DAGBLAD VOOR ZEELAND
1150
f 15
SHE COURANT
Dinsdag 17 Mei 1921
Zeventiende Jaargang
bij levenslangs
gjigeseliiiieiii
bij
overlijden
bij verlies van
een hand ofvoet
f 7C bij verlies van
I I een oog
f on bij verlies van
3 OU een duim
f OK bij verlies van
3 aü een wijsvinger
van
een anderen vinger
Napoleon en de „Code Napoléon".
FEUILLETON
De stem des Gewetens.
HYPOTHEEKBflNi
vooP-NEDERIbdN
Buitenlandsch Overzicht
CalecK. 2 uur Ves-
tot biechten, zoolang
:ns biechtelingen zijn.
;sterdag. De H.II. Iflfs-
n.l. ten 7 uur en 9.30.
2 uur Meimaandlof.
de meisjes,
lag en Zaterdag zijn
den vasten en ontbou-
i
den dag biechthooren
-2 uur voor hot aan-
ronds 7 uur Mariale!
ch. volgens gewoonte
zullen dezer dagen de
he collecte langs de
len de Kerkmeesters
liet innen der plaatsen-
ÜZANDi
iuw Tenhemelepneming,
i. Het Hoogfeest van
aaf. De plechtige viering;
an God den H. Geest
ostelen des Heereti in
vurige tongen, vijftig
ijzenis des Heoron. Te
flaat. De H. Communie
m 6.15 on na de con-
gmis van 7 uur. Ont
lis. Na de Hoogmis''de
lutie voor de leden der
2 uur de Vespers met
Rozenhoedje. Na de
adied, zangboekje pag.
Hoogmis biechtgelëgen-
wonenden, echter geen
Vespers biechthooren
est van Pinksteren de
de Broederschap van
lanvullingssom dienende
er afdeeling, die niet de
jaarlijks betalen. Het
niet gezegd behoeven te
collecte op het hoog-.
Geest aller dringenst den
aanbevolen, in het lie-
schap in 't algemeen en
rerzeesche Missiën in 't
lei. Tweede Pinksterdag,
ire devotie. Echter geen
'sviering; alzoo geonver-
shooren. Communie uit-
Missen als op Eernsten
2 uur Lof met Rozen-
het Maria-lied, zangboek
lei. Derde Pinksterdag.
Diendag nog 2 H.II.
en om 8 uur gezoa-
icie van het oktaaf.
dei. Quatertemperdag, ge-
i onthoudingsdag. Officie
Gedachtenis van den II.
daar.
Mei. Officie van het ck-
van den H. Petrus Coe-
Belijder; tevens van do
laagd. Om 8 uur wordt de
.itgereikt. Om 9 uur gez.
t intentie van bruidegom;
reni creator, huwelijksjn-
Quatertemperdag. Ge'oo-
ontboudingsdag. Officie
Gedachtenis van den H.
Siëna, Belijder,
lei. Quatertemperdag, gc-
onthoudingsdag. Officie'
Gebed voor Z. H. den 1
■ren van 8.45 zool'ang er
i 2-—4.30. Om 7 uur Lof
je, daarna tot 8.15.
22 Mei. Het feest der
rievuldigheid.
ïperdagen na Pinksteren!
af en luiden den blijden.
De geloovigen mogen wel
p die dagen den Al goo.len]
m regen en warmte vooi
ckeling der .in de akkers
iten; tevens boete doen
nden, zich toeleggen op
mhartigheid en vooral een
oor de priesters der kerk
voor de jeugdige levieten,
„s. in de Kathedrale kerk
oor Mgr. A. J. Callier lot
worden gewijd.
'nd, behalve Zaterdag, op
om 7.45 het Rozenkrans-
Lilanie van Maria,
gez. II. Mis van Requiem
zal plaats h'ebb en op Vrij-
sterweek yacanüe op de
dei worden bij dezen be-
hunne kind -en zooveel
te willen zenden naar de
LLAND-BATH,
.t van den H- Jozef.
ogfeest van Pinksteren. De
i 7 en 10 uur, en na den
ïalf 3 Lof en predikatie.
:n Generale Absolutie voor
Derde Orde.
2de Pinksterdag. Ofschoon
een geboden feestdag ge-
te worden, zullen de H. Mis-
als op de Zondagen, on is
iddag onv half drie Lof en
er alleen om half acht een
[Vrijdag en Zaterdag zijn
nperdagen, geboden vasten-
igsdagen.
is' een .volle aflaat te ver-
isdag voor het feest van den
Cantalicië, Belijder onzer
rdag voor den H. Ivo. Derde
dag voor den H. Bernaïdina
alijder onzer orde; en Zater-
H, Crispinus van Viterbo,
le orde der Capucijnen.
and om 7 uur Lof enrozen-
;re van O. L. Vrouw.
HANSWEERD.
aria Onbevl. Ontvangenis.;
ievuldigheids-Zondag.
?an Pinksteren of de Neder-
i
COURANT
Hoofdredacteur: J. W. V I E N I N G S. Telefo°"|£
Bureaux van Redactie en Administratie: Westsinge
Telegram-Adres: Nizeco. xm
Bijkantoor: MIDDELBURG, Markt 1 en 2. Telefoon 474
Directeur: J OS. VAN DE GRIENDT. Telefoon 207
Abonnementsprijs f 2.50 per drie maanden, f 0.20 per week,
voor Post-abonnés f2.90 per 3 m. Advertentiën van 1 tot6 regels
f 1.50, elke regel meer f 0.25, bij contract beduidende korting
Al onze
Abonnés zi n gratis verzekerd tegsn ongevallen krachtens onze overeenkomst met „The Ocean and Guarantee Corporation Ltd." te Amsterdam, Rokin 151, en wel voor de hieronder vermelde bedragen.
,I> Tijd" van' 7 Mei jl. gaf oen hoofd
artikel over het Vierde Eeuwfeest van
Petrus Canisius'. Daarin kwam is navol
gende passage voor:
Deze week heeft Frankrijk zoo
men niet de wereld wil schrijven
voor de honderdste maal het sterfjaar
herdacht van den gemalen egoïst, die
zijn onverlicht genie en ongezuivirde
instincten in het bloed der slagvel
den van Europa, in de heroïsche en
misdadige avonturen van een zichzelf
zoekende heerschzucht liet uitschui-
irien. Maar dit eeuwfeest was do ge
denkdag va-n een doode, die nietsi
levends heeft achtergelaten.
Ongetwijfeld moet, wat zedelijke groot-
Leid aangaat, Napoleon de vlag strijken
■voor G'anishis, maar dat wettigt uog qiot
het oordeel over eerstgenoemde, in de door
ons vel gedrukte woorden neergelegd.
Daarin gaat de schrijver te ver.
Thiers zegt van Napoleon: „de vrijheid
.gaf hij ons niet, hij kon ons slechts do
orde geven". 'Maar in dat „slechts de
orde" ligt toch een verdienste opgesloten
van niet. genoeg te schatten waarde. Im
mers, toen Napoleon aan het bewind
kwam, heerschte in Frankrijk en voor
een gedeelte ook 'in overig Europa
tengevolge der Revolutie, wanorde op
elk gebiedin het bestuur, in de wetten,
in den handel, in de industrie, in d:e
financiën en niet het minst in de geesten.
Dat te herstellen en zoo, te voldoen aan
des dichters eiseli:
„Herstel alom de zuil der orde" 1)
geeft recht op bewondering en waardse,
ring van het verste, nageslaoht.
De orde toch, die ons in de ongeschre
ven wetten der natuur tegenblinkt, is de
afstraling van een der volmaaktheden des
Scheppers en het meest krachtïgo argu
ment voor de stelling dat het 'heelal niet
uit zichzelvan is voortgekomen, maar het
product is van een Ordenend Wezen, dia
niet alleen de dingen naar vaste wetten
schiep, maar ze ook in onderlinge orde
en regelmaat doet voortbestaan.
Met reden mag dan ook de dichter
zingen
..Niets,-niets van alles wat Gij schept
O, God, zoekt ooit den band te out-
[wringen
Dér onverbreeklijke ordeningen
Die Gij' 't Heelal gegeven hebt I" 2)
Openbaart zich alzoo de majesteit der
orde in gansch de schepping, op bijzon
dere wijze treedt zij als 'het allesbeheer-
schend element naar voren in der rnen-
schen geregelde samenleving, waaraan wij
den naam geven van „maatschappij". Zon
der orde is een maatschappij nu eenmaal
niet denkbaar en het is de vloek der Revo
lutie onder welke schoonschijnende
leuze zij zich ook moge aandienen
dat zij de orde vermoordt, de wanorde
ten troon stelt en zoodoende het begrip
„maatschappij" maakt tot een bespotting
en een aanfluiting.
Nu zijn orde en wet onafscheidelijke
begrippen: de eene kan men niet zonder
de andere concipieeren. De wet is de con
solidatie der orde, of, zooals men ook
kan zeggen, de gesystematiseerde orde
en daarom heeft de Geschiedenis altijd
met bijzonderen lof degenen vermeld, die
door wijze wetten de orde, des Scheppers
rijkste gave, voor de menschheid hebben
bewaard en bekrachtigd. In -le güwijde
historie siert die eerekroon Mozes in het
Oude, den Godmensch Jezus Christus in
hqt Nieuwe Verbond, terwijl'de profane
Geschiedenis huldigend vermeldt een So
lon, een Lycurgus, een Justinianus, een
Karei den Groote, een .Karei V, een Na
poleon.
(door JENNY)
1)
Het is' een zonderlinge geschiedenis,
zei kapitein Ashman, de held van een
der laatste verkenningstochten naar de
Noordpool.
Maar, alvorens u het verhaal te geven,
zooals ik liet ontcijferd heb uit een docu
ment van onbetwistbare echtheid, moet jk
u eerst de eigenaardige omstandigheden
iverhalen, waardoor dat document in mijn
bezit is gekomen.
Het was in 1878, mijn tweede reis aan
boord van de „Discovery." Wij waren ge
noodzaakt te overwinteren, en, om mijn
bemanning Wat_ afleiding te bezorgen,
leidde ik ze ter jacht met sleden en hon
den. Eens, wij hadden onze boot reeds
ruim vier-en-twintig pur verlaten,
werden wij overvallen door een sneeuw
storm, een .„bliöard," zooals wij dien
noemen. Gij kunt u niet verbeelden wat
dat zeggen wil. Wij onderscheidden niets
«neer; een witte muur scheen alles aan
ions oog te onttrekken en ons te verstikken
soans zou men gezegd hebben, dat er witte
areeren vielen, dan weer was het fijnge
stampt ijs, vermengd met millioenen naal
den, dat op ons nederdaalde. Gelukkig
Ja, ook Napoleon. Wie onbevooroor
deeld staat tegenover deze merkwaardig
ste figuur der moderne geschiedenis, mott
in hem niet al zijn fouten en gebreken
den wetgover bewonderen, wiens werk een
„monumentum aere perennius", een ge-
denkteeken schiep, „onvergankelijker dan
het brons", om met Horatius te spreken.
Napoleon wist trouwens zelf heel goed wat
zijn ware grootheid uitmaakte en hij ver
klaarde dan ook op St. Helena, toeu de
verbanningsjaren hein te laat, helaas
den juisten kijk op het leven hadden ge
schonken „mijn ware roem is niet gelegen
in de 40 veldslagen die ik 'won, noch in
het feit dat ik den vorsten de wet heb
gesteld, maar wat niets zal kunnen uit-
wisschen en wat eenwig leven zal, dit is
mijn-„code civil", mijn „burgerlijk wet
boek".
Zoo is het. 'Die „code civil", wilke
naar recht en waarheid „code Napoléon"
zou moeten heeten, gelijk men spreekt van
den „codex Justinianus" (he.t wetboek
van Justinianus), den .„codex Maximilia-
nils" (het wetboek van Maximilianus), de
,,lex Carolina" (het wetboek van K'uel
is Bonaparte's levenswerk. 3) Niet in dien
zin, dat hij die zelf zou hebben samen
gesteld dat deden Justinianus, Maxi
milia an en Karei V ook niet maar wal
zóó opgevat, dat hij daarin zijn geest
neerlegde en haar door zijn geniale stuw
kracht uit honderden moeilijkheden en
bezwaren deed geboren worden, met ais
een onvoldragen wezen, ten doode opge
schreven, maar als een krachtige telg,
voor de onsterfelijkheid bestemd.
P. Geurts, oud-journalist en md-hoofd
redacteur van „De Tijd", onderwierp ia
„De Tijd" van 4, 7 en 17 Mei Napoleon
aan een strenge kritiek. Toch aarzelt!
hjj niet te verklaren
„De „Code Napoleon" is 'n mies-
terstuk van wetgeving. Hij' bestaat
uit een complex van wetten, welke
wel niet oorspronkelijk door Napoleon
uitgedacht en geordend zijn ze zijn
een resumé van 't werk der Constitu
ante en der Conventie, Later beoor
deeld en gewijzigd door de schran
derste Fransche juristen en den Raad
van State maar hem komt tóch da
eer toe de knappe pannen te hebben
uitgekozen en geïnspireerd, welke er
■den definitieven vorm aan gaven. Met
hen trad Napoleon in gedaclitaawis-
seling- en deed hen vaak verbaasd
staan door den genialen blik, welken
hij telkens verried op een gebied,
dat dezen vrijwel ongeletterden sol
daat bijna volkomen vreemd was, wijl
hij' als staatkundige en jurist alle
wetenschappelijke opleiding geheel
miste.
Ook door andere voorname -wetten
als op het gebied van den koophandel
en publiek recht, schonk hij aan de
Fransche natie en de wereld een com
plex van wijze verordeningen, waar
door aan de sinds eeuwen heerscheudp.
willekeur en wetteloosheid voor good
een einde werd gemaakt." 4)
Prof. Mr. E. M. Meijers Zegt in een
J. J. L. Ten Kate„Gods Orde"
2) Dezelfde ter zelfdei- plaatse.
3) Het wetboek van Napoleon werd 21
Maart 1804 afgekondigd als „code civil des
Ffanqais", op 3 Sept. 1807 herdoopt als
„code Napoléon", na Napoleon val weer
„code civil" genoemd, onder het tweede
Keizerrijk nogmaals officieel „codeNapoléon"
te heeten en na 1870 opnieuw „code civil"
genoemd.
De „code" werd naar vele landen over
gebracht en bleef er na Napoleon's dood deels
in gebruik,werd deels afgeschaft of gewijzigd.
In ons land werd de „code" officieel afge
schaft bij de wet van 16 Mei 1829 (staats
blad no. 33).
„De Tijd" van 7 Mei 1921, 2e blad, 3e
kol. noot 4.
voor ons hield de sneeuwstorm niet lang
ra"i ^oen hÜ begon te bedaren, beval ik
Fred French, den timmerman, op een
ijsberg le klimmen, ten einde het land wat
te verkennen.
Na verloop van een uur keerde hij te
rug en berichtte mij;
„Wel kapitein, dat is iels ongewoons...
daar is het schip 1"
„De korvet?"
„Jat kapitein, ongeveer een mül ten
westen."
Ik raadpleegde mijn kompas en mijn
horloge in het heldere witte schijnsel' der
maan en waarlijk ik stond verslagen.
Het was onbegrijpelijk: óf mijn instrumen
ten waren van streek, óf ik had mijn
waarnemingen niet goed gedaan,óf Fieneh
,was krankzinnig.
Wh naderden een grooten ijsberg, die
er uitzag als een gestrande walvisch, en
toen French mij met zekerheid .verklaarde
„kom.1, kapitein, daar bovenop staande
zult gij do korvet zien," bekroop mij) de
nieuwsgierigheid en, gevolgd door mijn
lieden, beklom ik met groote stappen
den berg. Op den top gekomen, uitte ik
onwillekeurig een kreet.
French had gelijkt Ongeveer een roijl
van ons af lag een schip.
ik snelde uit alle macht naar het ge
heimzinnige vaartuig. Naarmate ik nader
de, werd mijn verbazing groot or. Welk
Koixe462.
zeer lezenswaardig artikel over „Napo
leon en de code civil", in „De (groene)
Amsterdammer" van 7 Mei jl.
„Als iedere bouwer van een wereldrijk
was Napoleon sterk doordrongen van het
nut en de beteekenis eener goede wet
geving; deze was het cement, waardoor
liet nieuwe gebouw bevestigd moest wor
den. Dé wet was voor hem de veredelde
voim van orde, regelmaat en discipline
Het is Napoleon's persoonlijke wensch
geweest, dat een code civil tot stuud
kwam en zonder zijn energiek, alle zijn
tijdgenooten imponeerend, ontreden, was
deze ook nooit tot stand gekomen. Reads
vier ontwerpen waren .tusschen de jaren
1793 en 1800 gestrand, toen Napoleon,
eerste Consul geworden, op 13 Augustus
1800 een commissie van vier juristen be
noemde om een hieuw ontwerp samen to
stellen. Wat het besluit van instelling
dezer commissie niet vermeldt, maar wat
een der leden deZer commissie ons me
degedeeld heeft, is, dat de Minister van
Justitie in «opdracht van den eersten Con
sul den heeren kennis gaf, dat "dit werk
in den kortst mogelijken tijd voltooid
moest zijn. Deze wensch wasl een bevel.
In vier maanden tijd had de commissie
haar taak voltooideen schitterend nisuw
ontwerp voor een burgerlijk wetboek was
gereed. Ter vergelijking diene dat de
Staatscommissie, die in 1880 bij ons in
gesteld is, tot herziening van het Bur
gerlijk Wetboek met korte onderbrekingen
tot 1901 doorgewerkt 'heeft en toen bij
haar ontbinding nog' maar voor de hilft
mei. haar taak gereed was.
Napoleon's stuwkracht is ook hij de
verdere lotgevallen van het ontwerp dui
delijk merkbaar. De zittingen van dén
Conseil d'Etat, waarin het ontwerp be
handeld is, presideerde hij, wanneer hij
in Parijs was, steeds in persoon. Met vuur
nam hij Zelf bij' de behandeling herhaal
delijk het woord. En toen het Tribun lat
den Code wegens zijn weinig 'revolutio
nairen geest slecht gezind bleek en het
Corps Législatif tot afstemmen der ver
schillende ontwerpen wist te bewegen,
toen ontzag Napoleon zich niet, om door
een soort staatsgreep de totstandkoming
van den Code te verzekeren. Uit het
Tribunaat werden de lastige laden ver
wijderd en daarmede werd tevens de rol
van bet Corps Législatif tot die van een
stommen figurant herleid. In 36 wetten
vervat, kwam de Code in de jaren 1803
en 1804 tot stand en werd hij op 21 Maart
1804 afgekondigd".
Dan toetst prof. Meijers den invloed
van Napoleon, op den „code" uitgeoefend,
aan betrouwbare gegevens van tijdgenoo
ten des grooten imperators, om «Jan zijn
eindindruk als volgt samen te vatten:
„Wat wij nu in Napoleon ten aanzien
van den „Code" als van zoovele andere
zaken bewonderen moeten, 'dat is de ze
kerheid, waarm^B hij op een* groot doel
afging, de uitstekende keuze zijner hel
pers en de energie, die hij van Zichzelf op
deze helpers wist over te planten".
soort van schip had ik daar dan toch
■voor oogen? Ineengedrongen, mot een
voorsteven, die scheen in te zakken, ver
toonde het een achtersteven van een on
begrijpelijke hoogte. Aan den voet van de
boot gekomen, kon ifc, ondanks het ijs', dat
haar bedekte, onderscheiden met welk
soort van vaartuig ik te doen had. Het
was ontwijfelbaar een vrachtschip)! doch
oen Spaanscli, een Portugeesch, een Hoï-
tandscli? dat wist ik niet met zekerheid,
alleen was ik er van overtuigd, dat de
scheepstimmerlui, die het gebouwd hadden
al wel sedert tweehonderd jaar gestor
ven moesten zijn.
Ik gevoelde grooten lust aan boord te
gaan, en ik nam de bijl van French en
baande mij een weg door het ijs. Na, veel
inspanning stond ik eindelijk óp het dek.
Het schip scheen als in wit marmer ge
beeldhouwd; alles .liet zich duidelijk on
derscheiden het dek, de voor- en ach
tersteven, de ingang' naair de kajuit, het
roer, de hutten.... Maar de sneeuw
speelt ons soms parten het was, als
lag er bij het loer een menschelijke ge
daante neergeknield... Ik was spoedig op
het achterdek... ik stond vlak bij het
roer... een groote hoop sneeuw en iis had
zich daar opeengetast... Ik hakte er met
mijn bijl in: alles stortte ineen; oen ge
kraak volgde, en bij het maanlicht zag ik
tusschen de brokken ijs een gouden ket-
Wij gelooven, dat na kennisname vim
het bovenstaande de lezer met ons van
oordeel zal zijn, 4a.t de bewering, als zou
Napoleon iennuid zijn, die niets levends
lieefi achtergelaten, als onjuist moet wor
den .gewraakt en zeer zeker door don
schrijver bij nader nadenken ais een on
rechtvaardig oordeel zal moeten worden
teruggenomen. Er blijven nog vlekken ge
noeg op het levensbeeld van. den Corsi-
kaan, maar dat is geen reden «>m ar nog
een onverdiende smet bij te voegen.
De Janboel in Opper-Siiezië dreigt zoo
wél aan het prestige van de Geallieer
den als aan liet zelfbestemmingsrecht der
volken een leelijken knak te geven. Het
werd hoog tijd, dat daar officieel tegon
werd opgekomen. En dat is geschied'.
Niemand minder dan Lloyd George heeft
Vrijdag1 j.l. in het Lagerhuis lucht ge
geven aan de ontstemming, die in ge
allieerde kringen en daar buiten heerscht
over het eigenmachtig optreden v.an Kór-
fanty en zijn kornuiten met medewer
king van Polen en onder de oogluikende
toestemming van Frankrijk.
Hii zeide, dat het probleem van Opprr-
Silezië een probleem was van den vrede
in Europa. De volksstemming, in Opper-
Silezië gehouden overeenkomstig het ver
drag van Versailles had een meerderheid
van ongeveer 6. «tegen 4 opgeleverd ten
gunste van de Duitsehe aanspraken. Da
toestand was gecompliceerd door het feitj
dat in sommige gedeelten de steden voor
Duitschland en de landelijke districten
voor Polen hadden gestemd, terwijl in
andere gedeelten het omgekeerde had
plaats gehad. Het algemeene besluit der
'geallieerde commissie was, dat die gedeel
ten. welke in overweldigende meerderheid
voor Polen hadden gestemd, aan Polen
moesten worden gegeven.
Nu waren de Polen een opstand be
gonnen, om den toestand te beheers chen
en de geallieerden dus voor een voldon-
Eeft feit te stellen.-Deze stap was-een-
volkomen uittarting vpn het verdrag van
VerasiUes. Wanneer wij nu de. toestand
zoo is geworden, niet handelen met stren
ge rechtvaardigheid, zou hij noodlottig
worden voor den vrede van Europa. Hij
was ongerust over hetgeen gebeuren zou.
indien het vertrouwen in de wereld Ver
dween, dat juist weder was bcgo,nne.n
te werken. Polen, ging de Premier voort,
was het laatste land, hetwelk moest be
proeven, het verdrag van Versailles' te
verscheuren. Het was niet zijn eigen arm
die zijn vrijheid verworven had. De vrij
heid van Polen was voor dit land gewon
nen door Engeland, Frankrijk en Italië
en elke letter van het verdrag vertegen
woordigde een Engelsch leven.
De Poolsche regeering had de verant-
woordelijkheid voor den opstand ontkend,
maai- deze ontkenningen waren te dik
wijls gekomen en het was moeilijk om
te gelooven, dat deze verwerpingen van
verantwoordelijkheid iets meer beteeken
den dan enkel woorden. Het was voor
de geallieerden van het hoogste belang,
dat het verdrag van Versailles zou wor
den gëerhiedigd. Indien aan Polen werd
toegestaan, deze Duitsehe provincie te
overweldigen, zou dit een ongelukkig
einde zijn. Duitschland zou het recht heb
ben tot de geallieerden te zeggen„Gij
hebt mij gedwongen mijn verbintenis na
te komenwat hebt gil' met de uwe ge
daan?"
Een ernstige zaak' voor Britannië en
de geallieerden, is niet alleen een zaalc
van eer, ofschoon dit yan belang is, maar
ik zal aantoonen, dat wij nit oogpunt
van veiligheid en zekerheid van plan zijn,
ons aan het verdrag te houden, Wanneer
ting, gouden ringen en oorbellen schilte-
ren en te midden van dat alles ontwaarden
mijn ©ogen iets akeligs, dat naargeestig
dof-grauw afstak bij de blanke sneeuw,
en dat mij aangrijnsde.
Het was een geraamte.
Ik heb 'akelige tooneelen in mijn leven
bijgewoond, doch dit schouwspel greep mij
dermate aan, dat ik .onwillekeurig een
doordringenden gil uitte en naar mijne
matrozen snelde, die bezig waren de deur
der kajuit open te hakken.
'Zh gaven mij een teug brandewijn,
en toen ik genoegzaam bekomen was,
vertelde ik hun mijne ontdekking.
Pattison en Jeffry- gingen eveneens kij
ken. Weldra kwamen zij terug en brach
ten het hoofd mee, den ketting, do oorrin
gen en een horloge.
Hun mijn ongenoegen te kennen gevende
beval ik alles terug te brengen, waar zij
het gevonden hadden.
De matrozen hadden intusscben hunnen
arbeid hervat. Na nog eenige flinke bijl
slagen zwichtte de deur en terzelfdcrtijd
golfde een benauwende luchtstroom ons
in het gelaat. Wij staken lantarens aan,
en hoewel ik nog beefde en mijn knieën
knikten, daalde ik het eerst de trap af.
In de kajuit vonden wij wapenen, bijna,
geheel vergaan, touw, verrotte meubelen,
vervallen 'banken en kisten, die Fred
French spoedig opengebroken had. Zjj
het voor, en wanneer het tegen ons is.
Wij houden er niet van, dat er met het
verdrag wol-dt gespot. Gij kunt zeggenJ
„Hetzijn maar Dnitschers." In elk ge-i
val hebben zij recht op alles, wat het!
verdrag' hun geeft. Er zijn slechts twee
wegen, die thans kunnen g-evolgd wor-i
den. Een daarvan is, dat geallieerde troe
pen de orde gaan herstellen. Het staat
niet aan mij, een millitiare meening: te
uiten, maar het zou mij in vrij hooga
mate verwonderen, indien dit niet ge
schiedde kon. Daarbij komt nog een moei
lijkheid; wij zijn verplicht geweest onze
troepen terug te trekken en wij hebb|eu
niet het recht, onze bondgenooten te
zeggen, dat zij hunne troepen moeten,
gebruiken, om de orde te hersteUen. Eu;
is echter geen reden, waarom de geaUN
eerden er bezwaar tegen zouden maken,
dat Dutschland de strijdkrachten, die
het bezit, gebruikt, om do orde in zijnl
eigen provinciën te herstellen.
Dit is billijk en hiHijkheid is, tfet-i
geen Engeland voorstaat en wat het tot
het laatste toe zal voorstaan.
Het eenige, wat ik in naam der regee-
ring wenseii te zeggen, is, dat wat ep
ook gebeurt, wij er ons niet bij kunnen
neerleggen, dat het verdrag verbroken
wordt. Dat zou beteekenen, uittarting
te gedoogen, hetwelk tot gevolgen van
den noodlottigen aard zou kunnen leiden.
Er waren vooruitzichten op gebeurte
nissen in Europa, die het noodzakelijk
maakten, dat wij aas aUen houden aan,
de bepalingen, in net verdrag van Ven
«ailles gemaakt. Met allen ernst, met het
vurig verlangen den vrede 'in Europa
hersteld te zien, wetende, dat dit nergenq
geschieden kon als op den grondslag van
strc-Dge rechtvaardigheid, deed hij eenbe-i
roep op alle betrokken personen, te doen
wat juist en billijk was, voorootrdeeleni
te laten varen en oprecht, hiflijk en eer
lijk te zijn.
Dit is flink en ruiterlijk gezegd en
men begrijpt dat Frankrijk daarbij leelijH
cp zijn neus kijkt. In de Fransche (j®
Franschgezinde Belgische pers wordt
Lloyd George dan ook danig onderhan
den genomen wegens zijn „Deutsch-:
freuncUichkeit." Als het nu maar niet
hij woorden blijft.
Wij spraken hierboven v,im van een
oogluikende toestemming van Frankrijk.
De verklaring v,an den Franschen gene-i
raai Larond dat hij geen overeenkomst
met Korfanty zou hebben gesloten, wordt
niet vertrouwd.
[Tegenover de ontkenning yan Lerond
staan de herhaalde uitlatingen van den
tot op zekere hoogte goed ingelichten'
Poolschen minister-president «Witos, die
herhaaldelijk verklaarde, dat. er wèl een
overeenkomst tusschen Lerond en Kor«i
fanty bestond nopens de demarcatielijn,.
Korfanty zelf spreekt Lerond ook tegen.
In een Vrijdag door hem gepubliceerd
manifest is uitdrukkelijk sprake van een
„De dappere bewapende deelen van het
overeenkomst. Daarin wordt o.a. gezegd:
O.-S. volk hebben groote overwinning-
gen behaald. Zij hebben den wil van het'
O.-S. volk doen kennen. Tusschen de
intergeaHieerde commissie en den ver
tegenwoordiger der gewapende beweging
is een overeenkomst gesloten, die ons
toekomst met kalmte doet tegemoet zien.
Het is thans tijd om tot de normala
levenswijze terug te keeren. Onder de
wapens blijven slechts zij, die voor en-,,
dienst zijn aangeworven. Denkt er aan,
dat gij van nu af voor het welzijn van"
het Poolsche volk werkt. Het uur der
vrijheid is geslagen. Wij zijn thans baas
in eigen huis. Laten wij dat huis ver
standig inrichten."
Daarmee is het eind van alle tegen
spraak wel niet bereikt, maar men kan
nu veilig aannemen, dat Lerond en Kor-
bevatten versleten kleeren,. kaartspelen
en eenige fl'essclien die nog vloeistof sche
nen te bevatten en die ik terzijde liet zët-
tens. Later bevond ik, dat liet Madera
wijn was, zooals ik nimmer had gedron
ken. Ik liet de kleederen onder de matro
zen verdeelen en ging naar de hut van
den kapitein.
Alles lag in wanorde, alsof men er woe
dend gestreden hak Op de tafel, die nog
«overeind stond, lag het scheepsjournaal
geopend. Ik wilde de bladzjjde lezen, die
voor mij lag en die plotseling onderbroken
moest zijn; het was mij echter onmogelijk
want zij was geschreven in het Portu
geesch. Ik kon slechts den naam van het
schip, van zijn kapitein en van zijn be
stemmingshaven opmerken. Het was de
„Barrocca van Goa, kapitein Ciuilhem
Gastro
Ik nam hét boek met mij mee, voorne
mens zijnde, het te laten vertalen, zoo-
dra ik iri mijn land zou zijn terugge
keerd. Eén omstandigheid .verwondende
mjj bovenal, n.l. geen enkel ander geraam
te op het schip te vinden. Zou de man
aan het roer dan alleen het schip be
stuurd en bewaakt hebben?
(Wordt vervolgd.)
—a i
\4