Lijkverbranding. De Groote Oorlog. No. 94 Donderdag 12 Augustus 1915 Elfde Jaargang Mijnt ellen MAANDAG-, MISDAG- en fliiOAGAVOIIO. Losse Oorlogsberichten. Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes f 0.75, daarbuiten 0.95. Afzonderlijke nummers 5 cent, dubbele bladen 10 cent. Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór half drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags. Kanfoor v. d. Administratie: Ganzepoortstraat C 2o9, GOES. Tel. interc.Directie no. 33. Redactie no. 97. Reclameberichten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. Advertentiën van 15 regels ƒ0.50; iedere regel meer 10 Ct. Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 _X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. k contant. De abonné's op dit blad, in het bezit der door de directie uitgereikte polis, zijn, overeenkomstig de daarvoor vastgestelde Verzekeringsvoorwaarden, GRATIS verzekerd tegen ongelukken voor; gulden bij verlies van beide banden, voeten of oogen. Voorts bij ongeneeselijke verstandsverbijstering gulden bij verlies van een hand, voet of oog; De uitkeering der bovenstaande bedragen is gewaarborgd door de „Hollandsche Algemeene Verzekerings-Bank" te Schiedam. gulden bij verlies van een duim; 60 gulden bij verlies van een wijsvinger gulden bij verlies van eiken anderen vinger. Blijkens mededeeling van de „Nieuwe Rotterdamsche Courant" van Zaterdag avond jl. is het stoffelijk overschot van ds. A. S. Carpentier Alting dien dag naar den lijkoven van Wester veld (Driehuizen bij Velzen) vervoerd, om daar verbrand te worden. „Onder de aanwezigen waren de groot meester en de leden van bet li o o f d b e s t-u u r van de Neder landse he vr ij metselaars, de putaties van de drie Haagsche loges en van de loge Zuid- Nederland, voorts van den Neder- landscbeu Protestantenbond en van het Vluchteling-comité. Verdero.a. ds. Van Assendeift, van Gouda, redac teur vaiihetMaf-oiiieke Week blad, en mr. Bake, secretaris van den Raad van State". (De spatieering is van ons. Red) Hieruit blijkt, dat liet bedrijf der lijk verbranding vasten voet heeft gekregen in ons vaderland, er ongestoord zijn gang gaat en wordt voorgestaan en bevorderd door de vijanden van den Christelijken godsdienst en van de R. K. Kerk op de eerste plaats. Een waarschuwing voor alle geloovige christenen, om zich met band en tand te blijven verzetten tegen bet zich in burgeren van de materialistische, modern- heictensehe opvatting van den dood, die uit de lijkverbranding spreekt. De lijkverbranding heeft reeds heel wat pennen in beweging gebracht. Boeken zijn over deze kwestie volge schreven, zoowel van strafrechtelijk ais van godsdienstig oogpunt werd het vraag stuk toegelicht. De Katholieken verklaarden zich steeds besliste tegenstanders van de lijkver branding. Zij volgden hierin het voorbeeld van liet kerkelijk gezag, dat meermalen zijn waarschuwende stem liad doen hooren. Zoo verbood den 19en Mei 1886 de Congregatie der Inquisitie; lo lid te worden van een vereeniging ter bevor dering van lijkverbranding2o zijn eigen lijk of dat van anderen te laten ver branden. Daarmede is feitelijk voor ons Katho lieken, de zaak opgelost. „Roma loeuta, causa finita". „Rome heeft gesproken, de zaak is beslist". Daarmede is echter volstrekt niet ge zegd dat de Katholieken de beweeg redenen niet zouden mogen kennen waar op dat kerkelijk verbod steunt. De Kerk is geen Loge van Vrijmetselaren, die haar kracht zoekt in geheimdoeuerij. Alles is bij haar openbaar. Al haar be velen en verordeningen kunnen het licht zien, wijl zij steunen op redelijke gronden. Geen betere toelichting tot bovenstaand kerkelijk verbod zoowel als tot beter begrip der lijkverbrandingskwestie dan wat P. Groenen daarover schreef in no. 20 van de uitgaven der Apologetische Vereeniging „Petrus Canisius"' Men kan juist niet zeggen zooiezen wij daar dat lijkverbranding recht streeks strijdt tegen de natuurwet. Hoe toch wordt een lijk verbrand'? De kist wordt geschoven in een enge ruimte van vuurvasten steen. De wanden daarvan, zijn verhit tot op een tempera tuur van ongeveer 100 graden Celsius. In de ruimte zelf wordt met gestookt, doch die gloeihitte is ontstaan door vooraf- gaanden toevoer van kooloxyde. Na het inschuiven der lijkkist wordt de oven gesloten en worden de kleppen voor luchttoevoer geopend. In weinig minuten is de kist verteerd, in anderhalf uur het gekeele lijk. De asch wordt dan verza meld en bewaard in een blikken busje. In den grond is zulk een ontbindingspro ces dus precies hetzelfde als dat wat na een begrafenis begint In beide gevallen is de vernietiging liet gevolg van de oxy- datie doorzuurstofverbindiugeii. Het ver schil steekt alleen in den duur daarvan. Wat in het graf langzaam door natuur krachten gedaan wordt, dat geschiedt in den oven kunstmatig eu uiterst snel. In de H. Schrift zal men tevergeefs zoeken naar een goddelijk verbod. Evenmin zal men de spottende bewe ring dezer tegenstanders waar kunnen maken, dat lijkverbranding in lijnrechte tegenspraak is met het ellde artikel der Apostolische geloofsbelijdenis. Zeker, het is ons geopenbaardallen zullen in hun eigen lichaam, dat zij nu hebben, verrij zen. Maar het is voor de Goddelijke Ai- macht even gemakkelijk asch als stof te doen herleven. De wijze, waarop het li chaam ontbonden is, kan de algemeene opstanding niet bemoeilijken. Lijkverbranding strijdt dus niet tegen de -natuurwet, noch tegen de Goddelijke wet, noch tegen eenig Katholiek geloofs artikel Op de vraag echter of begraven niet meer overeenkomstig de menschelijke na tuur is, klinkt ons antwoord beslist be vestigend. Ieder beschaafd man heeft eerbied voor de dooden en vindt grafschennis een der groutste misdaden. Ln wat is verbranden anders dan een soort van geweldpleging Het moge waar zijn, dat in het graf juist hetzelfde ontbindingsproces wordt vol tooid, zulks doet weinig ter zake. Dan tenminste grijpt de mensch niet in en laat hij de natuurkrachten haar sloopings- werk verrichten. Daarenboven, begrafenis past beter bij onze Katholieke geloofsbelijdenis dan lijkverbranding. Ons lichaam is een tempel van den H. Geest, gewijd en gezalfd bij het ontvan gen van verschillende Sacramenten. Dat lichaam was zoo dikwijls na de H. Com munie de levende woonstede van den le venden God. Dat lichaam is bestemd eens in heerlijkheid te verrijzen. Zoo leert de Kerk. En daarom zondert zij een plekje gronds af, wijdt vooraf de aarde en brengt dan de dooden met eer bied en passende plechtigheden naar hun laatste rustplaats, waar zij rusten in vrede tot aan den dag der opstanding. In ge heel haar gedrag weerspiegelt zich haar leer omtrent de verhouding van het bovennatuurlijke, van het tijdelijke tot het eeuwige leven. Door dienzelfden gedachtengang geleid, komt de bloedverwant op het graf bid den. Ilij denkt geen oogenblik aan het verrottingsproces daar beneden, maar stelt zich den geliefde doode voor, zooals hij hem het laatst zag, slapend den slaap des doods, als tot een gebed de handen gevouwen en daartusschen het kruis beeld, het teekeu der hoop. En hij fluis tert een „tot weerziens". War- zou van al die zinrijke en troost volle gebruiken nog overblijven, als men algemeen het lichaam van den doode ging behandelen gelijk het besmette ca daver van een dier! Neen, geen lijkverbrandingBeaarding is meer overeenkomstig 'smenschen na tuur en past beter bij ons Katholiek Credo. De voornaamste reden echter waarom de Kerk de lijkverbranding verbood en zelfs een afschuwelijk misbruik noemde, is de autielericale en materialistische geest, waarvan de propaganda-beweging voor lijkverbranding een uitvloeisel was. Toen in 1870 Paus Pius IX het Vati- caansch Concilie te Rome opende, hiel den de Yrijmestelaars tegelijkertijd als tegenbetooging een internationaal Con gres te Napels. Hier werd besloten op alle mogelijke wijzen de macht der Kerk te breken. Een deugdelijk middel daarLoe zou ook de lijkverbranding wezen, Luister naar de ondubbelzinnige en openhartige woorden van Casteliazzo, secretaris der Loge te Rome „Het burgerlijk huwelijk, zoo schrijft hij, onttrekt hun (ml. den Roomschen geestelijken) het huisgezin. Het gods- dienstlooze leekenonderwijs onttrekt hun het aankomend geslacht. De bur gerlijke (niet kerkelijke) begrafenis en de lijkverbranding zullen liun ook nog de laatste aanspraken bij de dooden ontnemenaldus zal de vooruitgang hen zoo spoedig mogelijk vernietigd hebben". Zoo moest lijkverbranding getuigen vau haat tegen de Christelijke ideeën, een geschikt middel zijn ter verspreiding van het Materialisme, hetwelk leert, dat er niets bestaat dan stof en dat bijge volg met den dood alles ophoudt. Deze stoffelijke en algeheele vernietiging van den mensch wordt het best en het schoonst verzinnebeeld door de.spoedige verbranding van het lichaam. Bij dien stand van zaken kon en mocht Rome niet lijdelijk blijven toezien. Pro paganda voor lijkverbranding- bedoelde ondermijning van het gezag der Kerk. Vandaar haar verooi deeling en ernstig verbod. Wie zal dat onbillijk vinden? Zelfs de geloovige Protestanten houden met ons vast aan de bij uitstek Christelijke gewoonte van begraven. Nog een eenvoudige, misschien over bodige opmerking. „Nooit breekt wet" is een algemeen geldend beginsel, dat ook hier zijn toepassing kan vinden. Wanneer bij de gruwelijke menschen- slachting dezer rampzalige dagen ver branding der lijken om een of andere reden noodzakelijk mocht blijken, dan zal dat door niemand, ook niet door den Paus, gewraakt worden". De toestand. Naar bericht wordt, is heden ochtend Lomza door de Duitsche troepen ver overd, nadat gisteren reeds een der forten van genoemde stad in hunne handen was gevallen. Alle vestingen aaii den benedenlojp van den Narew ziju thans door de Duitschers bezet. Deze zijn voorts doorgedrongen tot den B jeg, naar gemeld wordt van af Bojany, even ten Z. W. van Brok tot de monding. De Russische troepen die zich tusschen Narew enBoeg bevonden, zijn waarschijnlijk op Ostrow teruggetrokken, hetwelk nog door hen wordt bezet gehouden; deze konden nl. niet over den Boeg terugtrekken, wegens het gevaar dat hen alsdan zou bedreigen van de uit Warschau oprukkende Duit schers. Vermoedelijk zullen de Russische achterhoe-afdeelingen nog eenigen tijd stand houden achter den bovenloop van den Boeg in de liin Ostrow-Brok-Drogil- schin-Brest-Litowsk,waarna de terugtocht zal worden voortgezet tot achter den bovenloop van den Narew en de Oost waarts daarvan gelegen moerassige land streek. Brest-Litowsk zal waarschijnlijk evenmin als de andere Russische vestin gen lang weerstand kunnen bieden, aan gezien deze niet voldoen aan de eischen aan de moderne versterkingskunst te stellen. In het zuiden zijn de Duitschers na den Wieprz te zijn overgetrokken, voortgerukt tot Zelechow, ongeveer 40 KM. ten Zuiden van den spoorweg Warschau-Liedloe. Blijkbaar bevinden zich ook hier de Russen in vollen af tocht en gelukt het overal aad de hoofd wachten hunner verschillende legers om ongehinderd te ontkomen. Aan Warschau zelf hebben de Duit schers ook niet veel. Immers naar het geen in uitvoerige beschrijvingen van de reeds lang sinds 15 Juli voorbe reidende ontruiming van Warschau in „Times" en „Chicago Daily News" wordt medegedeeld, is al wat er in de stad aan onroerende goedeien van waarde kon worden geacht, tijdig overgebracht naar Rusland. Zelfs de zware bronzen klokken van de kei ken zijn weggevoerd. Sinds 21 Juli werden alle voertuigen over den Weichsel gebracht; 20.00U rijtuigen wer den dwars door Rusland naar Moskou gereden. Vandaar dat berichten over een gemaakten buit van Duitsche zijde uit blijven. Inmiddels gaan in Engeland stemmen op vóór den vrede. Een medewerker van het tijdschrift „Economist" schrijft Er zijn tegenwoordig weinig menschen, die zich niet afvragen, waartoe het dient, dat [zooveel bloed vergoten wordt. Ook in Duitschlaud moet een dergelijke stem ming heerschen, doch de stem van het verstand kan zich niet verstaanbaar maken. Op een andere plaats in hetzelfde blad haalt de redactie een redevoering aan, die de Engelsche minister van oorlog, Pitt, in 1797 heeft gehouden en waarin hij zeide„Het is mijn plicht als Engelsch minister en als Christen, alles te doen, om een einde aan dezen bloedigen en verwoestenden oorlog te maken." De „Economist" vraagt of er in deze tijden niet ook een moedig man zou kun nen komen, om deze woorden van Pitt thans zijn landgenooten toe te voegen. Jaaroverzicht van den oorlog. 12 Augustus 19 1 4. Duitscbland vraagt ten tweeden male aan België om ongehinderden doortocht voor zijn troepen door dat land. De Belgische re geering wijst dit verzoek met veront waardiging van de hand. Een verbitterde strijd wordt geleverd bij Diest en Haelen, waarbij de Duitschers zwaie verliezen lijden en hun voorhoede wordt terug gedrongen. Zeppelins boven Engeland. Men seinde ons Dinsdagavond LONDEN. (Officieel.) Hedennacht ver scheen een vijandelijk vliegeskader boven de Oostkust van Engeland en wierp bom men. 13 personen werden gedood en 12 gewond. Een Zeppelin werd vernietigd. Nader meldt meldt men Een Zeppelin werd door kanonvuur ernstig beschadigd en werd, naar werd gemeld, vanochtend naar Oostende gesleept. De Zeppelin is sedert dien [het voorwerp van voortdu rende aanvallen uit de lucht geweest door vliegtuigen van Duinkerken uit, die een hevig vuur op haar richtten. Thans wordt zij gemeld door een ontploffing geheel te zijn vernietigd. Volgens de Duitschers werden met goed gevolg bommen geworpen op de Engelsche oorlogsschepen in de Theems, de dokken van Londen, op een torpedo- bootbasis te Harwith en aan belangrijke werken aan de Humber. Gaat Bulgarije meedoen 7 Uit New-York wordt aan de „Daily Expres" gemeldDe Turken vreezen, dat Bulgarije zijn medewerking in den strijd zal verleenen. Reeds leggen zij een in tense activiteit aan den dag in de voor bereiding der verdedigingswerken van Adrianopel, Loeloe, Burgas enTchalaldja. Deze versterkingen waren sinds eenige maanden van hun bewapening ontbloot, tengevolge van het bevel de verdedi gingswerken van Gallipoli te versterken. Thans is echter de bewapening terug* gezonden. Het gebied, hetwelk de Zwarte Zee en Bosporus omringd, is voor vreem delingen gesloten. Alle daarliggende for ten worden hersteld. De strijd in Frankrijk. De correspondent 'van de „Daily Chro nicle" meldt uit Nooid-Frankrijk, dato 9 Aug. dat de Duitsche troepen bijna het geheele front hevig beschieten. Gedu rende de laatste vier en twintig uur hebben de troepen van den Kroonprins in een tijdruimte van één uur 20000 bom men van verschillend caliber tegen de Fransche stellingen geworpen, in het westelijk gedeelte van het woud van La Grurie, tusschen Vionue le Chateau and La Bassée. De vijand was echter niet in staat de Franschen uit hunne stellingen te verdrijven. Alle pogingen teneinde tot een aanval over te gaan werden gestuit. De strijd in het Oosten. BERLIJN. Het groote hoofdkwartier meldt; De Duitschers hebben devesting Lomza genomen. Welk weder zullen wij hebben Verwachting tot den avond van 12 Aug. Zwakke tot matigen wind, meest uit Zuidelijke richtingen. Zwaarbewolkt, met kans ep regen of onweer. Weinig verande ring van temperatuur. De toestand in België. De stad Kortrijk, ongeveer 15 K.M. achter het front gelegen en een centrum voor de Duitschers, is zoo wordt uit Gent aan „De Telegraaf" gemeld ge heel door prikkeldraad afgesloten, gelijk een vesting. Waar de straten buiten de stad leiden, is een opening, met post, die streng de passen naziet. Met passen zijn de Duitschers voor sommige richtingen zeer spaarzaam. Zoo is het verkeer tusschen Kortrijk en Brug ge zoo goed als gestremd en in de rich ting vau het front geheel verboden De bekende prikkeldraadfabriek van Swevegem heeft het dus nog altijd zeer druk. De 21e Juli, verjaardag van België's onafhankelijkheid, is ook te Kortrijk met geestdrift gevierd gewordennatuur lijk niet in 't openbaar. Daartegen waak ten de Duitschers. Maar de kerken zijn nu in België als vrijplaatsen geworden. En zoo werd in St. Maartens een Te Deum gezongen, dat druk bijgewoond werd. De heeren verschenen in gekleede jas en met hoogen hoed en men zag zelfs [vrijmetselaars die in 20 jaar geen stap bmnen een kerk gezet hadden, nu onder de statige gewelven. De dag verliep ordelijk. Ja, de kerken zijn de vrijplaatsen. Wordt ergens een lijkdienst gehouden voor een gesneuveld Belgisch soldaat, dan stroomt 't bede huis vol en komen er zelfs belangstel lenden uit omliggenden dorpen, want zoo'n plechtigheid is niet alleen voor 't volk een plicht van dankbaarheid jegens een gevallen strijder, doch ook een va- derlaiidsche betooging, waarbij men sterk aan de worstelende broederen wordt herinnerd en men het nationaal volks lied hoort. Uit dit als blijkt, dat de Duitschers ook in Vlaanderen weinig vorderen met de verovering der geesten. Het nationaal bewustzijn blijft krachtig. Ernstig wordt de toestand in het be proefde land. Wij overdrijven niet als we zeggen, dat in veel gezinnen armoede heerscht. De steuncomités doen wat ze kunnen, maar zijn niet in staat allen nood te lenigen. En er is geen werk, geen verdienste, dat is 't ergste. De menschen zien hevig tegen den komenden winter op. Ze denken aan de voediiigskwestie, de lange j avonden met kaarslicht en.... de winter moet eens streng zijn Niet alleen burgets, maar ook veel Duitsche soldaten huiveren bij de ge dachte aan 't koude seizoen, aan lange nachten van aanhoudenden regen of strenge vorst, aan water en sneeuw. Nu kan men de opbrengst van den oogst nagaan; deze is minder dan op andere jaren, en de oorzaak hiervan ligt in gebrek aan kunstmest. Van 'tzoo streng afgesloten Ostende komt weing nieuws, 'tis of deze stad o zoo ver van ons ligt. We weten, dat het leven er vervelend stil is, dat de levensmiddelen zeer duur zijn, dat de burgers nog altijd niet in groepjes mogen samen staan en de taptoe ook in dit zomerseizoen om negen uur slaat. Er werd zooveel mogelijk onderwijs verstrekt, al zijn vele leerkrachten weg en niet alle scholen vrijN u is de vacan- tie begonnen, die korter duurt dan op andere jaren. En waarlijk, dat is 't eenige nieuws van de badstad, die in vredestijd in deze maand duizenden bezoekers hadden groote weelde ten toon spreidde. De badgasten zijn nu de marinema trozen, al mogen de burgers enkele uren per dag op een gedeelte van den dijk komen. Twee uur verder begint het Yserfront.

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1915 | | pagina 1