JY. e fa.— GOES. endaal, oesf No. 84 DERDE BLAD NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 18 Juli 1914 deze ding. tegen KAKEBEEKE. [250 en flOO IK TE GOES. ecfen. igdheden IES. UIT DE PERS. Sociale Berichten- Gemengd Nieuws. nose. Hun aantal der onderstaande Idel tegen bloed- ïd aan lusteloos- ar. Verschillende lij, totdat ik do van Egmond te baat te vinden. rAN GUGTE". verkrijgbaar bij twaalf flesschen een eetlepel is dag. Dat is niet winnen 1 DAM Co. Den Haag. (turen zllflnj In het ik- en Effecfenzaken K. Na een jaar. Er is één ding, waarvan in de vrij zinnige pers weinig of niet wordt gerept, wanneer zij zich vermeit in toastachtige beschouwingen over het eerste jaar der Linkermeerderheid. Wij bedoelen: de kluchtige handhaving der Coalitie. De Rechterzijde moge verleden jaar een zware nederlaag hebben gelegen, versla gen is zij niet, noc-h in haar bestaan of wezen geschokt. Dat hare kracht, in het land ongebroken bleef, werd reeds bij de naverkiezingen tastbaar. En ook Links zal men er wel van over tuigd zijn, da.t de eerstvolgende stembus zelfs indien ze binnenkort zich openen mocht een «enigszins ander resultaat zal opleveren, dan die van Juni 1913. De Coalitie is niet uiteengespat, gelijk ter overzijde werd gehoopt, dat het gevolg der verkiezingen zijn zou. Integendeel, de tijdelijke tegenslag schijnt, hare verschillende elementen dich ter tot elkander te hebben gebracht en dieper te hebben doen doordringen het besef, dat men, om krachtig te blijven en het verloren terrein te herwinnen, ook eensgezind moet zijn. De meerderheid, welke de Rechterzijde in 1909 verkreeg, was misschiente groot. In zooverre, dat zij bij sommigen wel eens tot overmoed kon voeren en de voorzichtigheid uit het oog deed verliezen. Met de ervaring, toen opgedaan, zal men Rechts niet. verzuimen zijn voordeel te doen. Gebleken is, dat zelfs de sterkste meer derheid onverwacht in een minderheid ka,n worden omgezet en dat. het niet min der moeite kost een meerderheid te b e- houden, dan ze te veroveren. Maar gebleken is ook, dat de overwin ning, welke de liberalen zoo luidruchtig vierden en thans weer na-vieren, welbe schouwd geen andere beteekenis had, dan die van een overrompeling, en dat de kans op een herhaling daarvan er niet grooter op is geworden. De Coalitie toont opnieuw haar duur zaamheid, die wei bestand is tegen een zelfs forschen stoot. En het is blijkbaar ook daarom, dat men tor overzijde zich zoozeer beijvert aan de ietwat wankele Concentratie, een steviger grondslag te verzekeren. („Het Centrum") De naam „God". Het trof ons, aldus het „Friesch Dag blad", dat Dinsdag j.l. twee van de hoogst- geplaatste dienaren onzer „bij de gratie Gods" regeerende Koningin den naam „God" in hun toespraken vermeden. Onopzettelijk, naar we vermoeden. De heer Commissaris der Koningin in Friesland eindigde zijn toespraak tot de leden der Staten: „Mogen onze werkzaamheden onder Hooger Zegen strekken tot heil van het aan onze zorgen toevertrouwd gewest." En zijn ambtgenoot in de provincie Zuid-Holland, gedenkende de nagelaten be trekkingen van baron Van Wassenaar van Rosande, sprak: „Moge hun van Hooger Hand kracht tot berusten worden geschonken". Nu is het natuurlijk op zichzelf te prijzen, dat deze „goeverneurs" er voor uitkomen, hoe er iels 'is bóven den mensch, zelfs daar willen velen niet aanl Maar nóg meer zouden we ons verheu gen, als zij het voorbeeld van ons aller Vorstinne volgden, niet een verdoezelen- den rhetorischen zwaai gaven aan hun gedachtengang, maar eenvoudig weg spra-' ken van den zegen Gods, van Gods hand, kracht, hulp en bijstand. Dat riekt aller minst naar partijdigheid, doch is slechts de erkentenis, dat in een Christenland de naam „God" bij de Overheid géén contrabande is. Iets wat de overgroole meerderheid onzes volks, van wat partij of geloof ook, gelukkig nog erkent en aanneemt. Fatale leeftijdsgrens. „Met 65 jaar ophouden 1" Dat is de order, die min Treub voor de Rijksverzekeringsbank heeft uitgevaar digd. Met 65 jaar moeten de ambtenaren pensioen aanvragen. Het is een zonderling iets. Hoogleeraren blijven tot hun zeventigste in wettelijken zin „groen en frisch". Maar heel gewone bankambtenaren, die werk verrichten, dat niet zelden gepensioneer den als bijverdienste opzettelijk gaan zoe- ken'.,^ „zii moeten ophouden. Zij krijgen pensioen. En de Staat betaalt weer aan een nieu we vol traktement. De belastingbetalers brengen de centen op. En de „gewone arbeiders met veel ruwer en harder werk wil min. Treub pas op hun 70e jaar „pensioen" geven. Hoe rijmt dat met elkaar? (Friescb Dagblad.) Bloemendag „Sobriëtas". Aan de Zeel-eerwaarde Heeren Pastoors, Weleerwaarde H.H. Kapelaans, Maria- Vereenigingen en Kruisverbonden in het Bisdom Haarlem in de volgende cir culaire gericht. Alweer een bloemendag! Deze opmer king ontsnapt U licht, als U deze cir culaire ontvangt. Ja, gedachtig aan het succes van 1911 durven wij nogmaals een bloemendag van Sobriëtas organiseeren in het Bisdom Haarlem, daartoe aangezocht en aange spoord door het Nationaal Comité, den 13en Juni te Utrecht geïnstalleerd. Het Sanatorium voor drankzuchtige mannen zal dit najaar te Heer bij Maas tricht geopend wordenonder bestuur van de Paters van het. H. Hart. Maar waar blijven wij met de plaatsing van drankzuchtige vrouwelijke patiënten? Die zijn er helaas, ook, en uit- den aard dei- zaak moet daarvoor een andere gelegen heid gezocht worden. Doch ook hierin wordt een dringende noodzakelijkheid ge voeld; herhaalde malen toch heeft men reeds voor R. K. vrouwen aangeklopt aan Protestantsche gestichten. En hoe voortreffelijk de behandeling daar ook is ingericht, ieder nadenkend Katholiek zal terstond moeten toegeven, dat de Roomsche patiënte daar niet. kan krijgen, wat ze zoo zeer behoeft in dezen toestand; steun van haar Godsdienst, ver ilizing van het godsdienstig leven door veelvuldig gebruik der genademiddelen on zer II. Kerk. Juist in deze levensperode, waar het er om gaat, een ander mensch te worden, mag en kan zij den heilzamen invloed van haar godsdienst niet missen daar liaar zwakke wil moet gesterkt, en do goede meening, die haar bezielt, moet gestaald worden. En daarom doet het Comité in dit Bisdom een beroep op Uwe naastenliefde. Zeereerwaarde Heeren 1 Werkdadige Vereenigingen,steunt ons! Met Uw woord en met Uw daad vooral kunt ge ons helpen slagen. Wilt een woord van aansporing en aan beveling spreken! of zet er, als vereeni- ging, uwe schouders onder! Vooral gij, Maria-Vereenigingen, zult ons niet tevergeefs laten roepen. Hiernevens gaat de algemeenc werk wijze van het Nationaal Comité ver gezeld van eenige bijzondere aanwijzingen betreffende ons Bisdom. Wij bevelen den 2den Bloemendag van Sobriëtas, onder Gods zegen, in uwe bij zondere aandacht en sympathie aan. Helpt ons, door uw woord, uw daad, uw ge bed! Dan moeten we slagen; O. L. Vrouw tot. verlossing der slaven, ter eere! Het Diocesaan Comité voor het Bisdom Haarlem bestaat uit eereleden zijnde: Mej. E. Henry, don Haag, Mevr. F. Thijsen-Nieuwerkerk, den Haag. Mevr. .1. M. Burcksen-Wels, Rotterdam, Mevr. M. Kenter-v. Baar, Alkmaar. Alkmaar. Mevr. v. Wichen-Nuijens, Alkemade. Mej. A. v. Leeuwen, Rijswijk. Mevr. Schrave-v. Al phen, Gouda. Mej. D. v. d. Meer, Gouda. Mevr. Oomen-v. Zadelhoff, Wateringen en uit werkende leden zijnde: Mej. A. Koks hoorn, Presidente, Jan Blankenstr. 14, Den Haag. Mej. D. II. Beekman, Secre taresse, Galileïstraat 84, Den Haag, Mevr. de Wed. P. Olijslager-Mooenens, Penning- meesteresse, Ged. Burgwal 32, Den Haag. Mej. N. Kruijsman, Haarlem. Mej. A. Mooij- man, Rotterdam. Mej. C. Ten Brink, Am sterdam. Mevr. S. Bronsveld-Vitringa, Hoorn. Mej. R. II. Knoppers, Alkmaar. Centrale Dag voor de K. S. A. in Friesland, De plannen, reeds een paar jaar aan hangig, tot het houden van bovengenoem de vergadering, zijn thans in een stadium gekomen, dat er iets definitiefs kan wor den medegedeeld. De vergadering wordt gehouden te Leeu warden op 6 September a. s. Aan de sec tievergaderingen, die te 12 uur aanvangen, nemen deel de H. K. en W.-bedienden, de Handelsreizigers, de Werkliedenvereeni- gingen en de Prop. Clubs. Aan deze sectie vergaderingen kunnen ook deelnemen ver eenigingen uit plaatsen, waar geen Comité v. d. K. S. A. bestaat. Daarna wordt te 3 uur of iets vroeger in de zaal-Rodenhuis de Algemeene Ver gadering gehouden, waarvoor als spreker een der meest vooraanstaande mannen zal worden uitgenoodigd. (,,C.") Het Algemeen Secretariaat der Christene (Katholieke) jbe r oep's vereenigingen in België vier de Zondag j.l. zijn 10-jarig bestaan en de inschrijving van het 1 0 0.0 0 0 e lid. Een groote hulde werd gebracht aan den stichter van dit machtig secretariaat, den Dominikanerpater Rutten, den enor- men socialen werker, die niet aarzelde eenige weken het leven van den mijnwer ker mede te maken om het sociale vraag stuk des te beter te onderzoeken. Het feest werd bijgewoond door kardi naal Mercier, die aan het eind van zijn rede zeide: „Het is ons niet altjjd mogelijk alles voor u te doen, u te helpen, te steunen, maar aanvaardt de verzekering, dat wij sympathie gevoelen voor uw volk, houdt u overtuigd, dat wij u beminnen". Pater Rutten, eindigde zijn toespraak aldus: „Men noemt mij uw generaal, welnu, ik beveel. Over 2 jaar zal het de 25ste ver jaardag zijn van de encycliek „Rerum No varum". Dan moeten we met minstens 200.000 hierbij elkander £>jn. (Toejuichin gen. )Dat. kan, dat moet, dat zhl. Vooruit dan! (Schier eindelooze toejuichingen)." Voor Holland en de vertegenwoordigde Nederlandsche organisaties, die der R. K. textielarbeiders, timmerlieden, metaal-, diamant- en tabaksbewerkers wenschte de heer van Rijzewijk, voorzitter van het R. K. Vakbureau, de jubileerende Belgi sche kameraden geluk en wees erop, hoe ver België Nederland voor is in vakorga nisatie. Wij tellen slechts 32000 aange slotenen. Een leuke conducteur. De reizigers uit een autobus te Parijs hadden verleden week toen het. zoo warm was ■een grappige ondervinding op' hun reis. Wellicht ten gevolge der groote warmte die het iedereen wel lastig kan maken, 'ging de conducteur pen 'beetje vreemd doen. In plaats van zijn werk te doen, ging hij zoo lui mogelijk op een bankje liggen. Kaartjes verkocht hij niet en toen een jonge dame hem wilde betalen zeide de oolij'kert: „Laat maar zitten juffrouw, ik heb geld genoeg. Ik heb van u niets noodig." De passagiers waren nu zoo goed om hei zaakje voor hem op te knappen. 'De een liet de tram stoppen, de ander haal de het geld .op en zoo ging alles onge stoord zijn gang, terwijl de malende con ducteur kinderliedjes zat te zingen. Ge lukkig kwam do man spoedig weer tot besef van zijn toestand en ging zelf zijn werk doen. Vergiftigde r o z ij n e n. Men meldt uit Rotterdam: Zaterdagmiddag werd het V-jarig doch tertje van een politie-agent ernstig on gesteld en vertoonden zich teekenen van vergiftiging. Het bleek, dat zij rozijlnen had gekregen in een snoepwinkel in de Schoutenstraat alhier. De politie stelde een onderzoek in en nam in een fabriek aan het Gedempte Slaak 50 K.G. rozijnen in beslag, die werden onderzocht en Voor de consumptie afgekeurd. Een firma verklaarde toen, aan een 30-tal snoepwinkels van die rozijnen ver kocht te hebben. In verschillende van die winkeltjes zijn toen partijten rozijnen in beslag genomen. Van andere gevallen van vergiftiging door het gebruik daarvan is echter niets Vernomen. Het Italiaansche lucht schip P 5, dat op de militaire oefen plaats te Ucline was nedergedaald, werd daarbij door 10 soldaten vastgehouden. Door den wind mediegesleurd, lieten 9 soldaten de touwen tos, doch één werd mede de lucht in genomen en viel van een hoogte van 150 M. Hij was terstond dood. De P 5 is vervolgens zonder moei lijkheden geland. Onvoorzichtig omgaan met vuurwapenen. Te Bergen nabij Alkmaar legde een aldaar ingekwar tierd soldaat gekscherend een op een boerenerf gevonden buks op zijn makker aan, met het gevolg dat deze door een nog achtergebleven kogel zoodanig ge- troifen werd, dat opname in een der Alkmaarsche gasthuizen noodig was. De tien voornaamste levende Nederlanders. De „Haagsche Post" heeft een plebisciet uitgeschreven over wie tot de tien voornaamste levende Nederlanders mochten gerekend worden Er kwamen 2451 stembiljetten in. De uitgebrachte stemmen waren als volgt op Dr. Kuyper 1914 op Willem Mengelberg 1774 op Mr. Troelstra 1371 op Louis Bouwmeester 1128 op Minister Cort v. cl. Linden 1040 op Professor Hugo de Vries 1002 op Professor Kamerlingh Onnes 897 op Mesdag 675 op Kardinaal van Rossum 631 op Generaal van Heutz. Een v r i e n d e 1 ij k heer. Een aan tal kinderen, vertelt de „Hofstad", speel den aan 't strand te Scheveningen onder toezicht van 2 onderwijzers. Een Indisch heer kijkt toe, nadert eindelijk en vraagt éen der onderwijzers„Mogen ze eens een liedje zingen?" Bereidwillig roept de onderwijzer de kinderen bij elkaar cn even later klinkt een eenvoudig lied door de avondstilte. De Indischman luistert zijn gelaat toont ontroering. Na afloop van 't gezang vraagt hij: „Mogen de kinderen even mee gaan Allen volgen hem en bij éen van de kramen zegt hij „Zoek allemaal wat uithet mag voor elk een gulden kosten 1 Als ik de heeren niet beleedig, zullen ze me verplichten iets voor zich en hun vrouw uit te zoe ken, 't is me onverschillig wat u besteedt!" De verbaasde onderwijzers vragen een verklaring en hooren, dat de man zestien jaar in Indië gewerkt heeft en nu dol verlangend was, weer eens Hollandsche kinderen te hooren zingen. Hij betaalde en toen allen wilden bedan ken, weerde hij af, weigerde zijn naam te zeggen, vraagt voor dank nog een liedje. Vol toewijding zingen de kinde- ren en aan het slot is de gever ver dwenen Onbrandbaar riet. Te Marien- waerd (gem. Beesd) is dezer dagen onder groote belangstelling, o. a. waren aanwe zig de waarnemende burgemeester van Boesd en de burgemeesters en vele be stuursleden der gemeenten Geldermalsen, Deil en Buurmalsen, op het landgoed van de Ei-ven van den Graaf van Bylandt, een vuurproef gehouden met onbrandbaar riet, waarmede bereids eenige boerderijen en schuren op het landgoed zijn gedekt. Op een weide was voor da.t doel een houten gebouwtje opgetrokken, waarvan de eene helft met onbrandbaar, de andere helft met gewoon riet was .gedekt. Alhoewel tusschen het onbrandbaar riet gloeiende briketten, brandende lappen, gedrenkt in petroleum, waren gestoken en het dak met. petroleum was overgoten, doofden de vlammen weldra uit, zonder het riet te verteren. Daarna werden dezelfde proe ven herhaald op het gedeelte dak met ge woon riet gedekt. Al spoedig stond het gebouwtje in lichte laaie, het gewone riet vlamde spoedig hoog op en vie) spoedig ineen, terwijl van het onbrandbare riet weinig verteerde en bij het instorten in zijn geheel inviel. Na afloop werd door de belangstellen den een met, onbrandbaar riet gedekte stal en schuur in oogenschouw genomen. Een 100-jarig-e. De residentie telt welhaast weer eene honderdjarige: Cornelia Josina van Esveld, weduwe! Vincentius Andreoli, geboren 19 Juli 1814, wonende aa.n de Prins Hendrikstraat. Deze oude dame geniet -eene uitmuntende ge zondheid. Zij js nog alle dagen ijverig werkzaam voor de huishouding. Dezer dag-en gaat zij niet uit, maar né. haar a.s. verjaardag hoopt zij als altijd bij gunstig weder dagelijks op het Prins Hen drikplein te toeven. „Msbd." Het vliegongeluk te Iv ie wit. Omtrent het vliegongeluk te Kiewit meldt „Gezet van Antwerpen" nog het volgende: „Donderdagmorgen kwamen van Namen per vliegtuig naar Beverloo de luitenants Hubert en Poot van het 14de regiment. In den namiddag vlogen zij van Beverloo naar Kiewit. Omstreeks vier uur keerden zij per vliegtuig terug. Lt. Poot piloteer- de het toestel en Lt. Hubert was passa gier. Op het oogenblik van opstijgen werkte het vliegtuig niet en rolde met volle kracht tegen den hangar van den onge- lukkigen Verschaeve. De houten schutsels werden omgeworpen en het toestel tot splinters geslagen. Lt. Poot, die in het vliegtuig gebonden zat, kreeg een gapen de wonde aan het. hoofd en eene aan het linkerbeen. Lt. Hubert werd 10 meter ver wegge slingerd en met geweld tegen de wanden van den hangar gesmeten. Hij bloedde uit neus en mond en werd bewusteloos opgenomen. Men vervoerde de twee ge kwetsten per auto en draagbaar naar het hospitaal van Hasselt. Lt. Poot is slechts licht gewond. Lt. Hubert, ofschoon jong en sterk ge bouwd, zal zijne inwendige kneuzingen wel niet te boven komen. De arme jon gen is nog niet tot bezinning gekomen. Zijn toestand was in den avond erg verzwakt en men vreesde reeds voor den nacht een doodelijken afloop. Lt. Hubert is de zoon van den. geneesheer Hubert uit Bergen en een neef van den minister van Arbeid. De ongelukkige ouders hebben telegrafisch bericht, hun zoon de geeste lijke hulpmiddelen der Kerk te verstrek ken. Vrijdagavond zijn talrijke officieren aan gekomen van Brasschaei, Namen en Brus sel, welke zich aan de bedsponde van het slachtoffer plaatsten, waar zich ook de familie bevond. Het geween deed pijn om aan te zien. In den nacht is commandant Blaise, der genie, vertegenwoordiger van den heer baron de Broqueville, minister van Oorlog, aangekomen) die den sterven den officier de ridderorde van Leopold op de borst hechtte in 't bijzijn der tal rijke officieren-vliegers van het vliegveld van Kiewit. Het was een roerend schouw spel". Uit een beestenspel te Munchen-Glad- Bach brak een wolf los. Het dier ver scheurde een meisjef van 3 jaar. De Vader werd bij -het zien van het doode kind krankzinnig. Een burger schoot den wolf, dfle nog door ©en aantal straten geloopen was, dood. Men beweert, dat hier boos opzet in het spel is. Ergerlijk en onbeschoft. In Glo- gau werd dezer dagen het vijftigjarig stichtingsfeest gevierd van den evangeli- schen mannen- en jongelingenbond. Op dat feest waren katholieken uitgenoodigd en talrijk opgekomen; o.a. waren aanwezig dei leden van de katholieke gezelfenyer- eieniging met haar geestelijken adviseur. In de feestzaal trad een evangelisch© pastooi' op met eien gedicht, dat hij in leidde met de verontschuldiging, dat het een beetje garkastisch Zou klinken. Jupiter, zoo heette het in 't gedicht, was ©ens zeer slecht geluimd. Om die buien te verdrijven, wou hij! een beeld maken. Hij1 doet dan in een pot den vos met zijn slimheid, de lynx met zijn list, enz,. Het begon te borrelen en te pruttelen in den pot, maar een wezen wou zich maar niet vormen. Hij deed er dan nog wat ongedierte bij en zie, daar ontstond een gedaante, waarvoor hij vol huiviering terug:- deinsde. Hij' liet derhalve de gestalte in een monnikspij kruipen en zoo ontstond de Jezuïet. (De Jezuïet in een pijlI Red.) De meeste aanwezigen beloonden den pastoor met daverende toejuichingen. De katholieken waren eerst sprakeloos. Kon den zij nog lager en gemeener beleedigd worden? Het duurde eenige minuien, al vorens zij' den vollen omvang d«r be- leediging beseften. Daarop verlieten zij de zaal. Waar de protestanten zóó onbeschoft waren tegenover de katholieke gasten, had den zij eigenlijk ©en geheel ander protest verdiend dan een -geruischloos verlaten van de zaal. (De Tijd.) Een Oostenrijkse he spion. Te Ostrow (Galicië) is de Oostenrijksche lui tenant Schmidt Donderdag op heeterdaad op spionnage betrapt. Schmidt was zoo genaamd tvoor herstel .van gezondheid naar Ostrow gegaan, maar spoedig bleek waar voor hiji gekomen was. Een spoorwegbe ambte zag hem 'bezig de brug van 'Ostrow, de belangrijkste van geheel Galicië, het meten en te iteekenen. De man deelde feulks mede aan den stationschef en deze waar schuwde onmiddellijk den regimentscom mandant en de gendarmerie, die Schmidt arresteerde, terwijl hij nog aan het werk was. Toen een gendarm hem plotseling naderde, trok Schmidt zijn revolver, doch de gendarm zette hem de hajonet op de borst en Schmidt liet zich toen gewillig naar de gevangenis overbrengen. In zijn woning werden een aantal Reke ningen pn brieven in beslag genomen* waardoor zijn schuld bewezen schijnt. Een woeste passagier. Een per soon uit Feignard, Emile Hurian, oud 24 jaar, nam in den trein van Bergen naar Frameries plaats in een 3e klasse coupé. Zijn bagage legde hij op de eene zitplaats en op de andere strekte hij zich uit om een dutje te doen. Juist terwijl de trein zich in beweging zette kwamen nog twee jonge mannen, die verzochten een beetje plaats te maken. Daar scheen de slaper echter niet reel zin in te hebben. Een woordenwisseling ontstond en plot seling haalde Hurian briesend van woede een revolver te voorschijn en loste twee schoten op zijn tegenstanders, die doode- lijk gewond neerstortten. Te Frameries werd hun de eerste hulp verleend en de woesteling gearresteerd. Voorteekenen van den re gen. Deze zijn vele en haar aard zeer verschillend. Zij worden opgemerkt in het doen en laten van dieren en het voor komen der planten, in de verschijnselen der lucht en door sommige teekenen in het huis en den tuin. De boeren zeggen, dat, wanneer alles vochtig aanvoelt, de turf op den haard, de muren, vensters, cementen vloeren, het hout niet goed brandt of het J'oet uit den schoorsteen valt en het op den open haard gloeit, dat dan de regen in aantocht is. Ook het nat worden, van het spek is teen goede aankondiger en als de zeis beslaat en de koffieboonen niet willen malen, is regen te wachten, zelfs als de kousen van de drooglijn vallen, zegt men in Duitschland „de kous trekt water." Ook als rook van de smederij riekt, of de rook van een loco motief stinkt, als er damp uit het 'strooien dak slaat, de klok aan den muur valsch slaat en het horloge niet loopt, als de rook in de boerderij blijft hangen, ziet de landman daarin een toeken, dat er regen komt. De meeste dezer teekenen worden verklaard door het feit, dat bij een te groot vochtigheidsgehalte der lucht een neerslag op de voorwerpen plaats vindt. Andere teekenen echter, hooren alleen op het gebied van het bijgeloof thuis. Ruzie en vechten maken het weer slecht, zegt men. Als de meisjes de harken op de schouders dragen of als een toevallig weggeworpen hark met de tanden naar hoven komt te liggen, wordt daarmede de regen naar beneden gehaald. (Z.) Wat de drank doret. Na deel genomen te hebben aan een feest, kre gen drie metselaars op den terugweg naar Portel het dwaze idéé om met el kaar een weddenschap aan te gaan, dat wie in een onderlinge worsteling het ver loor de verteering moest betalen. In den eersten strijd tusschen Boulard en Pouve- lard bleef de eerste de overwinnaar, die daarop worstelde met de 36-jarige Joseph Bernhard. Beiden waren dronken en pak ten elkaar zoo woest beet, dat Bernhard terstond met zijn hoofd op de straatstee- nen tuimelde en het bewustzijn verloor. Zijn dronken maats bekommerden zich niet over hem en zwaaiden verder. De ongelukkige werd later gevonden en over leed nog dienzelfden nacht. 'Z.)~

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1914 | | pagina 9