No. 69 TWEEDE BLAD NIEUWE ZEEUWSCUE COURANT
Zaterdag 13 Juni 1914
Wetenschap en Kunst
FEUILLETON.
EEN DOORNENKROON.
BUITENLAND
De Strijd tegen het Alcoholisme.
Een goed woord viudt altijd een
goede plaats". Vooral, wanneer „goed"
wil zeggenkalm, bezadigd, overtuigend
en in spiritu caiitatis", in den geest
van'liefde gesproken.
Dit alles nu is volkomen van toepas
sing op een artikel, dat onder boven-
staanden titel uit de pen vloeide van
den even vromen als geleerden Jezuïeten
pater F. A. L. Smit en in het door hem
geredegêerde godsdienstige tijdschrift:
De Maandrozen ter eere van
3 e z u sG o d d e 1 ij k Har t" dezer
dagen verscheen.
Reeds werd het overgenomen door
„De Tijd".
Wij gelooven zoowel do waarheid
als de liefde te dienen door het door
middel van ons blad in nog ruimeren
kring te verbreiden.
„Wie, als vereerder van 't Goddelijk
Hart, de belangen van Christus' Rijk op
aarde voorstaat, moet noodzakelijkerwijze
zeer welgezind zijn voor den „katho
lieken internationalen bond tegen 't
alcoholisme"en dus voor onze Neder-
landsche „Sobriëtas", die van dezen
bond eene voortreffelijke afdeeling is.
De verderflijke drankzucht, die minder
juist eone „zonde" zou genoemd worden,
nauwkeuriger eene „kwaal" en „ondeugd"
heet, moet met krachtige, samenwerkei.de
middelen van velerlei aard onder onze
geloofsgenooten bestreden worden, opdat
onze Katholieke Kerk strale in den glans
van echt-christelijke matigheid.
Tot bereiking van dit doel in onze
maatschappij is het allernuttigst, men
mag wel zeggen noodzakelijk, dat eene
zeer aanzienlijke menigte uit eigen vrije
keuze voorgoed verzake aan 't gebruik
van sterken drank en zich, wat bier, of
wijn betreft, aan strenge matigheid
hinde. Eveneens is 't uitermate wen-
schelijk, dat een aanzienlijk getal Katho
lieken, hetzij om zicli-zelven beter te
beveiligen of om op zwakken gunstiger
invloed te oefenen, vrijwillig en voorgoed
afzie van eiken alcoholischen genotsdrank;
voor niet weinigen is dit zelfs noodzake
lijk, om lien van de zonde der dronken
schap af te houden en van de ondeugd
der drankzucht te genezen.
Dewijl nu menschen, zoolang ieder
opzichzelven alleen staat, veelal spoedig
bezwijken voor verkeerden aandrang
van binnen of van buiten, in aaneen
sluiting daarentegen van gelijkgezinden
steun en sterkte vindendaarom zijn
bonden van christelijke matigheid, wier
leden zich vrijwillig tot eene min of
meer gestrenge onthouding verbinden,
eene maatschappelijke behoefte, waarin
katholieke ijver voorzien moet.
En wanneer nu van zulk een bond
vele leden zich niet alleen den sterken
drank ontzeggen, maar zicli-zelven ook
geheelonthouding voorschrijven, dan valt
dit allerminst te bestrijden of te betreuren,
wel hoogelijk te waardeeren en te prij
zen, als een voor onzen maatschappe-
1 ijken toestand wei-gekozen werk van
christelijke versterving en naastenliefde.
Voor zoodanige geheelonthouding met
zwaarwichtige overtuigingsredenen pro
paganda te maken, is dan ook een zeer
loffelijk streven. Wel behoeft, ook in
den nood onzer dagen, niet ieder plicht-
minnende Christen zich te spenen voor
elke alcoholische genieting, welke de
vaderlijke Voorzienigheid aan 't mensch-
dom bezorgd heeften overdrijving zou
't wezen, kwalijk met den christelijken
geest strookende, alle alcoholgenot uit
het ïnensclidom te willen verbannen.
Zelfs óm als heldhaftig belijder der
christelijke volmaaktheid gecanoniseerd
te worden, is geheelonthouding geen
onmisbaar vereischte Immers, niet ieder,
of juister niemand is geroepen alle oe
feningen van elke deugd gelijkelijk te
omhelzenwant. dit gaat nu eenmaal
buiten en boven de menschelijke be
grensdheid. Menigmaal zullen dus om
standigheden van persoon en omgeving
en werkkring redelijkerwijze den door
slag geven bij beantwoording der vragen
Zal ik mij bij een onthoudersbond aan
sluiten of niet? Zal ik daarin mij de
strengere of de minder strenge eischen
stéllen
Wie derhalve met redelijk overleg
buiten een onthoudersbond blijft, mag
niet gehekeld worden, als ware hij
maar een slappe beoefenaar der matig
heid. Maar wel mag van iederen min
naar dezer deugd worden verwacht, dat
hij in onzen tijd aan de christelijke
onthoudersbond een oprecht goed hart
toedrage, en daarvan blijk geve met
woord en daad.
Warme voorstanders eener goede zaak
laten zich soms, in het vuur eener rede
vooral, of ook bij heftig disputeeren,
tot te sterke uitingen vervoeren, 'tls
jammer, maar wel begrijpelijk, haast
verschoonbaar zelfs, wanneer telkens
hun goede bedoelingen miskend en hun
ne woorden misduid worden. Maar wie
tegenover de drankzucht inderdaad het
christelijk en maatschappelijk welzijn
bevorderen wil, zal niet om zulke mis
passen aan den onthoudersbond zijne
hartelijke sympathie en medewerking
ontzeggen.
De meeste dezer gedachten hebben
we vroeger reeds een weinig breeder
ontwikkeld. Thans, nu uit het pauselijk
Rome de „katholieke internationale
bond tegen liet alcoholisme" eene zoo
sterke goedkeuring en aanmoediging
ontvangen heeft, kunnen zij wellicht
eenigen dienst doen, om bereidvaardiger,
gretiger zelfs, den vollen inhoud van
's Pausen lessen in geest en hart te doen
opnemen. Allen immers, als eenvoudig
oprechte Katholieken, willen wij ons,
in dit punt gelijk in alle andere, geheel
toevertrouwen en overgeven aan de
leiding van den Heiligen Stoel, zonder
aan de woorden van Christus' Stede
houder te wringen en te tornen en ze
haast zinledig te maken."
Kanker.
Dr. Silvester schrijft over bovenstaand
onderwerp in „Het Centrum".
Kanker is een weefsel-woekering. Het
weefsel, waarin zich deze ongewone groei
openbaart, behoort tot de huid ien de!
slijmvliezen. Hjet weefsel van deze or
ganen microscopisch bezien, bestaat juist
als all© weefsel in het menschelijk li
chaam uit cellen en lusscbenstof. Celten.
z'ijn de kleinste doelen, dlei het weefsel
helpen opbouwen. De cel vormt de een
heid van het weefsel. Gelijk een muur
is. opgebouwd wit pteenen, zoo lis het
weefsel opgebouwd uit cellen. De cel ver
schilt echter hemelsbreed van den steen,
doordat ze leeft >en derhalve zich kan
voeden en vermenigvuldigen, terwijl een
steen als dood© stof daarvoor onge
schikt is i i
(Waarom 'beginnen sommige cellen plot
seling nu zoo overdadig to groeien, dajtj
ize in korten 'tijd aanleiding g|evem lot
een gezwelvorming?
Op deze vraag kan de hedendaagsche
wetenschap nog geen antwoord geven,
W-el maakt ze de veronderstelling, dat
ook hier weer bacteriën do treurige rol
spelen in het iziektodrama; maar bewiji-
zen kan ze daarvoor niet aanvoeren. Do
Wetenschap bepaalt zich 'daarom tot hot
waarnemen van feiten en wacht met hare
verklaring tot een moer geschikte tijd
is aangebroken.
Waarnemingen omtrent bet ontstaan
van den kanker 'zijln in den laa'tsten tijd
veel gedaan, vooral sedert in Heidelberg
onder leiding van prof. Ozerny een zoo
genaamd kanker-instituut is lot stand ge
komen. Dit instituut bestaat uit een zie
kenhuis, waarin 'tal Van lijders verpleegd
worden, benevens gebouwen voor weten-*
schappelijk onderzoek. Sedert veertig jaar
houdt prof. Czerny zich onafgebroken met
18)
Ternauwernood hoorde de jonge vrouw
naar deze onverstaanbare klanken; maar
lag al slapende met bijna gesloten oogon
weer achterover in haar stoel. Namelooze
smart'vervulde haar hart, terwijl hét ge
gons en het rumoer der vele stemmen
haar bijna verdoofde. Mevrouw Burg
echter liet zich .niet in de war brengen.
„Maar waarom ■zijt* gij toch zoo afge
trokken," hernam zij fluisterend; „of be
hoort gij tot die diepzinnige karakters,
die zich des te meer verborgen houden,
naarmate zij meer bewogen zijn, of drukt
u soms een geheime smart? Vergeef mij
de indiscrete vraag; want, wanneer ik
zelf opgeruimd ben, voel ik behoefte ook
anderen vroolijk te zien. En deze Kerst
viering, die oneindig diegene overtreft,
welke in de koude en vochtige kerken ge
vierd wordt, brengt mij .schier in verruk
king. Zeg het zelf, waarde mevrouw
Brandt, of het zoo niet is. Wanneer gij
datgene, wat.'heden in-jiWe.kerken gesbhied
•is, vergelijkt niet'hét genot/dat w§ hier
smaken, dan zult gij dit laatste duizend
maal schooner en edeler vinden."
„Ik ben heden in 't geheel niet in de
metten en ook niet in de hoogmis ge
weest," antwoordde Bertha, ujt haar slui
mer ontwakend, „en daar het de eerste
maal is dat ik het Kerstfeest zoo slecht
gevierd heb, ben ik: een weinig ontstemd."
„O, gij onschuldig kind," riep mevrouw
Burg," als van loeder medelijden bewogen
uit; „nu begrijp ik uwe mismoedigheid.
Ja, dat gaat altijd zoo; het ontwaken uit
de vrome droomen der jeugd, de eerste
erkenning, dat hetgeen men kind zijnde
als zijn ideaal beschouwde, toch slechts
een wezenlooze, als is het oók'cen blijde
droom geweest, doet óns steeds onaangcr
naam aan. Ma,ar troost u, de vreugde dei-
waarheid is 'toch duizendmaal beter, dan
die van den schoonsten droom. Wanneer
gij u slechts van de godsdienstige bevan
genheid, die uit de kinderjaren is over
gebleven, zult vrijgemaakt hebben."
„Maar ik wensch volstrekt niet daar
van vrij te zijn," onderbrak de jonge
vrouw de verleidster eenigszins ruw;
„want ik houd het geloof mijner jeugd
voor het warè geloof, dat-ik niétverlie
zen mag en kan."
„Zeker, het zoude ook onrecht zjjn,
datgene, wat gij voor waar houdt, le ver-
het kankervfaagstuk bezig.
Uit deze waarnemingen blijkt, dat kan
ker gaarne gi'oeit in een litteeken. Een
maagzweer, die tot genezing is gekomen,
en gesloten door li'tteeben-weefsel, is de
aanleidend© ooi-Zaak tot het ontstaan van
het treurig ziektebeeld Van den maagkan
ker, Waaraan zooveel menschen ten gj-on-
de gaan en Waartegen tot'heden toe geen
kruiden zijn gewassen. ^.-yioteon, tegen
wien de vijandelijke wapens niets' ver
mochten, viel als offer van deze 'ziekte.
De jgjroote man iging ten onder door do
woekeringvan ©en cel in het slijmvlies
van de maag, een vprmliestanddeel, zoo
klein, dat we een microscoop 'met 'duizend-
malige vergrooting noodig (hebben v'oor ;we
haar kunnen zien.
Duidelijker is de macht van bat kleine
en Üe onbeduidendheid van don mensch
zekér nooit aan licit licht gekomen. Aan
maagkanker stierf ook de k'oudwafer-
apostel Seli. Kneip.'tte man, die de wereld
een loogertblik in -beroering bracht dooi* in
zijn omgeving zieken met, water te be
gieten.
Maar niet alleen (een genezen zweep
kan aanleiding geven tot. het ontstaan
van den kanker, de zweep zelve doel, het
ook. En z'oo zien we kanker in de tong
ontstaan bij kleine 'zweeren, die daarin
zijn opgetreden na, een vépw onding door
•een scherpe tand
Is (eenmaal de kanker in het tongweefsel
gaan woekeren, dan kan alleen een snelle
operatie het leven van den mensch iledden.
Voordat, de kanker door middel van- het
bloed in het lichaam wordt uitgezaaid,
moet het zieke gedeelte van de tong wor
den weggesneden.
Niet altijd is deze operatie doeltreffend;
want dikwijls ziet men het ziekelijke: weef
sel zich met, .verdubbelde woede ontwikke
len op de 'sncievlakte-, bij de operatia
gemaakt. Gelukkig is dit niet altijd hef
geval en 'zoo 'zijn twee gevallen bekend
van operatie aan de tong, waarbij de pa
tient vier en zeven jaar na de operatie
nog volkomen gezond Was. De tong is een
lichaamsdeel, dat door den operateur ge
makkelijk bereikt kan worden. Dit geldt
niet van den 'slokdarm, die dieper in het
menschelijk lichaam gelegen is. De plaats,
door deze ingenomen, is zoo (moeilijk te
naderen, dat men hiér alle operatief in
grijpen. moet achterwege laten. Diit is des
te betreurenswaardiger, omdat de slok
darm zoo dikwijls door kanker wordt aan
getast. Stelt men ©en onderzoek in naai
de weefsels van deze patiënten, dan valt
het op, dat kooveton van hen misbruik
maken .van sterken drank'. De deskundigen
die dan ook lover dit' onderwierp v'eel heb
ben geschreven, houden 'zich overtuigd,
dat de voortdurende prikkeling van het
Slijmvlies van den Islokdarm door den
alcohol de aanleidend© oorzaak is van
deze ziekte, i
Het terrein, waar de kanker zich ver
toont, is niet beperktd tot de tong, da
slokdarm en de 'maag. Integendeel er zijn
weinige organen die zij1 verschoont. Indien
men daarbij nog in aanmerking neemt!,
dat van elke (i sterfgevallen na het veer
tigste jaar een moet worden toegeschreven,
aan kanker, dan kan men nagaan, welk
onheil door dezb ziekte wordt gesticht.
We mogen het 'daarom een verblijdend
verschijnsel (noemen, dat zich hier Sn
liet land, in navolging van het buitenland
een comité heeft gevormd, teneinde te
geraken 'lot de oprichting van een kankég-
insitituut, waarin gezocht zal worden naar
doelmatige middelen tor barer bestrijding.
Het kanker-instituut.
De Koningin schonk f 100 aan liet Ilaag-
sche Comité van de Vereeniging Het Kan
kerinstituut.
f HA9IKK IJ K.
De Paus souverein. Vrijdag j.l
verschenen voor het kantongerecht van
Carcassonne (Aude) zes katholieke bur
gers, beklaagd van het gruwelijk feit, dat
werpen. Maar de tijd zal komen, waar
op gij zonneklaar zult erkennen, dat, het
geen gij' tot nu t oe voor waarheid hield,
juist de waarheid niet is. En ik dacht,
dat deze tijd voor u reeds aangebroken
was, daar gij niet meer deelgenomen hebt
aan de godsdienstoefeningen, die uwe
priesters op dezen dag zoo streng voor
schrijven."
Bij deze woorden, die eene zware, of
schoon wel niet dooi' mevrouw Burg
bedoelde, maar daarom niet te minder
door de jonge vrouw gevoelde aanklacht
bevatten, steeg haar het schaamrood naai
de wangen, en verlegen, zocht zij naar
een antwoord, zonder liet nochtans te
vinden.; De muziek, die ap dit oogenblik
weder begon,, onthief haar er van, en
daardoor verlicht, haalde zij Weer rui
mer adem.
Het was een vroolijk stuk dat nu volg
de; luchtige en lustige melodieën dwar
relden door de zaal. In het eerst voelde
zij zich door deze uitgelaten tonen on
aangenaam ontroerd; zij vormden met
haar gehéele- gemoedsstemming een snij
dend contrast. Maar de macht, Üie do
muziek op ons hart uitoefent, ris-gewel
dig en bijna onweerstaanbaar, Hélzelfde
veelde -zij ook.- Langzamerhand 'toch be
daarde de droefheid haars harten, zij
zij op den 21sten Mei, bij gelegenheid
van het feest van Jeanne d'Arc, de pau
selijke vlag hadden uitgestoken. De katho
lieken verklaarden dat de Paus souverein
was en de verdedigers ondersteunden
deze verklaring door er op te wijzen, dat
de rechtspraak zich tegen deze opvat
ting niet verzet, dat de Paus alle voor
rechten van de souvereiniteit geniet, dat
liij zijn voorschriften aan millioenen on-
derhoorigen geeft en eindelijk, dat hij
van niemand afhankelijk is.
De kantonrechter vereenigde zich met
dit gevoelen en allen, die de pauselijke
vlag hadden uitgestoken werden van
rechtsvervolging ontslagen. (Tijd.)
Het kabinetRibot. De „Univers"
wijst erop, hoe de grijze politicus Ribot
er in bewonderenswaardig korten tijd
in geslaagd is een kabinet samen te stel
len, dat wanneer de radicalen bet niet
dadelijk ten val brengen, iets goeds kan
stichten met betrekking tot de nationale
verdediging en de financiën.
Dit kan echter niet gezegd worden
met betrekking tot bet godsdienstige
vraagstuk.
Ribot schrijft de „Univers"wilde
waarborgen geven aan de anti-clericalen
en lieeft aan bet hoofd van het ministerie
van onderwijs een der felste verleekers
en grootste godsdiensthaters geplaatst
die de kamer bezit.
Dessoye is president van de beruchte
onderwijs-Iiga, waardigheidsbekleeder
van de loge en berucht om zijn mede
werking aan de anti clericale schoolwet
ten. Hij evenaart Ferdinand Buisson en
overtreft misschien Combes nog.
Vergist Ribot zich niet deerlijk,wanneer
hij meent, dat de medewerking van
Dessoye zijn ministerie zal versterken?
Hij heeft reeds kunnen zien, dat de ra
dicalen zich niet laten vermurven.
Eens te meer zullen de Katholieke
afgevaardigden uitgenoodigd worden, de
regeering bij te staan tegen de socialisten
en de geuniiiëerde-radicalen om de wet
op den drie jarigen dienstplicht te ver
dedigen en zich dan voor te bereiden op
harde slagen, wijl het kabinet om niets
ter wereld den schijn wil wekken op de
rechterzijde te steunen.
Het blad hoopt, dat de rechterzijde
een zeer wantrouwende houding zal aan
nemen. (Maasbode).
KKfifibA IV»
Het incident in het Bucking-
h e rrt-p a 1 e i s. Het feit, dat een kiesrecht-
juffer cr vorige week Donderdag' in slaag'r
de in do troon zaal van het Buckingham Pa
lace binnen te dringen, heeft in Londep
groot© opschudding1 teweeg gebracht. De
lord Chamberlain weigort alle mededeelin-
gen omtrent 't incident, dat'zich echter vol
gens het zeggen van de portiers en ka-
merheeren als volgt, heeft toegedragen:
Miss Mary Blomfield, de dochter van
een bekend architect en de kleindochter
van den onlangs overleden Anglicaan-
schen bisschop van Londen, was, ver
gezeld van haar zuster, liet paleis binnen
gekomen en liep kalm door naar de troon
zaal, waar beiden tusschen de hovelingen
plaats namen.
Toen de koning en de koningin bin
nentraden maakte Miss Blomfield de voor
geschreven buiging en riep uit: „Om Gods
wit, Sire, laat de gedwongen voeding op
houden", of, volgens een andere lezing:
„laat de marteling der vrouwen ophou
den." Een knieval zooals eerst ge
meld deed Miss Blomfield niet.
Na het gebeurde dat alleen dooi
de naaste omgeving en het koningspaar
werd opgemerkt, grepen twee zaalwach
ters de militante" suffragette vast, die kalm
de zaal verliet.
Het koningspaar was over het gebeurde
volstrekt niet opgewonden. De koningin
zeide: j,Wanneer dit het ergste vergrijp
was der suffragetten, zou het misschien
te vergeven zijn."
werd vroolijker en te gelijk ook spraak
zamer, zoodat. mevrouw Burg nu een ge
dweeër volgelinge in haar vond, dan zoo
even. Zij sprak haar veel over het geluk
der vrijheid van iedere overheersching in
godsdienstige zaken, over de zelfzucht
der priesters, en de stoornissen van het
huiselijk geluk, dat zijoveral waar men
hun gehoor geeft, teweegbrengen. Onder-
tuLssohen bracht zij plassende lofuitingen
op de hoog© beschaving van Brandt, op
het aanzien, waarin hij .allerwego stond.
Zij liet doorschemeren hoevelen haar om
zijne hand benijdden; waarop Bertha niet
kon nalaten ook harerzijds zijde: voortref
felijkheden te prijzen, zoodat zij spoedig
in een meer en meer vroolijke stemming
geraakte en haar man, die haar intusschen
bespied had, met lachende blikken ont
ving, joon hij 'na leene poos bij haar kwam.
„Gij zijt een ware tóovenares, geëerde
mevrouw Burg;" fluisterde Brandt haal
bij het afscheid onder plichtplegingen-
toe; „hoe hebt gij1 toch deze verandering
bij Béftha kunnen teweegbrengen? Hoe
dankbaar zoude ik u zijn, indien gij ons
meermalen met een bezoek wildot ver-
eerenl Uw omgang zou voor mijne vrouw
bovenmate leerrijk zijn."
Mevrouw Burg glimlachte met zelfvol
doening en beloofde bereidwillig een spoe-
Een vervolging zal niet worden inge
steld, wel zullen de dames Blomfield nooit
meer ten paleize worden ontvangen.
(Msbode)
D e s u f f r ajget te n-r a ze'r n ij. In een
vorig nummer heeft men kunnen lezen
over nieuwe wandaden der Britsche suf
fragetten. Het publiek begint thans te
doen wat de justitie tot dusverre na
laat: deze furiën geducht en meedoogen-
loos te straffen. Doch dit optreden van
het publiek als rechter, draagt uit den
aard der zaak een zeer bedenkelijk karak
ter. Dit hebben dezer dagen twee onderwij
zeressen in een voorstad van Belfast be
leefd. De dames bezichtigden, zonder aan
iets kwaads te denken, een leegstaand
huis, waaruit eenigen tijd geleden aldaar
wonende suffragettes verwijderd waren.
Dadelijk schoolde een menigte samen voor
het huis en dreigde haar te lynchen.
Zij werden vervolgd, met steenen gewor
pen en zagen zich ten slotte genoodzaakt
een. katholieke kerk binnen te vluchten.
Toen werd de politie opgescheld en deze
slaagde er ton slotte in de dames in
veiligheid te brengen.
TURK IJ G.
- De uitroeiing van Grieken in
T h r a c i De correspondent uit Kon-
stantinopel van de „Indépendance" van
Brussel schrijft d.d. 27 Mei:
Aanhoudend komen er klachten der
Grieken uit Thracië bij' den Phanar, wam
men ten einde raad' is. Mag men de rap
porten van de meeste metropolieten ge
looven, dan worden de Grieksche stre
ken als het ware ontvolkt door de kne
velarijen en afpersingen en de meest ver
woede vervolgingen. Turken en Muzel
mannen uit Macedonië (nemen jbezit van de
verlaten woningen. Zij gaan daarbij op
hun gewone wijze te werk: do Muzelman
nen schieten des nachts hunne geweren
af en houden de dorpsbewoners onder
voortdurende vrees voor een bloedbad;
de vrouwen en kinderen worden beangst
en het duurt niet lang of de. gedachte
aan een algemeene vlucht wordt algemeen.
Men spoedt zich naar de overheid, doch
het eerst© wat men .aan de Grieken vraagt,
is een geschreven verklaring, dat zij uit
geheel vrijen wil hun dorp verlaten en
zich niet hadden te beklagen over de
regeeringsambtenaren. Dan komt de Ivraag,
hoe zijn goed te verkoopen? Niemandl
wil het dan, zelfs niet met aanzienlijke
verlaging van prijs. In Rodosto, een han
delsstad aan de Zee van Marmora, waai
de Grieken en zelfs de Armeniërs begon
nen zijn -weg te trekken, traden de Tur
ken in een kruidenierswinkel met een
voorraad van ongeveer 150 Turksch© pon
den (3450 francs) en boden de-n winke
lier 34 francs. En toen hij dat aanbod
natuurlijk afwees, kreeg hij ten antwoord:
„Je zult binnenkort wel genoodzaakt zijn,
want je moet hiel- vandaanI" De toestand
van de onderhoorigen van het Grieksch
Patriarchaat is dan ook erbarmelijk. Zij
vluchten voor de onmogelijkheid om onder
voorwaarden te leven, die hun zijn op
gelegd sinds de regeering, ten einde de
positie van Turkije in deze grens-provincie
te versterken, besloten heeft hen te ver
vangen door Turken en Muzelmannen.
(„De, Tijd")
ARKRIKA.
Een arme rijke. Volgens do „Stan
dard", kan Rockefeller, sedert, de on
lusten in zijn mijnen te Colorado, waarbij
zooveel slachtoffers vielen, haast niet
meer slapen. Steeds is hij- bevreesd voor
een inval van manifestanten, of voor een
aanslag op zijn leven en hij tracht zich
daartegen zooveel mogelijk te beschermen.
Op zijn bezitting le Torrytown, werd vroe
ger van 's avonds tot 's morgens de wacht
gehouden door vier negers; als Rockefel
ler 's nachts ontwaakte was hij gewoon
ze toe te roepen, om zich te vergewis
sen of ze niet sliepen. Thans is dit aan-
dig bezoek. Vroolijk pratende keerden de
jonge lieden naar huis terug.
's Anderdaags reeds maakte mevrouw
Burg haar eerste bezoek, en herhaalde
het van toen af bijna dagelijks. Zij: was
vindingrijk in het opsporen der middelen
ter verstrooiing van Bertha en om haar
'in de geestesrichting van haar man te
voeren; zij gaf zich dan ook gewillig aan
haar over. Tegen de sledevaart, die zij
.'op nieuwjaar voorsloeg, en juist op een
'tijd, dat aan kerkbezoek op dien dag
nauwelijks kon gedacht worden, had de
jonge vrouw dan ook maar weinig in
to brengen. Mevrouw Burg had haar, groot
genoegen vooiispéldbovendien wasBpandt
zeer op dia uitspanning gesteld; en, zoo
had haar mevrouw Burg, die toch eene
zeer w:ellevende en ervaren vrouw was,
aangeraden zich in ieder -opzicht te voe
gen naar de wenschen van den man; dat
was de beste godsdienst voor eene vrouw.
Opgewekt en lustig keerden Bertha ei<
Brandt 's avonds huiswaarts, en het toe
val wilde dat de laatste nog juist een
bezoek moest afleggen, zoodat zij alleen
thuis bleef.
(Wordt vervolgd.)