Tweede Blad
De profetieën van Malachias,
ZATERDAG 28 JANUARI 1822
NIEUWE ZEEUWSCHE COURAN'f
De Kardinalen.
Het Conclave.
Kerknieuws
Voor onze vrouwen.
Het hoekje van humor.
Voor de Keuken.
V1SSCHER1J.
Wij spraken in ons artikel op
's Pausen overlijden van de profitie
van Malachias volgens welke het
pontificaat van Benedictus XV stond
onder het teeken van „ontvolkte gods
dienst", „religio depopulata."
Het „devies" voor het pontificaat
van den volgenden Paus heet„fides
intrepida" (onverschrokken geloof.)
Daarna komen nog de volgende:
Pastor angelicus: de engelachtige
herder; Pastor et nauta: herder en
stuurmanFlos fiorumbloem der
bloemenDer medietate lunoevan
het midden der maan; De labore
solisvan den arbeid der zonDe
gloria olivaevan den glorie van den
olijf. Daarna volgen enkele streepjes,
waarop de „profetie" voortgaat: „In
persecutione extrema sacrae romanae
ecclessiae sedebit Petrus Romanus,
qui pascet oves in multis tribulationi-
bus, quibus transactis, civitas septi-
collis diruetur, et judex tremendus
judicabit populum. Tijdens de laatste
vervolging der heilige Roomsche Kerk
zal Petrus, de Romein, zetelen op
den Heiligen Stoelhij zal de schapen
te midden van groote verdrukkingen
weiden. Daarna zal de stad der zeven
heuvelen verwoest worden en de ge
duchte rechter zal de volken oor-
deelen."
Thans nog eenige bijzonderheden
over Malachias en zijn profitieën ont
leend aan „De Maasbode."
Malachias O'Morgair, aan wien de
„profetie" wordt toegeschreven, werd
in 1095 te Armagh (Ierland) geboren.
Achtereenvolgens was hij abt van
Benchor, bisschop van Connerth, aarts
bisschop van Armagh en primaat
van Ierland (1129). Hij stiert te Clair-
vaux, op weg naar Rome, in de armen
van den II. Bernardus (1148) en werd
later heilig verklaard.
Eerst vier eeuwen na den dood
van den aartsbisschop (1595) vond een
Belgische Benedictijn, in een Itali-
aansch klooster, een manuscript, dat
de zoogenaamde „groote profetie" van
Malachias zou bevatten. Het hand
schrift gaf van het jaar 1143 af 111
Pausen aan, die elkaar op den Stoel
van Petrus zullen opvolgenvan een
reeks Pausen worden ook bijzonder
heden gegeven over hun persoonlijk
karakter en hun pontificaat.
In 1905 werd de „profetie" te
Venetië in druk gegeven. Onmiddellijk
ontbrandde de strijd over de betrouw
baarheid van de „profetie", waarbij
vooral een omstandigheid naar voren
gebracht werd, dat nl. de Pausen
vóór 1590 (het jaar der vinding van
het manuscript) vrij nauwkeurig staan
aangegeven met vermelding van de
groote feiten uit hun pontificaat. Na
1590 zijn de Pausen echter slechts
vaag en zeer algemeen aangeduid.
Sommige van die aanwijzingen zijn
zéér toepasselijk geweest andere
daarentegen z\jn met den besten wil
ter wereld niet op het pontificaat van
den betreffenden Paus toe te passen.
N. B. Onder frappante uitkomsten
der profetie noemen wij o.a. „pere-
grinus apostolicus" (apostolische pel
grim) toepasselijk op het pontificaat
van Pius VI, die voor het Fransche
geweld naar Savona moest vluchten,
„aquila rapax" (roofzuchtige adelaar)
kenschetsend voor het pontificaat van
Pius VII die ernstige verwikkelingen
had met Napoleon I, wiens regeerings-
symbool de adelaar was. Lumen de
coelo" (het licht uit den hemel) ken
schetsende de hooge wijsheid die van
Leo XIII bij het bestuur der Kerk
uitstraalde. Ignis ardens" (het bran
dende vuur) verzinnebeeldend de
vurige devotie van Pius X voor het
heilige Sacrament.
Ook de spreuk „religio depopulata",
„ontvolkte godsdienst" sloeg treffend
op den wereldtoestand bij het optreden
Paus Benedictus XV. Wij zijn het
dan ook eens met hen, die er op
wijzen, dat men de „profetie" niet
zonder meer ter zijde stellen kan en
dat de „uitkomst" van de verschil
lende zinspelingen op het pontificaat
van de achtereenvolgende Pausen de
geloofwaardigheid der profetie bewijst.
Zoo deed o.a. prelaat A. Farges in
een reeks artikelen in de „Croix" in
Maart 1920, waarbij hij rekening
hield met verschillende nieuwe his
torische gegevens. Red. N. Z. Crt.
Het Gewijde College der Kardinalen
waaruit de nieuwe Paus gekozen
worden zal, bestaat uit drie orden nl.
de kardinaal-bisschoppen,de kardinaal
priesters en de kardinaal-diakens. Het
telt hoogstens 70 leden maar bereikt
zelden dat getal. Het symboliseert de
70 oudsten des volks, die Mozes bij
stonden in het bestuur der Israëlieten.
Op het oogenblik behooren tot de
I. KARDINAAL-BISSCHOPPEN
*1. Vincentio Vannutelli (geb. 1836,
bisschop van Ostia en Palestrina, in
1889 kard. geer.) deken van hetCollege.
*2. Gaetano de Lai (geb. 1853, bis
schop van Sabina kard. geer. 1907),
onder-deken.
*3. Antonio Vico (geb. 1847, bisschop
van Porto en S. Rufina, kard. 1911).
*4. G.Granito Pignatelli di Belmonte
(geb. 1851, bisschop van Albano, kard.
1911).
*5. Basilio Pompili (geb. 1858, bis
schop van Velletri, vic.-gen. van Rome,
kard. 1916).
*6. Giovanni Gagliero (geb. 1838,
bisschop van Frascati, kard. 1915).
II. KARDINAAL-PRIESTERS.
1. Michel Loque (geb. 1840,bisshop
van Armagh, primaat van Ierland,
kard. 1893).
*2. Joz. Prisco (geb. 1836, aartsbis
schop van Napels, kard. 1896).
3. Joz. M. M. de Herrera Y de
la Iglesia (geb. 1835, aartsbisshop van
Compostella, kard. 1897).
*4. Joz. Francica-Nava di Bontifé
(geb. 1846, aartsbisschop van Catania,
kard. 1899).
*5 Aug. Richelmy (geb. 1850, aarts
bisschop van Turijn, kard. 1899).
6. Leo de Skrbensky (geb. 1863,
aartsbisschop van Olmiitz, kard. 1901).
*7. Barth. Bacilieri (geb. 1842 bis
schop van Verona, kard. 1901).
8. Raph. Merry del Val, (geb. 1865
aartspriester van de Vaticaansche
basiliek, kard. 1903).
9. Joach. Arcoverde de Albuquerque
Cavalcanti (geb. 1848 aartsbisschop
van Rio de Janeiro, kard- 1905)
10. Otto Gagiano de Azevedo (geb.
1845, kard. 1905).
*11. Pietro Maffi (geb. 1858, aarts-
bissschop van Pisa, kard. 1907).
*12. Al. Lualdi (geb. 1858, aarts
bisschop van Palermo, kard. 1907).
13. Des. Mercier (geb. 1851, aarts
bisschop van Mechelen, kard. 1907).
14. Pietro Gasparri (geb. 1852,
staatssecretaris, kard. 1907).
15. Lod. A. Lucon (geb. 1842,
aartsbisschop van Reims, kard. 1907).
16. Paul. P. Andrieu (geb. 1849,
aartsbisschop van Bordeaux, kard.
1907).
17. Ant. Mendes Bello (geb. 1842,
patriarch van Lissabon, kard. 1914).
18. Er. Bourne, (geb. 1861, aarts
bisschopvan Westminster, kard. 1911).
19. W. O' Gonnell (geb. 1859, aarts
bisschop van?Boston, kard. 1911).
20. W. van Rossum (geb. 1854,
prefect van de Congregatie der Pro
paganda, kard. 1911).
21. Lod. Bégin (geb. 1840, aarts-
bissch. van Quebec, kard. 11*14).
22. Joa, Czernoch (geb. 1852,
aart8bissch. van Strigonia, kard. 1914),
23. Gust. Piffi (geb. 1864, aarts-
bisscb. van Wcenen, kard. 1914).
*24. Alf. M. Mistrangelo (geb. 1852,
aartsbisschop vanFlorence, kard.1915).
25. Andr. Frlihwirth (geb. 1845,
kard. 1915).
*26. Raf. Scapinelli di Leguigno
(geb. 1858, kard. 1915).
*27. P. La Fonfaine (geb. 1860,
patriarch van Venetië, kard. 1916).
*28. Vict. Amedeo Ranuzzi de
Bianchi (geb. 1857, kard, 1916).
*29. Don. Sbarretti (geb. 1856,
prefect vanfde',Congregatie van het
Concilie, kard. 1916).
30. Lod. Dubois (geb. 1856, aarts-
bissch. van Parijs, kard. 1916).
*31. Th. P. Boggiani (geb. 1863,
aartsbissch. van Genua, kard. 1916).
*32. Alessio Ascalesi (geb. 1872,
aartsbisschvan Ben even to, kard .1916).
33. Lod. .1. Maurin' (geb. 1859,
aartsbissch. van Lyon, kard. 1916).
34. Ad. Bertram (geb. 1859, bis
schop vanlBreslau, kard. 1919).
*35. Aug. Sili (geb. 1846, prefect
vad de segnatura, kard. 1919).
36. Joa. Soldevilla y Romero (geb.
1848, aartsbissch. van Saragossa, kard.
1919).
*37. Theod. Valfré di Bonzo (geb.
1853, pref. van de Congr. der religi-
eusen, kard. 1919).
38. Alex. Kakowskv (geb. 1863,
1919).
39. Edm. Dalbor (geb. 1369, aarts
bissch, van Gnesen, kard. 1919).
*40. Fr Ragonesi (kard. 1921).
41. Mich. Faulhaber (kard. 1921).
42. Dion Dougherty (kard. 1921).
43. Job. Benlochy.'Vivo (kard. 1921).
44. Franc. Vidal v Barraguer (kard.
1921).
45. Karl Schulte (kard. 1921).
*46. Joa. Tacci (kard. 1921).
*47. Ach. Ratti (kard. 1921).
KARDINAAL-DIAKENS.
*1. Gaet. Bisleti~(geb. 1856, kard.
1911).
2. Lod. Billot (geb. 1846, kard 1911).
*3. Mich. Lega (geb. 1860, pref.
vau de Congregatie der Sacramenten,
kard. 1914).
4. Aid. Gasquet (geb. 1846, kard.
1915).
*5. Nic. Marini (geb. 1843, kard.
1916).
*6 Oreste Giorgi (geb. 1856, kard.
1916).
*7. Cara. Laurenti (kard. 1921).
N. B. Die met een sterretje voor
hun naam zijn Italianen.
Onmiddellijk na plechtige bijzetting van
het stoffelijk overschot des Pausen begin
nen de negeiidaagsche exequiën of freur-
nonen, d. w. z. de telkens door oen kardi
naal, in tegenwoordigheid der anderen ge-
houdene ziclediensten. Na afloop van
iedere plechtigheid vereenig'en zich de
kardinalen tot congregatiën, waar zij zich
met atle voorzorgen, betreffende de tucht
en het ceremonieel van het te houden con
clave, bezighouden. Men begint met de
Bullen voor te lezen, die door Alexander
III. Gregorius X, Clemens V en VI. Juliufl
II, maar vooral die door Pius IV (1596) ui
Clemens XII voor de Pauskeuze zijn af
gekondigd. Ile voornaamste punten dezer
Bullen zijn de volgende
Tien dagen na den dood des Pausen
moet met de keuze van een opvolger ten
aanvang gemaakt worden door de aanwe
zig zijnde kardinalen, zonder langer op de
afwezigen te wachtendeze laatsten moe
ten echter bepaaldelijk opgeroepen wor
den geen enkele kerkelijke censuur kan
een kardinaal van zijn stemrecht beroo
ven, zelfs de kerkelijke ban is hiervoor
g-eem beletsel.
Be keuze moet in het conclave (een af
gesloten gedeelte van het Vaticaan) ge
schieden en de nadere bepalingen over de
inrichting van het Conclave moeten vast
gesteld worden. De gekozene moet twee
derden van de stemmen qp zich vereenigii
hebbenwanneer dit getal niet bereikt is,
dan moet men het door toetreden (per- ae-
cessum) trachten te bereikengeschiedt
de keuze door scheidsrechters, dan mag
geen dezer voor zie-h zei ven stemmen. Be
nieuwbenoemde wordt, wanneer hij nog
geen bisschop is, eerst door den aardin.aal-
deken (die bisschop van Ostia is) tot bis
schop gewijd: Hij wordt door niemand be
vestigd, omdat hij zijn opperste en algc-
meene macht over de Kerk van geen
ïnenseh, maar onmiddellijk van Christus
ontvangt. Hem wordt de driedubbele
kroon opgezet als een zinnebeeld van het
geloof der Katholieke Kerk aan het geheim
der H. Drievuldigheid, alsmede van de
hoogste macht, de eer en liet rechterlijk
gezag in geestelijke zaken over de geheele
Kerk en in de wereldlijke over de Kerke
lijke Staten.
Het voorlezen dezer Bullen en haar
plechtige bezwering door de aanwezige
kardinalen vormen het eerste gedeelte van
de vóorbereiding- tot de keuze. Onmiddel
lijk daarna laat de kardinaal-kamerling
den door hom verzegelden ring en het ze
gel van den overleden Paus door den eer
sten ceremoniemeester verbreken en neëmt
de supplieken en het bullenkistje in be
waring, na afloop waarvan twee geleerde
prelaten gekozen worden, de een om een
lijkrede te houden, de andere om de inlei
dende rede ter Pauskeuze te ontwerpen
en voor te dragen. Vervolgens worden
twee kardinalen gekozen, die met liet op
pertoezicht over het te houden Conclave
belast worden. Aeht congregatiën houden
zieh bezig met de bevestiging der staats
ambtenaren in hunne respectieve betrek
kingen met de benoeming van de twee
voor het 'Conclave bestemde geneeshee--
ren, van den heelmeester, den apotheker,
den biechtvader en zes ceremoniemeesters
en van de bedienden van minderen rang;
voorts met de benoeming van den biecht
vader der kardinalen en met de verloting
der cellen in het conclave, waarbij de
jongste kardinaal -diaken de loten trekt
verder met het opmaken van een register
van alle vreemde personen, die als noodig
bij liet Conclave mede worden binnenge-
sloten en van de Conclavisten, en einde
lijk met de verkiezing van drie kardinalen,
die in 't bijzonder toezicht moeten houder,
over het sluiten en de inwendige mate-
rieele werkzaamheden van het Conclave.
Bij deze congregatiën worden ook de gp-
zanten der buitenlandsche mogendheden
en de eventueele deputatiën in audiëntie
ontvangen; de toespraken worden meest
al door den kardinaal-deken beantwoord.
Na afloop der exequiën en congregatiën
op den tienden dag, leest de kardiawl-
deken in den Bint Pieter de Mis van den
H Geest voor de nieuwe Pauskeuze, cd
houdt bovenbedoelde vooraf gekozen pre
laat de rede „de eligendo summo Ponti-
fiee".
Na de sluiting dezer godsdienstoefening
volgt in plechtige processie de intocht in
het Conclave.
Onder den naam Conclave verstaat men
zoowel de vergadering der kardinalen, die
voor de keuze van een nieuwen Paus zijn
bijeengekomen, als de plaats zelve, waar
deze plechtige bijeenkomst wordt gehou
den. In de eerste tijden werd het Conclave
in die stad ge-houden, welke hiertoe liet
meest geschikt voorkwam; eerst Gregorius
X en andere Pausen na dezen, bevalen,
dat de keuze daar moest geschieden, waar
bij den dood van den ópper-priester het
Romeinsche hof zijn verblijf hield. Te Ro
me werd dus in den regei deze plechtig
heid gevierd en alleen gevallen van oor
log of opstand - zooals bijv. in 1800 ge
beurde bij de benoeming van Pius VII in
Venetië maakten hierop een uitzonde
ring. De keuze van het paleis, wnr hel
Conclave moet gehouden worden, hangt
af van de kardinalen. Tot aan Pius VI ge
schiedde dit meestal in het Vatie-iaii, ca
enkele malen in het Quirinaal. Op dezelfde
verdieping worden zoovele kleine cellen
of kamertjes afgeschoten als er kiesgerech
tigden zijnieder kamertje is in tweeën
gesplitsthet grootste gedeelte is voor
den kardinaal en het andere voor zijn con
clavisten. Het gevolg van ieder en kardi
naal bestaat aldaar uit twee of drie per
sonen, van welke de een gewoonlijk een
geestelijke is en de twee anderen leeken
zijn. Aan dit ambt zijn vele voorrechten
verbondenhet geeft 'recht op het ridder
schap en het Romeinsche burgerrecht, als
ook op andere gunstige bepalingen.
Dat de keuze dezer conclavisten inet
veel omzichtigheid .geschiedt, ligt in den
aard der zaak. Pius IV hield het voor
noodzakelijk', de neven der kardinalen bui
ten aanmerking te laten. Naast ieder kies-
kamertje, dat voorzien is van het wapen
van zijn bewoner en tevens van een num
mer, bevinden zich nog twee andere kleine
kamertjes; liet cene dient tot kapel, wan
neer de kardinaal de H. Mis leest of hoo-
ren wil, het andere tot eetkamer.
Wanneer de kardinalen hun eerste 111
trede in het Conclave gedaan nebben, dan
begeven zij zich naar de kapel, alwaar liet
Serutinium zal gehouden worden, en be
zweren opnieuw de kiesbullen, na die nog
eenmaal gelezen en vervolgens een gebed
verricht te hebben. Zelfs dan nog hebben
zij de vrijheid naar huis terug te keireu,
maar op voorwaarde van des avonds op
hot Conclave present te zijn. Het corps
diplomatique, de prelaten en de hooge adel
mogen nog bezoeken komen afleggen, doch
tegen middernacht moeten alle vreemde
lingen op een door den oppercaremoiiie-
meester met de bel gegeven teeken hët
Conclave verlaten, hetwelk voorts door
dezen en den maarschalk van liet paleis
in tegenwoordigheid der kardinalen ..ccpi
d'ordine" (eigenlijk hoofdcommissarissen
van orde), n.l. van den eersten kardinaal
bisschop, kardinaal-priester en kardinaal
diaken, op plechtige wijze gesloten wordt.
De maarschalk (wiens betrekking erfelijk
is en vroeger in liet bezit van de familie
Savj^lli was, doch sedert Clemens :X over
gegaan is in de familie Chigi) en een gou
verneur, maar die prelaat moet wezen,
aanvaarden nu de bewaking van het Con
clave en laten alle toegangen en vensters
op zoodanige wijze ommuren, dat slechts
één deur open blijft, welke van binnen op
andere wijze gesloten wordt dan van bui
tende sleutel voor het binnenslot wordt
door den gouverneur, die voor het buiten-
slot door den opper-ceremoniemeester be
waard en gezegeld. Boven aan de deur is
er een klein venster en in de daaraan
grenzende muren zijn vier openingen aan
gebracht, in weike zich draaikastje.s bevin
den, waardoor dc spijzen voor de kardina
len in het Conclave ve.rsc.haft en ieder
ander geoorloofd verkeer bewerkstelligd
wordt; over de voltrokken afsluiting van
het Conclave wordt een akte opgemaaki
Nog denzelfdcn avond maakt de kardinaal-
deken en de kardinaal-kamerling een ron
de. om te zien of alles volgens liet voor
schrift opgevolgd is.
De eerste dag na de sluiting van het
Conclave is bepaald voor audiëntiön; de
afgevaardigden der kardinalen ontvangen
vooi het spreekvenstertje de gezanten der
vreemde mogendheden en de voornaamste
ambtenaren.
Den tweeden dag leest de kardinaal
deken de H. Mis van den H. Geest, waar
bij alle kardinalen communieeeren. Op den
derden dag beginnen de eigenlijke, iries-
vergaderingen en wel wanneer het Con
clave in het Vaticaan gehouden wordt
iu de Sixiijnsche Kapel. („De Tijd")
Op den vierden Zondag na
Drie-Koningen,
Epistel van den H. Paulus tot de
Romeinen, XIH, 810.
Broeders! zijt niemand iets schul
dig, dan elkander te beminnenwant
die zijnen naaste bemint, heeft de
wet vervuld. Trouwens, gij zult geen
overspel bedrijven; gij zult niet
doodslaan; gij zult niet stelen: gij
zult geen valsche getuigenis geven;
gij zult niet begeeren; en hetgeen
verder geboden wordt, is begrepen
in dit woord; gij zult uwen naaste
beminnen, gelijk u zeiven. De liefde
des naasten werkt geen kwaad. De
liefde is derhalve de vervulling der
wet.
Evangelie, Mattheus VIII, 23—27.
In dien tijde, als Jesus in het schip
gestegen was, zijn Zijne leerlingen
Hem gevolgd; en zie, op zee ontstond
een zware storm, zoo dat het schip
van de golven overdekt werden Hij
sliep. Zijne leerlingen kwamen dan
tot Hem, en wekten Hem, en zeiden
Heer, behoed ons, wij vergaan. En
Jesus zeide hun: wat vreest gij, gij
kleingeloovigen. Hij stond toen op,
gebood de winden en de zee, eu het
werd zeer stil. De menschen waren
dan verwonderd, en zeidenwie is
Hij, wijl de winden en de zee Hem
gehoorzamen V
Wedstrijd ter besparing van
huislioudciyk werk.
Het Maandblad van het Nat. Bureau
vóór Vrouwenarbeid bericht hoe de
Vereeniging van Vrouwelijke Werk
tuigkundigen te honden een wedstrijd
heeft uitgeschreven ter besparing van
•huishoudelijk werk, waaraan door
iedere vrouw (ook niet-Engelsche)
kan worden deelgenomen.
De wedstrijd zal in drie afdeelingen
vervallen
a. uitvindingen van werktuigkun
digen aard, ter mechaniseering, elec-
trificeering of automatiseering van
huishoudelijk werk;
b. verbetering van hetgeen er op
dit gebied reeds bestaat.
c. andersoortige werkbesparing bij
den huiskoudelijken arbeid.
Bij de beoordeeling zal groote be-
teekenis worden gehecht aan de om
standigheid of de denkbeelden met
geringe kosten uitvoerbaar zijn.
Uit Ierland.
De eerste vrouwelijke rechtsge
leerden in Groot-Brittanië zullen van
Ierland komen. Twee vrouwen zijn
te Dublin geslaagd als doctor in de
Rechter: Wat gaf aanleiding tot
de vechtpartij
Beschuldigde: Hij schold mij voor
vlegel.
RechterEn toen
BeschuldigdeToen wist ik wat ik
was, en ben ik 'aan den slag gegaan.
Dikke boerin tot dito boer: Kijk,
Krelis, dat jij nu met mij danst, vind
ik erg aardig' van je.
Boer: Wel Teuntje, dat komt nou
zoo: De dokter heeft mij een ver
mageringskuur voorgeschreven, en
door met jou te dansen, moet ik erg
hard werken.
Bruid tot den klerk: Wilt u eens
vragen aan den ambtenaar van den
Burgerlijken Stand of hij zich wat
wil haastenHet leven is zoo kort.
Heer (tot dame die op het ijs ge
vallen is); Mag ik u even mijn hand
aanbieden
Dame: Zoolang als u wilt.
DUITSCHE BIEFSTUK.
(4 personen)
500 gr. mager malsch rundvleesch.
8 gr. zout.
peper.
plm. I'/2 lepel melk.
plm. 60 gr. boter.
Hak het vleesch fijn, vermeng het
met zout, peper en melk tot een
samenhangende massa. Maak er ronde
platte koekjes van, ieder plm. 100
gr. Druk er met den stompen kant
van een mes ruitjes in. Bak ze in
de boter bruin als biefstuk. Maak de
jus af, door er vlug na elkaar een
paar scheutjes melk door te roeren,
waardoor de jus eenigszins wordt ge
bonden.
Zorg dat de kleur niet te licht
wordt. Roer er daarna, zoo noodig,
nog wat water door. Giet een gedeelte
van de jus over de biefstukjes, pre
senteer de rest er bij.
rechten. Miss Kyla, een van de twee
heeft de hoogste onderscheiding be
haald, welke verworven kan worden.
Duitscliland.
De filosofische faculteit te Halle
heeft mej. Rosa Burger benoemd als
doctor honoris causa in de filosofie.
Dr. Rosa Burger lieeft zich vooral
gewijd aan de uitgave en verklaring
der brieven van Kant.
De 8-nrendag.
„In en om ons Huis", het blad dei-
Christelijke vrouwen sprak een poos
geleden een woordje over den 8-uren-
dag, dat best eens overdacht mag
worden. De nieuwe instelling wordt
tegelijk geprezen en verfoeid en dit
niet door de werkgevers alleen. Twee
voorbeelden werden gegeven.
Een vrouwtje vertelde in den trein
hoe voor haar gezin de 8-urendag
een vloek was geworden, Haar man,
die met zijn leegen tijd geen raad
wist, was gaan drinken. en voor
't huishouden was de ellende be
gonnen.
Daartegenover vertelde een meisje
uit een groot gezin, hoe vader thans
meehielp nu hij meer tijd had ge
kregen, hij had het schoen-repareeren
geleerd en maakte nu de schoenen
van het gansche gezin in orde.
En dan werd er op gewezen hoe
de vrouw er niet op moet blijven
staan om van den Zaterdag de groote
poets- en schrobdag te maken, waar
door het voor den man ongezellig in
huis wordt, maar hoe ook de man
zijn vrijen Zaterdag niet als een rnst-
dag voor hem alleen moet beschouwen.
„Dit is het geheim van de liefde
in het huwelijk: de vrouw zorgt
voor den man en de man doet bij
zijn thuiskomst alles om de vrouw
te verlichten.
Een benoeming.
Mejuffrouw Anna Polak, directrice
van het Nat. Bureau voor Vrouwen
arbeid is benoemd tot lid van den
Hoogen Raad van Arbeid. Er hebben
slechts twee vrouwen in den Hoogen
Raad van Arbeid zitting: Mr. Frieda
Katz en Mej. Anna Polak. Hoewel
Mej. Anna Polak inzake Vrouwen
arbeid niet in alles op ons standpunt
staat zal zij met baar groote ervaring
en kennis en haar eerlijke opvatting
veel kunnen doen in dezen nieuwen
werkkring'. („C")
Kreeften visscbery.
Men schrijft uit Zeeland aan liet
Alg. Hbld.
E.i is niets meer verblijdend dan
wanneer gewag gemaakt mag worden
van een nieuw bedrijf, dat gunstige
resultaten geeft. De kreeftenvisscherij
js betrekkelijk nieuw in de Zeeuwsche
Stroomen, want het is nog maar circa
dertig jaren geleden, dat een gevan
gen exemplaar in die wateren als
unicum door de Nederlandsche Dier