No. 147 TWEEDE BLAD NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 13 Dec. 1913, f EUILLETON. Het Vierdle gebed. BUITENLAND. Het Vredespaleis. I. De kranten staan iederen dag vol van verhalen over ongelukken, moorden en oorlogen. Men zou haast denken, dat er niets anders in de wereld gebeurde. Maar gelukkig zijd er ook nog ontelbare ver blijdende verschijnselen, daden van zelf opoffering, zooals we o.a. hij de redding der schipbreukelingen van de brandende „Volturno" vernomen hebben. Toch neemt de geschiedenis van alle narigheid een veel te groote plaats in onze 'gedach- -ten in beslag. En waarvoor kan dat goed zijd? Beter zullen we er niet door wor den, dat is zeker. Toen ik' nog op' school ging misschien is 'het nu anders was de geschiedenisles niets anders dan een aaneenschakeling van oorlogen. We kenden alle belangrijke en onbelangrijke veldslagen op ons duimpje. Maar wat er behalve oorlogvoeren gebeurde, daarvan vernamen we bedroefd weinig. En toch, evenals de oorlog zijn geschiedenis heeft, zoo heeft ook de vrede de zijde. De geschiedenis van den vrede en de vredesbeweging is zeer belangwekkend, deze vredesbeweging wil ik zoo nu en dan wat vertellen aan de lezers van dit blad. Ik zal den eenen keer dit, de volgende maal weer wat anders meedeelen, zonder dat het één een vervolg van het. vorige behoeft te zijd. Dezen zomer, in de maand Augustas, is te 's Gravenhage het Vredespaleis ge opend. Dat weet iedereen. De rijke Ameri kaan Carnegie heeft voor het houwen en inrichten van dat paleis een heelen hoop geld gegeven. Dat is ook algemeen be kend. Maar wat zal er nu in dat mooie Vredespaleis gebeuren? Wel, zal men ant woorden, het moet voor de bevordering van den vrede dienen. Zeker, dat is de bedoeling. Op welke wijze men in dat Vredespaleis den vrede denkt te bevorde ren, dat wil ik nu gaan vertellen. Op het oogenblik heeft het paleis al een tweeledige bestemming: 1. Het paleis huisvest, het Arbitrage hof i 2. Het paleis [is de bewaarplaats van een groote bibliotheek: een verzameling hoeken, die op de vredesbeweging en al lerlei andere wetenschappen betrekking hebben. 3. Hoogstwaarschijnlijk zal in de maand Augustus van het volgende jaar opgericht worden een hoogeschool voor internatio naal recht,, dat is een school, waar pro fessoren de studenten leoren, welke wet ten er bestaan tusschen de verschillende staten. Deze school krijgt da.n ook een plaats in het Vredespaleis. Wat wil dat nu zeggen, dat vreemde woord Arbitragehof, of om het zijn vol len naam te geven het Permanente Jlof van internationale Arbitrage? Het zijn een hoop vreemde woorden, maar het is toch niet zoo heel moeilijk te begrijpen. Luister maar. Arbitraige is oen vreemd woord voor scheidsgerecht. Wanneer Jan en Willem het niet eens kunnen worden over de •grens van hun erven, dan kunnen ze naar de rechtbank te Middelburg gaan en vra gen, of die wil uitmaken, hoe die grens lijn eigenlijk moet loopen. Maar zo kun nen ook naar den schoolmeester, of een ander, die als zeer eerlijk en rechtscha pen mensch bekend stapt, gaan en zeg gen: Meester, we kunnen het niet eens worden over die grensscheiding'; we zul len je ieder meedeelen, hoe we denken ([at het is, en daarvoor de bewijzen aan brengen; als je ons beiden dan gehoord hebt en nog eens de kaart, op het ge meentehuis hebt nagekeken, verklaar U dan, hoe de grens in het vervolg zal loopen. Wij' zullen met die grens genoe gen nemen. Als Meester dan naar beste weten de grenslijn getrokken heeft dan zijn op die wijze alle moeilijkheden uit de wereld geholpen. Want Jan en Willem begrijpen, dat dé nieuwe afscheiding vol gens recht, en billijkheid gemaakt is. Om 54 Eindelijk kwam dan de begeerde go- zant Gods de pastoor; deze een kun dige leidsman van zielen, wachtte zich wel van al te spoedig de olie des. troostes in het gemoed van Balthasar te gieten; eerst bracht hij diens vermorzeling des harten tot voltooiing; maar toen sprak hij hem de woorden der vernieuwing des levens toe: Wees gerust, mijn zoon, uwe zonden zijn n vergeven. Balthasar be geerde de heilige Sacramenten, en ont ving ze met. eene godsvrucht en rouw moedigheid van hart, dat allen gesticht en getroffen waren. Beata smolt in tra nen; maar Balthasar zeide haar: Moeder, ween nu toch niet meer, maar verheug u liever met mijl De steen is van het hart en ik ben van eeu zwaren last verlichti. God heeft' mij! vergiffenis ge schonken en gij ook, lieve moeder. De Zaligmaker heeft nu iu mijn binnenste zijne woning genomen, en ik laat Hem daaruit nooit meer vertrekken. Moeder, nu wil ik van barle lijden van harte wil Meester de beslissing in geschillen in han den te geven is een veel voordeeliger manier, dan op' te gaan procedeeren bij de rechtbank. Want procedeeren kost veel geld: de staat laat je zegels betalen en registratie,gelden en proceskosten als. je verliest, maar ook soms als je het wint en dan moet de deurwaarder wat van je hebben, om de advocaat daar- hij niet te vergeten. Maar Meester is te vreden met een 'kip of een half dozijn eieren en dat is heel wat minder. Mees ter nu heeft in deze zaak de rol van scheidsrechter vervuld. Met een vreemd woord noemt men dat arbiter en daar vandaan is het woord arbitrage in de wereld gekomen. Evenals twee buren een geschil kunnen hebben, zoo kunnen ook twee landen of staten het over een grens, over een som gelds enz. oneens zijn. De oude gebruike lijke weg was dan, wanneer de een niet wilde toegeven, maar naar de wapenen te grijpen en het samen uit te vechten. Die landen voerden oorlog en wie het sterkst was, de beste en meeste soldaten bezat, die won het. Maar de overwin naar had in de meeste gevallen niet het recht en de billijkheid aan zijn zijde. En zoo zijn oorlogen lang geen goede mid delen om uit te maken, aan wie nu eigen lijk het stuk land, waarover de oneenig- heid loopt, rechtens toebehoort. Vroeger werden oorlogen om den haverklap ge voerd. Tegenwoordig wordt het al veel minder gedaan. Jammer genoeg' zijn do menschen, vooral do staatslieden en di plomaten vertegenwoordigers van een staat bij oen anderen staat nog niet wijs genoeg om deze barbaarsche en on billijke wijze van een geschil uit den weg te ruimen, geheel te laten varen. De Bal kanoorlogen, de Italiaan,sch-Tiirksclie oor log zijn daarvan de treurige bewijzen. Maar, zooals ik reeds zeide, de oorlo gen beginnen toch al te verminderen. Langzamerhand begint men in te zien, dat al dat gemoord en al die oorlogs gruwelen menschontcerend zijn. In,plaats van maar dadelijk te wapen te loopen zijn verschillende landen wijzer geworden, eu hebben aldus geredeneerd: tusschen huren werken scheidsrechters dikwijls met goeden uitslag, laten we het ook eens met hen beproeven tusschen ons, staten. En aldus is Ontstaan het scheidsgerecht tusschen de staten, of zooals het met een vreemd woord heet de internationale arbitrage, want. internationaal 'beteekenj niets anders dan: tusschen de staten. Als we nu verder zeggen, dat. permanent een ander woord voor blijvend is en het woord Hof dezelfde beteekenis heeft als in het woord Gerechtshof, z'ooals er te Arnhem een is, dan is het duidelijk dat permanent, Hof van internationale arbi trage niets anders beduidt, dan blijvend Hof van scheidsgerecht tusschen de sla- ten. Maar voor dezen keer genoeg. Een vol gende maal nog wat meer over dit Hof. T 0 O M E E L. Een Pacifistisch Tooneelstuk voor het voetlicht. De Bond „Vrede door Recht." begreep vóór eenige jaren, dat, bij alle propagan damiddelen voor deze beweging, ook de propaganda door het, tooneel niet mocht worden, verwaarloosd, en schreef een Prijsvraag uit. voor een Pacifistisch Too neelstuk. En nu schijnt ook op dit. gebied de Vredesbeweging te zullen slagen. Een auteur van naam, Mr. J. van Sc.hevicha- ven, is door de door „Vrede door Hecht" uitgeschreven prijsvraag opgewekt een pacifistisch tooneelstuk „Do Eer van hel Land" te schrijven eu dit. stuk is door de Koninklijke Verceniging „Het Ncder- landsch Tooneel" ter opvoering aange nomen. Van dit tooneelspel heeft de schrijver zelf het volgende overzicht gegeven: „Geen grootcr wanverhouding is donk- ik sterven alles, wat God belieft; Hij zal alles wel lot ons bestwil schikken. Moeder geloof mij, ik ben u veel ver plicht; mijne grootste en voornaamste pijn is weg het knagend geweten. Dat heeft mij tot nu toe zeer- dikwijls gekweld en gefolterd; daarentegen is alle ander leed maar kinderspel. Na den middag kwam de heelmeester weder, hij schudde liet hoofd on was van oordeel, dat men ten laatste nog ge noodzaakt zou zijn, het been boven de vermorzelde knie af te zetten. De moeder ■schrikte en klaagde maar Balthasar bleef moed houden: Ik ben met alles tevre den; mijnheer de pastoor heeft mij een schoon gebed geleerd, te weten: Heer, kerf, brand, verwond in dit; leven; maar spaar mij iu het andere. de H. Augusti- nus, zeide hij, had dit gebed gesproken; ik wil' het ook bidden. De beangstigde moeder wilde nog een ander kunstig geneesheer doen ontbieden en daar was de heelmeester geheel mede tevreden. Nu werd dan de arts, der naast- bijgelegene stad geroependeze verklaarde dat het, afzetten van heit been nog niet noodig was, maar hij ontkende niet, dat men daartoe misschien nog zou moeten overgaan; intasschen beloofde hij te doen, wat hij vermocht Dit deed hij en de baar dan die tusschen de oorzaken en de gevolgen onzer moderne oorlogen. Tel kens brengen meeningsversehillen over fu tiliteiten de staten op den rand van ouder lingen strijd. Een dorre, duin-bevolkte streek in Afrika is de twistappel tusschen twee groote Rijken: Almanië en Matirovië. Keizer en Kanselier van Almanië wenschen het be houd van den vrede en hebben een trac- taat met Manrovië voorbereid, dat dezen verzekeren zal. Maar de oorlogspartij, die door Graaf Benström geleid en door den Kroonprins begunstigd wordt, tracht de verwerping van dit tractaat door den Rijks- raad te bewerken. Ook in het g'ezin van den Rijkskanse lier heeft de vraag: oorlog of vrede?" verdeeldheid gebracht. Gravin Walborg deelt de vredelievende gevoelens van haar man, maar de kinderen, August: en Bella, zijn vóór den oorlog. Tusschen de laatste en haar verloofde, Ernst de Sallès, die Secretaris van den Kanselier en vóór het behoud van den vrede is, ontstaat daar door verwijdering. Niettegenstaande alle pogingen van Kei zer en Kanselier gelukt! het de oorlogs partij het. tractaat te doen verwerpen en Manrovië thans meenende, dat men in Almanië op den oorlog aanstuurt, wil zich niet laten voorkomen. De strijd ontbrandt en Graaf Benström, volgt den vredeskanselier op. Keizer en Kroonprins trekken ten oor log: de laatste heeft nu gelegenheid, zijn theorieën omtrent hot noodzakelijke en ridderlijke van den oorlog aan de practijk te toetsen. Maar ook de thuisblijvers (waaronder Ernst, do Sallès, die Graaf Walborg niet verlaten kan) staan aan ge varen bloot, omdat weldra blijkt, dat niet het volk, maar een politieke partij den oorlog begeerde. De Sallès, wion zijn verloofde gebrek aan moed verwijt, omdat luj niet. ten oorlog is gelrokken, bewijst haar, dat er ook elders dan op het slagveld moed kan worden betoond. Het; is niet, de bedoeling van deze kor te aankondiging den geheelen loop van het stuk te beschrijven en daardoor het pu bliek te prepareeren op alles, wat komen zal. Het wrecde va.n den oorlog, die uit- éénrukt wat. vereonigd moest, blijven, die treft, wie het minst verdiende getroffen, te worden, het immoreele van den oorlog, die zijn eigen verwrongen maatstaf voor goed en kwaad aanlegt aan de handelingen der menschen het, onverwachte van deu oorlog, die over de volkeu losbarst, zonder dat. men zich behoorlijk rekenschap gegeven heelt, van zijn vreeselijke gevol gen dit alles moge den toeschouwer duidelijk worden en sympathie wekken voor lie,n, die dit groote kwaad der menschheid trachten 1e beperken en uit te roeien, Bit stuk is voor het eerst deu 9den Dec. j.l. te 's Gra.ven.hage, den zetel van „Vrede door Recht" en Van de „Ned. II. K. Vereen, tot Bevordering vau den Wereldvrede", ten fooneele gebracht, iu het Gebouw voor Kunsten en Wetenschap pen te 's Gravenhage. HKIiGIK. Volgens de juist verschenen statistieken was liet alcoholverbruik per inwoner van België van 1890 tot 1894 40 L.va.n 4895 tot 1897 9 L., van 1898 tot. 1902 8 L„ van 1903 tot, 1907 -5 I,., van 1908 tot 1912 4 L. Men ziet, dat het. alco holverbruik sterk aan het afnemen is. De K a m e r. De Kamer heeft; Woens dag de debatten over het schoolwetsont- werp voortgezet. Allereerst werd, na lang durige discussie, art. 7, betreffende het verlof voor seizoenwerk, aangenomen. Art. 8 werd met een wijziging van Woeste, waarin bepaald wordt dat het verboden is drukking uit te oefenen op den huis vader, waardoor deze een school zou kie- heelmeester insgelijks. Ook vervulde Be- ata haren moederlijken plicht in Balthasar op te passen. O, hoe smeekte zij toen gedurende den nacht tot Godl hoe riep zij toen de liefderijke Moeder des Zaligma kers en de engelen en do heiligen des hemels te hulp. Niet minder stonden haar en den zieke de molenaar cn diens vrouw en alle huisgenooten met liefde en ijver bij. Waarover allen verwonderd waren, dit was het groote geduld, de sterkte van gemoed en de gelatenheid van Balthasar. Zijn lijden was, naar de eigene verklaring des geneesheers, bovenmate smartelijk, waarlijk eene vuurpijn. Hij klaagde echter niet, hij morde niet; integendeel was hij liet zelf nog die zijne bekommerde moe der troostte. Haar leed ging hem meer ter harte dan het zijne. Er ging geen dag voorbij, waarop hij haar niet herhaalde lijk om vergiffenis van zijn slecht ge drag bad. Dikwijls, zeide hij dat hij veel meer verdiend had. Niemand zou in hem den driftigen, ongcduldigen Balthasar her kend hebben. Zoodanig eene verandering kan slechts door de genade des Hceren en door het nederige aanvaarden van het toegezonden kruis bewerkt worden. Toen prezen allen God en wenschten in het geheim huns harten Balthasar geluk. Aldus gingen er drie weken van een zen welke neit met zijne overtuiging overeenstemt, goedgekeurd, terwijl artike len 9 en 10 ongewijzigd werden aangeno men. ZUID.AM» RIKA. De toestand in Mexico. Reeds meldden wij dat de maatregelen, welke Huerta genomen heeft, de grootste ver ontwaardiging gewekt hebben zelfs hij! de vrouwen. Een deputatie van 200 vrou wen begaf zich Zaterdagmorgen „en corps" naar het paleis van den president, om te protesteeren tegen de inlijving van haar mannen en zonen. Huerla weigerde om de vrouwen te ontvangen. Na een periode van rust zijn de Zapa- tisten ook weer roerig geworden, Naar men meent, moet men hierin ook de ro den zoeken van do plotselinge afzetting van generaal Jimenez als hoofd der fede rale troepen, die alleen gouverneur ge bleven is. De juiste plaats, waar Zapata verblijft, is niet bekend, evenmin als men weet waar hij zijn hoofdkwartier heeft. Men vermoedt dat dit laatste nabij Huautla gelegen is, vanwaar hij eenigen tijd gele den na een hevig gevecht verdreven werd. Een telegram uit Guadalajara, meldt,, dat te Huitzilay een hevig gevecht gele verd is tusschen de Zapatisten en de regeeringslrocpenindien dit waar is, zou den de oproerlingen zich op; slechts dertig mijlen afstand van de hoofdstad bevinden, Het bericht dat admiraal Cowles naar Guadalajara vertrokken is en daar troepen zal landen voor een onderzoekingsreis wordt in de Amerikaansche pers druk besproken. In hoever dit bericht echter juist is, is moeilijk uit. te niaken, daar ook eenigen tijd geleden gezegd werd, dat de Amerikaansche troepen te Vera Cruz geland waren, hetgeen later weer officieel tegengesproken werd. Naar verder een telegram uit. Laredo (Texas) meldt, heeft de Banco Mercantile do Mexicaan,sche handelsbank in Monte rey allo hare banknoten verbrand, opdat ze niet in handen der opstandelingen zou den vallen, welke Monterey bedreigen. De hank is nu gesloten. Vluchtelingen, die uit het Noorden zijn aangekomen, verklaren ec.hter, dat de bank niet in staat is tot betalen en in overleg met de regee ring gehandeld heeft, In het Noorden moeten de rebellen intasschen gruwelijk hebben huisgehou den, zoo melden althans berichten uit Mexico in strijd met die va.n andere zijde. De regeeringssoldaten vooral hebben het moeten misgelden. Een bijzonder kras staaltje van wreed heid gaven de opstandelingen ton opzichte van kolonel Falcon de Pena, den com mandant van den militairen trein, dien de rebellen tusschen Vanegas en Potosi, zooals gemeld, in de lucht deden springen. Ze namen den kolonel geva ngen, sneden hem neus en ooreu af, staken hem de oogen uit en rukten hem, de tong uit. Hierop deden ze hem nog andere mishan delingen ondergaan on lieten hem dan hulpeloos liggen, totdat hij1 onder vreese lijke pijnen stierf. (Msbode.) AOOU D- AM »HIK A. Dezer dagen heeft de Amerikaan Geor ge Davis voor de jury van Indianapolis belangrijke bekentenissen afgelegd over verschillende dynamietaanslagen. Naar ge meld wordt zijn verschillende leden van de International Association of Bridge and Structural Ironworkers in deze. zaak' be trokken. Davis gaf'plaats en datum van elf aan slagen op: zeven bruggen, een viaduct en drie groote gebouwen; al deze werken waren uitgevoerd door niet.-georganiseerde werklieden. Blijkens deze verklaringen is er her haalde malen met mensehenlevens ge speeld. Davis droeg de bommen in een kistje door de stad, ging èr mede in trams en stoombooten, en verbleef er soms een geheelen nacht mede in hotels, alsof smartelijk lijden voor Balthasar voorbij, er waren dagen, dat niet slechts zijn zijn been, maar zijn leven zelf in gevaar scheen. Maar hij bleef zijne kracht: van gemoed bewaren en herhaaldelijk riep hij uit: ik heb hel verdiend. Ach of ik alle ondankbare en ongehoorzame kinde ren hier aan mija bed kon laten komen. Ik zou hen zeggen: Ziet, mij aan. Zóó straft God de slechte kinderenU zal eens iets dergelijks overkomen, indien gij u niet verbetert en vader en moed co niet van harte bemint en vereert, Maar, God hielp, gelijk Balthasar zich uitdrukte, toon ina verloop van dien tijd do stad- sohe geneesheer verklaarde, dat; hij zijn been zou kunnen behouden, maar dat het stijf zou blijven. Balthasar loofde God, moeder Beata vergoot tranen van vreugde en nam nu de noodige voorbereidingen, om haren zoon naar haar huis te vervoe ren. Hij werd op eene baar, die met een zacht bed bedekt was, naar Mahlingen Be dragen. Het was juist de drie en twintigste dag, nadat hij het huis verlaten had. Toen was hij, overmoedig van jeugd en kracht, op een windsnel paard uitgereden nu kwam hij terug, met een verlamd been, in pijn en ellenden. Een boer, die aan den ingang van het dorp stond, zag hem vol het de onschuldigste zaken ter wereld waren. De hoeveelheid dynamiet, welke Davis gewoonlijk hij'; zich droeg, was vol doende om meerdere gebouwen in de lucht te doen vliegen. Het honorarium dat Davis voor deze misdaden ontving, was zeer gering en varieerde tusschen 24 en 72 gulden. (Msbode.) DUITSCHfiASr D. Kanselier en Rijksdag. De so cialistische spreker Scheidemann had ge vraagd, hoe het mogelijk was, dat deze rijkskanselier zich nog in den Rijksdag durfde vertoonen, nadat hij had moeten slikken, wat geen enkel ander Europeesch staatsman geslikt, zou hebben. Hij wacht eenvoudig tot hij ontslagen wordt I En dat dit nu nog niet geschied is, komt daardoor, zei Scheidemann, wijl de kei zer niet capitulceren wil voor den Rijks dag, evenmin als de militaire macht in den Elzas capituleeren wilde voor de ci viele autoriteiten. De Rijksdag is het aan zijn eigen waardigheid verschuldigd, het niet. te laten bij de motie van wantrou wen. Er moeten maatregelen getroffen worden om een eind te maken aan het per soonlijk regiment,. Op deze woorden Vatte do rijkskanselier vuur. Hij zelf zou wel weten wat hem te doen stond ook zonder de voorlichting van den heer Schei demann! Doch deze moest er vooral niet aan denken, toestanden in het leven te willen roepen, welke de Grondwet niet kent. Verleden jaar is in den Rijksdag uitdrukkelijk verklaard, dat het doen ein digen van interpellaties met een motie van afkeuring niet geschieden zal om de macht van den Rijksdag uit te breiden. En thans wil de heer Scheidemann toch, dat er druk geoefend wordt op de beslissingen óf van den keizer, óf van den Rijksdag. Dit beteekent een ongeoorloofde heer schappij van het parlement. In verband met. de'motie van wantrouwen, heeft hij, de kanselier, zijn ontslag niet gevraagd en zal dit. om deze reden ook nooit doen. Integendeel hij staat in den Rijksdag, steunend niet op het vertrouwen der afge vaardigden, doch op dat des keizers en met de meeste "kracht zal hij zich ver zetten tegen elke poging om op die rech ten van den keizer inbreuk te maken. Nooit zal hij dulden, dat de keizerlijke macht onder soeiaal-democratischen dwang komt. (De Tijd.) Rede van Mgr. Von Hartmann. Bij de viering van het Constantijnfeest der Katholieke vereenigingen van Keulen, hield aartsbisschop, dr. Felix von Hart- mann Maandagavond een rede, waarin hij sprak over den geloofsmoed der belijders en martelaren in den catacomben-tijd. In die dagen kwamen de Christenen voor aardsche machthebbers moedig voor hun geloof uit en hadden er hun leven voor veil. In onze dagen echter verbergt men zorgvuldig zijn geloof uit vrees voor ma- terieele schade. Gelijk de soldaat echter fier is op 'sko- nings wapenrok, zoo moet ook de Katho liek trotse,h zijn op zijn geloof en het niet verloochenen. Aan den Paus en staatssecretaris Merry del Val werd op voorstel van den aarts bisschop het volgende telegram verzon den: „De burgers van Keulen zijn vast be sloten, het geloof, de liefde en de stand vastigheid der Keulsche martelaren, met wier bloed den bodem van deze stad rijkelijk gedrenkt is, trouw na te volgen en zij zullen niet nalaten de vrijheid van den H. Stoel in hun gebeden van God af te smeeken, met hun giften te helpen verzekeren en met hun leven te bescher men." Mgr. von Hartmann heeft het volgende telegrafische antwoord van 's Pausen secretaris ontvangen: „Do II. Vader heeft met vreugde de betuiging van eerbied der Keulsche Ka tholieken ontvangen en wenscht u geluk medelijden aan pn riep uit.: Mijn Balthes, ik heb groote deernis met u, voor drie weken, zijt gij geheel anders uit gereden, en hoe komt gij nu te liuisl Veel beter dan ik wegging. Peter, geloof dat veilig, antwoordde hij', ik zou mijn tegenwoordigen toestand niet willen verruilen, voor dien waarin ik toen was. Pe lieer heeft mij bezocht,, maar Hij heeft het goed met mij voor. Nu had Beata, gelijk zij met zoo vu rig verlangen van God afgesmeekt: had, haren zieken zoon te huis. Maar hoe groot een last lag nu op hare schouders. Zonder man, zonder bijstand van eenig kind, moest zij voor het beheer eener groote, maar verachterdo hofstede, voor het be drijf der herborg zorgen en bovendien drukte op haar de aanhoudende inspan ning welke de oppassing van Balthasar vereisehte. Maar Beata bewees wat de liefde eener moeder vermag. De oorzaak van hare rampen hoorde uit haren mond nooit een verachtend, of klagend, of verwijtend woord. Nooit sprak zij over het. treurige, voor beiden zoo smartvolle verleden.. 1 (Wordt; vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1913 | | pagina 5