De Groote i No. 186. UIT DE PERS. KERKNIEUWS. Ingezonden Stukken. Wetenschap en Kunst Gemengd Nieuws. Een bekeering in het hospitaal. Jules Laperoussaz, soldaat van het der tigste regiment infanterie, leerling van het groot seminarie van Lyon, is op 27 September in den grooten slag door een granaatscherf in de rechterdij gewond. Naar het hospitaal Boucicaut te Parijs vervoerd, is hij aldaar overleden. De „Semaine religieuse de Lyon" pu bliceert zijn bewonderenswaardige brief jes, die hij aan zijne familie zond. Toen men hem er van sprak het been af te zetten, antwoordde hij „Zooals de goede God wil. Zijn II. Wil geschiede." De ontsteking was echter reeds te ver ge vorderdde operatie nutteloos. In den nacht van Zaterdag op den Zondag, het feest van den II, Rozenkrans, verhaalt de aalmoezenier van het hospi taal, moest ik hem de II.II. Sacramenten der Stervenden toedienen. Den volgenden dag, toen hij wat beter was, sprak ik met hem en ik kon de schoonheid van deze ziel en de edelmoedigheid van zijn hart bewonderen, In zijn ijlen sprak hij over den II. Geest, Dien hij bij zijn Diaconaat ontvangen hadover de hulp der II. Maagd, Die hij voor Frankrijk smeekte; over den Christus Wiens pries ter hij had willen zijn en Wien hij deze eer ten offer bracht voor het geluk van het vaderland. Dit was zoo ontroerend, dat een zijner buren, de eenige van de zaal, die zijne plichten niet wilde ver vullen en die zich vrijdenker en vrijmet selaar noemde, mij in liet openbaar om de laatste II.H. Sacramenten vroeg en twee uren later stierf. (Maasbode). Van het Oostelijk front. WEENEN, 11 Nov. Uit het groote hoofd kwartier: De krijgsverrichtingen op h©H Noord oostelijke oorlogsterrein ontwikkelen zich volgens ons plan, dat door den vijand niet is yerstoord. In het door ons vrijwillig ontruimde ge bied van Midden-Galicië zijn de Russen den benedenloop van de Wisloka overge trokken en hebben Rzeszow en de streek van Lisko aan de San bezet. Przemysl is weer ingesloten." In liet dal van de Stryj heeft een vijan delijke troep voor het vuur van een ge- pantserden trein en vooa.' een onverwacli- ten ruiterijaanval onder groote verliezen moeten vluchten. Een nul te veel. Dc Oostenrijksch-IIongaarsclie legatie deelt mede, dat een officieel telegram uit Weenen bij vergissing het getal gevan gen genomen Serviërs stelde op 15000, terwijl 't volgens nadere juiste berichten 1500 moet wezen. Het verlies van de „Emden." De „Deutsche Tageszeiting" meentDe naam der „Emden" zal men niet vergeten. We behoeven wel niet te zeggen dat de „Emden" zich met alle kracht zal hebben geweerd en ze is ten slotte brandend door de bemanning op strand gezet. Vol gens de berichten der Engelschen zijn hun verliezen zeer groot. liet verlies is gevoelig, niet zoozeer om de waarde van het schip als wel vooral daarom, wijl de oorlog tegen den Engelschen handel in de Indische wate ren nu niet meer kan voortgezet worden, mrar de naam „Emden" zal noch door ons noch door onze vijanden vergeten worden. „Licht beschadigd Een Engelschman die getuige is geweest van den aanslag in October op de lucht- schiploods te Dusseldorf, deelt aan de „Times" mede, dat de in de loods lig gende Zeppelin geheel vernield is en dat 4 officieren gedood en verscheidene ge wond zijn door de ontploffing van het gas. Het bericht in de Duitsclie bladen over dezen bomaanslag luidde toen de loods werd licht beschadigd. weg te vervolgen. Gijl zult. na mijnen dood alleen staan, alleen in de bloeiende jaren uws levens te midden eener diep- bedorven wereld. Het vermogen, dat ik u nalaat, zal ik er toe bijdragen, om de gevaren te vermeerderen. Blijf (lus zoo, als gij nul zijt, vroom en goed, en tracht steeds nog beter te worden. Geef terug getrokken van de wereld, en beschouw de opvoeding van Johanna als uwe levens taak. Engelrein en goed staat zij nu voor ubewaar haar zoo, en bewaar haar voor al voor het lot, dat u trof. Gij verstaat mij immers, niet waar?" „Ja," fluisterde zij met eene door tranen verstikte stem. „Hebt gijl ook het afschrift van mijn testament gelezen?" Bertha schudde nog heviger weeniende het hoofd „Welnu ik heb u daarin zoo alge meen erfgename gemaakt, dat het ver mogen aan uw kind blijft, en uw echtge noot, zoo hij nog ooit tot u terugkeert, wat echter de goede God, zoo dit tol schade van uwe ziel zijln zoude, moge verhoeden, het nooit kan verkwisten. Zoo lang gij, leeft, geniet gij de rente ervan, en na uwen dood behoort het Johanna. En nu, mijne beste Bertha, zeg_ ik u innig dank voor uwe mij bewezene liefde en wees verzekerd, dat ik, wanneer Gorl Een aangrijpend tooneel. In de vestibule van een groot spoor wegstation, te Parijs, waren een aantal gewonden op stroo neergelegd, in afwach ting van hunne opname in het hospitaal. Een hunner scheen in hoogst ernstigen toestand te verkeeren. Een liefdezuster ging naar hem toe en bood aan, zijn verband te hernieuwen. Het antwoord was: „Ik ga sterven en verlang naar een biechtvader." Dit hooronde trok een ander soldaat, doodelijk gewond, do zuster aan de mouw. .Zuster", zeide hij, „ik ben priester, ik kan de absolutie geven. Wees zoo goed en breng mij naar hem toe." De zuster aarzelde. De priester was vreeslijk gewond door een granaatscherf en de minste beweging voroorzaakte hem ondragelijke pijnen. Maar weer liet de zwakke stem van den gewonde zich hoo- ren „U is ook katholiek en u kent de waarde van een ziel. Wat beteekent daarbij een uur langer leven En de soldaat priester richtte zich met de uiter ste krachtsinspanning op, om naar zijn strijdmakker te gaan. Maar de poging was vruchteloos. Hij moest gedragen worden. De biecht was gauw gehoord en de de krachten van den priester soldaat namen snel af. Op het oogenblik der absolutie wenkte hij de liefdezuster. „Ondersteun mijn arm en help mij het kruisteeken maken," zeide hij. De zuster ondersteunde zijn arm en teekende het kruis over zijn penitent spoedig volgde de dood voor den priester soldaat en zijn biechteling. Zij stierven hand in hand, terwijl de pleegzuster en de hospitaalsoldaten diep ontroerd ron dom hun sterfbed op de knieën vielen. Ons brood. „Het Katli. Volk" schrijft: De tijd, waarin wij leven, is in vele opzichten leerzaam. Leerzaam met betrekking tot de voe ding van ons volk. Heeft men wel ooit zoo goed gegeten als in onze dagen, nu de Regeering de taak van meelleverancier op zich genomen heeft? Hoe dit te verklaren is? Wel zeer eenvoudig. Vroeger werd er op schandelijke wijze geknoeid met voe dingsartikelen, ook met het meel. Van een ambtenaar der belastingen vernamen wij eens, dat er lieele wagons china clay een soort aarde voorbij liet station Roozendaal kwamen, bestemd voor onze meelfabrieken Er was dus meelvervalscliing op groote schaal. Geen wonder, dat er geklaagd werd over slecht brood. En dergelijke vervalschingen hadden ook plaats met andere voedii gsmiddelen Herhaaldelijk werd hierop de aandacht gevestigd. Thans is liet duidelijker dan ooit, dat allernoodzakelijkst is een strengere wet op de keuring van levensmiddelen, een wet die ons overal brengt een goed in- gerichten keuringsdienst. De duizenden, daaraan uit te geven, wegen niet op tegen de millioenen, welke er mee verdiend worden, nog gezwegen van de schatten aan volksgezondheid, die op deze wijze te beschermen zijn tegen gewetenlooze vervalschers. Hoe de H. Vader leeft. Naar wij vernemen heeft Z. H. Paus Benedictus XV in liet Vaticaan dezelfde vertrekken op de derde verdieping in gebruik genomen, welke Z. H. Paus Pius X z.g. bewoonde. De buitendeur, die naar de Loggia voert, blijft gesloten, de toegang binnen leidt over een ijzeren wenteltrap, beginnende bij de tweede verdieping achter de ontvangkamers. De particuliere vertrekken bestaan uit vier eenvoudig-deftig gemeubileerde kamers: een voorkamer, de ontvangzaal, de eet mij vroeg of laat tol Zijne zalige aan schouwing zal toelaten, u hij Zijnen troon, waar ik uwei goede ouders hoop weer te vinden, niet zal vergelen. Gij echter, en ook bijzonder tie kleine engel, dien gij nu weder mo-et ophalen, bidt recht veel voor mij, opdat ik spoedig in den hemel moge komen." De grijsaard liail dit alles met de groot ste kalmte gesprokten, als gold lie! niet zij'n eigen dood, maar den dood van leen vreemde. Toen Johanna weder in de zie kenkamer trad, zweefde een zalige glim lach over zijn schoon gelaat. „O, g'ijl liev© engel, kom hier," sprak hij, het kind ï,ot zich trekkende. „Gij blijft zeker goed en vroom, en aan uwe moeder onderdanig. Hoe verheug ik mij, u nog aan de tafel des Ileeren gezien te hebben. O, bewaar steeds getrouw deze genade, en verlies nooit, bet II. gewaad der onschuld, dat gij in den doop hebt ontvangen." Zoo sprak hij, nog ©enigen tijd met liet kind, gelijk een teedene vader, en legde het herhaaldelijk zegenend de hand op 't. hoofd. Maar langzamerhand viel hem liet spreken moeilijker, hij zonk achter over in de kussens, hlikte nog eenige seconden zwijgend, dan op Bertha, dan op Johanna, en sloot vervolgens, in teen lichten sluimer eerakeu.d, de oogen zaal en de slaapkamer. De gelieele overige reeks vertrekken, welke daarbij aanslui ten, is voorloopig onbewoond; vermoe delijk worden verscheidene dezer kamers ingericht tot woning voor den dienst- doenden geheim kamerheer, Mgr. Migone. De H. Vader staat zeer vroeg opdes zomers en des winters om 5 uur. Dan kleedt Z. II. zich, geholpen door zijn kamerdienaar Mariano Pagiano. Deze dient reeds lang zijn meester getrouw, en al vanaf den tijd, dat Mgr. Delia Cliiesa substituut Staatssecretaris was. De tot nu toe gebruikelijke kleeding der kamerdienaars, een lange violette toog met roode mouwopslagen, is door Paus Benedictus XV afgeschaft; Mariano be dient in zwarten rok met witte passe menten, en voor de Scopini Segreti, die de mindere diensten in de pauselijke vertrekken verrichten, is in plaats der soutane de uniform van lakei ingevoerd. Precies om zes uur begeeft de Heilige Vader zich naar zijn particuliere kapel op de tweede verdieping, waar Z. H. met assistentie van een der leden van de hofhouding, Mgr. Bianchi of Mgr. Gianni, het II. Misoffer opdraagt Ge woonlijk is er dan een of ander familie lid of eon bevoorrechte persoon tegen woordig, om uit de hand van Christus' Stedehouder de H. Communie te ontvan gen. Nadat de Paus nog een H. Mis van dankzegging heeft bijgewoond, gebruikt hij liet ontbijt en brengt daarna eenigen tijd in breviergebed door. Om even" na achten zit hij reeds in den leuningstoel van zijn privaat-boekerij, om de gewich tigste der ingekomen correspondenties zelf te lezen. Het is hetzelfde vertrek op de tweede verdieping, waarin Paus Pius X zijn bijzondere audiënties gaf. Om 9 uur laat de kardinaal-staatsse cretaris zicli hier aandienen. Nadat deze zijn mededeelingen heeft gedaan, welke meestal een uur in beslag nemen, begin nen de particuliere audiënties. Paus Benedictus XV beeft, op voorbeeld van Paus Leo XIII, do anticamera weer laten inrichten d. w. z. in de drie voorzalen, welke naar de eigenlijke ontvangkamers voeren, houden de pauselijke gendarmen wacht: een piket Palatijnsche garden onder bevel van een ofiicier en een piket edelwacliten voor den eeredienst. De volgende geestelijke kamerlieeren, die liet grootste vertrouwen des Pausen genieten, heeft Z. H. in hun ambt be vestigd: Mgr. Caccia-Dominion!, schenker, en Mgr. graaf Arborio Mella di St. Elia, gezantschapssecretaris. Voorts benoemde hijMgr. Migone, met w en hij reeds vroeg vriendschapsbetrekkingen onder hield en die hem als secretaris naar Bologna vergezelde, en Mgr. Rudolf Ger- lacb, uit Beieren, kleederen-bewaarder, met wien de Paus ongeveer veertien jaar geleden op de adellijke priesteracademie kennis maakte. Na de particuliere audiënties leidt de Maestro di Camera, Mgr. de Zamper, den II. Vader door de reeks pronkkamers, waar religieuzen met haar leerlingen, geestelijken nrct huneerste-communican ten of vormelingendeputaties uit liet aartsdiocees Genua of Bologna enz. zijn zegen afwachten. Van buitenlandscli of pelgrimsbezoek is in dezen oorlogstijd geen sprake Tegen half twee gebruikt Z. H. liet middagmaal en naar liet voorbeeld van Paus Leo XIII geheel alleen, waarbij zijn kamerdienaar hem bedient. Dit is de eenige tijd, welke den Paus overblijft, om zich met zijn broeder, den admiraal, of met een ander familielid te onderhou den. Alle andere uren van den dag zijn bezet. Na het middagmaal trekt de Paus zich terug voor het gebed, en tegen 3 uur maakt hij, wanneer het weer het toelaat, een rijtoer in den tuin van het Vaticaan. Om vier uur beginnen wederom de be zoeken, die soms tot 9 uur 's avonds voortduren. Eerst na het avondeten vindt de Paus tijd, aan zijn eigen aangelegen heden te denken Te middernacht staakt Z. H. den arbeid, om zich ter ruste te leggen Daar hij gewoon is alles zelf te doen, heeft hij terstond na zijn verkiezing dicht. Met pnhcschrij'felijkten angst sloe gen beiden zijne gelaatstrekken gade; zij vreesden elk oogenblik zijn dood. Doch hoL gevoelen van den arts bleek gegrond te zijn, zijn ademhaling werd teerst na 5 uur 's avonds langzaam en onregel- matig. Nog eenmaal sloeg hij de oogen op, en keek om zich heen; zij waren reeds half gebroken. Ilij scheen iets te zoeken. Weenend hoog zich de jonge vrouw over hem heen en fluisterde: „Hier ben ik, oom; wenscht gij iets?" Met een zacht hoofdknikken vatte hij hare hand. Benige seconden hield hij ze kalm en rustig vast; dein strekte hij- de andere uit 'naar de plaats waar Jo hanna was neergeknieldHet kind groep ze en drukte ze aan hare lippen. Nu vloog een laatste glimlach over zijn ge laat, nog eenmaal knikte hij hun toe, een lichte handdruk en dan neigde hij zijn hoofd zacht ter zijde hij was heengegaan. Door de diepste zielesmart verpletterd, zonken moeder en dochter bij het lijk ter aarde neder, en terwijl zij elkander vast omklemd bielden, vloeiden onophoudelijk hare tranen; twee wee zen aan het sterf bed eens teedeivn vaders. Wiji willen niet beproeven, de smart, te schilderen, welke in de dagten tot aan de begrafenis haars ooms, en bij1 eigenhandig de telegramformulieren in gevuld, waarbij hij zijn verheffing op den Stoel van Petrus aan de gekroonde hoofden modedeelde. Met het schrijven van autogrammen gaat hij evenwel spaar zamer om dan zijn voorganger. Den ka merlieeren is ten zeerste op het hart gedrukt er op te letten, dat niemand, die in audiëntie wordt ontvangen, onder zijn kleed of soutane een verzoekschrift oi' plaat verbergt, waarvoor hij naar de handteekening van den Paus solliciteert. (Tijd.) (Buiten verar.twoordelijkheid der Redactie.) Mijnheer de Redacteur! Hoe komt het toch, dat, niettegenstaan de den van regeeringswege vastge.stelden prijs, de tarwe in deze streken tegen 14 a 15 gulden de 100 K.G verkocht wordt? Dat dit niet in het geheim gebeurt, kan men zien in het marktbericht van Hulst van 9 November, waar de tarwe van 12.50 a 13,75 genoteerd staat. En dit niet omdat er gebrek aan voorraad is. Men hoort dat er honderden zakken in voor raad liggen, en niet alleen bij dc boeren. Dit moet o.a. met een handelaar het geval zijn, die ze voor niet minder dan 10 gulden de 100 K.G. zou willen ver- koopen. Hij zou ze wel naar Rotterdam brengen, doch vreest dat ze daar aange slagen zou worden. Wat zegt U wel van de prijzen dezer in voorraad zijnde tarwe, terwijl anders de prijs der a a n te voeren tarwe gewoenlijk 9, 10 a 11 gulden is. Dus mindere kosten, duur- di re prijzen. Als liet zoo blijft voortgaan zal er hongersnood ontstaan, niet onder de vluchtelingen, die krijgen niet onder de boeren, die hebbenmaar onder den burger- en werkmanstand, die ze zullen moeten koopen en geen centen zullen hebben. En dit terwijl er zooveel tarwe in voorraad is. Maar aan wien de schuld Ik wil er niet over oordeelen, maar denk dat het grootendeels daaraan ligt, dat vele burgemeesters zelf boeren zijn. Wie liet beter weet, zegge liet. EEN BURGER. Land van Hulst, 12 Nov. 1914. De Leuvensche boekerij. Mgr. Baudrillart, rector van liet „ln- stitut Catholique" te Parijs, zal met toestemming van Z.Em. kardinaal Mer- cier aan de bisschoppen, beschermers van het „Institut Catholique" vergunnig vragen om aan de Leuvensche biblio theek werken af te staan, door haar gewenscht, en waarvan het Institut twee exemplaren bezit, terwijl een comité van schrijvers en uitgevers zal worden georganiseerd, die er zich toe verbinden, minne voornaamste publicaties aan de Leuvensche bibliotheek af te staan. Nog beeft liet „Institut Catholique" evenals Cambridge, de gastvrijheid zijner zalen aangeboden aan de hoogleeraren van Leuven, die er hunne colleges zouden willen houden en die, bijgestaan door enkele Parijsclic professoren, ook jury's zouden kunnen vormen om graden toe te staan, namens de Leuvensche hooge- scliool. aan Belgische studenten. De Belgische minister van sclioone kunsten, Poullet, heeft zijn hartelijken dank be tuigd voor deze voorstellen. „Stimmen aus Maria-Laach." Het bekende tijdschrift der Duitsche Paters Jezuïeten, „Stimmen aus Maria Laach" zal van «leze maand af verschij nen onder den titel „Stimmen der Zeit- Katholische Monatssehrift für das Geis. tesleben der Gegenwart." dezen laalslen liefdedienst zelven, Bertra's hail had gebroken. De vriendelijke lozer, die uit het voorafgaande Weet, wat de oude heer voor zijne nicht was geweest, zich veel gemakkelijker zelf daarvan een recht begrijp maken. Doch ook juist in deze dagen toonde zich de kracht des geloofs, welke Bertha in de school des liftlens had vergaderd. Was hare smart ook eene gevoelige, had de onverbiddelijke dood haar ook een kostbaren schat ontroofd, zoo liet zijl zich toch niet ter neer drukken door smart om te treuren als zij, „die geene hoop heliben." Wij kunnen den lezer geen beteren blik in haar zielloestand geven, dan door hier den brief mede te 'deelen, waarin zij! daags na iden dood haars ooms, hare vriendin Amalia het droevig sterf geval berichten; hij luidde, als volgt: Beste Amalia t Met diep gewond hart haast ik mij', u eene gebeurtenis Ie berichten, die u wel is waar niet geheel onverwacht zal komen, maar u desniettemin even als mij kommer en droefheid zal berokkenen. Mijn goede oom is niet moer. Gisteren avond heeft de goede God hem tot zich genomen. Gij, voor wie steeds geheel mijn hart open lag, kunt beter, dan iemand anders begrijpen, wat er thans in mij Eigenaardige G o d s d i n s t o e- f e n i n g. Men schreef vorige week uit Belgischen Hoek aan de N. R. Ct. De godsdienstoefening in de Ned. Ilerv'. Kerk had hier Zondag een eigenaardig begin. Nadat eerst een der ouderlingen, wegens ©en onaangename bejegening van de zijde des predikanten de kerk had veriatien, word, toen men bezig was met den voorzang, de schoonmaakster van de kerk gewenkt, op den kansel te verschij nen, waar ze gewezen werd op bel stol', dat hier en daar lag'. Onthutst haastte ze zich, een stofdoek te- zoeken. Deze werd haar door den predikant uit de handen ge lukt, waarna dc herder tot verlrbazing' der kerkbezoekers preekstoel en jas begon af te stoffen. Daarop volgde het gebed. Vlaamsche h u m o r. Bij Antwerpen staat, 'n Duitsche schildwacht. Daar komt een man met een fiets aan. De schild wacht roept hem aan, doch de fietser rijdt door. Nu, wil de schildwacht hem achterna, doch het sjouwle-rsvolk, dat in de huurt is, doet alsof liet niel begrijpt wat er aa.il de hand is. De mtenschen dringen rond den schildwacht, om hem de vervulling van zijn plicht te bemoei lijken. „Wat is er toch?" roeipen ze. De schildwacht antwoordt iets van „oin Mann mit einem Rad." „Wat?" vragen de omstanders on- goioovig „Is jer pen rat?", en zo doen, alsof ze een rat op den grond gaan zoeken. „Der ist dahin gelaufen" roept de schildwacht. „O, is de rat wcggeloopen" en ze staken bet zoeken, want de fietser is er van door.(N. B. Ct.) Ook een vluchtelinge! Ze was nu al veertien dagen bij de oude me vrouw gelogeerd, een struische, ge zonde meid van een iets opvallend Bel gische type, vertelt de „Msb.". De oude mevrouw had baar aan het station ge troffen en vol deernis met het lot van haar, wier man in het Belgische leger voor zijn klein vaderland aan het strijden was en wier eigen huis en hof was platge brand geworden, had zij de vrouw in huis genomen. Deze scheen erg onder den indruk van den jammer in haar land, want ze bleef maar aldoor in huis en wilde van het gewoel der buitenwereld als het ware niets weten. Lang, zeer lang bracht ze 's morgens in haar slaapkamer door, het eten liet zij zich duchtig smaken, het een zoowel als het andere gevolg van de doorge stane vermoeienis en geleden ontbering, meende de goede oude mevrouw. Maar de anisetteflesch was opvallend gauw leeg den laatsten tijd, en de bier man bracht wel driemaal zooveel flesschen in de week als anders. Enfin, dat was zoo'n beetje Belgische gewoonte, excu seerde mevrouw zelf de logee met d'r grooten dorst. Maar van uitgaan wilde zij absoluut niet weten. Tot wandelen was zij vooreerst nog niet in staat, zoo moe ais zij zich nog gevoelde. Toch had me vrouw wel graag met haar de lucht eens in gewild. Nu was 'tdien dag voorjaarsachtig zacht, de lucht blauw als een Mariakleed, en het herfstzonnetje stoofde alles zoo heerlijk warm. Mevrouw redeneerde, dat de vluchte linge nu toch eens met haar eenklein wan delingetje kon maken. En de logee liet zich overhalen. Preutsch stapte ze naast 't oude rne- vrouwke voort, tot opeens in de volte van de Hoogstraat een koffiemeid van v. Nelle, met een lange boezelaar voor en een hooge dot haar op het hoofd, met van verbazing opengespalkte oogen voor liet drentelend tweetal kwam te staan, en met een pretstem de straat volgierde .Wel Marie, waar heb jij toch gezeten. Woon jij niet meer in den Vogelenzang?" omgaat, en wat ik in hem verloren lich ten tweeden male beo ik wees gewor den. Den vorigen Zondag was hij nog zoo blij, zon gelukkig over het sclioone feest, dat wiji vierdende eerste II. Communie van Johanna. Wijl het weer zeer schoon en warm was, deed hij den voorslag, des namiddags een roei toert je op den Main te maken. Bij de terugvaart echter waaide ons een scherpe wind tegen, welke hem een sterke verkoudheid berok kende, die needs gedurende den nacht in longontsteking ontaardde, en hem giste ren avond tegen 6 uur van onze zijde wegrukte. Toen Iiij) zijn grijs hoofd ten dood© neigde, scheien liet mij, alsof ik met hem moest sterven; ©en gevoel' van eindelooze verlatenheid greep mij aan; ik omhelsde als bewusteloos mijne Johanna, die wee nend naast mij, voor het lijk neerkniel de, alsof ik bijl het kind troost en be scherming wilde zoeken in de smart, die over mij losbrak. Gij, lieve. Amalia, koni mij', mijne zwakte, mijne armzalig heid, mijn wankelmoedigheid Gij weet hoezeer ik teen leider cn steun behoef, lot witen ik iru den storm der wisselvallige neigingen mijns harten met bewondering en vertrouwen kan opzien. (WorJt veiaolgd.) Abonnementsprijs p. Afzonderlijke numme Advertentiën worden half drie en Vrijdal De abonné's op dit blad directie uitgereikte polis daarvoor vastgestelde GRATIS verzekerd V Albertusdag. Gisteren, 15 November de Belgen Albertusdag, hun koning. De in ons land verti hebben dien niet ouopgen bijgaan, zooals uit de beric blijkt. Met minder praal- en f andere jaren maar niet en hartelijkheid zullen zi vorst hebben herdacht, d wonderenswaardigen mor digheid den eed gestam bij zijn troonsbestijging schendbaarheid en onafüa zijn rijk te handhaven ten Niemand zal het in striji met onze neutraliteitsplil Nederlanders, den vorst v| buren om zijn kloeke en v: ding het eeresaluut bren; dient. Trouwens zijn tej Duitscliers, erkennen vrij bele gedrag van koning i gemalin. Vorige week t<| „Lokalanzeiger" over de Dixmuiden „De Belgische soldatei ware doodsverachting in de velduniform van et kleed, stond midden in d achter de gevechtslijn wal sabeth bezig met het ori de eerste hulp der gewonl Moge het koning Albei| een volgend jaar zijn naai als weleer, d.w.z. als vors en welvarend volk, geniete gen des vredes. V Geheim. Op verzoek van eenigl Kamerleden zal de minist toelichting der plannen bestrijding der oorlogsll blijven, ofschoon miuiste bezwaar had tegen public Aldus berichten de blai Aangezien de bestrijdir lasten een openbare zaak bare behandeling geen schept voor de natie, terw betalers ten slotte degen I die de gevolgen dezer mii| van toelichting op hun aa len gevoelen, begrijpen w enkel op verlangen van leden een openbare zaak niet mag zien. Ja, maar het zijn „invl merledeu, die het verlaugl Dan zeggen wij: jamnn die Kamerleden hun invlo aanwenden en minister als een „sic volo sic jube zoo beveel ik) aanvaarden I De toestand. De sultan van Turkije kwaliteit van geestelijk o mobammedaanscbe wereli gericht tot alle aanhanger: feet, om den heiligen krijg Of aan dien oproep alor mansche wereld gevolg z geven De moordaanslag, die d den Turkschen minister gepleegd de minister b maar zijn woning werd vernield omdat deze be stond op een stuk papier, d van den aanslag achterlie Duitschtand heeft verkocht,; motief voor de bewering, deel der ontwikkelde Mohan ten Turkije, speciaal die in E geen gehoor zullen geven a van den Turkschen sultan spraak is van een z.g. „hel De bladen in Eugelsch-Ini voortdurend brieven van

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1914 | | pagina 6