De Groote
i
No. 186.
UIT DE PERS.
KERKNIEUWS.
Ingezonden Stukken.
Wetenschap en Kunst
Gemengd Nieuws.
Een bekeering in het hospitaal.
Jules Laperoussaz, soldaat van het der
tigste regiment infanterie, leerling van
het groot seminarie van Lyon, is op 27
September in den grooten slag door een
granaatscherf in de rechterdij gewond.
Naar het hospitaal Boucicaut te Parijs
vervoerd, is hij aldaar overleden.
De „Semaine religieuse de Lyon" pu
bliceert zijn bewonderenswaardige brief
jes, die hij aan zijne familie zond. Toen
men hem er van sprak het been af te
zetten, antwoordde hij „Zooals de goede
God wil. Zijn II. Wil geschiede." De
ontsteking was echter reeds te ver ge
vorderdde operatie nutteloos.
In den nacht van Zaterdag op den
Zondag, het feest van den II, Rozenkrans,
verhaalt de aalmoezenier van het hospi
taal, moest ik hem de II.II. Sacramenten
der Stervenden toedienen. Den volgenden
dag, toen hij wat beter was, sprak ik
met hem en ik kon de schoonheid van
deze ziel en de edelmoedigheid van zijn
hart bewonderen, In zijn ijlen sprak hij
over den II. Geest, Dien hij bij zijn
Diaconaat ontvangen hadover de hulp
der II. Maagd, Die hij voor Frankrijk
smeekte; over den Christus Wiens pries
ter hij had willen zijn en Wien hij deze
eer ten offer bracht voor het geluk van
het vaderland. Dit was zoo ontroerend,
dat een zijner buren, de eenige van de
zaal, die zijne plichten niet wilde ver
vullen en die zich vrijdenker en vrijmet
selaar noemde, mij in liet openbaar om
de laatste II.H. Sacramenten vroeg en
twee uren later stierf. (Maasbode).
Van het Oostelijk front.
WEENEN, 11 Nov. Uit het groote hoofd
kwartier:
De krijgsverrichtingen op h©H Noord
oostelijke oorlogsterrein ontwikkelen zich
volgens ons plan, dat door den vijand
niet is yerstoord.
In het door ons vrijwillig ontruimde ge
bied van Midden-Galicië zijn de Russen
den benedenloop van de Wisloka overge
trokken en hebben Rzeszow en de streek
van Lisko aan de San bezet.
Przemysl is weer ingesloten."
In liet dal van de Stryj heeft een vijan
delijke troep voor het vuur van een ge-
pantserden trein en vooa.' een onverwacli-
ten ruiterijaanval onder groote verliezen
moeten vluchten.
Een nul te veel.
Dc Oostenrijksch-IIongaarsclie legatie
deelt mede, dat een officieel telegram uit
Weenen bij vergissing het getal gevan
gen genomen Serviërs stelde op 15000,
terwijl 't volgens nadere juiste berichten
1500 moet wezen.
Het verlies van de „Emden."
De „Deutsche Tageszeiting" meentDe
naam der „Emden" zal men niet vergeten.
We behoeven wel niet te zeggen dat de
„Emden" zich met alle kracht zal hebben
geweerd en ze is ten slotte brandend
door de bemanning op strand gezet. Vol
gens de berichten der Engelschen zijn hun
verliezen zeer groot.
liet verlies is gevoelig, niet zoozeer
om de waarde van het schip als wel
vooral daarom, wijl de oorlog tegen den
Engelschen handel in de Indische wate
ren nu niet meer kan voortgezet worden,
mrar de naam „Emden" zal noch door
ons noch door onze vijanden vergeten
worden.
„Licht beschadigd
Een Engelschman die getuige is geweest
van den aanslag in October op de lucht-
schiploods te Dusseldorf, deelt aan de
„Times" mede, dat de in de loods lig
gende Zeppelin geheel vernield is en dat
4 officieren gedood en verscheidene ge
wond zijn door de ontploffing van het
gas.
Het bericht in de Duitsclie bladen over
dezen bomaanslag luidde toen de loods
werd licht beschadigd.
weg te vervolgen. Gijl zult. na mijnen
dood alleen staan, alleen in de bloeiende
jaren uws levens te midden eener diep-
bedorven wereld. Het vermogen, dat ik
u nalaat, zal ik er toe bijdragen, om de
gevaren te vermeerderen. Blijf (lus zoo,
als gij nul zijt, vroom en goed, en tracht
steeds nog beter te worden. Geef terug
getrokken van de wereld, en beschouw de
opvoeding van Johanna als uwe levens
taak. Engelrein en goed staat zij nu voor
ubewaar haar zoo, en bewaar haar voor
al voor het lot, dat u trof. Gij verstaat
mij immers, niet waar?"
„Ja," fluisterde zij met eene door
tranen verstikte stem.
„Hebt gijl ook het afschrift van mijn
testament gelezen?"
Bertha schudde nog heviger weeniende
het hoofd
„Welnu ik heb u daarin zoo alge
meen erfgename gemaakt, dat het ver
mogen aan uw kind blijft, en uw echtge
noot, zoo hij nog ooit tot u terugkeert,
wat echter de goede God, zoo dit tol
schade van uwe ziel zijln zoude, moge
verhoeden, het nooit kan verkwisten. Zoo
lang gij, leeft, geniet gij de rente ervan,
en na uwen dood behoort het Johanna.
En nu, mijne beste Bertha, zeg_ ik u innig
dank voor uwe mij bewezene liefde en
wees verzekerd, dat ik, wanneer Gorl
Een aangrijpend tooneel.
In de vestibule van een groot spoor
wegstation, te Parijs, waren een aantal
gewonden op stroo neergelegd, in afwach
ting van hunne opname in het hospitaal.
Een hunner scheen in hoogst ernstigen
toestand te verkeeren. Een liefdezuster
ging naar hem toe en bood aan, zijn
verband te hernieuwen. Het antwoord
was: „Ik ga sterven en verlang naar een
biechtvader." Dit hooronde trok een ander
soldaat, doodelijk gewond, do zuster aan
de mouw. .Zuster", zeide hij, „ik ben
priester, ik kan de absolutie geven. Wees
zoo goed en breng mij naar hem toe."
De zuster aarzelde. De priester was
vreeslijk gewond door een granaatscherf
en de minste beweging voroorzaakte hem
ondragelijke pijnen. Maar weer liet de
zwakke stem van den gewonde zich hoo-
ren „U is ook katholiek en u kent de
waarde van een ziel. Wat beteekent
daarbij een uur langer leven En de
soldaat priester richtte zich met de uiter
ste krachtsinspanning op, om naar zijn
strijdmakker te gaan.
Maar de poging was vruchteloos. Hij
moest gedragen worden. De biecht was
gauw gehoord en de de krachten van den
priester soldaat namen snel af. Op het
oogenblik der absolutie wenkte hij de
liefdezuster. „Ondersteun mijn arm en
help mij het kruisteeken maken," zeide
hij. De zuster ondersteunde zijn arm en
teekende het kruis over zijn penitent
spoedig volgde de dood voor den priester
soldaat en zijn biechteling. Zij stierven
hand in hand, terwijl de pleegzuster en
de hospitaalsoldaten diep ontroerd ron
dom hun sterfbed op de knieën vielen.
Ons brood.
„Het Katli. Volk" schrijft:
De tijd, waarin wij leven, is in vele
opzichten leerzaam.
Leerzaam met betrekking tot de voe
ding van ons volk.
Heeft men wel ooit zoo goed gegeten
als in onze dagen, nu de Regeering de
taak van meelleverancier op zich genomen
heeft?
Hoe dit te verklaren is?
Wel zeer eenvoudig. Vroeger werd er
op schandelijke wijze geknoeid met voe
dingsartikelen, ook met het meel.
Van een ambtenaar der belastingen
vernamen wij eens, dat er lieele wagons
china clay een soort aarde voorbij
liet station Roozendaal kwamen, bestemd
voor onze meelfabrieken
Er was dus meelvervalscliing op groote
schaal.
Geen wonder, dat er geklaagd werd
over slecht brood.
En dergelijke vervalschingen hadden
ook plaats met andere voedii gsmiddelen
Herhaaldelijk werd hierop de aandacht
gevestigd.
Thans is liet duidelijker dan ooit, dat
allernoodzakelijkst is een strengere wet
op de keuring van levensmiddelen, een
wet die ons overal brengt een goed in-
gerichten keuringsdienst. De duizenden,
daaraan uit te geven, wegen niet op tegen
de millioenen, welke er mee verdiend
worden, nog gezwegen van de schatten
aan volksgezondheid, die op deze wijze
te beschermen zijn tegen gewetenlooze
vervalschers.
Hoe de H. Vader leeft.
Naar wij vernemen heeft Z. H. Paus
Benedictus XV in liet Vaticaan dezelfde
vertrekken op de derde verdieping in
gebruik genomen, welke Z. H. Paus Pius
X z.g. bewoonde. De buitendeur, die
naar de Loggia voert, blijft gesloten, de
toegang binnen leidt over een ijzeren
wenteltrap, beginnende bij de tweede
verdieping achter de ontvangkamers. De
particuliere vertrekken bestaan uit vier
eenvoudig-deftig gemeubileerde kamers:
een voorkamer, de ontvangzaal, de eet
mij vroeg of laat tol Zijne zalige aan
schouwing zal toelaten, u hij Zijnen troon,
waar ik uwei goede ouders hoop weer te
vinden, niet zal vergelen. Gij echter, en
ook bijzonder tie kleine engel, dien gij
nu weder mo-et ophalen, bidt recht veel
voor mij, opdat ik spoedig in den hemel
moge komen."
De grijsaard liail dit alles met de groot
ste kalmte gesprokten, als gold lie! niet
zij'n eigen dood, maar den dood van leen
vreemde. Toen Johanna weder in de zie
kenkamer trad, zweefde een zalige glim
lach over zijn schoon gelaat.
„O, g'ijl liev© engel, kom hier," sprak
hij, het kind ï,ot zich trekkende. „Gij
blijft zeker goed en vroom, en aan uwe
moeder onderdanig. Hoe verheug ik mij,
u nog aan de tafel des Ileeren gezien
te hebben. O, bewaar steeds getrouw deze
genade, en verlies nooit, bet II. gewaad
der onschuld, dat gij in den doop hebt
ontvangen."
Zoo sprak hij, nog ©enigen tijd met liet
kind, gelijk een teedene vader, en legde
het herhaaldelijk zegenend de hand op
't. hoofd. Maar langzamerhand viel hem
liet spreken moeilijker, hij zonk achter
over in de kussens, hlikte nog eenige
seconden zwijgend, dan op Bertha, dan
op Johanna, en sloot vervolgens, in teen
lichten sluimer eerakeu.d, de oogen
zaal en de slaapkamer. De gelieele overige
reeks vertrekken, welke daarbij aanslui
ten, is voorloopig onbewoond; vermoe
delijk worden verscheidene dezer kamers
ingericht tot woning voor den dienst-
doenden geheim kamerheer, Mgr. Migone.
De H. Vader staat zeer vroeg opdes
zomers en des winters om 5 uur. Dan
kleedt Z. II. zich, geholpen door zijn
kamerdienaar Mariano Pagiano. Deze
dient reeds lang zijn meester getrouw,
en al vanaf den tijd, dat Mgr. Delia
Cliiesa substituut Staatssecretaris was.
De tot nu toe gebruikelijke kleeding der
kamerdienaars, een lange violette toog
met roode mouwopslagen, is door Paus
Benedictus XV afgeschaft; Mariano be
dient in zwarten rok met witte passe
menten, en voor de Scopini Segreti, die
de mindere diensten in de pauselijke
vertrekken verrichten, is in plaats der
soutane de uniform van lakei ingevoerd.
Precies om zes uur begeeft de Heilige
Vader zich naar zijn particuliere kapel
op de tweede verdieping, waar Z. H.
met assistentie van een der leden van
de hofhouding, Mgr. Bianchi of Mgr.
Gianni, het II. Misoffer opdraagt Ge
woonlijk is er dan een of ander familie
lid of eon bevoorrechte persoon tegen
woordig, om uit de hand van Christus'
Stedehouder de H. Communie te ontvan
gen. Nadat de Paus nog een H. Mis van
dankzegging heeft bijgewoond, gebruikt
hij liet ontbijt en brengt daarna eenigen
tijd in breviergebed door. Om even" na
achten zit hij reeds in den leuningstoel
van zijn privaat-boekerij, om de gewich
tigste der ingekomen correspondenties
zelf te lezen. Het is hetzelfde vertrek op
de tweede verdieping, waarin Paus Pius
X zijn bijzondere audiënties gaf.
Om 9 uur laat de kardinaal-staatsse
cretaris zicli hier aandienen. Nadat deze
zijn mededeelingen heeft gedaan, welke
meestal een uur in beslag nemen, begin
nen de particuliere audiënties. Paus
Benedictus XV beeft, op voorbeeld van
Paus Leo XIII, do anticamera weer laten
inrichten d. w. z. in de drie voorzalen,
welke naar de eigenlijke ontvangkamers
voeren, houden de pauselijke gendarmen
wacht: een piket Palatijnsche garden
onder bevel van een ofiicier en een piket
edelwacliten voor den eeredienst.
De volgende geestelijke kamerlieeren,
die liet grootste vertrouwen des Pausen
genieten, heeft Z. H. in hun ambt be
vestigd: Mgr. Caccia-Dominion!, schenker,
en Mgr. graaf Arborio Mella di St. Elia,
gezantschapssecretaris. Voorts benoemde
hijMgr. Migone, met w en hij reeds
vroeg vriendschapsbetrekkingen onder
hield en die hem als secretaris naar
Bologna vergezelde, en Mgr. Rudolf Ger-
lacb, uit Beieren, kleederen-bewaarder,
met wien de Paus ongeveer veertien jaar
geleden op de adellijke priesteracademie
kennis maakte.
Na de particuliere audiënties leidt de
Maestro di Camera, Mgr. de Zamper, den
II. Vader door de reeks pronkkamers,
waar religieuzen met haar leerlingen,
geestelijken nrct huneerste-communican
ten of vormelingendeputaties uit liet
aartsdiocees Genua of Bologna enz. zijn
zegen afwachten. Van buitenlandscli of
pelgrimsbezoek is in dezen oorlogstijd
geen sprake
Tegen half twee gebruikt Z. H. liet
middagmaal en naar liet voorbeeld van
Paus Leo XIII geheel alleen, waarbij zijn
kamerdienaar hem bedient. Dit is de
eenige tijd, welke den Paus overblijft,
om zich met zijn broeder, den admiraal,
of met een ander familielid te onderhou
den. Alle andere uren van den dag zijn
bezet.
Na het middagmaal trekt de Paus zich
terug voor het gebed, en tegen 3 uur
maakt hij, wanneer het weer het toelaat,
een rijtoer in den tuin van het Vaticaan.
Om vier uur beginnen wederom de be
zoeken, die soms tot 9 uur 's avonds
voortduren. Eerst na het avondeten vindt
de Paus tijd, aan zijn eigen aangelegen
heden te denken Te middernacht staakt
Z. H. den arbeid, om zich ter ruste te
leggen Daar hij gewoon is alles zelf te
doen, heeft hij terstond na zijn verkiezing
dicht. Met pnhcschrij'felijkten angst sloe
gen beiden zijne gelaatstrekken gade; zij
vreesden elk oogenblik zijn dood. Doch
hoL gevoelen van den arts bleek gegrond
te zijn, zijn ademhaling werd teerst na
5 uur 's avonds langzaam en onregel-
matig. Nog eenmaal sloeg hij de oogen op,
en keek om zich heen; zij waren reeds
half gebroken. Ilij scheen iets te zoeken.
Weenend hoog zich de jonge vrouw
over hem heen en fluisterde:
„Hier ben ik, oom; wenscht gij iets?"
Met een zacht hoofdknikken vatte hij
hare hand. Benige seconden hield hij
ze kalm en rustig vast; dein strekte hij-
de andere uit 'naar de plaats waar Jo
hanna was neergeknieldHet kind groep
ze en drukte ze aan hare lippen. Nu
vloog een laatste glimlach over zijn ge
laat, nog eenmaal knikte hij hun toe,
een lichte handdruk en dan neigde
hij zijn hoofd zacht ter zijde hij was
heengegaan.
Door de diepste zielesmart verpletterd,
zonken moeder en dochter bij het lijk ter
aarde neder, en terwijl zij elkander vast
omklemd bielden, vloeiden onophoudelijk
hare tranen; twee wee zen aan het sterf
bed eens teedeivn vaders.
Wiji willen niet beproeven, de smart,
te schilderen, welke in de dagten tot
aan de begrafenis haars ooms, en bij1
eigenhandig de telegramformulieren in
gevuld, waarbij hij zijn verheffing op den
Stoel van Petrus aan de gekroonde
hoofden modedeelde. Met het schrijven
van autogrammen gaat hij evenwel spaar
zamer om dan zijn voorganger. Den ka
merlieeren is ten zeerste op het hart
gedrukt er op te letten, dat niemand,
die in audiëntie wordt ontvangen, onder
zijn kleed of soutane een verzoekschrift
oi' plaat verbergt, waarvoor hij naar de
handteekening van den Paus solliciteert.
(Tijd.)
(Buiten verar.twoordelijkheid der Redactie.)
Mijnheer de Redacteur!
Hoe komt het toch, dat, niettegenstaan
de den van regeeringswege vastge.stelden
prijs, de tarwe in deze streken tegen 14
a 15 gulden de 100 K.G verkocht wordt?
Dat dit niet in het geheim gebeurt, kan
men zien in het marktbericht van Hulst
van 9 November, waar de tarwe van
12.50 a 13,75 genoteerd staat. En dit niet
omdat er gebrek aan voorraad is. Men
hoort dat er honderden zakken in voor
raad liggen, en niet alleen bij dc boeren.
Dit moet o.a. met een handelaar het
geval zijn, die ze voor niet minder dan
10 gulden de 100 K.G. zou willen ver-
koopen. Hij zou ze wel naar Rotterdam
brengen, doch vreest dat ze daar aange
slagen zou worden. Wat zegt U wel van
de prijzen dezer in voorraad zijnde
tarwe, terwijl anders de prijs der a a n
te voeren tarwe gewoenlijk 9, 10 a
11 gulden is. Dus mindere kosten, duur-
di re prijzen.
Als liet zoo blijft voortgaan zal er
hongersnood ontstaan, niet onder de
vluchtelingen, die krijgen niet onder de
boeren, die hebbenmaar onder den
burger- en werkmanstand, die ze zullen
moeten koopen en geen centen zullen
hebben. En dit terwijl er zooveel tarwe
in voorraad is. Maar aan wien de schuld
Ik wil er niet over oordeelen, maar
denk dat het grootendeels daaraan ligt,
dat vele burgemeesters zelf boeren zijn.
Wie liet beter weet, zegge liet.
EEN BURGER.
Land van Hulst, 12 Nov. 1914.
De Leuvensche boekerij.
Mgr. Baudrillart, rector van liet „ln-
stitut Catholique" te Parijs, zal met
toestemming van Z.Em. kardinaal Mer-
cier aan de bisschoppen, beschermers van
het „Institut Catholique" vergunnig
vragen om aan de Leuvensche biblio
theek werken af te staan, door haar
gewenscht, en waarvan het Institut twee
exemplaren bezit, terwijl een comité
van schrijvers en uitgevers zal worden
georganiseerd, die er zich toe verbinden,
minne voornaamste publicaties aan de
Leuvensche bibliotheek af te staan. Nog
beeft liet „Institut Catholique" evenals
Cambridge, de gastvrijheid zijner zalen
aangeboden aan de hoogleeraren van
Leuven, die er hunne colleges zouden
willen houden en die, bijgestaan door
enkele Parijsclic professoren, ook jury's
zouden kunnen vormen om graden toe
te staan, namens de Leuvensche hooge-
scliool. aan Belgische studenten. De
Belgische minister van sclioone kunsten,
Poullet, heeft zijn hartelijken dank be
tuigd voor deze voorstellen.
„Stimmen aus Maria-Laach."
Het bekende tijdschrift der Duitsche
Paters Jezuïeten, „Stimmen aus Maria
Laach" zal van «leze maand af verschij
nen onder den titel „Stimmen der Zeit-
Katholische Monatssehrift für das Geis.
tesleben der Gegenwart."
dezen laalslen liefdedienst zelven, Bertra's
hail had gebroken. De vriendelijke lozer,
die uit het voorafgaande Weet, wat de
oude heer voor zijne nicht was geweest,
zich veel gemakkelijker zelf daarvan een
recht begrijp maken.
Doch ook juist in deze dagen toonde
zich de kracht des geloofs, welke Bertha
in de school des liftlens had vergaderd.
Was hare smart ook eene gevoelige, had
de onverbiddelijke dood haar ook een
kostbaren schat ontroofd, zoo liet zijl zich
toch niet ter neer drukken door smart
om te treuren als zij, „die geene hoop
heliben." Wij kunnen den lezer geen
beteren blik in haar zielloestand geven,
dan door hier den brief mede te 'deelen,
waarin zij! daags na iden dood haars ooms,
hare vriendin Amalia het droevig sterf
geval berichten; hij luidde, als volgt:
Beste Amalia t
Met diep gewond hart haast ik mij',
u eene gebeurtenis Ie berichten, die u
wel is waar niet geheel onverwacht zal
komen, maar u desniettemin even als
mij kommer en droefheid zal berokkenen.
Mijn goede oom is niet moer. Gisteren
avond heeft de goede God hem tot zich
genomen. Gij, voor wie steeds geheel mijn
hart open lag, kunt beter, dan iemand
anders begrijpen, wat er thans in mij
Eigenaardige G o d s d i n s t o e-
f e n i n g. Men schreef vorige week uit
Belgischen Hoek aan de N. R. Ct.
De godsdienstoefening in de Ned. Ilerv'.
Kerk had hier Zondag een eigenaardig
begin. Nadat eerst een der ouderlingen,
wegens ©en onaangename bejegening van
de zijde des predikanten de kerk had
veriatien, word, toen men bezig was met
den voorzang, de schoonmaakster van de
kerk gewenkt, op den kansel te verschij
nen, waar ze gewezen werd op bel stol',
dat hier en daar lag'. Onthutst haastte
ze zich, een stofdoek te- zoeken. Deze werd
haar door den predikant uit de handen ge
lukt, waarna dc herder tot verlrbazing'
der kerkbezoekers preekstoel en jas begon
af te stoffen. Daarop volgde het gebed.
Vlaamsche h u m o r. Bij Antwerpen
staat, 'n Duitsche schildwacht. Daar komt
een man met een fiets aan. De schild
wacht roept hem aan, doch de fietser
rijdt door. Nu, wil de schildwacht hem
achterna, doch het sjouwle-rsvolk, dat in
de huurt is, doet alsof liet niel begrijpt
wat er aa.il de hand is. De mtenschen
dringen rond den schildwacht, om hem
de vervulling van zijn plicht te bemoei
lijken. „Wat is er toch?" roeipen ze.
De schildwacht antwoordt iets van „oin
Mann mit einem Rad."
„Wat?" vragen de omstanders on-
goioovig „Is jer pen rat?", en zo
doen, alsof ze een rat op den grond gaan
zoeken.
„Der ist dahin gelaufen" roept de
schildwacht.
„O, is de rat wcggeloopen" en ze
staken bet zoeken, want de fietser is er
van door.(N. B. Ct.)
Ook een vluchtelinge! Ze was
nu al veertien dagen bij de oude me
vrouw gelogeerd, een struische, ge
zonde meid van een iets opvallend Bel
gische type, vertelt de „Msb.". De oude
mevrouw had baar aan het station ge
troffen en vol deernis met het lot van
haar, wier man in het Belgische leger voor
zijn klein vaderland aan het strijden was
en wier eigen huis en hof was platge
brand geworden, had zij de vrouw in
huis genomen.
Deze scheen erg onder den indruk van
den jammer in haar land, want ze bleef
maar aldoor in huis en wilde van het
gewoel der buitenwereld als het ware
niets weten.
Lang, zeer lang bracht ze 's morgens
in haar slaapkamer door, het eten liet
zij zich duchtig smaken, het een zoowel
als het andere gevolg van de doorge
stane vermoeienis en geleden ontbering,
meende de goede oude mevrouw.
Maar de anisetteflesch was opvallend
gauw leeg den laatsten tijd, en de bier
man bracht wel driemaal zooveel flesschen
in de week als anders. Enfin, dat was
zoo'n beetje Belgische gewoonte, excu
seerde mevrouw zelf de logee met d'r
grooten dorst. Maar van uitgaan wilde zij
absoluut niet weten. Tot wandelen was
zij vooreerst nog niet in staat, zoo moe
ais zij zich nog gevoelde. Toch had me
vrouw wel graag met haar de lucht eens
in gewild.
Nu was 'tdien dag voorjaarsachtig
zacht, de lucht blauw als een Mariakleed,
en het herfstzonnetje stoofde alles zoo
heerlijk warm.
Mevrouw redeneerde, dat de vluchte
linge nu toch eens met haar eenklein wan
delingetje kon maken. En de logee liet
zich overhalen.
Preutsch stapte ze naast 't oude rne-
vrouwke voort, tot opeens in de volte
van de Hoogstraat een koffiemeid van
v. Nelle, met een lange boezelaar voor
en een hooge dot haar op het hoofd, met
van verbazing opengespalkte oogen voor
liet drentelend tweetal kwam te staan,
en met een pretstem de straat volgierde
.Wel Marie, waar heb jij toch gezeten.
Woon jij niet meer in den Vogelenzang?"
omgaat, en wat ik in hem verloren lich
ten tweeden male beo ik wees gewor
den.
Den vorigen Zondag was hij nog zoo
blij, zon gelukkig over het sclioone feest,
dat wiji vierdende eerste II. Communie
van Johanna. Wijl het weer zeer schoon
en warm was, deed hij den voorslag,
des namiddags een roei toert je op den
Main te maken. Bij de terugvaart echter
waaide ons een scherpe wind tegen,
welke hem een sterke verkoudheid berok
kende, die needs gedurende den nacht in
longontsteking ontaardde, en hem giste
ren avond tegen 6 uur van onze zijde
wegrukte.
Toen Iiij) zijn grijs hoofd ten dood©
neigde, scheien liet mij, alsof ik met hem
moest sterven; ©en gevoel' van eindelooze
verlatenheid greep mij aan; ik omhelsde
als bewusteloos mijne Johanna, die wee
nend naast mij, voor het lijk neerkniel
de, alsof ik bijl het kind troost en be
scherming wilde zoeken in de smart,
die over mij losbrak. Gij, lieve. Amalia,
koni mij', mijne zwakte, mijne armzalig
heid, mijn wankelmoedigheid Gij weet
hoezeer ik teen leider cn steun behoef,
lot witen ik iru den storm der wisselvallige
neigingen mijns harten met bewondering
en vertrouwen kan opzien.
(WorJt veiaolgd.)
Abonnementsprijs p.
Afzonderlijke numme
Advertentiën worden
half drie en Vrijdal
De abonné's op dit blad
directie uitgereikte polis
daarvoor vastgestelde
GRATIS verzekerd
V Albertusdag.
Gisteren, 15 November
de Belgen Albertusdag,
hun koning.
De in ons land verti
hebben dien niet ouopgen
bijgaan, zooals uit de beric
blijkt.
Met minder praal- en f
andere jaren maar niet
en hartelijkheid zullen zi
vorst hebben herdacht, d
wonderenswaardigen mor
digheid den eed gestam
bij zijn troonsbestijging
schendbaarheid en onafüa
zijn rijk te handhaven ten
Niemand zal het in striji
met onze neutraliteitsplil
Nederlanders, den vorst v|
buren om zijn kloeke en v:
ding het eeresaluut bren;
dient. Trouwens zijn tej
Duitscliers, erkennen vrij
bele gedrag van koning i
gemalin. Vorige week t<|
„Lokalanzeiger" over de
Dixmuiden
„De Belgische soldatei
ware doodsverachting
in de velduniform van et
kleed, stond midden in d
achter de gevechtslijn wal
sabeth bezig met het ori
de eerste hulp der gewonl
Moge het koning Albei|
een volgend jaar zijn naai
als weleer, d.w.z. als vors
en welvarend volk, geniete
gen des vredes.
V Geheim.
Op verzoek van eenigl
Kamerleden zal de minist
toelichting der plannen
bestrijding der oorlogsll
blijven, ofschoon miuiste
bezwaar had tegen public
Aldus berichten de blai
Aangezien de bestrijdir
lasten een openbare zaak
bare behandeling geen
schept voor de natie, terw
betalers ten slotte degen I
die de gevolgen dezer mii|
van toelichting op hun aa
len gevoelen, begrijpen w
enkel op verlangen van
leden een openbare zaak
niet mag zien.
Ja, maar het zijn „invl
merledeu, die het verlaugl
Dan zeggen wij: jamnn
die Kamerleden hun invlo
aanwenden en minister
als een „sic volo sic jube
zoo beveel ik) aanvaarden I
De toestand.
De sultan van Turkije
kwaliteit van geestelijk o
mobammedaanscbe wereli
gericht tot alle aanhanger:
feet, om den heiligen krijg
Of aan dien oproep alor
mansche wereld gevolg z
geven
De moordaanslag, die d
den Turkschen minister
gepleegd de minister b
maar zijn woning werd
vernield omdat deze be
stond op een stuk papier, d
van den aanslag achterlie
Duitschtand heeft verkocht,;
motief voor de bewering,
deel der ontwikkelde Mohan
ten Turkije, speciaal die in E
geen gehoor zullen geven a
van den Turkschen sultan
spraak is van een z.g. „hel
De bladen in Eugelsch-Ini
voortdurend brieven van