No. 97. Donderdag 17 Augustus 1916 Twaalfde Jaargang. Verschijnt eiken MAANDAG-,JfflEMSDAG- en VRIJDAGAVOND. DE KATHOLIEKENDAG TE ROOSENDAAL. Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes f 0.90, daarbuiten f 1.10. Afzonderlijke nummers 5 cent, dubbele bladen 10 Gent. Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór half drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags. Kantoor v. d. Administratie: Ganzepoorfsfraaf C 2o9, GOES. Tel. interc.: Directie no. 33. Redactie no. 97. Reclameberichten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale pms. Advertentiën van 15 regels f 0.60; iedere regel meer 10 Ct. Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 berekend. Dienstaanbiedingen 6 regels voor 25 Ct. A contant. De abonné's op dit blad, in het bezit der door de g± gulden bij verhes van beide directie uitgereikte polis, zijn, overeenkomstig de M I 11 I handen, voeten of oogen. daarvoor vastgestelde Verzekeringsvoorwaarden, 3 I IH Voorts bij ongeneeselijke GRATIS verzekerd tegen ongelukken voor: 1 verstandsverbijstering; De uitkeering der bovenstaande bedragen is gewaarborgd door de „Hollandsche Algemeene Verzekerings-Bank" te Schiedam. ma 4% gulden bij i gulden bij gulden bij M SL I I verlies van een jfi 11 verlies B I I verlies van U M hand, voet I 11 I van een VB I I een M jl lylty of oog; duim; wijsvinger; gulden bij verbas van eiken anderen vinger. Het zesde sociaal congres van de Ka tholieken der Bredasche dioceeze is succesvol verloopen. jVan heinde en verre waren de dio- cesanen van mgr. Hopmans samenge stroomd om met hun beminden herder verschillende aangelegenheden van het Katholieke openbare leven te bespreken, voornamelijk die welke in verband staan met het zich toonen als Katholiek van de daad. Zelfs uit het ver verwijderde Zeeuwsch- Vlaanderen, zoo Oostelijk als Westelijk deel, was een bevredigend aantal deel nemers op den Katholiekendag aanwezig en als men bedenkt, -dat de meesten daar toe reeds des morgens om 5 uur de reis hadden moeten aanvaarden, was het woord van lof, dat de voorzitter in de slotvergadering aan deze „acte de pre sence" wijdde, wel verdiend. Het spreekt dan ook vanzelf, dat de zeer ruime parochiekerk van St. Jan de de mensehen schier niet kon bevatten, die de stille H. Mis kwamen bijwonen, welke door Mgr. Hopmans, die door de parochiale geestelijkheid aan den ingang der fraai met festoenen en planten ver sierde kerk was ontvangen, werd opge dragen en waarbij door het zangkoor op zeer verdienstelijke wijze kerkelijke hym nen: „Jesu, dulcis memoria", „adoro Te" enz. werden ten uitvoer gebracht. De op tocht, die daarna in keurige orde de stad doortrok en waaraan alle vereenigingen op Katholiek sociaal gebied deelnamen met hun vanen en banieren wij telden er een goede veertig prachtige groote vaandels leverde een prachtig gezicht op. Al die honderden vrouwen en man nen van allen stand onder de fo-rsche tonen der muziek van „De Vlijt" te zien voortschrijden, deed als vanzelf bij den toeschouwer den indruk geboren worden van een grootsche manifestie der Katho liek-sociale krachten, die in het Breda sche diocees leven en werkzaam zijn. Na de optocht hadden de sectie-verga- deringen plaats. Er waren er vijfdie der werklie den, die van den landbouwers stand, die van den M i d d e n- e n H o o- geren Stand, die van de Katho lieke Vrouw en die van de JVCi 1 i- t ai re n. In al deze af deelingen werden de onder werpen door de daarvoor aangewezen sprekers „eon amore" behandeld en door de vergadering met aandacht gevolgd. Waar gediscussieerd werd, geschiedde dit uiterst correct, het oog uitsluitend gericht op- het belang der goede zaak. De militairen traden voor het eerst officieel op- bij een Katholiekendag. Het was een ongewoon en daardoor des te frappeerender gezicht in de zaal van den Katholieken Kring die, zoowel beneden als op de' galerijen, propvol was met soldaten, aan de bestuurstafel een ma joor, geflankeerd door verschillende ka piteins en luitenants te zien zitten en beneden in de voorste rijen mede tal van officieren. Dat bewijst, dat de Ka tholieke militair van alle rangen zich mede wenschen te scharen onder het vaandel van het openbaar Katholiek leven. (Vermelden wij, nog, dat veie geestelijken, zoo kloosterlingen als seculieren, voor namelijk directeuren van militaire ver eenigingen mede aanwezig waren in de vergadering der militaire afdeeling en dat hel secretariaat werd vervuld door den weleerw. heer Looymans, den directeur van de fi. K. Cadettenvereeniging „St. Ignatius" te Breda. De voorzitter dier vereeniging was mede aanwezig. De nieu we fraaie banier van de militaire R. K. propagandavereeniging„Credo Pugno" stond naast het spreekgestoelte. De conclusiën die in de verschillende afdeelingen door de vergaderden zonder wijziging zijn aangenomen, luiden als volgt: le afdeeling, werklieden. ■a. Inleider: de ZeerEerwaarde heer C. A. Soffers, Oosterhout. Conclusie: De eerste afdeeling van den zesden Bredaschen Katholiekendag, gehouden te Roosendaal, den 15en Augustus 1916, O ve r w o ge nde: dat het de plicht is van ieder geloovige als Katholiek van de daad op te treden in het openbaar godsdienstig leven; dat de Katholiek van de daad in het openhaar godsdienstig leven zich onderscheidt door getrouwe deelname aan de godsdienst oefeningen werkdadig lidmaatschap van godsdien stige vereenigingen; daadwerkelijken steun aan godsdien stige propaganda; openbare belijdenis der godsdienstige beginselen; spreekt den wensch uit: dat ook de Katholieke werkman zooveel mogelijk deelneme aan de godsdienstoefe ningen, als de H. Mis, de H.H. Sacramen ten enz.; dat hij werkzaam lid zij van godsdien stige vereenigingen, als de H. Familie, Derde Orde enz.; dat hij ijvere voor ieder godsdienstig werk, met name de retraite, de Roomsche pers en lectuur; zich hoede daarentegen voor het lezen van ongodsdienstige en zedelooze boeken en bladen, het zingen van slechte liederen en het bezoeken van godsdienstbeleedigende en zedekwetsende tooneelvo-orstellingen en bioscopen; dat hij fier en frank belijde God en den Godsdienst bij openbare manifestatie, (zelfs met het H. Sacrament) in verga dering en -dagelijksche gesprekken. N.B. De tusschen haakjes vervatte woor den bevatten een kleine toevoeging die nuttig werd geacht in het verband met het streven om de verbodsbepaling van openbare godsdienstoefening hoewel het Heilsleger b.v. zulks dag eu uur op de straten en pleinen en in bosschen en weiden doet uit de Grondwet gelicht te krijgen. b. Inleider: Mr. C. A. B. Arts te Gin- neken. Conclusie: De eerste afdeeling van den zesden Bredaschen Katholiekendag, gehouden te Roosendaal, den 15en Augustus 1916, Overwegende: dat het de plicht is van ieder Katho liek van de daa.d God te dienen en te huldigen, overal, dus niet alleen binnenskamers of in de kerk, niet alleen in het openbaar zuiver godsdienstig, maar ook in het openbaar maatschap pelijk leven; dat de leiding en voorschriften der R. K- Kerk het veilig richtsnoer zijn voor onze verhouding en handelingen in het openbaar maatschappelijk leven; dat de R. K,. Sociale Vereenigingen een macntlg hulpmiddel zijn tot ordening van het openbaar maatschappelijk leven; spreekt den wensch uit: dat de R. K. werkman in het openbare leven, in 't bijzonder in de fabrieken en werkplaatsen, in den omgang met zijn medearbeiders uitkome voor zijn Katho lieke beginselen; dat hij kinderlijk gehoorzame aan de leiding en voorschriften van Paus en Bisschop in het openbaar maatschappelijk leven dat hij; zich aansluite bij de R. K. Sociale vereenigingen, waar ze bestaan en dezelve oprichte, waar ze niet be staan; dat hij, waar hij zitting heeft in publiek rechterlijke lichamen voor zijn Katholieke beginselen uitkome. 2e. afdeeling, landbouwers, a. Inleider: de ZeerEerw. heer E. Ongenae, pastoor te Heerie bij; Wouw. Conclusie: De tweede afdeelig van den zesden Bredaschen Katholiekendag, gehouden te Roosendaal, den 15en Augustus 1916, Overwegende: dat de Katholiek moet zijn K a t h o» liek van de daajd, dat Katholiek van de daad hij is, die leeft volgens de leer van Christus en zijn Kerk, die leer openlijk belijdt, voor de handhaving en verbreiding dier leer of fers wil brengen; dat naast het gebed en de veelvuldige H. Communie, de deelneming aan geslo ten retraiten en het lidmaatschap van godsdienstige vereenigingen een krachtig middel zijn, om Katholiek van de daad te worden, te z'ijn en te blijven; dat de echt Katholieke geest opvlamt door goéd e, uitdooft door slechte lectuur; spreekt den wensch uit: 1. dat de afdeelingen van den It. K. Boerenbond het deelnemen aan de ge sloten retraiten zooveel mogelijk zullen bevorderen; 2. dat de landbouwers, o ok de voor mannen onder hen, lid worden van godsdienstige vereenigingen 3. 'dat van de landbouwers een krach tige actie zal uitgaan tot steun der Katho lieke pers. b. Inleider: Dr. L. Dekkers te Eind hoven. Conclusie: I. Zonder een voldoende kennis van het Katholiek geloof en een innige Ka tholieke overtuiging is het onmogelijk i n het openbaar maatschappelijk leven een Katholiek van de daad te zijn. II. De Katholiek van de daad onthoudt zich niet alleen van deelneming aan. of instemming met anti-ICatholieke vereeni gingen en handelingen, maar bestrijdt deze bovendien. III. De Katholiek van de daad wacht zich niet alleen voor bestrijding of tegen werking van Katholieke vereenigingen en van andere uitingen van Katholiek leven, maar bovendien bevordert en steunt hij deze, zooveel hij vermag. IV. De Katholieke landbouwers beboe ren zich te vereenigen in een Katholieken Boerenbond. V. De Katholieke landbouwers dienen naar de mate hunner krachten, behalve hun Boerenbond, ook andere Katholieke maatschappelijke vereenigingen te steu nen. a. middellijk; b. rechtstreeks. 3e afdeeling, Midden- en Iloogere Stand, a. Inleider: de ZeerEerw. heer L. De Meulemeester, Breda. Conclusie: De afdeeling Middenstand en Hoogere Stand van den Zesden Bredaschen Ka tholiekendag, gehouden te Roosendaal, den 15en Augustus 1916, Overwegende: dat de Katholiek van de daad krach tens zijn wezen gehouden is tot het be houd en de versterking van een godsdien stig leven, niet slechts privaat, maar ook openbaar; dat het behoud en de versterking van dat godsdienstig leven niet mogelijk is dan: a. door het vermijden en bestrijden van alles, wat het H. Geloof kan schaden; b. door het beoefenen van een krachtig godsdienstig leven; spreekt den wensch uit: dat de Katholiek als Katho liek van de daad a. zal vermijden en bestrijden, wat het H. Geloof, onder welken vorm ook schade toebrengt (vooral de neutrale of liberale pers, de pornografie, o-nnoodige gemeenzamen omgang met liberaal-Katho lieken en andersdenkenden, de zedenont- aarding onzer dagen, het bioscoopgevaar enz.); b. levendig zal deelneme naan het openbaar godsdienstig leven (vooral door het bijwonen der openbare godsdienstoefe ning, door kennis en studie der liturgie, het veelvuldig ontvangen der H.H. Sacra menten, het bevorderen van retraiten- werk, H. Familie, Manne'uadel, der Katho lieke pers en het openbaar belijden der Katholieke beginselen). b. Inleider: de heer A. M. van den Donk, Oudenbosch. Conclusie: I. Do Christelijke godsdienst is de grond slag, waarop onze beschaving en onze maatschappelijke orde gebouwd zijn. II. Tot herstel van vele maatschappe lijke kwalen, die haar diepste oorzaak vinden in het afwijken van de Christelijke leer, kan en moet een ieder onzer mede werken door zoowel in zijn individueel als sociaal leven te zijn„een Katholiek van de daad." III. Het openbaar leven onzer dagen heeft vooral behoefte aan de kracht-da- dige medewerking der Roomsche 1 e e- ke n. Door het bevorderen der wetenschap onder de Katholieken; het steunen der Roomsche pers, het be oefenen der Katholieke liefdadigheid, het tegengaan van openbare onwelvoegelijk- heden het vrijmoedig opkomen van 't goed recht der Katholieke zaak, kunnen voor al de 1 eeten uit den midden- en hoogeren stand een zeer Vrucht baar apostolaat vervullen. IV. Als eenling bereikt men in 't sociale leven van onzen tijd weinig of niets. Daar om moeten de Katholieken zich aaneen sluiten en dat wel door zich te vereenigen in Katholieke organisaties. 4e afdeeling: vrouwen, a. Inleider: de ZeerEerw. heer J. A. van Do^st, Roosendaal. Conclusie: De Afdeeling De Katholieke Vrouwen van den zesden Bredaschen Katholieken dag, gehouden te Roosendaal, den 15en Augustus 1916, Overwegende: dat de medewerking der Katholieke vrouw allernoodzakelijkst is om het Ge loof in huisgezin en maatschappij te be waren en te doen bloeien; dat tot den bloei van het Geloof noo- dig is: a. de kindersterfte te bestrijden; b. de jeugd te vrijwaren voor alles wat het Geloof kan schaden; c. een openbaar en innig geloofsleven; ■spreekt den wens'ch uit: dat de Katholieke vrouw: a. krachtdadig zal medewerken om de kindersterfte tegen te gaan; b. al haar invloed zal gebruiken om de kinderen godsdienstig op te voeden, de christelijke zedelijkheid in te prenten en hen te beschermen tegen de gevaren van lectuur, pers en bioscoop; c. zelf een voorbeeld zal geven van ernstig geloofsleven, niet alleen door te vermijden den gemeenzamen omgang met andersdenkenden, ongepaste kleeding enz., maar ook door zich aan te sluiten aan louter godsdienstige Vereenigingen, het steunen der goede pers en vooral het ontvangen der H.H. Sacramenten. b. Inleidster: mevr. Sassen-Jurgens, Breda. Conclusie: I. De vrouw is naar lichaam en ziel door God bedoeld en aangewezen als de medehulp van den man. II. Het is de plicht der Katholieke vrouw naar vermogen mede te werken aan het Katholiek Sociaal leven, niet alleen door geldelijken steun, maar meer nog door persoonlijken arbeid. Zij zal dien plicht het best vervullen door toetreding tot de Kerkelijk goedge keurde Vrouwen-Vereenigingen en deel neming aan haren werkkring. III. Als nieuwe uitingen van R. K. Vrouwen-vereenigingsleven verdienen on ze bijzondere aandacht, financieelen en daadwerkelijken steun, de St. Magdelena afdeeling van de R. K, Vereeniging tot bescherming van meisjes en de R. K. Zuigelingsvcreeniging. 5e afdeeling, Militairen, a. Inleider: ZeerEerw. heer G. Huys, majoor-aalmoezenier Ille divisie. Conclusie: 1. Katholieken moeten ook in militai ren dienst hetzij, als minderen, hetzij als onderofficieren, Katholiek zijn van de daad, omdat zij ook dan als Katho lieken in dienst van God blijven. 2. Dat meerdere Katholieken in militai ren dienst niet Katholiek zijn van de daad, is o.m. te wijten aan: Welk weder zullen wij hebben Verwachting tot den avond van 17 Aug.: Zwakke tot matigen, zuidelijke tot weste lijken wind, zwaarbewolkt met tijdelijke op klaring, waarschijnlijk nog regen- of onweers buien. Weinig verandering van temperatuur. a. gebrekkige opvoeding; b. niet voldoende afzonderlijke voorbe reiding voor „het leven onder dienst"; c. niet voldoende steun en voorlich ting gedurende „het leven onder dienst". 3. Teneinde in de toekomst meer Katho lieken van de daad te krijgen, zoowel onder de minderen als onder de onder officieren is het wenschelijk te achten: a. dat ouders, priesters en onderwijzers bijzondere zorg besteden aan de karakter vorming der jeugd; b. dat de patronaten voorbereidend wer ken ook voor „het leven onder dienst"; c. dat alle Katholieke dienstplichtigen retraite houden als naaste voorbereiding voor „het leven onder dienst"; d. dat de R. K. Militairen Vereeniging meer dan tot nu toe de „jongens" vorme tot Katholieken van de daad, o. a. door geregelde lessen in geloofsverdediging en liet oprichten van een Vereeniging als Credo Pugno. e. dat alle R. K. Onderofficieren toe treden tot een R. K. Vereeniging van Onder-officieren en tot Credo Pugno. b. Inleider: Kapitein E. Mjoomen. Conclusie: Het is plicht van een Katholiek offi cier zijln godsdienstplichten getrouw te vep- uvllen en zijln ondergeschikten, door voor beeld ein leiding opi te wekken tot een braaf en Godsdienstig leven. Hiertoe is noodig: dat meer zorg worde besteed aan_de godsdienstige opvoeding der adsjrirantof- ficieren en 'het godsdienst-onderricht over al in- het leerprogramma worden opge nomen en voor (de minder-jarigen onder hen op verzoek fier onderis verplichtend worden gesteld. dat de adspirant-officieren zich inrioh- tingSgewijlze tot een R. K. Vereeniging samen voegen ter vermeerdering hunner geloofskennis, tot ouderlingen steun en voorlichting en ter voorbereiding voor de taak hiervoren omschlteven; Bat [de R. K. officieren garnizoensge- wij-ze samenwerken ter bevordering der godsdienstige belangen hunner onderga schikten en van hen zielven. N. B. Niet als aamnerking op de conclusiën maar bijl wijze van opmer king meende de Weleerw. heer Looij- mans, puttende uit zijln 9-jarige onder vinding als directeur van een R. K. Ver eeniging van. adspirant-officieren te moe ten zeggen, dat willen ld© R. K. offi cieren Wijl zich 'zelf den Katholieken geest bezwaren, dien zij jn hun minderen moe ten levendig houden, zijl beginnen moei ten met de R. K. bladen persoonlijk em in hurirne huisgezinnen te lezen. Het schier, uitsluitend lezen Van liberale (neu trale) bladen is oorzaak van de groote geloofsonweteodheid, zoowel al's van de godsdienstige onverschilligheid bijl piet weinig R. K. officieren. De militaire afdeeling sloot hare ver gadering met het zingen uit volle borst door alle aanwezigen van het lied: „Roomsche blijheid". Dies namiddags te half drie had de slotvergadering plaats waarbij de bisl- schopi van Breda tegenwoordig was, om stuwd vau vele 'geestelijke en wereldlijke autoriteiten, zoo-als Ide vicaris-generaal, de burgemeesters vau Roosendaal, Hulst, enz., verschillende leden van provinciale staten in Noord-Braba'rit en Zeeland, het 'Tweede Kamerlid voor Hontenisse, P. Fruijltier (au voor, Bergen op- Zoomi, W. Juten enz. enz. De voorzitter, Mr. van Gilse, sprak een keurige openingsrede uit, de -secretaris, de heer Maas, deed voorlezing van ver schillende telegrafische huldebetooging|e)ni aan Paus en Koningin mót ,de daarop

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1916 | | pagina 1