.EN STROOI-AVOND 1920 :e nlO' Een jolig Sint-Nicolaasfeest! rs. aatsciiappij, >t bijlage: van de nieuwe zeeuwsche courant van 1 december 1920 HARUS" SURPRISES 667-48 isstraat 64, 00.000. jks 19 te storten, n kapitaal bezit- e een dergelijk 1698-40 NTEN gevraagd. ZOOIEN, seer, VLISSINGEN, 141. ntanversieringen. iten van graven, em. aatsen. 1678-20 bestaat gelegen en opgeleid voor Sen, die de derde of een daarmede jdiere school met het Diploma A 'iploma A betreft skundige vakken ia B. 1066-50 lag toegezonden Paketvaart Maat- te Amsterdam. i „Lang leve St. Niklaas en Moeder de vrouw, riep Pa. En toen zongen allen in koor: „Lang zullen ze leven in gloria! Hiep! hiep! hiejpl koera De galm van !t laatste „hoera!" was nog nieli Weggestorven, toen de bel opnieuw klonk. „Da's voor Kees, wed ik,' zei Nel. En ze bleek goeil geraden te hebben'n groote kist werd dootij Grietje binnengedragenKees z'n adres stond el' op. ..Ha.! nu krijg ik toch! ook eindelijk' "n beurt'.'' riep Kees v#olyk. De kist was terdege dichtge spijkerd en er moest zoowaar 'n breekijzer aaü *e pas komen om ze open te krijgen. Kees- k'peieg •'ter warm van. „Jongen! jongen!' plaagde Pa, „da's werken, koor. Als 'tnou def moeite maar loont. Eindelijk was 't deksel eraf. De kist Was vol hooi. Kees deed er 'n greep in en vischte 'n pakje op. Er kwain 'n groote knol uit. „Die lust ik *el,' 'zei Kees en stak hem in z'n zak. Nog eena gevischt; weer 'n pakje: 'n aardappel. „Die is voor Moeder," ging Kees voort in 'n aulle hui. Wat dieper in 'thooi vond hij nóg 'a pakje: 'n groote wortel. „Hier, Daan!" zei KeeSj ..jij ook wal Toen greep hij met beide Juindjtp, ia 'thooi en haalde 'n doos op. ..Daar hel) je de aap!"- riep hij. terwijl hij 'n kuitenflikker maakte. Toen opende hij de dood cB: ..OoooH! 'n fotografeertoestel 1" kwam. 'ter juichend uit. Met stralend gezicht keek Kees er naar; toen lichtte hij 't' deksel op.... „SssslJ! daar siste "n slang over de tafel en kronkelde zich' m allerlei bochten, 'n Gegil en geschreeuw, en ge- lacli en allerlei uitroepen volgden en 'theele ge zelschap vloog- van' schrik achteruit. Toen Idö slang eindelijk stil op de fefel bleef liggen, durfden ze weer wal nader bij komen. 'tWas 'n Ibeösfj Wel zoo dik als Kees z'n arm en zeker 'n ureter lang. Ze.bekeken het dier eens goed cn zagen toén» dat het gemaakt was van een lap groen katoen en •precies geschilderd als 'n echte slang'. Van binnen was een"kolossale v'eef aangebracht door 'theels lichaam en zoo was 't beest, in elkaar gedrukt, in het toestel verborgen geweest. Toen ze van hunne verbazing bekomen waren, moest ieder op z'n beurt de kunst- vertoonencn pret dat hadden! Eindelijk werd het dier voorgoed in z'n gevangenis gestopt en Kees ging verder op zoek in de'kist- of er nog wat te halen was. Ja, daapj kwam nog wat voor den dag; 'n keurig pakj^ dat 'n chic doosje bleek te bevatten. Er lag 'n fijn 'flesckje in met 'n blauw; lintje dicht gesnoerd pai op het' etiquet stond: „Om don groei van epp, knevel te bevorderen." Och, och, wat werd KeeU geplaagd. Hij zat ook zoo dikwijls aan het ander halve haartje onder z'n neus te trekkenNij kreeg' hij wat te hoorenMaar Kees had er zelf de grootste pret van. Hij',tastte nog 's en nog 'd in 'thooi, maar vond niets meer. Dat viel 'Jieiri toch niet erg mee,., want dat fotograJ"pcu,tofej=rt|e! was maar fopperij. Hij bekeek 't-nog 'u keek,, Het de.slang nog 's sissen, onderzocht de waakten, niets te vinden. „Kees!" riep Daan, „draai 'a oin! Kees- draaide zich om: ,,Wa:t- is er jog?." ■Nee. jij niet, maar 'tding!" zei Daan; ik zag wat wits tegen den bodem." Kees keerde 'ti toestel om en zag 'tnu ook. Er was.'n .enveloppe met- Kees z'n adres tegen den bodem geplakt. Toen die. losgemaakt was. en opengesneden, hield Kees n papihrtje in z'n hand„Goed voor jeon' paar schaatsen," stond er op. „Da's nog' 's leuk!" riep Kees. „Ik vind deze bon heel wat aardig(e|r dan n broodbon, Ma." „Dat- geloof ik best!"- lachte Ma, „maar ik' zou toch niet graag willen dat mijn broodbons in schaatsenbonnetjes veranderden, want dan zou den onze .magen leelijk te pas komen.' He rommel werd opgeruimd, want Kees had k links en rechts hooi gestrooid. Kees stopte do Bfc slang' Weer in het toestel en beloofde, dat hij! er den volgenden dag pret mee op de H. B. S. zou hebben. „Pos maar op. mannetje!" waarschuwde fa,' „dat kon wel eens verkeerd uitkomen. „Wel neen Fa!"- beweerde Kees jj.met Stl. Eiklaas niet. De. Paters gunnen ons wel 'n preitje.'-' Tingeling, tingeling 1 Daar kwam Grietje jveeir aan inet een pakje voor den doktor. „Wel, Griel!" zei Mevrouw, „wat heb je 't tóch' druk vanavond"? „Da's niks Mevrouwals de kinderen -©aar pl.zier hebben, daar heb ik wel wat vooi' over.'' Pa was al bezig z'n pakje los te maken, maar toer. 't papier eraf was, vond ie 'n tweede, en ei; stond -het volgende versje op: Neem mij niet kwalijk, dat ik u stoor, i Maar ik ben aan 't* verkeerde kantoor IjWas bij abuis, dat-uw naam werd vermeld ■k Moot eerlijk Wezen bij Grietje van 't Veld. „Das ook wat moois!" mopperde. Pa. ,,'t Is' aiet eens voor mij." „Griet, Griet! Kom 's gauw!" schreeuwde Nel door do. gang. ,.'n Pakje voor jou!" „Och. konr!" lachte Grietje ongcloovig. „Echt. waar, Griet," vertelde Nel, „Pa's adres stond er op, en toen hij 't open maakte, was 't voor jou". „Hoe wist Pa dat dan?"- vroeg Grietje ver wonderd. ,,'t Staat in 'n versje," antwoordde Nel. „En wat zit er in 'tpakje?" „Daar zijn we juist allemaal nieuwsgierig naar; want er zit: nog 'n papier om en dat moet Ijiji zelf open maken."- - - Grietje begreep er niets van, maar ging toch mee. „Kijk 's Griet," zei .Pa, „da's voor jou gei komen." „Dank u wel, Mynheer!" stamelde het ineifjje verlegen en wilde er mee naar de keukën gaan. „Je moet St. Niklaas bedanken, maar mij niet,'' g-ing Pa. voort, „maar ik zou er nog maar even mee wachten, tot je weet', wat er in zit. En maak he(B hier maar open, dan wet'en we het metelen." Blozend en onhandig sneed Grietje de touwtjes! los, en zie, in 'ni cartonnen 'doos lag een popje in zustexkleeren, precies zooals Grietje er over 'n paar maanden zou uitzien. Grietje wist niet' walt ze zag. „O, Mevrouw," riep ze, terwijl ze hare han den in elkaar- sloeg, „hoe ia 't mogelijk'! hoe is 'tl mogelijk! ;Wat zal m'n moeder dat aardig vinden* Mag ik 'thaar geven?"- i „Wel natuurlijk mag je dat," zei Mevroulwv, De pop lag met haar hoofd op 'n kussentje, eij dat was nogal groot en voelde hard aan, Grietje 'twou neerleggen. Ze aarzeldo even ën nani het er nit, Want ze zag, 'dat' Mevrouw wdimj- laclit-e. „Ik geloof gerust, dat er wa t' in zit, zei Grietje. „Dan zou ilk 't zaakje maar eens onderzoeken," ried Pa aan. Grietje knipte: 'het naaisel los en toen. vond ze, in 'n mooi 'foédraaltjo, 'n keurig gebonüeH kerkboek: Des Heeren Bruid. „Dat is veel te mooi! veel te mooi!" riep ze.; „Ik ben er heusch Verlogen mee!" „Ik zou niet weten waarom,' 'zei Mevropw; „jo hebt liet waarlijk wel verdiend. En Grietj als je nu later in dit boekje bidt, dan taoet 'ju nog 's aan St .Nicolaasavond denken." „Foei, vrouw!" berispte Mijnheer Koorman, „je mag Grietje geen verstrooiende gedachten in blazen." 1 „Och, Meheer, dat meent Mevrouw zoo niet," verontschuldigde Grietje bedeesd. „Maar ik zal' heel zeker eiken keer, dat ik in dit boekje bid, de belangen van Mevrouw en Meheer en de kinderëp bij -O. Li. Heer aanbevelen, dat beloof ik u,."- En om hare woorden kracht bij te zetten, knikfto zë eenige malen met' d'r hoofd. Toen ging eze met haar schat naar de keuken. „Ma.," vroeg Mies, „hoe hebfu dat toch klaar gespeeld?" „Nou, ik wil 't jullie wel vertellen," antwoordde Ma „de Zusters hehben me geholpen, die kun nen altijd zoo aardig knutselen." „Beeldig!" zei kleine Nel. „Ik had het! zoo graag gehad; maar toen Grietje vroeg, of ze 't aan haar moeder mocht geven, durfde ik 'tniet t;e zeggen." „Da's maar góed ook," vond Pa, „want dan h'ad Grietje 't misschien niet willen weigeren, en haar moeder heeft er veel meer aan dan jij." „Hè, is dat! schrikken," riepen Nel en -dp jongens, toen er 'n harde ruk aan dót bel kwam. „Lieve hemelhoudt het nou nog niet op-?" klaagde Ma* ,,'t Ziet er hier uit als 'n staler; kan niets meer bij." „O Moeder, da's niets," zei' Mies, „morgen hóu den we groote sohoonmaak."- G rietjes had intusschen do voordeur open gedaan en was in druk gesprek met 'n man. Toen volgde (er 'n gestommel in de gang; de voordeur ging- weer dicht en Grietje bracht 'n mand binnen yoo$. Mevrouw. 't Heele gezelschap stond er dadelijk1 omheen. Over de mand was 'n lap van grof zak- kenlinnen genaaid, 'n oud ding, vol gaten. Nel- streek er met haar handje overheen, 'maar ze trok- het met 'n griezeligo beweging terug; ,,'t'Leeft in de mand!" gilde ze. c „Mal wicht spotte Daan, „dat verbeeldt jij je maar.'-' - „Ik heb het.zelf gevoeld, hoor!" hield Nel vol, Toen moesten ze er allemaal het hunne yam hebben. Ze betastten de lap en... Ja, er Wad teven in de mand. „Zien jullie nou Weltriom feerde Nel. „Ik heb 'tme lekker niet verbeeld! „Wie durft de lap er af t'e doen?" vroeg M&. „Ik!" presenteerde Kees, moedig, maar hij nani zich in stilte voor om rechtsomkeert te makten; zoo gauw als er iets. uit zou springen. Hij'' sneeft het touw door, waarmee de lap was vastgenaaid) en keek door 'n kleine» opening-. Hij zag niejsr maakte toen nog 'n stukje los, voelde voorzichtig in.de mand en kreeg 'n lik op z'n hand. „Potstau- send!" riep liij, ,,'t is 'n hond!" Toen sneed hij de lap er af en daar lag 'n doitjjq van 'n schippertje, in 'n wit mandje, gevuld met hooi. Het keek met z'n kraaloogjes verbaasd om zich heen. „Wat 'U snoesje! wat. 'n schattig dier tje!' rjep de een na den ander. Ieder wou hef beestje, hebben, ,,'t Is van Mn," zei Pa, „die moet het 'teerst zién."- i Ma nam 't hondje op d'r schoot en streelde hjetj 't Kleine ding likte Ma's handen, draaide zich in 'nkuiltje- en ging rustig liggen. Daan kwam met 'n bakje, Water-aanloopen en Nel. voerde -het diertje 'n koekje, dat, hij zich goed liet smaken. •"tl Witte mandje werd onder Ma's' bureautjfe gezet; dit zou voortaan Jenny's plaats zijn. Miess bad voorgesteld, het beestje Jenny te noemen.- Terwijl ze Jenny nog aan 't bewonderen hyarep,) ging 'n kier Van de deur open en 'n zwart gehandschoende hand stortte 'n regen van choco lade en borstplaat oyer de kamer uit. In 'n wip, lagen de kinderen van groot tot klein op deji grond om, onder stoeien en lachen, al kruipends de lekkernijen op te rapen. Jenny blafte er nu en •dan eens tussahen in. 'tWas 'n dolle pret en 'ij duurde 'n heel poosje, eer ze alles gevondfcm 'hadden. Telkens kwam er nog wat tusschen dep rommel të voorschijn. Eindelijk zei Pa: „Nu, kin- ders! dat- is 'n mooi slot geweest!" Ma, die nog steeds met haar schippertje op d'r schoot zat, vroeg: „Wien moet ik nu eigenlijk voor dit lieve beestje bedanken?" Allen keken Pa aan, die 'n onschuldig ge zielig Wou zettenmaar 't ging 'hem niet' goed af. „Dank je, Sint Niklaas!" zei Ma .lachend mi reikte Pa 'n hand' over 't hondje heen. „Wat hebben we toch 'n pret gehad!" riep Nel, Daan vond het „eenvoudig dol" en Mies en Kees beaamden het. Ook *Pa- en Ma hadden genottar van 't gezellige, huiselijke feest. „Me dunkt,'-' zei Ma, „jullie bent wel doodop. Laten we nu nog 'n obgenbiikje rustig gaan, zitten, dan krijgen we van 'Mies nog 'n kopje jftflien met wat er bijl Daarna, kinderen, zullen we O. L, Heer gaan bedanken vooj al Zijn goede gaven ;.en' den heerlijken avond, dien Hij ons in Zijn goed heid liet beleven. I „En dan wordt de „taptoe"- geblazen," vuldó Pa, aan. „Maar de rommel'?" vroeg Mies, „"die kan tooli zóó niet blijven liggen „O, dat beredder ik wel' met Grietje/ 'zei Mat „Als de grootste rommel maar weg is-. de rest komt moTgen wel ln orde En zóó geschiedde. Na 't avondgebed ging ftj jonge volkje welgemoed en recht voldaan naap boven; Pa en Ma volgden al spoedig, want (het waa ook voor hen 'n vermoeiende, maar toch eehlT gelukkige avond geweest. Ma nam Jenny mee en Pa droeg' hef mandjhl Het beestje was ook moe van de reis en allé' VTéemde gewaarwordingen en liet geen kik je. 'den h'eelen nacht. t ZutpheB. A. M. J. VAN LEEUWENBERG.' De krant stond' vol Sinterklaas-advertenties!! Hiér kon je 't beste terecht voor koek, bhnkjet en andere luxé-consumptte; -daar voor fijne ga lanterieën een andere firma vertelde met veéü ophe.f, dat jo nergens ter wereld een zoodeg-èó lijke en luxie,use St. Nicolaasverrassing kon koo- pen als bij haaren Weer een vierde tractetbo het publiek te overtuigen, dat niéts ging bovefi haar -artikelen, die het besjt', hét mooist en tege lijkertijd het goedkoopst' waren, i 't Was toch eigenlijk allemaal verwaande zelf!- opkanimerij, die heele .reclame, waar geen meiflsch zich door liet beetnemen, vond Mies de Grooïtlj die even de "krant 's inkeek en nu verdwa(ail!di- was. in do advertentieafdeeling. En onwillekeu rig moest ze denken aan een schrijfvoorbeeld! uit haar schooljarenEigen roem riekt. Ze lachte». wat oin de „roemriekerige" reclame, maar las de advertentiën tóch en één firma, een zecl4 bekende galanterie-zaak: Damhof en Co., hield zoowaap haar denken in beslag. Niet door dp heele rits Sinterklaasartik'elen, die ook daar al weer het hoogst van kwaliteit en laagst van prijs waren, maar door een „vertrouwelijke" (me- dedceling vooral aan jongelui waarin dq firma te kennen gaf, dat zij- tegen geringe-Jv(er- goeding do zaakkundige inpakking', en correcfei verzending van surprises op zich nam*" cn er voor instond, dat zijop 'den juisten tijd bezorgd| werden. De risico was geheel voor de firma. Nou, ze mochten thuis best weten, wat ze met St. Nicolaas aan haar beminde geven zou, 'En zelf' kon ze een surprise wel leuk inpakken' ook, hoor ,al zei ze 'tzelf, daar kwam bittejr Weinig „zaakkimdigheid" bij te pas. Maar, wat baar in de vertrouwelijke mededeeling zoogoed| aanstond, was de besliste verzekering, dat tie surprises op den juisten tijd aan liet' goede adreis zouden bezorgd worden. Daar- kon je bij verzen ding pel' post of per Van Gent en Loos zoo- slecht op aan. Was verleden jaar bet cad,eaMti$ voor haar Jan niet ll/g dag to laat gekomen! Dan was de Sinterklaas-aardigheid er totaal af. En haar surprise was reeds in den morgen van 5 December gebracht! Een St. Nicolaasverrassing moest je ontvan gen op. St."Nicolaasavond. En als do firifia Dam hof en Co. daar nu voor zorgen kon, ja en voor instond, dan voelde zij er veel voor om haar galant( Jan Virieze, op den öen December eens „zaak kundig en correct" te verrassen. ,Wat was er bij Damhof en Co. zoo al te koop, waar ze haar beminde blij moe kon maken En van AZ ging ze nu de rits artikelen na, |di|é' door dc firma met veel' ophef werden aangeprezen. Ja, er was wel wat bij, veel zelfs, wat Jan's' hart bekoren kon. En stellig ging ze morgen pf overmorgen de stad in om bij Damhof en Cob de surprise-zaak in orde te brengen. i. Maar den volgenden dag reeds belde de stads-) reiziger zooals hij zich met groot'c- beweeglijk heid voorstelde bij Do Groot aan. Mies deed open'. 1 i .„Ja ,ziet u, juffrouw', ik kóm van .de firma! Damhof en Co., welbekend niet waar! En zekèy heeft u onze St'. Nicolaas-advertentié wel gelezen^ waarin de firma de zorg voor inpakking «en verzending van surprises op zich neemt. U heeffl meermalen bij ons gekocht vond' ik' in de adressan. en zoo kom ik ook hier met onze gerjenomlmaard'ej Sinterklaasartik'olen Kijk k- hiér, juffrouw en als handig (reizii ger stalde hij vlug zijn waren uit -waf 'rf pracht van cadeaus. U is stellig geëngageerd mooie, degelijke rookspulletjes, portemonnaies, por tefeuilles, tuxe-notitrieboekjes, etc.... Wat zegif u hiervan... echt barnsteen' pijpje, f2.5Q.d.w dit fijn nikkelen sigarettendoosje f3.50.... deze, prachf-étui galant om punt-af knipper in f 3.— Voor uw van te watertanden Moeder de Groot, die in 't gangportaal jen' heer zoo druk hoort praten, kómt' 's kijken waSJ dat is „De stidsreiziger van Damhof cn _'C<v,; mevrouw," stelt de man zith dadelijk voor en', overstelpt ook baar mét zijn drukke oratie. - „We belasten ons natuurlijk in de eerst'e plaafi^ met den verkoop onzer gerenommeerde surprise' artikelen, maar ook' met de inpakking en vers ZendingKijk 's, mevrouw, zoo'n fijne porte feuille, f 4.of deze elcctrisehè sigarenaan steker, f 2.50 of dit of dat En zië(t ai hier 's dames zijn tweede tasch openend allerlei leuks voor de inpakking der gekóchte artikelen. Kijk, dat barnst'eenen sigarenpijpjp; f 2.50, past zoo aardig in dit antieke póppajtje Uw galant heeft er een half uur voor noodig1 om te ontdekken, dat er zoo'n fijn rookspullja- tje in zit 1 Die inpakgrappigheidjesf kosten per stuk 40 'Cent en voor de' verzending rekenen Ave eën, kwartje per surprise. En u -kunt' er op aan, dajt do cadeaux arriveqren op den St. Nicolaasayon'di tusschen! 6 en 9 uur. Laati de posterijl u dat eena verzekeren, of die mijnheer Van Gen'd en Loos. Wat is het meestal? Een dag te laat of te vroeg, of bij twaalven 's nachts wordt jé nog wakker gebeld En mocht door onvoorziene omstandigheden de verzending mislukken, maar in onze nieuwa branche is dat nog nooit' geheurd dan vergoedt de firma geheel de gemaakte kosten. Ziet u?" en met druk gebaar laat ie 'n kwitantie zién'; waarop de firma extra de geruststellende mede deeling heeft laten drukken. „Heeft u al keus gemaakt, dames?,"- driugt hij adn r Maar moeder en dochter zijn eigenlijk een beeljë verbouwereerd door dén fluse de boujjhe van den voileerden reiziger. Maar Mies voelt anders veel voor dat barnstea- nen pijpje en 't antieke fantasie-poppetje. En moe der De Groot lijkt de portcf'uille te moeten kóopen in den pseudo-Engelschen dietionnaire,'of ze. wil of niet. „Maar hoe gaat het dan verder als we die tlin- getjes van u-nemen", informeert Mies', i „O, maar dat is zoo makkelijk mogèHjk, juf frouw Kijk 's, u betaalt samens f 3,25 en s f.4.65 is... f7.80'..,, ?kgeef u elk' een kwitantie hij heeft er al twee hij de hand en wijst nog eens op den waarborg, dien de firma geeft - en voor u is tklaar. Onze extra-bedtel'd^enst/,. geroutineerde loopers, bezorgt dan St. Nicolaasi avond tusschen zes en negen uur de keurig inge pakte surprises aan de opgegeven adressen. 'kZal even de kwitanties invullen, hé en z'n vulpen houder voor -den dag halend, gaat ie onmiddellijk aan den gang. i. - „Ziezooen mag ik nu nog even t juiste adres, juffrouw, van den gelukkige"-.., glimlacht de handige reiziger. „Jan Vrieze; Da üostapark 16, 1 hoog'Y antwoordt' Mies haast zonder het te weten. „Maar kind, -doe je 'tdan werkelijk?" vraagü moeder, -die als van Lotje getikt staat bij den overstelpenden woordenvloed van den reiziger. 'tGaat zoo gauw allemaal"..;. „Ja, mevrouw, er moei -in den betrekkelijk korten Sinterklaastijd ook wat gebeuren in ouzo zaak. 'k ben nooit zoo moe 's avonds als in deze veartien dagen..;. En 'tadres van mijnheel' De Groot is..;. - o, wacht, 'k heb 'tal. a klaar ,;i, Ziet u, hier zijn de kwitanties Mies pakt ze beiden aan, - daar moeder geen hand uitsteekt. „U wil misschien uw naamkaartje er bij laten' inpakkenof anders, 'k' heb' hier blanco kaart jes met enveloppen zet u even zelf uw naam er op, dat is aardiger, niet' Waarhier is inkt', Zoo u er gebriiik van maken wilt.en gracieus» biedt hij Afi-es zijn vulpenhouder aan..,. „Of wil u liever „onbekend"- blijven", glimlacht-ie. Mies schrijft haar naam, wat knoeierig, schrijft zoo lastig met den muur als lessenaalr. „Maar," verbaant moeder zich. „krijgen we onze gekochte dingen dan niet in huis? Ik kan die portefeuille toch zelf wel aan mijn man geven, daar heb ik gerust uw hardloopers nieli voor noodig,' 'lacht ze. „Geef maar gauw hier, dan zal ik geld halen." i„Nu Wordt u Zelf „gauw", zegt de 'reiziger, die, maar toch even teleurgesteld, lijkt 'twel, haastig portefeuille en doos weer voor den dag haalt. 1 „Net wat u wilt'; 'tis voor u ook een Bij zonder geval, maar onze speciale besteldienst' grenst anders in correctheid aan 'ti volmaakte zou u 's zien!" De reiziger wordt betaald en vertrekt. Moe der en dochter bekijken npg even de portefeuillë en „dictionaire". i „Wat kon die man tóch praten," moeten ze nog eens opmerken. „Daar werd je zelf stil' van," lachte moeder. „Wat had ie antlers leuke dingetjesen nu krijgt Jan z'n surprise op den juisten tijd. [Echt idee van Damhof." „Maar bewaar je kwitantie maar goed, kind,. Die loopers mochten 's met' je pijpje „op den loop gaan. Ik „loop' 'liever zelfO, o, nou heeft die haastige kerel me mijn kwartje niet teruggegeven „U heeft alvast een „surprise", mop," grap,t Mies

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1920 | | pagina 5