Land- en Tuinbouw.
UIT ZEELAND.
Gemengd Nieuws.
Verlies van oorlogsschepen.
De Duitsche en Engelsche schepen,
die sinds het begin van den oorlog door
geschutvuur, torpedo's of mijnen vernield,
opgesloten of geïnterneerd werden, zijn
de volgende
Engeland.
Pantserkruisers: „Hogue", „Cressy",
„Aboukir", „Good Hope", „Moumouth".
Kleine kruisers: „Hawke", „Amphion",
„Pathfinder", „Pegasus", „Hermes".
Kannonneerboot„Spoedy".
Onderzeebooten „A E 1", „E 3", „D 5".
Dit lijstje is vergroot met de kleine
Engelsciie torpedoboot „Niger".
D u i t s c li 1 a n d.
Pantserkruiser„Yorck".
Kleine kruisers: „Magdeburg", „Köln",
„Mainz", „Ariadne", „Emden", „Königs-
berg", „Hela".
Kannonneerbooten: „Mówe", „Hedwig",
„Tsingtau", „Vaterland", „Geier".
Torpedojagers: „V187", „S126", „S90",
„SU5", „S117", „S118", „S119".
Onderzeebooten: „U15".
De overwinnaar der Serviërs gedecoreerd.
De opperbevelhebber van het Oosten
rijksche leger, aartshertog Friedrioh, heeft
aan den hoofdcommandant der Balkan-
troepen, Potiorek, een telegram gezonden,
waarin wordt medegedeeld, dat hem het
kruis le klasse voor militaire verdiensten
is toegekend. Do aartshertog zegt vierder
in het telegram, dat deze onderscheiding
niet alleen de hoogste erkenning bete©-
kent van zijn buitengewone verdiensten,
maar ook een teefoen is van de tevreden
heid van den oppersten legeraanvoerder
met de prestaties der dappere troepen
op het zuidelijk oorlogstooneel. Hij
wenscht hem hartelijk geluk en verzocht
hem ook de Balkantroepen zijn harte
lijke gelukwenscben over te brengen.
Een vlucht uit Brussel.
Men schrijft uit Maastiicht aan bet N.
v. d. Dog:
Hoe moeilijk bet is voor de leden van
van de burgerwacht te Brussel om over
de grenzen des rijks te geraken en welke
listen daartoe soms te haat genomen wor-
den, is bewezen door twee Brusselsche
advocaten, die den weg van daar naar
Maastricht geheel te voet hebben afgelegd.
Ze waren gekleed als. hoeren met blauwe
kielen aan, petten op, klompen aan de
voeten, een mand met kool bij zich en
elk voorzien van een schop. In een witte
kool, die ze uitgehold hadden, bewaar
den ze hun papieren ein wat z-e aan geld
hij zich hadden. Telkens als een patrouille
kwam gingen zie aan don kant van den
weg in bet land en d,eden af ze aan
het spitten waren. Nu eens slapende onder
den blooten hemel, dan weer eens hij
een boer, hebben ze langs allerlei kronkel
paadjes, zonder .voorzien te zijn geweest
van een pas, de Nederlandsche grens we
ten te bereiken en zijn thans veilig.
Chilisalpeter.
Door do land- en tuinbouwers in de
provincie Zeeland worden elk jaar groote
hoeveelheden stikstofmeststoffen gebruikt.
De oorlog is oorzaak, dat de aanvoel*
van de voornaamste dezer meststoffen, n.l.
de chilisalpeter, voel te wenschen over
laat. Hierdoor worden een groot tekort
en hooge prijzen voor dezen meststof in
a.s. voorjaar zeer waarschijnlijk. Daarom
wordt, in navolging van de Noordelijke
Provincies, getracht, ook voor Zeeland,
één of moer schepen mot Chilisalpeter
gemeenschappelijk aan te koopen. De prijs
zal komen op f 12 a f 12.50 per 100 K.Cr.
in Zeeland. De betaling moet tegen de
levering in het a.s. voorjaar geschieden.
De opgaven voor deelname in dezen ge-
meenschappolijken aankoop zijn bindend.
Ze moeten vóór 25 Nov. geschieden en
worden voor Walcheren verzameld door de
commissies die in iedere gemeente zijn
opmerkzaamheid. Eindelijk was alles in
orde; de koffers gepakt; de zaken voor
den duur harer afwezigheid geordend,
en de dienstbode tot bewaking des huizes
aangesteld. Op Maandag voor het feest
van Hemelvaart begaven zich moeder en
dochter op reis.
Het. was op zich zelf beschouwd wel
wat gewaagd, dat de jonge vrouw zich
zoo alleen, zonder mannelijke begeleiding,
op weg begaf. Doch Bertha's vastberaden
karakter liet geene groote bezorgdheden
in haar opkomen, te moer daar zij' door
bemiddeling van oen haar bekend koop
man aan eeno Romeinsehe familie was
aanbevolen, bij1 wio zij do liefderijkste
opname konde verwachten. Mijnheer Mes-
sandro Monaldi was in zijne jeugd «enigen
tijd op een Italiaansch consulaat in Oosten
rijk geweest; later had hij eene Tiroolsche
gehuwd, en zich vervolgens in Rome
als koopman metterwoon gevestigd. Hij'
was een oprecht en praktisch katholiek,
en bovendien een ervaren man, zoodat
Bertha i n hem en zijne vrouw een ge-
wcnschten steun vindon moest.
De reis naar de Eeuwige Stad ging
zeer voorspoedig; Miinchen, Innsbrück,
Triest, werden spoedig gepasseerd, en
zonder er zich optelioudcn.
Haar eigen gevoel zeide haar, dat het
beter was, om eerst maar zoo spoedig
mogelijk het doel harer reis te bereiken.
ingesteld door het Bemiddelingsbureau
voor den Landbouw voor Walcheren. Op
gaven, die na 25 November worden ge
daan, kunnen 'niet meer in aanmerking
komen. Alle land- en tuinbouwers kunnen
aan dezen gemeenschappelijken aankoop
deelnemen. (Z.)
'8-Heer Arendskerke. Donderdagmorgen
werd het 6 jarig dochtertje van den spoor
wegwerker P. M. alhier overreden door
een vrachtkar van 's Heerenhoek. De
wielen gingen het kind over de beentjes,
waardoor deze ernstig gekneusd werden.
Nadat door Dr. van Iwaarden de eerste
geneeskundige hulp was verleend, is liet
kind per as naar de ouderlijke woning
overgebracht. (Z.)
Bij den vrachtrijder D. alhier, is
dezer dagen stroo en riet gestolen de
zaak is in handen der politie.
Kruiningen. De landbouwer L. Sinke
wilde gisteravond met een lantaarn hooi
van de schelf halen. De ladder van 20
sporten kantelde en Sinke kwam op 't
plaveisel terecht. Hij ligt thans te bed,
met kneuzingen en heeft veel pijn.
St. Maartensdijk. Woensdag werden van
hier 144 Belgische vluchtelingen, welke
voor Rijksrekening gevoed werden, per
motorboot overgebracht naar liet vluch
telingenkamp te Hontenisse. Voorloopig
blijven nu hier nog een 12 tal voor Rijks
rekening over, terwijl nog een 20 tal hier
blijven, welke deels uit eigen middelen
en deels door het verrichten van arbeid
in hun onderhoud voorzien. Allen, die
gisteren vertrokken, deden dat ongaarne
de huisvesting in het kamp lachte hen
niet aan, doch zij verkozen dit in elk
geval nog liever, dan naar België terug
te keeren. (Z.)
Maandag werd het zoontje van M.
Okkerse bij Zijpe-Bruinisse, 10 jaar oud,
met een mes en den arm gestoken. Dr.
de Kok verbond den arm en bemerkte
dat een spier afgesneden was. (Z.j
Begrafenis der slachtoffers van de mijnramp
te Westkapelle.
Woensdagmiddag zijn de lijken van don
torpedomakor-niajoor B. Nijssen en van
den milicien ordomianoe .1 Smits, Uvea
der slachtoffers van de droeve ramp te
Westkapelle met militaire oar naar het
station aldaar overgebracht, door de be
schikbare manschappen der beziet, iïig. De
kist van Nijssen was bedekt met drie
kransen, een van den commandant en de
officieren van H. M. „De Ruijter", oen
van de machinisten en van de onderoffi
cieren van dien bodem. Op de kist van
Smits lagen twee kransen, oen van de
officieren van het 39ste landweerbataljon,
eerste compagnie, gedetacheerd te West
kapelle on |een van de onderofficieren, kor
poraals en manschappen van datzelfde
bataljon. Te Middelburrg werd de tram
opgewacht door een piket van het 39ste
landweerbataljon, die de kisten naar het
spoorwegstation overbrachten, terwijl .al
daar nog een krans van het gohoele 39ste
landweerbataljon op de kist van Smits
werd gelegd.
Mei. den trein van 8 uur wer.l hot lijk
van Nijssen naar Rotterdam vervoerd
uitgeleide gedaan door hot piket. Donder
dagmorgen word dezelfde Lier bewezen aan
liet, stoffelijk overschot van. Smits, dat
naar Breda word vervoerd.
De begrafenis van de overige s'lcchtof
fers van de 'ramp had Donderdagmorgen te
elf uur te Wiostkapell:." plaats, in tegen
woordigheid van oen groot aantal autoritei
ten, familieleden. Vrienden van da over te
denen en een groot aantal belangstellenden
uit Westkapelle en omliggende andere
plaatsen van Walcheren. Van de autori
teiten noemen wij den vertegenwoordiger
van II. M. de Koningin, den ordonnanco
officier, de eerste luitenant der cavalerie
Quartos van Ufford, de kapitein ter zee
Van der Heggen Spies, vertegenwoordiger
van den Minister van Marine, den luite*
Bij de intrede in Italië wilde het toeval,
dat zij1 een bejaard heer, een vroege!
wapenbroeder van haren oom, kapitein
Portner geheeten, ontmoette. In dezen
hoer, die ook even als zij naar Rome
reisde, vond zij' een aangenomen reisge
noot en beschermer.
Zoo kwamen zij op Vrijdag na Hemel
vaart behouden in de Eeuwige Stad aan.
Portner zorgde voor eien wagen en reed
daarna met zijne beschermelingen naar
de „via della quattro Fontane", waar
mijnheer Monaldi woonde, terwijl hij zelf
eene woning op de „Piazza di spagna",
in do nabijheid betrok.
Eenigszïns bedremmeld betrad de jonge
■vrouw het vreemde huis, doch voelde zich
aanstonds gerustgesteld, toen de vrien
delijke huisheer haar met die beminne
lijke hartelijkheid tie gemoet trad, welke
den beschaafden Romein zoo eigen is,
vooral tegenover personen, die aan zijne
hoede zijn toevertrouwd.
„Kijk, kijk. daar hebben we nu. mevrouw
Brandt", riep hij, haax hartelijk do hand
schuddende; „ik verheug mij' zeer, dat
ge good en wel zijl. aangekomen. Ziedaar,
Elena, mevrouw Brandt, en hare dochter."
„Duizendmaal welkom, mevrouw en u,
lieve kleine," riep nu ook op hare beurt
mevrouw Monaldi, eene schoone, deftige
vrouw van circa 50 jaren, wier echt Ti
roolsche gemoedelijkheid en hartelijkheid,
nant-kolonel Kroesen, van den generalen
staf van het Indische leger, chef der leger
en marino-afdeeling1, en den gep. luit.-
kolonel Van Gogh, referendaris van
de afdeeling militair personeel, ver
tegenwoordigers van den Minister van
Oorlog, de kapitein ter zee Von Leschen
en den reserve-majoor van den generalen
staf Cremer, vertegenwoordigers van den
Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht.
Verder do vice-admiraal Becking Colen
brander uit, Hellevoetsluis, officieren van
de te Vlissingen gestationnieerde oorlog
schepen, hoofd- en andere officieren van
de op Walcheren liggende troepen.
Als eere-escorte waren aanwezig het
geheele 39stie landweerbataljon voor zoo
ver het op Walcheren aanwezig is en
de dienst het toeliet, een deputatie van
het 38ste bataljon, met het uit dat batal
jon gevormde muziekkorps en een afdee
ling van 100 man van de marine en een
deputatie van het loodswezen te Vlissin
gen en van de Marine te Hellevoetsluis.
Verder ook de Alg. Secr. v. d. Ver. „Onze
Vloot" jhr. van der Wijck.
Wiji merkten verder op tal van burger
autoriteiten onder andere bet gemeente
bestuur van Westkapelle en vertegen
woordigers van den polder Walcheren,
n.l. voorzitter, ingenieur en den Raad van
de Noordwatering, den heer P. Dumon Tak.
Van verschillend© militaire en andere
gebouwen woei de driekleur halfsloks. De
stoet werd opgesteld bij het lijkenhuis
aan den Zeedijk en achter hel muziekkorps
volgde liet vuurpeloton van 50 man on
der luitenant de Vries. De kisten waren
gedekt mei de Ned. kleuren en niet talloozé
kransen. Bij de woning van den burge
meester werd het lijk van den kapitein
in den stoet geplaatst en bij de ouderlijke
woning, dat van den opzichter Elsacker.
Bij de begraafplaats loste het vuurpeloton
het salvo. Er waren 4 graven gemaakt.
In het eerste werd het lijk van dan ka
pitein neergelaten, in het tweede de last
met overblijfselen van do heide marine
officieren en de heide schepelingen, in
liet derde dat van Elsacker en in het
vierde dat van den arbeider Koels©. Dit
geschiedde onder de tonen van een treur-
marsch, nadat liet peloton nogmaals oon
salvo had afgeschut *n, nam do vertegen
woordiger van den minister van marine
het woord, om namens dezen de over
leden leden van de marine tc herdenken.
Vervolgens sprak de vice-admiraal en her
dacht in het bijzonder luitenant Bruins-
ina, die met de leiding van hot niijnen-
opruimen belast was. De burgemeester van
Westkapelle J. D. Virulv betuigde namens
den commissaris der Koningin, die door
ambtsbezigheden verhinderd was, diens
deelneming aim do verschillende familie
leden en als burger herdacht hij de beide
overleden Westkapolloiiaars, terwijl hij als
vriend onzen kapitein Okhnijzon her
dacht. De territoriale commandant luite
nant kolonel Brocx, bracht ook zijnerzijds
een laats ten groot aan do overleden slacht
offers. De commandant van Hr. Als. „de
Ruijter" do heer Marentz Bentz van den
Berg schetste de groote ontsteltenis die
zich in het bijzonder van do marine te
Vlissingen meester maakte bij hot verne
men van de ontzettende ramp. De majoor
van hot 39ste landweer bataljon do hoer
Muskoijn sprak als onmiddellijke chef van
kapitein Okhuijzen, dien hij schotste als
een trouw kameraad mot een hart van
goud. De schoonvader van kapitein Ok
hnijzon dankte namens zijn bedroefde
dochter, en de vice-admiraal namens de
familieleden van de leden van de Marine
allen, inzonderheid de vertegenwoordigers
van do Koningin, den minister en don
opperbevelhebber voor hun tegenwoordig
heid en belangstelling.
Nog sprak de predikant van do Ned.
Ilerv. Kerk, ds. \V. Reus, dio de hoop
uitsprak dat God geve, dat de grooto
droefheid niet overga in bitterheid, en
dat Hij do kracht geve om het leed té
dragen.
De heer Dekker, chef van den heer
Elsacker, sprak enkele woorden, gewijd
aan de nagedachtenis van dezen jonge
man, waarop een broeder van Elsacker
door de fijne vormen, die zij zich in Rome
had eigen gemaakt, nog vermeerderd en
veredeld waren. „Gij zijt ons door onze
Frankforter bekenden zoo zeer aanbevo
len, dat ik zeer verlangde, u te zien en
en in ons huis te verwelkomen. En dit
dit is uwe dochter; och wat een lief kind,
dal zal eene vreugde voor onze Bianca
zijn." Ook Bianca, eene allerliefste krul-
lebol, kwam spoedig to voorschijn, en
weldra hadden de kleinen met elkaar ken
nis gemaakt. Nu ging het naar de ka
mers, welke de goede lieden op de derde
verdieping voor hunne gasten hadden in
orde gemaakt.
„Wel -een beetje hoog klimmen," zeide
vrouw Monaldi lachend, toen zij hoven
gekomen waren, „maar dat is hier in
onze Romeinsehe straten niet anders.
Lucht en licht zijn echter hoven heter
dan beneden, en ook hef uitzicht is hier
zeer schoon."
Nadat vrouw Monaldi en Bianca, die
volstrekt geen lust toonde, hare nieuwe
vriendin le verlaten weder naar beneden
waren gegaan, begon Bertha met het uit
pakken en zich om te kleeden. Toen
zij hiermede klaar was, zette zij zich bij
zich bij1 het geopende venster, om rustig
«enigen l.ij»l aan hare gedachten den vrijen
loop (e laten. De avond naderde reeds.
Onder op de straal beerschle hel woelig
ste leven. Wagens en rijtuigen in menigte
mede namens zijn bedroefde ouders dank
bracht aan de vertegenwoordigers van het
Polderbestuur en de collega's voor hun
tegenwoordigheid
De laatste1 spreker was luitenant Van
Damme, de waarnemende compagnies
commandant te- Westkapelle, die namens
de compagnie afscheid nam van den chef,
dien inen heeft loeren kennen als een
voorbeeld van humaniteit en plichtsbe
trachting.
Vervolgens werden de vele kransen op
do graven neergelegd en verlieten allen
diep onder den indruk der plechtigheid de
begraafplaats. (Z.)
(Zie verder Eerste Blad.)
Ook een belastingplan. Een
burgemeester schrijft aan „De Tijd":
Meer dan ooit is het thans de geschikte
tijd tot het invoeren oen-er belasting op
het verleenien van meer dan één voor
naam.
Twee voornamen zouden belast kunnen
worden met 10, drie met 100, vier met
1000, vijf met 10.000, zes m-et 100.000
en zgven met 1.000.000 gulden.
Laat aannemen, dat men 100.000 kin
deren twee, 10.000 drie, 1000 vi-eï, 100
vijf, 10 zes en 1 zeven voornamen geeft,
dat zou een jaarlijksche opbrengst wor
den van zes millioen gulden.
Bij de geboorteaangifte moet hel bedrag
betaald worden in handen van den amb
tenaar van den Burgerlijken Stand, hij
wiem om de maand door een Rijksamb
tenaar na controle der registers kan wor
den geïnd.
Hoe men in den jar© 1911 v'an
Roosendaal naar Antwerp e n
reist. Men schrijft ons: Na van 2 uur
at op het station te Roosendaal in een
■lange rij gestaan Le hebben gelukte het
mij om ©enige minuten voor drieën een
kaartje le bemachtigen voor den trom
naar Antwerpen. Precies 3 uur vertrok
de trein, die uit 25 wagens, bestond.
Prachtig ging hel tot l'Isschen. Getrokken
door e n Hoilandsche locomotief, maakten
de 1(100 vluchtelingen het zich zoo ge
makkelijk mogelijk in den neutralen trein.
Maai* jawel, 'in Essclr -n waai* van locomo
tief werd verwisseld b gun hel lijden, met
hel controleeren der passen door do Duit
sche soldaten. Een dikke Beier, mei zijn
onafscheidelijke lange pijp in don mond,
stapte bedaard langs den trein. Altoian
het controteenen duurd© ruim anderhalf
uur. Vol verlangen keek ieder uit zijn
raampje der coupé in afwachting of de-
trein zou vertrekken.
Het bleek echter, dat van vertrekken nog
geen sprake was.
De locomotief was er wel, maar hot wa
ter voor de stoomketel ont'irak. Dei Belgen
hebban het na de bekende dienstweige
ring ook aan de- D-uitsch tieinheamhtan
onmogelijk gemaakt water te pompen, door
de clec-lrische pomp to-l'ecl te maken. Het
begon al aardig donker te- worden, 't Was
6 uur. 't Voorstel van oon der reizigers
om ©enige jonge mannen te laten helpen
met emmers water te halen, werd door
de D-uilschers dankbaar aanvaard
W-eer oen nieuw bezwaar. Er waren
geen emmers te vinden. Die ©enige em
mers op 'tstation waren lek. Behalve dat
bezwaar zou het toch niet mogelijk zijn
geweest water te halen, want li:*', was oen
halsbrekend werk om zonder licht alls
rails over te steken. Mot losde oogsn
zagen we onze Hoilandsche locomotief ver
trekken
Intusschen was het 7 uur geworden.
Licht was er noch in den trein, noch
op hel. station. Het begon wanhopig (e
worden. Do tneinbeambten werden be
stormd mol vragen, wanneer do t ©In ver
trekken zou, of er geen eten of drinken
te krijgen was, of tenminste verlichting.
Het ©enige antwoord dat or uil de beamb
ten te krijgen was luidde: „Gle-ich kommt
ein machine von Merxem und dann faien
wir bald ah." Wachten dus op de lo
comotief 8 uur. Nog steeds goen lich-
reden voorbij', om de deftig gekleed© Ro
meinen naar het park van Pincio- te bren
gen; talrijke voetgangers gingen eveneens
daarheen. Een verward geFuisch drong
van uit de stad in hare ooren. Met be
wondering rustten hare blikken op den
majestueus-en koepel van den St. Pi-eter,
die zich daar vóór haar zoo trotsch ten
hom-el verhief.
Die aanblik bracht haar in een vroo-
lijkc stemming. Zij voelde zich ook ge
heel t huis in de Eeuwige Stad, waar zij
zoo hartelijk en vriendelijk was opge
nomen. Niets toch is hij de aankomst
in cei v.ec.mde plaats aangenamer dan
door ©en vriendelijk lachend gezicht te
worden ontvangen. Zij1 dacht aan de- verro
geboorteplaats, aan het graf van den goe
den oom, aan hare getrouwe vriendin,
en begon stil bijl zich zelve te bidden.
Daar wordt aan de kamerdeur geklopt
cn de Tiroolsche trad binnen, om haar
tol. het avondeten te noodigsn.
„Dat is schoon, niet. waar?" vroeg de
goede vrouw, toen zij Bertha dus pein
zend aan het venster zag zitten. „.Ta.
ja, zoo'n aanblik over de stad hij avond
is heerlijk, bijna zoo prachtig, als do
aanblik onzer bergen."
Zij' gingen nu. samen naar beneden in
de vriendelijke e.n behagielijk© woonka
mer, waar ito huisheer reeds zijne gasten
wachtte.
tjes uit de 'richting Antwerpen. Eenigb
moedige mannen hebben kans gezien om
kaarsen uil bet dorp te haten.
Een spookachtig gezicht, die zwakke
lichtjes, waar nu en dan do schaduw
van «en menscli over heen z'wfoeft.
Half negen.
Nog steeds gieen redding. Kinderen hui-
ton om brood. Vrouwen roepen om melk
voor de kleinen. Mannen tasten in het
duister, loopen heen en weer en vragen
wennee-i* eindelijk die locomotief komt
Half elf. Er komt redding..
Uit de richting van Holland komt de
locomotief, die ons gebracht heeft, ons
woei* halen.
Eenige reizigers waren langs de lijn
naar Roosendaal g,'loopen e-n hadden daar
de geschiedenis verleid. Om elf uur waren
we weer terug in Roosendaal en daar
werd de nacht in de coupé's doorgebracht.
Melk cn koffie-, alles stond klaar.
Vandaag probeeren we het wcer.
Als spion gepakt. De heer J. G.
Both uit Rotterdam van de bekende
darnesconfeetiewinkel aldaar is dezer da
gen, op reis naar Berlijn zijnde, in
Duitscliland als spion opgepakt en heeft
een mensch onwaardige behandeling moe
ten ondergaan, tot hij ten slotte na drie
dagen werd vrijgelaten. Behalve klachten
bij de bevoegde autoriteiten is door de
Ver. van patroons in het dameskleeding-
bedrijf ook bij de Duitsche zustervereeni-
ging en bij de fabrikanten persoonlijk
geprotesteerd.
O o r 1 o g s o n z i n. De (redactie van het
„Rott. Nwsbl." mocht het volgende schrij
ven ontvangen van een Duitsclier.
„Aan het Rotterdamsch Kaasblad „Rot-
terdamsch Nieuwsblad".
Als gij, ellendige luizebos, van redac
teur niet onmiddellijk ophoudt, de Duit-
schers in de -oog-e-n uwer landslieden to
hlameeren, dan is uw laatste uune gesla
gen. Denk aan don redacteur van het
Fransehe blaadje, die door een vrouw
naar den apenhcmel geholpen is, liet gaat
je precies eender.
Ik riskeer mijn leven aan jou.
Eiken dag lees ik je teu-genhlaadje, en
als ik zie( dat je niet van zienswijze
verandert, dan moet je kapot. Wil je me
van repliek dienen, doe het dan onmid
dellijk onder het Motto „Moff".
Straatjongen s. De „Croix" vertelt
hoe de Brusselsche straatjeugd met de
Duitse hers een loopje neemt. Om de pin
helmen te imiteeren maken ze een gal.
in hun hoed of pet en steken er
een wortel door.
Teen de Duitsch-ers nabij- he-1 patois van
justitie twee kanonnen hadden opgesteld,
de vuurmonden dreigend gericht naar het
bekende kwartier der Marotten, toen heb-
Jben ide kwajongens uit die buurt, als
tegenprestatie in de dakgoten oen me
nigte groote en kleine kachelpijpen ge
plaatst van allerlei kaliber,- gekeerd naai
de kanonnen. De D-uitschors hébben dal:
w-el begrepen, zij- waren woedend over
die grap, maar zeiden niets.
Dan neg' hebben de troepen te Brussel
alle Belgische paarden in tie stad gere-
quireerd, tot de armzaligste heesten toe,
om hun geleden verliezen aan te vullen.
Do straatjongens van lm.n kant hebben
toen alle mogelijke en onmogelijke soor
ten houten paarden, hobbelpaarden en
paarden op wieltjes waar v'an ver
schillend met minder dan' vier poolen
ten getale van 500 stuks bijeenverzameld
en mot dezen sloot van prachtbeesten mar
cheerden ze- achter de Pruisische garde
aan
Ton slotte, zoo vterle-It het Fransehe
blad, houden do straatjongens van tijd
lol tijd parade en m.archoeren dan met
groot voetgehaarzonder nochtans
vooruit le konten. Dat noemen de- hen
g-els d li marsch naa,r Parijsi
Do Duitsch-ers zien h-el heel geel, doch
z© zeggen ni-e-ts. Maar de burgerij- heeft
er schik in.
Na. het eenvoudig avondmaal zaten de
ouders nog geruimen tijd te zamen, naar
hartelust keuvelend over Duitscliland,
Italië, den paus en het concilie; terwijl
de beide kinderen hunne taalstudiën, die
zij- hoven reeds begonnen waren, met
onverdroten ijver voortzetten.
Het was reeds laat, toen de jonge
vrouw met Johanna weder hare kamer
betrad, om zich ter ruste te leggen. Of
schoon lichamelijk vermoeid, voelde zij
toch in haax gemoed frisch en behagelij'k;
de hartelijkheid van het goede echtpaar
had haar aangenaam aangedaan; maar
wanneer zij de gelukkige verhouding van
deze twee echtgenooten met die verge
leek, welke tusschen haar en Brandt be
staan had, beklemde een gevoel van
weemoed hare borst.
Den volgdenden morgen ontwaakte zij
reeds vroeg. Nadat zij zich en Johanna
snel aangekleed had, opende zij hot ven
ster, om de frissche, zuivere morgenlucht
in hot slaapvertrek te laten stroonran.
Iets later ging zij naar beneden, om Cc
hcoren, waar zijl de H. Mis kon bijwonen.
Doch alles was, naar Romeinsch gebruik,
doodstil. Zacht keerde zij terug in hare
kamer, om het ontwaken der huislieden
af te wachten. Plotseling echter komt zij-
op do gedachte om het vroege uur tot
een eenzame morgenwandeling te beste
den. (Wordt vervolgd.)