mlte Co
cnecht
100 1UU ™'»'n OU
Oe Groote Oorlog.
Donderdag 2'3 Maart 1916.
Twaalfde Jaargang.
BERICHT.
Nog eens geheime
diplomatie.
ITDIENST
Ruyter" en
■Beveland".
Inden bij
riedrich,
aagd een
Dienstbode
JNo. 36.
Verschijnt eiken MAANDAG-.JVOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
Aan onze abonné's. In het najaar van 1915 hebben wij reeds
in het kort vermeld, dat eene eventueele verhooging van abonne
mentsprijs niet was buitengesloten. Verschillende oorzaken maken
de exploitatie van ons blad zoo duur, dat wij vanaf 1 April a.s.
verplicht zijn den abonnementsprijs te verhoogen met 15 cent per
kwartaal, waardoor de abonnementsprijs wordt:
voor Goes en Middelburg per maand 30 cent en per
kwartaal 90 cent en voor de postabonné's f 1.10 per kwartaal.
Zij, die reeds vooruitbetaald hebben, vallen buiten deze verhooging.
DE DIRECTIE DER N. Z. COURANT.
Losse Oorlogsberichten.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Rotterdam en
dam,
oomboot
tiaar ROTTERDAM,
's morgens 1 uur.
's morgens 4 uur.
haar AMSTERDAM.
Irgen vroeg.
tRDAM naar GOES,
's morgens 6 uur.
's morgens 11 uur.
jSRDAM naar GOES.
|dag 3 uur.
trdam, Haring-
bekomen te Goes
MONHEMIUS, te
|en BOUMAN Zn.,
bij de heeren J. B.
DEFAIS en te Rot-
omboot-Reederij v/h
ICHUIJT.
ICHT Goe«—Dordt—
rel», fl, retour 11,BO.
H 2 Middelburg.
(n pool,
Is van 30 en 15 cent.
|l.
rose en wit,
(s van 10 en 20 cent-
FR1EDRICH,
doosjes van 25 cent.
^RIEDRICH,
doosjes van 30 cent.
[kodont,
en wit,
doosjes van 10 cent.
posjes, rose en wit,
25 cent.
|l>
en wit,
doosjes van 25 cent,
>1,
rose en wit,
doosjes van 10 cent.
>1,
T, rose en wit,
doosjes van 10 cent.
jeco,
tuben 45 en 75 cent.
ol,
)OL, in tuben 25 cent.
gate,
in tuben 45 cent.
JSL,
in tuben 50 cent.
lol,
en doosjes,
rose en wit 40 cent.
permunt,
glazen doosjes 40 cent.
KOOP
machine van 2.M"
1.60 M.
1.75 M.
r, Smid, Helnkenszand.
KOOP
leden BOUWLAND,
zijnde perceel 18 -van
|u wijlen Zandee. Direct
;an desgewenscht als le
gevestigd blijven.
ORNICK, Goes.
in den Wilhelminapolder
aet Mei
rJ. de Wed. L. VERBEEK.
rg, 's Gravenpolder.
Abonnemuntsprjjs p. 3 maanden voor Goes 0.75, daarbuiten f 0.95
Afzonderlijke nummers 5 cent, dubbele bladen 10 cent.
Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór
half drie en Vrgdag vóór een uur 's namiddags.
Kanfoor v. d. Administratie: Ganzepoortstraat C 209, GOES.
Tel. interc.Directie no. 33. Redactie no. 97.
Reclameberichten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs.
Advertentiën van 15 regels f 0.50; iedere regel meer 10 Ct.
Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 _X berekend.
Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. k contant.
1500
gulden bij verlies van beide
banden, voeten of oogen.
Voorts bij ongeneeselijke
verstandsverbijstering
De abonné's op dit blad, in het bezit der door de
directie uitgereikte polis, zijn, overeenkomstig de
daarvoor vastgestelde Verzekeringsvoor waarden,
GRATIS verzekerd tegen ongelukken voor:
De uitkeering der bovenstaande bedragen is gewaarborgd door de „Hollandsche Algemeene Verzekerings-Bank'
I BH gulden bij J gulden bij A
a SL. I verlies van een jfl I 11 verlies fl_ fl
gulden bij
verlies van
een
wijsvinger
gulden bij
verlies van
eiken anderen
vinger.
te Schiedam.
Dat democratiseering van het buiten.-
landsch beleid, waarover wij dezer da
gen spraken, een zaak is die ons, Ka
tholieken, gansch niet onverschillig laat,
bewijst het voorstel dat de R. K. Kies-
vereeniging „Recht voor allen" te Arn
hem Donderdagavond besloten heeft bij
den „Bond van R. K. Kiesvereenigingen,
in Nederland" voor behandeling op de 'a. s.
jaarvergadering in te dienen:
„De Algem. Bond van R.-K. Kies
vereenigingen ï'oepe een commissie in
het leven, welke zal hebben te onder
zoeken, of het op den weg ligt der
R. K. staatspartij en of voor haar de
mogelijkheid beslaat de reorganisatie
van onze diplomatieke en consulaire
vertegenwoordiging te bevorderen."
De vraag is nu maar: doet „Recht
voor Allen" hiermede een slag in de
lucht of streeft het iets bereikbaars na.
Dit meenen wij het best te kunnen be
antwoorden door het aanhalen van de
navolgende passage uit het artikel:
Diplomatie en Recht van Oorlogsverklaring
een V o I k s za a k,
verschenen in „Vrede door Recht" (or
gaan van den Algem. Ned. Ro-nd „Vrede
door Recht") December-aflevering 1914.
De schrijver, Mr. H. J. de Lange, zegt
hierover
„Het schijnt me toe, dat ook voor Neder
land de tijd gekomen is een krachtige
actie te voeren. Juist omdat het streven
naar het verdemocratiseeren van do diplo
matie binnen de grenzen van ons land
valt, zal het werk met zooveel meer kans
op welslagen begonnen kunnen worden,
dan de acties voor internationale hervor
mingen. In de eerste plaats zou een Grond
wetsherziening noodig zijn. De Nederland-
sche Grondwet staat onder meer op deze
hoofdpunten de veranderingen in den weg
In de eerste plaats moet artikel 57
„De Koning heeft het opperbestuur der
buitenlandsche betrekkingen" gewijzigd
worden in dien zin, dat de eindbeslis
sing bij de volksvertegenwoordiging komt.
Artikel 59, dat in de 1ste alinea het
recht van sluiten en bekrachtigen van ver
dragen aan den Koning geeft en in de
2de alinea eenige uitzonderingen daarop
vermeldt, n.l. de verdragen, die I wijziging
van grondgebied van den Staat medebren
gen, II aan het Rijk geldelijke verplich
tingen opleggen, III bepalingen wettelijke
rechten betreffende inhouden, dit arti
kel 59 moet m.i. zoodanig gewijzigd wor
den, dat als regel de Staten-Generaal
de verdragen sluiten en bekrachtigen,
maar als uitzondering in gevallen
op te sommen in de Grondwet, de Koning
het doen kan. Deze laatste uitzondering
om "de Staten-Generaal van werk te ont
lasten.
Artikel 58, dat de Koning het recht van
oorlogsverklaring verschaft, moet als ver
ouderd vervallen. De Staten-Generaal in
„vereenigde vergadering" (zie bijv. art. 40)
zullen over dit uiterst gewichtige recht
tfi beschikken hebben.
Artikel 187 eerste alinea in verband
met 185 behoeven ook wijziging. Thans
kan de Koning ter handhaving van uit- of
inwendige veiligheid elk gedeelte van het
grondgebied van het Rijk in staat van
oorlog of beleg verklaren. Vervolgens kan
de Koning de dienstplichtigen, die niet in
werkelijken dienst zijn, onder de wapenen
roepen, hetgeen daarna door een wet
al of niet bekrachtigd moet worden. Men
begrijpt, dat deze wet nooit zal uitvallen
in strijd met de door den Koning geno
men beslissing. Mobilisatie op zich zelf
reeds is een maatregel van zoo verstrek
kende gevolgen ten opzichte van oorlog
en vrede, dat in verband met de wijziging
van artikel 58 verandering dringend noo
dig is. Ook in deze twee artikels 187 en
185 moet de beslissing bij de volksver
tegenwoordiging komen.
Meerdere studie zal hebben te over
wegen o"f bijv. artikel 55 „De uitvoerende
macht berust bij den.koning" onveranderd
kan blijven. Hetzelfde geldt van artikel
60, dat in de eerste alinea den Koning
het oppergezag over zee- en landmacht
geeft.
Alom wordt terecht geroepen om her
vormingen in het recht der staten onder
ling, maar nooit zullen de noodzakelijke
wijzigingen tot stand gebracht kunnen
worden, als de instrumenten door welke
de hervormingen overwogen en ingevoerd
moeten worden de diplomaten niet
zelf de urgentie er van inzien. De diplo
matie moet zélf belang bij die hervormin
gen hebben. Dat heeft de tegen
woordige diplomatie niet. Zij is
veel te veel verward in oude tradities
en veel te veel geïnteresseerd bij de
haute finance en wapenfabrieken, zoo niet
onmiddellijk, dan toch middellijk. Eerst
wanneer de diplomatie volkszaak wordt
en- beheerscht door mannen, die zelf be
lang hebben bij meerderen vrede, kan
verbetering komen.
Op de eerste Vredesconferentie moesten
voornamelijk generaals en andere hooge
militairen over het bewapeningsvraagstuk
en eventueele vermindering in de krijgs
toerustingen delibereeren. Men weet, dat
niets tot stand gebracht werd op dit stuk.
Een geestig diplomaat heeft daarvan ge
zegd, dat men evengoed schoenmakers
over de afschaffing van de schoenen kon
laten onderhandelen.
Laat ons dat gezegd zijn!"
De toestand.
Voor de vijfde maal trachten thans de
Italianen aan de Isonzo (bruggehoofd
Görz en hoogvlakte van Doberdo) door
te brekên. De eerste aanval geschiedde
den 29en Juni, de tweede den 18en Juli,
de derde den 18en October en de vierde
den 9en November. Telkenmale wierpen
de Italianen groote massa's tegen de Oos-
tenrijksche stellingen, doch hoewel de toe
stand vaak hachelijk was, b.v. van 23
tot 27 November, wisten toch de Oosten
rijkers tot heden toe stand te houden.
Ten Zuiden va,n Dunaburg en langs
den Dnjester worden de aanvallen der
Russen steeds heviger. Zij zijn er in
geslaagd het veelbestreden bruggehoofd
va,n Usciezko, dat door de Oostenrijkers
da.pper werd verdedigd, te nemen. Hier
mede is het eenige valste punt dat de
Oostenrijkers aan de overzijde van de
Dnjester nog hadden, voor hen verloren
gegaan. Komen de Russen nu ook nog de
rivier over, da,n zouden de stellingen
der Oostenrijkers wel eens met oprolling
kunnen worden bedreigd.
De poging der Duitschers om de Fra,n-
sche stellingen van Béthincourt in de
flank aan te tasten, heeft volgens Fransche
berichten geen succes gehad.
Meer succes hadden de Duitschers in
de luchtgevechten.
Een Wolff-depêche deelt het volgende
mee:
„In een luchtgevecht heeft luitenant
von Althaus boven de vijandelijke linie
ten W. van Lihons zijn vierde, Luitenant
Böhlke boven het bosch van Forges aan
den linker Maasoever zijn twaalfde vij
andelijke vliegtuig neergeschoten. Boven
dien verloor de vijand drie andere vliegtui
gen, een daarvan in een luchtgevecht
bij Cuicy, ten W. van het Vauchébosch,
de twee andere door vuur uit de verde
digingskanonnen. Eén van de laatste viel
brandend bij Reims. Het andere, dat een
paar maal over den kop sloeg, is in dé
streek van Ban de Sapt achter de vijan
delijke linies gevallen."
De Italiaansche opperbevelhebber Ca-
dorna vertoefde te Parijs, waar hij een
bezoek kwam brengen aan den nieuwen
Franschen minister van Oorlog, generaal
Rogues, en aan den Franschen generalissi
mus Joffre. Ook de Servische kroonprins
zou te Parijs aankomen.
Z Em. Kardinaal Mercier.
Een correspondent in België bericht
apn „De Tijd":
Tot de voorgeschiedenis van het nieuwe
incident-Mercier kan nog dienen, dat de
Duitsche Regeering reeds tijdens het ver
blijf van Z.Em. den Kardinaal te Rome
vertoogen tot den H. Stoel heeft doen
richten, om dezen tot ingrijpen te nopen
ten aanzien der houding van den Kardi
naal. De H. Stoel wees echter het spelen
van een dergelijke rol hoffelijk af. De
Kardinaal-Staatssecretaris bepaalde zich
ertoe te antwoorden, dat van den Belgi
schen Prima,at een verstandig en gematigd
optreden mocht worden verwacht.
Dit antwoord was te opmerkelijker, daar
Generaal-Gouverneur von Bissing had ge
dreigd, op eigen gelegenheid maatregelen
te zullen nemen, indien de H. Stoel niet
aan het Belgische Episcopaat zijn houding
zou voorschrijven.
In een brief, door den Gouverneur-Gene
raal aan de Belgische Bijschoppen gericht,
verklaarde eerstgenoemde te gelooven, dat
het bekende collectieve schrijven het werk
van Kardinaal Mercier was, en hij be
klaagde zich bitter, dat men aan liet
Duitsche Witboek ten a,anzien der gebeur
tenissen in België geen geloof hechtte.
Dankschrijven aan Z. H. den Paus.
Ook de Duitsche naar Zwitserland over
gebrachte zieke en gewonde soldaten heb
ben op het voorbeeld van de Fransche
een telegram van dankbetuiging gezon
den aan Z. H. den Paus. Het luidt als
volgt: „Aan Z. H. Paus Benedictus XV,
Va,ticaan, Rome. Ter gelegenheid van het
bezoek van den bisschop van G'oira, Mgr.
George Schmid von Gruenek, bieden de
Duitsche zieken en gewonden, die in Zwit
serland zijn ondergebracht, uit geheel hun
hart aan Uwe Heiligheid hun dankbetui
ging voor het resultaat verkregen door
het initiatief van de uitwisseling van zieke
en gewonde soldalen tusschen Duitschland
en Fra.nkrijk."
De onderzeeërsoorlog.
Lloyds meldt, dat het Engelsche stoom
schip „Part DaVhousie" (1129 ton), go-
zonken is. Zeven man zijn aan land ge
zet. De overige leden der bemanning
worden vermist.
Het Noorsche stoomschip „Langeii" (974
ton) is gezonken. 16 personen werden
gered. Een persoon is gedood.
Het Deensche stoomschip „Skodsborg"
(1066 ton) is gezonken. 17 personen zijn
gered. 3 leden der bemanning worden
vermist.
Naar aanleiding van den luchtaan
val der geallieerden op Zee-
brugge meldt men ons uit C ad zand:
Maandagmorgen in de vroegte verscheen
boven Zeebrugge een eskader vliegma
chines, ongeveer een 20-tal, der verbon
denen. Elke machine had 200 pond bom
men bij zich. Doel van den tocht was de
vernieling van het station der Duitsche
walervliegers. Het marinegeschut der Duit
schers in de duinen was dadelijk in volle
actie, doch kon slechts één machine licht
treffen. De uitspatting der granaten was
uit Cadzand goed te zien. i
Een kleine tragische episode uit het leven
en sterven in de loopgraven.
Den 26sten Mei 1915 sneuvelden aan
de Somme een jong Fransch luitenant,
zekere Luguiaud. Hij was 24 jaar en
liet een testament na, dat hij vlak voor
zijn dood had geschreven dn een vijfcents
opschrijfboekje. Hij diende bij een batal
jon, (hit een Duitsche loopgraaf had ge
nomen en zich daarin twee dagen had
staande gehouden. Gedurende die twee
dagen sneuvelden 120 van de 800 man;
en va.n de vijftien officieren werden er
zes gedood en vijf buiten gevecht gesteld.
Ten slotte waren nog slechts twee onge
kwetste officieren ovèr.
Den 26sten Mei werd luitenant Luguiaud
door een granaatscherf in het gelaat ge
troffen. Het géheele benedengedeelte van
zijn gezicht werd weggeslagen: slechts
voorhoofd en oogen waren intact geble
ven. Toen hij viel nam een sergeant ver-
bandwindsel, wikkelde dat om het hoofd
van den gewonde en bracht dien wat
naar achteren.
Terwijl de luitenant lag te sterven bleek
uit zijn oogbewegingen, dat hij iets ver
langde. De sergeantbegreep hem en gaf
hem een opschrijfboekje met potlood.
Zoo'n zwart gekaft opschrijfboekje hebben
alle manschappen. Er staan de namen
in van de naaste bloedverwanten, opdat
;met dezen zal kunnen worden gecorrespon
deerd indien er iets gebeurt met den
houder van het boekje. De luitenant
schreef nu op de nog open bladzijden:
„Dank aan allen, die samen met mij heb
ben gestreden." Daaronder krabbelde hij:
„Zeg aan mijn vader en moeder, dat ik
mijn plicht heb gedaan. Mijn familie is
Luguiaud, Bellevue, bij Sommières." Ver
der is het schrift onduidelijk en de blad
zijde met "bloed bevlekt. Toch had de
luitenant nog leesbaar kunnen schrijven:
„lk sterf tevreden." Daarna wordt het
schrift onleesbaar en zou zelfs door de
overlevenden niet hebben kunnen worden
begrepen, hadden de omstanders niet, ter
wijl hij schreef, elke letter afzonderlijk
afgelezen en er een afschrift van gemaakt.
Op een van de laatste bladzijden stond
geschreven: „Brengt mij niet weg." Toen
Slaagde L. er nog in het blaadje om te
slaan en te schrijven: „Want de Boches
zullen de loopgraaf nemen." De laatste
regels die hij schreef moesten beteekenen:
„500 fes. van mijn geld voor Poupard en
nog 500 voor armen mijn dorp." Toen
stierf hij. Poupard was de sergeant die
hem verbonden en weggedragen had.
(N. R. Crt.)
ITALIË.
In de Italiaanscihe Kamer is een debat
gehouden over den algemeenen toestand
waarbiji d© minister-president Salandra
toegaf, dat liet land in economische moei
lijkheden verkeert, maar dat deze onmo
gelijk waren te voorkomen geweest. ,I)e
reg'eering heeft gedaan wat mogelijk was1,
om zei te verminderen, en liet nu over
hare pogingen en ook over de wijze,
"waarop de oorlog was gevoerd het oor-
Welk weder zullen wij hebben
Verwachting tot den avond van 23 Maart
Matige Noordelijke tot Oostelijken wind.
Meest zwaarbewolkte lucht. Wellicht nog
regen of sneeuwbuien. Iets zachter overdag.
deel aan de Kamer. De rageering had
[Vertrouwen noodig en er moesten dus
andere mannen aan het roer komen, in
dien dat Vertrouwen niet meer bestond.
'Met groote Meerderheid "(3J4 tegen.'61
Stemmen) werd daarop een motie ten giuns-
te yan het Kabinet aangenomen. („C.")
De toestand op Zee.
Men seinde ons Maandagavond:
LONDEN. Een Nederlandsch stoomschip
(naam onbekend) en het Noorsche stoom
schip „Langeli" zijn gisteravond aan de
ooskust van Engeland getorpedeerd en
gezonken; vijftig geredden zijn ontscheept.
Gelukkig is gebleken, dat dit draadbe-
richt, voor zoover het een Nederlandsch
schip bedoelde, op een misverstand berust.
Toch zijn Zondag weer drie vaartuigen,
waarvan twee neutrale, aan den duikboo-
ten-oorlog ten offer gevallen.
De Maandag te Rotterdam vergaderd
hebbende zeelieden besloten bij de re
geering op de navolgende maatregelen
aan te dringen: het verleenen van gewa
pend convooi van Marinevaartuigen, het
geven van mijnenvegers, die een vloot
van vertrekkende of thuiskomende sche
pen vooraf zouden gaan tot de Downs en
de vaart om den Noord van Engeland,
in welk geval convooi eveneens nood
zakelijk werd geacht.
Het bestuur van „Volharding" had over
deze quaestie Dinsdagmiddag een onder
houd aan het ministerie van Binnenland-
sche zaken.
Bemanningen van een achttal bemon
sterde schepen hadden besloten niet uit
te varen, vóór de resultaten van dit onder
houd bekend waren.
Nader meljdt men dat bij het onder
houd do regeering het verlangen, der
zeelieden billijkte. Er worden verschillen
de maatregelen overwogen, jdie de vaart
in het Kanaal minder gevaarlijk zouden
kunnen maken. Daaromtrent zouden bin
nen enkelei dagen nadere mededeel ingen
worden gedaan.
De Minister van Marine scheen van
meening dat wellicht de vaart om Schot
land voorloop'ig (de voorkeur zoude ver
dienen.
De conferentie du,urde ongeveer l1/» uur.
De „Tubantia".
Het bericht van het „Nieuws van den
Dag", dat onze Regeering reeds Zater
dag j.l. een zeer scherpe nota in zake
de „Tubantia" tot de Duitsche heeft ge
richt, is, .volgens de „Nieuwe Ct." niet
juist. Wel moet terstond na de vast
stelling vau den ondergang van het schip
en va.n de omstandigheden, waaronder
deze plaats vond, vanwege onze Regee
ring een stap te Berlijn gedaan zijn, maar
voor een scherp vertoog ontbrak de zake
lijke grondslag.
Men seinde ons Dinsdagnamiddag:
Nu de Duitsche regeering inmiddels
heeft verklaard, dat de „Tubantia" niet
door een Duitsche onderzeeboot is ge
torpedeerd, gelastte onze regeering onzen
Berlijnschen gezant een verzoek om onder
zoek achterwege te laten.
Volgens de „N. R. Ct." bestaat het
voornemen, met duikers een onderzoek
in te stellen op het wrak van de „Tu
bantia", ten einde te trachten zekerheid
te verkrijgen omtrent de wijze, wa<arop
het schip tot zijn ondergajLg is gebracht.
Men betwijfelt echter of dit succes zal
hebben, wijl de „Tubafitia" 35 M. diep
ligt en duikersopera^ies zelden op een
grootere diepte dan 30 M. niet goed ge
volg kunnen geschieden.
t