No. 147 TWEEDE BLAD NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 13 Dec. 1913,
f EUILLETON.
Het Vierdle gebed.
BUITENLAND.
Het Vredespaleis.
I.
De kranten staan iederen dag vol van
verhalen over ongelukken, moorden en
oorlogen. Men zou haast denken, dat er
niets anders in de wereld gebeurde. Maar
gelukkig zijd er ook nog ontelbare ver
blijdende verschijnselen, daden van zelf
opoffering, zooals we o.a. hij de redding
der schipbreukelingen van de brandende
„Volturno" vernomen hebben. Toch neemt
de geschiedenis van alle narigheid een
veel te groote plaats in onze 'gedach-
-ten in beslag. En waarvoor kan dat goed
zijd? Beter zullen we er niet door wor
den, dat is zeker. Toen ik' nog op' school
ging misschien is 'het nu anders
was de geschiedenisles niets anders dan
een aaneenschakeling van oorlogen. We
kenden alle belangrijke en onbelangrijke
veldslagen op ons duimpje. Maar wat er
behalve oorlogvoeren gebeurde, daarvan
vernamen we bedroefd weinig. En toch,
evenals de oorlog zijn geschiedenis heeft,
zoo heeft ook de vrede de zijde.
De geschiedenis van den vrede en de
vredesbeweging is zeer belangwekkend,
deze vredesbeweging wil ik zoo nu en dan
wat vertellen aan de lezers van dit blad.
Ik zal den eenen keer dit, de volgende
maal weer wat anders meedeelen, zonder
dat het één een vervolg van het. vorige
behoeft te zijd.
Dezen zomer, in de maand Augustas,
is te 's Gravenhage het Vredespaleis ge
opend. Dat weet iedereen. De rijke Ameri
kaan Carnegie heeft voor het houwen en
inrichten van dat paleis een heelen hoop
geld gegeven. Dat is ook algemeen be
kend. Maar wat zal er nu in dat mooie
Vredespaleis gebeuren? Wel, zal men ant
woorden, het moet voor de bevordering
van den vrede dienen. Zeker, dat is de
bedoeling. Op welke wijze men in dat
Vredespaleis den vrede denkt te bevorde
ren, dat wil ik nu gaan vertellen.
Op het oogenblik heeft het paleis al
een tweeledige bestemming:
1. Het paleis huisvest, het Arbitrage
hof i
2. Het paleis [is de bewaarplaats van
een groote bibliotheek: een verzameling
hoeken, die op de vredesbeweging en al
lerlei andere wetenschappen betrekking
hebben.
3. Hoogstwaarschijnlijk zal in de maand
Augustus van het volgende jaar opgericht
worden een hoogeschool voor internatio
naal recht,, dat is een school, waar pro
fessoren de studenten leoren, welke wet
ten er bestaan tusschen de verschillende
staten. Deze school krijgt da.n ook een
plaats in het Vredespaleis.
Wat wil dat nu zeggen, dat vreemde
woord Arbitragehof, of om het zijn vol
len naam te geven het Permanente Jlof
van internationale Arbitrage?
Het zijn een hoop vreemde woorden,
maar het is toch niet zoo heel moeilijk
te begrijpen. Luister maar.
Arbitraige is oen vreemd woord voor
scheidsgerecht. Wanneer Jan en Willem
het niet eens kunnen worden over de
•grens van hun erven, dan kunnen ze naar
de rechtbank te Middelburg gaan en vra
gen, of die wil uitmaken, hoe die grens
lijn eigenlijk moet loopen. Maar zo kun
nen ook naar den schoolmeester, of een
ander, die als zeer eerlijk en rechtscha
pen mensch bekend stapt, gaan en zeg
gen: Meester, we kunnen het niet eens
worden over die grensscheiding'; we zul
len je ieder meedeelen, hoe we denken
([at het is, en daarvoor de bewijzen aan
brengen; als je ons beiden dan gehoord
hebt en nog eens de kaart, op het ge
meentehuis hebt nagekeken, verklaar U
dan, hoe de grens in het vervolg zal
loopen. Wij' zullen met die grens genoe
gen nemen. Als Meester dan naar beste
weten de grenslijn getrokken heeft dan
zijn op die wijze alle moeilijkheden uit
de wereld geholpen. Want Jan en Willem
begrijpen, dat dé nieuwe afscheiding vol
gens recht, en billijkheid gemaakt is. Om
54
Eindelijk kwam dan de begeerde go-
zant Gods de pastoor; deze een kun
dige leidsman van zielen, wachtte zich
wel van al te spoedig de olie des. troostes
in het gemoed van Balthasar te gieten;
eerst bracht hij diens vermorzeling des
harten tot voltooiing; maar toen sprak
hij hem de woorden der vernieuwing des
levens toe: Wees gerust, mijn zoon, uwe
zonden zijn n vergeven. Balthasar be
geerde de heilige Sacramenten, en ont
ving ze met. eene godsvrucht en rouw
moedigheid van hart, dat allen gesticht
en getroffen waren. Beata smolt in tra
nen; maar Balthasar zeide haar:
Moeder, ween nu toch niet meer, maar
verheug u liever met mijl De steen is van
het hart en ik ben van eeu zwaren last
verlichti. God heeft' mij! vergiffenis ge
schonken en gij ook, lieve moeder. De
Zaligmaker heeft nu iu mijn binnenste
zijne woning genomen, en ik laat Hem
daaruit nooit meer vertrekken. Moeder,
nu wil ik van barle lijden van harte wil
Meester de beslissing in geschillen in han
den te geven is een veel voordeeliger
manier, dan op' te gaan procedeeren bij
de rechtbank. Want procedeeren kost veel
geld: de staat laat je zegels betalen en
registratie,gelden en proceskosten als.
je verliest, maar ook soms als je het
wint en dan moet de deurwaarder
wat van je hebben, om de advocaat daar-
hij niet te vergeten. Maar Meester is te
vreden met een 'kip of een half dozijn
eieren en dat is heel wat minder. Mees
ter nu heeft in deze zaak de rol van
scheidsrechter vervuld. Met een vreemd
woord noemt men dat arbiter en daar
vandaan is het woord arbitrage in de
wereld gekomen.
Evenals twee buren een geschil kunnen
hebben, zoo kunnen ook twee landen of
staten het over een grens, over een som
gelds enz. oneens zijn. De oude gebruike
lijke weg was dan, wanneer de een niet
wilde toegeven, maar naar de wapenen
te grijpen en het samen uit te vechten.
Die landen voerden oorlog en wie het
sterkst was, de beste en meeste soldaten
bezat, die won het. Maar de overwin
naar had in de meeste gevallen niet het
recht en de billijkheid aan zijn zijde. En
zoo zijn oorlogen lang geen goede mid
delen om uit te maken, aan wie nu eigen
lijk het stuk land, waarover de oneenig-
heid loopt, rechtens toebehoort. Vroeger
werden oorlogen om den haverklap ge
voerd. Tegenwoordig wordt het al veel
minder gedaan. Jammer genoeg' zijn do
menschen, vooral do staatslieden en di
plomaten vertegenwoordigers van een
staat bij oen anderen staat nog niet
wijs genoeg om deze barbaarsche en on
billijke wijze van een geschil uit den weg
te ruimen, geheel te laten varen. De Bal
kanoorlogen, de Italiaan,sch-Tiirksclie oor
log zijn daarvan de treurige bewijzen.
Maar, zooals ik reeds zeide, de oorlo
gen beginnen toch al te verminderen.
Langzamerhand begint men in te zien,
dat al dat gemoord en al die oorlogs
gruwelen menschontcerend zijn. In,plaats
van maar dadelijk te wapen te loopen
zijn verschillende landen wijzer geworden,
eu hebben aldus geredeneerd: tusschen
huren werken scheidsrechters dikwijls met
goeden uitslag, laten we het ook eens
met hen beproeven tusschen ons, staten.
En aldus is Ontstaan het scheidsgerecht
tusschen de staten, of zooals het met
een vreemd woord heet de internationale
arbitrage, want. internationaal 'beteekenj
niets anders dan: tusschen de staten.
Als we nu verder zeggen, dat. permanent
een ander woord voor blijvend is en het
woord Hof dezelfde beteekenis heeft als
in het woord Gerechtshof, z'ooals er te
Arnhem een is, dan is het duidelijk dat
permanent, Hof van internationale arbi
trage niets anders beduidt, dan blijvend
Hof van scheidsgerecht tusschen de sla-
ten.
Maar voor dezen keer genoeg. Een vol
gende maal nog wat meer over dit Hof.
T 0 O M E E L.
Een Pacifistisch Tooneelstuk voor het
voetlicht.
De Bond „Vrede door Recht." begreep
vóór eenige jaren, dat, bij alle propagan
damiddelen voor deze beweging, ook de
propaganda door het, tooneel niet mocht
worden, verwaarloosd, en schreef een
Prijsvraag uit. voor een Pacifistisch Too
neelstuk.
En nu schijnt ook op dit. gebied
de Vredesbeweging te zullen slagen. Een
auteur van naam, Mr. J. van Sc.hevicha-
ven, is door de door „Vrede door Hecht"
uitgeschreven prijsvraag opgewekt een
pacifistisch tooneelstuk „Do Eer van hel
Land" te schrijven eu dit. stuk is door
de Koninklijke Verceniging „Het Ncder-
landsch Tooneel" ter opvoering aange
nomen.
Van dit tooneelspel heeft de schrijver
zelf het volgende overzicht gegeven:
„Geen grootcr wanverhouding is donk-
ik sterven alles, wat God belieft; Hij
zal alles wel lot ons bestwil schikken.
Moeder geloof mij, ik ben u veel ver
plicht; mijne grootste en voornaamste pijn
is weg het knagend geweten. Dat heeft
mij tot nu toe zeer- dikwijls gekweld en
gefolterd; daarentegen is alle ander leed
maar kinderspel.
Na den middag kwam de heelmeester
weder, hij schudde liet hoofd on was
van oordeel, dat men ten laatste nog ge
noodzaakt zou zijn, het been boven de
vermorzelde knie af te zetten. De moeder
■schrikte en klaagde maar Balthasar bleef
moed houden: Ik ben met alles tevre
den; mijnheer de pastoor heeft mij een
schoon gebed geleerd, te weten: Heer,
kerf, brand, verwond in dit; leven; maar
spaar mij iu het andere. de H. Augusti-
nus, zeide hij, had dit gebed gesproken;
ik wil' het ook bidden.
De beangstigde moeder wilde nog een
ander kunstig geneesheer doen ontbieden
en daar was de heelmeester geheel mede
tevreden. Nu werd dan de arts, der naast-
bijgelegene stad geroependeze verklaarde
dat het, afzetten van heit been nog niet
noodig was, maar hij ontkende niet, dat
men daartoe misschien nog zou moeten
overgaan; intasschen beloofde hij te doen,
wat hij vermocht Dit deed hij en de
baar dan die tusschen de oorzaken en
de gevolgen onzer moderne oorlogen. Tel
kens brengen meeningsversehillen over fu
tiliteiten de staten op den rand van ouder
lingen strijd.
Een dorre, duin-bevolkte streek in Afrika
is de twistappel tusschen twee groote
Rijken: Almanië en Matirovië. Keizer en
Kanselier van Almanië wenschen het be
houd van den vrede en hebben een trac-
taat met Manrovië voorbereid, dat dezen
verzekeren zal. Maar de oorlogspartij, die
door Graaf Benström geleid en door den
Kroonprins begunstigd wordt, tracht de
verwerping van dit tractaat door den Rijks-
raad te bewerken.
Ook in het g'ezin van den Rijkskanse
lier heeft de vraag: oorlog of vrede?"
verdeeldheid gebracht. Gravin Walborg
deelt de vredelievende gevoelens van haar
man, maar de kinderen, August: en Bella,
zijn vóór den oorlog. Tusschen de laatste
en haar verloofde, Ernst de Sallès, die
Secretaris van den Kanselier en vóór het
behoud van den vrede is, ontstaat daar
door verwijdering.
Niettegenstaande alle pogingen van Kei
zer en Kanselier gelukt! het de oorlogs
partij het. tractaat te doen verwerpen en
Manrovië thans meenende, dat men
in Almanië op den oorlog aanstuurt,
wil zich niet laten voorkomen. De strijd
ontbrandt en Graaf Benström, volgt den
vredeskanselier op.
Keizer en Kroonprins trekken ten oor
log: de laatste heeft nu gelegenheid, zijn
theorieën omtrent hot noodzakelijke en
ridderlijke van den oorlog aan de practijk
te toetsen. Maar ook de thuisblijvers
(waaronder Ernst, do Sallès, die Graaf
Walborg niet verlaten kan) staan aan ge
varen bloot, omdat weldra blijkt, dat niet
het volk, maar een politieke partij den
oorlog begeerde.
De Sallès, wion zijn verloofde gebrek
aan moed verwijt, omdat luj niet. ten
oorlog is gelrokken, bewijst haar, dat er
ook elders dan op het slagveld moed
kan worden betoond.
Het; is niet, de bedoeling van deze kor
te aankondiging den geheelen loop van het
stuk te beschrijven en daardoor het pu
bliek te prepareeren op alles, wat komen
zal. Het wrecde va.n den oorlog, die uit-
éénrukt wat. vereonigd moest, blijven, die
treft, wie het minst verdiende getroffen, te
worden, het immoreele van den oorlog,
die zijn eigen verwrongen maatstaf voor
goed en kwaad aanlegt aan de handelingen
der menschen het, onverwachte van
deu oorlog, die over de volkeu losbarst,
zonder dat. men zich behoorlijk rekenschap
gegeven heelt, van zijn vreeselijke gevol
gen dit alles moge den toeschouwer
duidelijk worden en sympathie wekken
voor lie,n, die dit groote kwaad der
menschheid trachten 1e beperken en uit
te roeien,
Bit stuk is voor het eerst deu 9den
Dec. j.l. te 's Gra.ven.hage, den zetel van
„Vrede door Recht" en Van de „Ned.
II. K. Vereen, tot Bevordering vau den
Wereldvrede", ten fooneele gebracht, iu
het Gebouw voor Kunsten en Wetenschap
pen te 's Gravenhage.
HKIiGIK.
Volgens de juist verschenen statistieken
was liet alcoholverbruik per inwoner van
België van 1890 tot 1894 40 L.va.n
4895 tot 1897 9 L., van 1898 tot. 1902 8
L„ van 1903 tot, 1907 -5 I,., van 1908
tot 1912 4 L. Men ziet, dat het. alco
holverbruik sterk aan het afnemen is.
De K a m e r. De Kamer heeft; Woens
dag de debatten over het schoolwetsont-
werp voortgezet. Allereerst werd, na lang
durige discussie, art. 7, betreffende het
verlof voor seizoenwerk, aangenomen. Art.
8 werd met een wijziging van Woeste,
waarin bepaald wordt dat het verboden
is drukking uit te oefenen op den huis
vader, waardoor deze een school zou kie-
heelmeester insgelijks. Ook vervulde Be-
ata haren moederlijken plicht in Balthasar
op te passen. O, hoe smeekte zij toen
gedurende den nacht tot Godl hoe riep
zij toen de liefderijke Moeder des Zaligma
kers en de engelen en do heiligen des
hemels te hulp. Niet minder stonden haar
en den zieke de molenaar cn diens vrouw
en alle huisgenooten met liefde en ijver
bij. Waarover allen verwonderd waren,
dit was het groote geduld, de sterkte van
gemoed en de gelatenheid van Balthasar.
Zijn lijden was, naar de eigene verklaring
des geneesheers, bovenmate smartelijk,
waarlijk eene vuurpijn. Hij klaagde echter
niet, hij morde niet; integendeel was hij
liet zelf nog die zijne bekommerde moe
der troostte. Haar leed ging hem meer
ter harte dan het zijne. Er ging geen dag
voorbij, waarop hij haar niet herhaalde
lijk om vergiffenis van zijn slecht ge
drag bad. Dikwijls, zeide hij dat hij veel
meer verdiend had. Niemand zou in hem
den driftigen, ongcduldigen Balthasar her
kend hebben. Zoodanig eene verandering
kan slechts door de genade des Hceren
en door het nederige aanvaarden van
het toegezonden kruis bewerkt worden.
Toen prezen allen God en wenschten in
het geheim huns harten Balthasar geluk.
Aldus gingen er drie weken van een
zen welke neit met zijne overtuiging
overeenstemt, goedgekeurd, terwijl artike
len 9 en 10 ongewijzigd werden aangeno
men.
ZUID.AM» RIKA.
De toestand in Mexico. Reeds
meldden wij dat de maatregelen, welke
Huerta genomen heeft, de grootste ver
ontwaardiging gewekt hebben zelfs hij! de
vrouwen. Een deputatie van 200 vrou
wen begaf zich Zaterdagmorgen „en
corps" naar het paleis van den president,
om te protesteeren tegen de inlijving van
haar mannen en zonen. Huerla weigerde
om de vrouwen te ontvangen.
Na een periode van rust zijn de Zapa-
tisten ook weer roerig geworden, Naar
men meent, moet men hierin ook de ro
den zoeken van do plotselinge afzetting
van generaal Jimenez als hoofd der fede
rale troepen, die alleen gouverneur ge
bleven is. De juiste plaats, waar Zapata
verblijft, is niet bekend, evenmin als men
weet waar hij zijn hoofdkwartier heeft.
Men vermoedt dat dit laatste nabij Huautla
gelegen is, vanwaar hij eenigen tijd gele
den na een hevig gevecht verdreven werd.
Een telegram uit Guadalajara, meldt,,
dat te Huitzilay een hevig gevecht gele
verd is tusschen de Zapatisten en de
regeeringslrocpenindien dit waar is, zou
den de oproerlingen zich op; slechts dertig
mijlen afstand van de hoofdstad bevinden,
Het bericht dat admiraal Cowles naar
Guadalajara vertrokken is en daar troepen
zal landen voor een onderzoekingsreis
wordt in de Amerikaansche pers druk
besproken. In hoever dit bericht echter
juist is, is moeilijk uit. te niaken, daar
ook eenigen tijd geleden gezegd werd,
dat de Amerikaansche troepen te Vera
Cruz geland waren, hetgeen later weer
officieel tegengesproken werd.
Naar verder een telegram uit. Laredo
(Texas) meldt, heeft de Banco Mercantile
do Mexicaan,sche handelsbank in Monte
rey allo hare banknoten verbrand, opdat
ze niet in handen der opstandelingen zou
den vallen, welke Monterey bedreigen.
De hank is nu gesloten. Vluchtelingen,
die uit het Noorden zijn aangekomen,
verklaren ec.hter, dat de bank niet in staat
is tot betalen en in overleg met de regee
ring gehandeld heeft,
In het Noorden moeten de rebellen
intasschen gruwelijk hebben huisgehou
den, zoo melden althans berichten uit
Mexico in strijd met die va.n andere zijde.
De regeeringssoldaten vooral hebben het
moeten misgelden.
Een bijzonder kras staaltje van wreed
heid gaven de opstandelingen ton opzichte
van kolonel Falcon de Pena, den com
mandant van den militairen trein, dien
de rebellen tusschen Vanegas en Potosi,
zooals gemeld, in de lucht deden springen.
Ze namen den kolonel geva ngen, sneden
hem neus en ooreu af, staken hem de
oogen uit en rukten hem, de tong uit.
Hierop deden ze hem nog andere mishan
delingen ondergaan on lieten hem dan
hulpeloos liggen, totdat hij1 onder vreese
lijke pijnen stierf. (Msbode.)
AOOU D- AM »HIK A.
Dezer dagen heeft de Amerikaan Geor
ge Davis voor de jury van Indianapolis
belangrijke bekentenissen afgelegd over
verschillende dynamietaanslagen. Naar ge
meld wordt zijn verschillende leden van
de International Association of Bridge and
Structural Ironworkers in deze. zaak' be
trokken.
Davis gaf'plaats en datum van elf aan
slagen op: zeven bruggen, een viaduct
en drie groote gebouwen; al deze werken
waren uitgevoerd door niet.-georganiseerde
werklieden.
Blijkens deze verklaringen is er her
haalde malen met mensehenlevens ge
speeld. Davis droeg de bommen in een
kistje door de stad, ging èr mede in
trams en stoombooten, en verbleef er soms
een geheelen nacht mede in hotels, alsof
smartelijk lijden voor Balthasar voorbij,
er waren dagen, dat niet slechts zijn
zijn been, maar zijn leven zelf in gevaar
scheen. Maar hij bleef zijne kracht: van
gemoed bewaren en herhaaldelijk riep hij
uit: ik heb hel verdiend. Ach of ik
alle ondankbare en ongehoorzame kinde
ren hier aan mija bed kon laten komen.
Ik zou hen zeggen: Ziet, mij aan. Zóó
straft God de slechte kinderenU zal
eens iets dergelijks overkomen, indien gij
u niet verbetert en vader en moed co
niet van harte bemint en vereert, Maar,
God hielp, gelijk Balthasar zich uitdrukte,
toon ina verloop van dien tijd do stad-
sohe geneesheer verklaarde, dat; hij zijn
been zou kunnen behouden, maar dat het
stijf zou blijven. Balthasar loofde God,
moeder Beata vergoot tranen van vreugde
en nam nu de noodige voorbereidingen,
om haren zoon naar haar huis te vervoe
ren. Hij werd op eene baar, die met een
zacht bed bedekt was, naar Mahlingen Be
dragen.
Het was juist de drie en twintigste dag,
nadat hij het huis verlaten had. Toen
was hij, overmoedig van jeugd en kracht,
op een windsnel paard uitgereden nu
kwam hij terug, met een verlamd been, in
pijn en ellenden. Een boer, die aan den
ingang van het dorp stond, zag hem vol
het de onschuldigste zaken ter wereld
waren. De hoeveelheid dynamiet, welke
Davis gewoonlijk hij'; zich droeg, was vol
doende om meerdere gebouwen in de lucht
te doen vliegen.
Het honorarium dat Davis voor deze
misdaden ontving, was zeer gering en
varieerde tusschen 24 en 72 gulden.
(Msbode.)
DUITSCHfiASr D.
Kanselier en Rijksdag. De so
cialistische spreker Scheidemann had ge
vraagd, hoe het mogelijk was, dat deze
rijkskanselier zich nog in den Rijksdag
durfde vertoonen, nadat hij had moeten
slikken, wat geen enkel ander Europeesch
staatsman geslikt, zou hebben. Hij wacht
eenvoudig tot hij ontslagen wordt I En
dat dit nu nog niet geschied is, komt
daardoor, zei Scheidemann, wijl de kei
zer niet capitulceren wil voor den Rijks
dag, evenmin als de militaire macht in
den Elzas capituleeren wilde voor de ci
viele autoriteiten. De Rijksdag is het aan
zijn eigen waardigheid verschuldigd, het
niet. te laten bij de motie van wantrou
wen. Er moeten maatregelen getroffen
worden om een eind te maken aan het per
soonlijk regiment,. Op deze woorden Vatte
do rijkskanselier vuur. Hij zelf zou wel
weten wat hem te doen stond ook
zonder de voorlichting van den heer Schei
demann! Doch deze moest er vooral niet
aan denken, toestanden in het leven te
willen roepen, welke de Grondwet niet
kent. Verleden jaar is in den Rijksdag
uitdrukkelijk verklaard, dat het doen ein
digen van interpellaties met een motie van
afkeuring niet geschieden zal om de macht
van den Rijksdag uit te breiden. En thans
wil de heer Scheidemann toch, dat er
druk geoefend wordt op de beslissingen
óf van den keizer, óf van den Rijksdag.
Dit beteekent een ongeoorloofde heer
schappij van het parlement. In verband
met. de'motie van wantrouwen, heeft hij,
de kanselier, zijn ontslag niet gevraagd
en zal dit. om deze reden ook nooit doen.
Integendeel hij staat in den Rijksdag,
steunend niet op het vertrouwen der afge
vaardigden, doch op dat des keizers en
met de meeste "kracht zal hij zich ver
zetten tegen elke poging om op die rech
ten van den keizer inbreuk te maken.
Nooit zal hij dulden, dat de keizerlijke
macht onder soeiaal-democratischen
dwang komt. (De Tijd.)
Rede van Mgr. Von Hartmann.
Bij de viering van het Constantijnfeest
der Katholieke vereenigingen van Keulen,
hield aartsbisschop, dr. Felix von Hart-
mann Maandagavond een rede, waarin hij
sprak over den geloofsmoed der belijders
en martelaren in den catacomben-tijd. In
die dagen kwamen de Christenen voor
aardsche machthebbers moedig voor hun
geloof uit en hadden er hun leven voor
veil. In onze dagen echter verbergt men
zorgvuldig zijn geloof uit vrees voor ma-
terieele schade.
Gelijk de soldaat echter fier is op 'sko-
nings wapenrok, zoo moet ook de Katho
liek trotse,h zijn op zijn geloof en het niet
verloochenen.
Aan den Paus en staatssecretaris Merry
del Val werd op voorstel van den aarts
bisschop het volgende telegram verzon
den:
„De burgers van Keulen zijn vast be
sloten, het geloof, de liefde en de stand
vastigheid der Keulsche martelaren, met
wier bloed den bodem van deze stad
rijkelijk gedrenkt is, trouw na te volgen
en zij zullen niet nalaten de vrijheid van
den H. Stoel in hun gebeden van God
af te smeeken, met hun giften te helpen
verzekeren en met hun leven te bescher
men."
Mgr. von Hartmann heeft het volgende
telegrafische antwoord van 's Pausen
secretaris ontvangen:
„Do II. Vader heeft met vreugde de
betuiging van eerbied der Keulsche Ka
tholieken ontvangen en wenscht u geluk
medelijden aan pn riep uit.: Mijn
Balthes, ik heb groote deernis met u,
voor drie weken, zijt gij geheel anders uit
gereden, en hoe komt gij nu te liuisl
Veel beter dan ik wegging. Peter,
geloof dat veilig, antwoordde hij', ik zou
mijn tegenwoordigen toestand niet willen
verruilen, voor dien waarin ik toen was. Pe
lieer heeft mij bezocht,, maar Hij heeft
het goed met mij voor.
Nu had Beata, gelijk zij met zoo vu
rig verlangen van God afgesmeekt: had,
haren zieken zoon te huis. Maar hoe groot
een last lag nu op hare schouders. Zonder
man, zonder bijstand van eenig kind,
moest zij voor het beheer eener groote,
maar verachterdo hofstede, voor het be
drijf der herborg zorgen en bovendien
drukte op haar de aanhoudende inspan
ning welke de oppassing van Balthasar
vereisehte. Maar Beata bewees wat de
liefde eener moeder vermag.
De oorzaak van hare rampen hoorde
uit haren mond nooit een verachtend,
of klagend, of verwijtend woord. Nooit
sprak zij over het. treurige, voor beiden
zoo smartvolle verleden..
1 (Wordt; vervolgd.)