlakte. De stands in de open lucht
beslaan 1200 M2. Tot nu reeds een
oppervlakte van 27.084 M2. De ver
meerdering buiten het vorige jaar
in stands bedraagt reeds 46 pet. Tegen
half Maart rekent men, dat alle plaat
sen zullen verhuurd zijn.