No. 140.
ENCYCLIEK
vi
Donderdag 4 December 1919. Vyftiende Jaargang
BUITENLAND.
Verschijnt eiken MAANDAG-JfUAG- en VRIJDAGAVOND, j j
FEUILLETON.
De Passagiers van de
„Meteoor".
Reclames.
3
SCHE COÜ
Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes f 1.25, daarbuiten f 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent, dubbbnle bJaden 10 cent.
Advertentiën worden ingewacht vóór half een uur 's namiddags.
Kantoor v.d. Admlnlsfrafle: Boudewijn de Wlffesfraaf A 135», Goes.
Tel. interc.: Directie no. 94. Redactie no. 97.
Reclameberichten 30 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prjjs.
Advertentiën van 15 regels f0.75, iedere regel meer 15 Ct.
Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst wordt 2 X berekend.
ONZEN H. VADER BENEDICTUS XV,
DOOR DE GODDELIJKE
VOORZIENIGHEID PAUS.
Aan de patriarchen, primaten, aartsbis
schoppen, bisschoppen en andere plaatse
lijke ordinarii, in vrede en gemeenschap
met den H. Stoel levende.
Eerbiedwaardige Broeders.
Heil en apostolischen zegen.
ïteeids lang voedden Wij in ons
vaderlijk hart den wensch eh de hope.
dat, na de eindelij-ke uitdofliving van
den onmensche lijken oorlogsbrand en
de hernieu,wimg van den geest der
Christelijke helde, die landstreken wel
ke door honger en gebrek in hun be
staan werden bedreigd, voornamelijk
de midden-rij ken van Europa, langza
merhand beteren, toestand zouden
komen door het eendrachtig werken
en pogen van alle goedgezinden.
De uitkomst echter heeft Onze ver
wachting, niet ten volle vervuld: van
Alle zijden immers komen berichten,
da| de bovengenoemde volkeren, zoo
groot in .getal, zulk een gebrek aan
Voedsel en kleeding njden als men
zich nauweiijks kan voorstellen.
Hitusscheii gaat ongelukkigerwijze
de lichaamskracht der zwakkeren ver
loren en te niet, en wel voornamelijk
van de kinderenen hun ellende treft
ons gemoed ,te heviger, omdat deze
niet jslechts onkundig waren van en
onschuldig aam den moorddadigen
strijd, waardoor wij nagenoeg de heeie
aarde geteisterd zien, maar omdat zij'
bovendien zuilen worden de ouders
van een nieuw nakomelingschap, wel
ke van de geboorte af de zwakte i|n
hun geslacht zullen meedragen.
Toch zijn wij uit deze angsten en
smarten ©enigermate tot nieuw, ver
trouwen gewekt door de Ons ver
strekte mededeeling, dat edelmoedige
menschen vereenigingen hebben ge
vormd met 't bepaalde doel om de
kinderen voor ondergang te
behoeden. „Wij hebben, Eerbied
waardige Broeders, geen oogenblik ge
aarzeld dit voortreffelijke plan naar
verdienste goed te keuren en met Ons
gezag tie ondersteunen; dit komt im-
rtiers overeen met de allereerste plich
ten ,vam welwillendheid verschuldigd
aan dien kinderlijken leeftijd, welke
Christus den Verlosser zoo allerdier
baarst is en zoo weinig lijdensklacht
en weerstandsvermogen bezit.
Voor het overig© hebben Wij: in een
zelfde geval reeds vroeger gelijk ge
handeld; wanjfc giül rihlt U herinneren
12) -o—
Middelerwijl hadden de soldaten van het
geleide opgehouden met vuren, want zij had
den hun laatste patroon verschoten. Nog een
hunner was er gedood en een derde,
de korporaal, die het bevel voerde, was
in de dij getroffen. Hij zat op een steen
en verbond zijn wonde, met een ernstigen,
bezorgden trek op zijn zwart, gerimpeld ge
richt. De drie anderen zetten hun bajonet
ten op de geweren en zagen er uit, of zij
van plan waren, hun leven duur te ver-
koopen.
„Zij komen!" riep Belmont, die de oogen
op de vlakte hield gericht.
-„Laat hen komen!" antwoordde de kolonel,
de handen in zijn broekzakken stekend. Op
eens haalde hij ze er weer uit en schudde
woedend met de vuist in de lucht.
„0, die schurken!" Die vervloekte schur
ken!" riep hf, terwijl het bloed hem van
gramschap naar het hoofd steeg. Het was
het lot der arme ezeldrijvers, hetwelk den
anders zoo bedaarden soldaat zijn kalmte
deed verliezen. Gedurende het schieten hadden
zij bij elkander in een verschrikt hoopje aan
den voet van den heuvel gezeten. Thans,
in de overtuiging, dat de aanval der Der-
wischfen het eerst hun zou gelden, waren
zij op hunne beesten gesprongen en tracht-
hoe Wij onlangs de kinderen der Bel
gen do'or hongersnood en 'ontbering
uitgeput, hebben geholpen voor zoo
veel m Ons vermogen was en hen aan
d© liefdadigheid der Katholieke we
reld publiekelijk hebben aanbevolen.
En aan die milddadigheid is het
voor een groot deel te danken, dat
in de nooddruft van zoovele onschul
dige kleinen werd tegemoet gekomen
en hun leven van den ondergang kon
wonden gered; want zoodra hadden
Wij niet de Aartsbisschoppen en bis
schoppens van de Viereeuigde Staten
van Amerika aangespoord tot dit voor
treffelijk liefdewerk het initiatief te
nemen, of aanstonds werd door zeer
velen ©delmoedig gevolg gegeven aan
onze wenschen. Wij brengen dit wel
slagen thans in herinnering, niet zoo
zeer om ,ben lof te zingen van die
mannen, wier namen terecht dienen
opg-etee-kenu, te worden in de annalen
der christelijke naastenliefde, als wel
opdat de bisschoppen van geheel de
wereld, door Ons dringend beroep be
wogen, in deze aangelegenheid Onzen-
opzet zuilen volgen en naar best ver
mogen ten uitvoer leggen.
Au de herdenking nadert van de
geboorte dag Onzes He-eren Jezus
Christus, gaan als van zelf Onz© ge
dachten uit naar de ongelukkige klei
nen vooral van midden-Europa, die
nijpend gebrek hebben aan de aller
noodzakelijkste tevensbehoeften; en
aan dié, teedere kinderschaar wijden
Wij te meer Onze zorg, nademaal zij
te duidelijker Ons voor den geest roept
het beeld van het Goddelijk Kind, dat
iet heide van den mensct in Béth.te-
hem's kribbe de koude van den winter
droeg en aan allies gebrek leed.
.Ongetwijfeld -doiet zich voor Ons
nooit geschikter gelegenheid voor, om
de liefde en de erbaxming, van de
Christen-geloovigen en de menschlie-
vendheid van alten die nief wanho
pen aan het welzijn van het mensche-
lij'k geslacht, voor deze onschuldige
kleinen, in te roepen.
Daarom, Eerbiedwaardige Broeders,
schrijven Wij voor, dat Gij ter berei
king van genoemd doiel, ieder in uw
bisdom zult zorgen publieke liefda-
dihieids-predikattes voor te schrijven
op, jden 28en December a.s., den feest
dag der H.H. Onnoozete Kinderen, en
de gaven der geloovigen. te doen inza
melen. En opdat in dezen ©delen
wedstrijd van milddadigheid zoo af
doend mogelijk worde voorzien in het
lot zooveter kinderen, schijnt het Ons
toe, dat behalve geld ook dienen ge
vraagd te worden voedings- en genees
middelen ien kleederen en stoffen,
waaraan de volkeren dezer landen
vóór alles behoefte hebben. Op welke
wijze dergelijke giften en gaven bil-
ten over de vlakte te vluchten onder het
uitstooten van allerlei onverstaanbare kreten.
Een kleine troep van 8 of 10 kameelrfders
had tjjdens het vuren een omtrekkende be
weging gemaakt, en deze mannen vielen
nu de vluchtende jongens aan en hakten
en hiewen er met koelbloedige wreedheid
op los. Een klein, vlug kereltje in een lang
wit gewaad bleef zijn vervolgers een tijdlang
voor, maar hij kon het tegen de kameelen
niet uithouden, en een Arabier stak hem
met zijn speer midden door den rug. De
ideine, in het wit gehulde lichamen geleken
een kudde schapen over de weide verspreid.
Doch de menschen op de rots hadden geen
tijd om aan het droevige lot der arme jon
gens te denken. Zelfs, de kolonel had hen,
na die uitbarsting van toorn, geheel ver
geten. De Arabieren waren in draf tot den
voet van de rots genaderd, waar zij af
stegen, de kameelen in knielende houding
achterlieten en woedend vooruit stormdeii.
Vijftig hunner klauterden het pad op en de
steenblokken over, terwijl hun roode tulbanden
beurtelings verdwenen en weer voor den dag
kwamen bij hunne pogingen om zich naar
boven te werken. Zonder een schot te lossen
of zich eenigszins op te houden, liepen zij
de drie soldaten onder den voet en bereik
ten zoo het plat op den top, waar een
onverwachte tegenstand hen een oogenbli'k
deed aarzelen.
De reizigers, dicht tegen elkander aange-
gedrongen, hadden ieder op zijne wijze, dg
komst der Arabieren afgewacht. Be kolonel
met de handen in zijn broekzakken, probeerde
met zijn droge lippen een deuntje te fluiten.
lijk verdeeld en ter bestemder plaat
se moeten worden opgezonden, wor
de in het midden gelaten, idit kaïn
immers,worden toevertrouwd aan die
vereenigingen, welke naar "Wij 'boven
meldden, hiertoe zijh geconstitueerd,
of op een andere geschikte manier
worden uitgevoerd.
.Ofschoon wij intusschen bij deze
aansporing gebruik maken van Ons
vaderlijk gezag, van Godswege Ons
toebetio'uwd, ©n zijl op; de eerste plaats
tot de katholieken gericht is,^ vertrou
wen Wij toch, dat allen, die gevoel
van mehscbeiiijkhe-iid bezitten, ze wel
willend zullen ontvangen. ,Om intus
schen door Ons voorbeeld den ande
ren. voor fe gaan, (hebbent :Wij, ofschoon
van alle wereldstreken onophoudelijk
aan Ons om hulp wordt gevraagd,
besloten tot verzachting van het lot
der kindenen, volgens de middelen
waarover wijl beschikken, 100.000 liren
bij; te 'dragen.
Als ©en onderpand intusschen voor
een gelukkig slagen en als bewijs van
Onze vaderlijke welwillendheid schen
ken Win u, Eerbiedwaardige Broe
ders, uw geestelijkheid en al uwen
geloovigen vol liefde in den Heer On
zen Apostoiischen Zegen.
(Gegeven te Rome bijl St. Pieter, den
24sten November 1919, in het zesde
jaar van Ons Pontificaat.
PAUS BENEDlICTUS XV,
BELGIË.
Actie der Vlaamsche Frontpartij.
BRUSSEL, 1 Dec- (Partic. Msbode). De
Vlaamsche Frontpartij hèeft zich tot de
vredesconferentie- gewend om d-e Vlaam
sche kwestie aan. haar voor te leggen-
In d<en oproep, welke aan alle buiten-
landsch-e regeeringen is verzonden, leggen
d-e volksvertegenwoordigers van de Vlaam
sche frontpartij o-m. het volgende: Wij
willen met België vereenigd blijven, maar
zonder opslorping, buiten elke contrali-
satie om- Wij willen niet door scheiding
de voorrechten verliezen, aan de plaats
die België in de wereld na den oorlog
heeft ingenomen, maar wat het Vlaamsche
volk aan uw congres onderwerpt is de
erkenning van zijn ethnisch karakter en
bet daaruit voortvloeiend recht, op de
noodzakelijke staatkundige inrichting en
de politieke zelfstandigheid-
Het document is geteekend door de vijf
kamerleden van bet Vlaamsche front-
Zaterdag had te Antwerpen een groot-
sch-e betooging plaats, om deze gebeur
tenis te vieren.
Belmont had de armen over elkaar geslagen
en leunde tegen een rots met een uitdrukking
van somberheid op zijn bewolkt gelaat. Cecil
Brown stond rechtop en plukte zenuwachtig
aan de punten van zijn kneveltje. Monsieur
Fardet kreunde om zijn gewonde hand. Mijn
heer Stephens schudde langzaam het hoofd
en zag er niettegenstaande zijn neerslachtige
hulpeloosheid uit als de levende verpersoon
lijking van prozaïsche wettelijkheid en orde.
De heer Stuart, die zgu paraplu nog op
had, vertoonde geen enkele uitdrukking op
zijn vleezig gelaat, noch in zijn starendei
bruine oogen. Headingly lag met zijn melkwit
gezicht bewegingloos op de steenen. Zijn zon
nehoed was afgevallen, en hij had een echt
jongensachtig uitzicht met zijn blonde ge-/
krulde haren en zijn jeugdig gelaat. De tolk
zat op een steen en speelde zenuwachtig
met zijn zweep.
Zoo vonden hen de Arabieren, toen dezen
den top van den heuvel bereikten.
En toen, juist terwijl de voorste toeschoot
om de handen aan hen te slaan, hield een
onverwachte gebeurtenis hen tegen. Van het
eerste oogenblik af der verschijning van de
Derwisehen had de geestelijke heer uit Bir
mingham als in een toestand van verdooving
verkeerd. Hij had zich niet bewogen, noch
gesproken. Nu echter waakte hij eensklaps
op met een vertoon van heldenmoed en wils
kracht, welke ieders verwondering gaande
maakte. Misschien was het de overmaat van
angst, misschien was het het bloed van een
zijner dappere Noorsche voorouders, dat plot
seling opbruiste in de aderen; maar hij barstte
uit in een wild geschreeuw en een stok
Het inieuwe Kabinet.
BRUSSEL, 2 Dec. Vandaag heeft het
nieuwe kabinet zijn eerste bijeenkomst
gehouden, om de regeeringsverklaring op
te stellen-
In tegenstelling met vroegere berichten
zal er bij de opening der Kamer
troonrede gehouden worden. (Maasb.)
De Volkenbond-Conferentie.
BRUSSEL, 2 Dec. De conferentie
voo-r den volkenbond is vandaag Kaar
Eubü-ek-e vergaderingen begonnen. Zij
©eft o-.m. die basis voo-r de statuten
voor een internationale federatie Van
vereenigingen voor den volkenbond
onderzocht.
De desbetreffende commissie be
sloot Brussel als zetel van de federatie
aan be wij'zem.
Hedenavond bood ld© koning ten pa-
teiz-e een -diner aan aan d-e voorzitters
der verschillende delegaties. Van de
Nederlandsche afgevaardigden zat het)
oud-kamerlid Ji- Limburg aan.
(Msb.)
Baron De Borchgrave is benoemd
to-t buitengewoon gezant te Madrid.
(Msb.)
DUITSCHLAND.
Duitschland en de Geallieerden.
BERLIJN, 29 Nov. De „Deutsche Allge-
m-eine Zeitung" verneemt uit kringen, die
dicht aan bet kabinet verwant zijn, dat
de regeering vastbesloten is om niet toe
te geven in de kwestie van de uitlevering
van 400-000 ton aan dokken, bagger- en
scheepsmateri-eel. Het geldt hier geen
vraagstuk van prestige, maar het feit,
dat d-e uitlevering van het geëischte ma
terieel Duitschland ecomisch bestaan een
voudig onmogelijk zou maken. Ook de
clausule van het aanvuDingsprotocol,
waardoor Frankrijk het recht zou krijgen
om naar believen op elk gewenscht oogen
van deu grond opnemende, sloeg hij er links
en rechts mee los op de Arabieren met
woede, welke de hunne evenaarde. Iemand,
die heeft medegewerkt om dit verhaal te
boekstaven, verklaart, dat van alle tooneelen,
welke hem zijn bijgebleven, er geen hem
zoo helder meer voor den geest staat, als
dat van dezen man, zijn vol gelaat druipend
van het zweet, zijn groot log lichaam met
waggelende bewegingen heen en weer dansend,
terwijl hij de terugdeinzende, grijnzende wil
den op stokslagen onthaalden. Toen schitterde
er een speerpunt, die van achter een rots
te voorschijn kwam met een snellen, trillenden,
opwaartschen stoot, de geestelijke viel neer
op handen en knieën, en de wilde horde
stroomde over hem heen naar de weerlooze
slachtoffers. Messen flikkerden voor hunpe
oogen, ruwe handen grepen hen bij de polsen,
bij den hals en daarna werden zjj met brutaal
en noodeloos geweld neergetrokken en voort
geduwd langs het steile, kronkelende padj.
tot waar de kameelen beneden wachtten. De
Franschman zwaaide met zijn ongedeerde hand,
roepende: „Vive le Khalifa,! Vive le MahdiJj"
tot een stomp met de kolf van een geweer
hem tot zwijgen bracht. En nu werden zjj,
aan den voet der rots tot een troepje bijeen
gedrongen, de vertegenwoordigers van onzem
tijd, die in de ruwe klauwen waren gevallen
van mannen tot een vroeger tijdperk beboe
rend, ,want in alles, behalve de wapenen
in hunne hand, was er niets, hetwelk deze
Arabieren onderscheidde van de woestijnbo-
woners, die eens de Halve Maan uit Arable
over de wereld verbreidden. Het Oosten ver
andert niet, en deze stioopende Derwisehen
Welk weder zullen we hebben?
Verwachting tot den avond van 4 Dec.:
Matige tot kr&chtigen, tijdelijk storm
achtige Zuidelijke tot Zuid-Westelijken
wind. Zwaarbewolkt of betrokken lucht
met tijdelijke opklaring. Regenbuien. Iets
zachter.
blik Duitschland binnen te rukken, is
voor de regeering onaannemelijk- De re-
g-e-ering, schrijft het blad, wil den vrede,
maar de voortzetting van den oorlog van
één kant- Men beschouwt het als een
vanzelf sprekende voorwaarde, dat de
krijgsgevangenen, die zich nog in Frank
rijk bevinden, teruggezonden worden op
de wijze, als in het vredesverdrag is
bepaald en niet volgens de nieuwe voor
waarden.
De krijgsgevangenen.
BERLIJN, 2 Dec. (H.N.ï Gisteren
beeft een uitvoerige bespreking plaats
gehad van de vertegenwoordigers van
den volkenbond ter bescherming van
de Duitsche krijgs- en civiele gevange
nen.
D-e conferentie werd gevoerd bij! den
rijkskanselier.
De besprekingen hadden in zooverre
-een gunstig resultaat, dat men tot
overeenstemming kwam betreffende de
opvatting, dat van d-e zijde der regee
ring al bet mogelijke geschied is, om
d-e tegenstanders te bewiegen tot vrij-
lating ©n bet naar huis zenden dér
gevangenen. Eveneens werd de over
tuiging uitgesproken, dat de terugkeer
der gevangenen niet in verband staat
met materieel© voorwaarden.
(Msb.)
ENGELAND.
Father 0'Donnell vrijgesproken.
De krijgsraad te Westminster Guildhall
beeft Vrijdag uitspraak gedaan in»het pro
waren niet minder wreed, niet minder dweep
ziek, dan hunne voorvaderen. Zij stonden
in een kring, leunende op hunne geweren
en lansen, en wierpen zegevierende blikken
op de arme, verschrikte gevangenen. Zij waren
gekleed in iets, dat eenigszins op een uni
form geleek: roode tulbanden, die zoowel
den nek als het hoofd omhulden, zoodatj
hiet bruine gelaat uit een scharlaken lijst
voor den dag kwam; gele, ongelooide schoe
nen en witte tunica's, waarin hier en daar
een vierkante bruine lap was gezet. Allen
hadden geweren en een hunner droeg een
kleine trompet over den schouder. De helft
bestond uit negers, schoone, gespierde man
nen, met de leden van een ebbenhoutkleurigen
Hercules. De overigen waren Baggara-Ara»
bieren, klein, bruin en vlug, met vurige, woeste
oogen en dunne, wreede lippen. Het opperhoofd
behoorde ook tot. dezen stam, maar hij was
grooter dan de anderen, met een zwarten
baard, die hem laag over de borst hing,
en een paar harde, koude oogen, welke flik
kerden als glas onder zijn dikke, donkere
wenkbrauwen. Thans hield hij ze op zijne
gevangenen gevestigd, terwijl zijn strak gelaat
een denkende plooi had aangenomen. De heer
Staart was naar beneden gebracht, zonder
hoed en met gescheurde kleederen. De twee
nog levende Soudaneesche soldaten, hunne
zwarte gezichten en blauwe jassen met bloed
bevlekt, stonden zwijgend aan den eenen kant
van het ongelukkige groepje.
(Wordt vervolgd.)