No. 126.
Zaterdag 25 October 191-3.
Negende Jaargang.
- Zü
Dit nummer bestaat uit 8 bladzijden.
EERSTE BLAD.
BINNENLAND.
UIT ZEELAND.
NIH ZEÏUWSCHE MANT
Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes ƒ0.75, daarbuiten 0.95
Afzonderlijke nummers 5 cent, dubbele bladen 10 cent.
Advertentiëu worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór
half drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags.
Reclameberichten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs.
Advertentiën van 15 regels ƒ0.50; iedere regel meer 10 Ct.
Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend.
Dienstaanbiedingen 6 regels voor 25 Ct. A contant.
De abonné's op dit blad, in het bezit der door de I gulden bij verlies van beide I f gulden bij
directie uitgereikte polis, zijn, overeenkomstig de m 1191 handen, voeten of oogen. H 9 9 verlies van een
daarvoor vastgestelde Verzekeringsvoorwaarden, I 9 9 9 9 9 Voorts bij ongeneeselijke 9 199 hand, voet
GRATIS verzekerd tegen ongelukken voor: 9%^%^^^ verstandsverbijstering; of oog; 9 duim;
De uitkeering der bovenstaande bedragen is gewaarborgd door de „Hollandsche Algemeene Verzekerings-Bank" te Schiedam.
gulden bij
verlies
M gulden bij P"
verlies van 9^
wijsvinger. Wm \0
gulden bij
verlies van
eiken anderen
vinger.
Nederlandsche officieren voor de Alba-
neesche gendarmerie.
Men meldt aan de „N. Ct."
De kolonaal W. J. H. de Veer, comman
dant van het 3e reg. veld-artillerie, en de
majoor der infanterie L. W. J. K. Thom
son zijn door de regeering aangewezen,
zich naar Albanië te begeven in verband
met het verzoek der mogendheden om
Nederlandsche officieren beschikbaar te
stellen voor de organisatie van de Alba-
neesche gendarmerie.
Oe tweade Dreadnought.
Wederom is bij het Hoofdbestunr der
Nederlandsche vereeniging „Onze Vloot"
eeue toezegging van een particulier inge
komen, ditmaal ten bijdrage f 800 als
bijdrage voor een eventueel aan de
Regeering aan te bieden tweede slagschip
voor Indie.
Voor ditzelfde doel stelde een ander
Nederlander eveneens een bedrag beschik
baar, dat, evenwel nog niet mag worden
genoemd.
Vacature griffier arr.-rechtbank.
Door de arr.-rechtbank te Maastricht is
ter vtrvulhng der vacature van griffier
bij haar college de navolgende alphabe-
tische lijst van aanbeveling opgemaakt
Mr. E. M. Driebeek, griffier bij het
kantonger. te Goudamr. H. Pleyte,
griffier bij de arr.-rechtbank te Zierikzee
mr. Ch. J. M. H. Roebroeck, subst.-grif
fier bij de arr.-rechtbank te Maastricht.
Katholiek Nederland.
Bij de Firma De Haas te Amsterdam
is een gedenkboek verschenen van de
ontwikkeling van het Katholiek Neder
land in de laatste 100 jarenliet is ge
titeld Katholiek Nederland 18131913.
Tweede Kamer.
Naar wij vernemen, heeft de minister
van Koloniën het voornemen om, onmid
dellijk na de behandeling van de Indi
sche begrooting, zich bezig te houden
met de 'kwestie der uitgifte van de ipe-
troleumconcessies in Djaaibi.
De verwachting is dat de beslissing
over de daartoe strekkende wetsontwerpen
nog in dit zittingsjaar zal worden geno
men. (Msbode.)
Goes. Emiel Huilebroeck. De
Vlaamsche liederencomponist Emiel Hul-
lebroek heeft hier, uitgenoodigd door de
Vereeniging voor Algemeene
Wetenschappelijke Belangen,
Donderdagavond veel succes ingeoogst.
De opkomst van het publiek was bij
zonder goed te noemen, wel een bewijs
dat de Vlaamsche taalbeweging ook hier
sympathie vindt.
Zeer eenvoudig en zeer correct, maar
tevens op zeer innemende wijze ver
haalde deze kunstenaar van Vlaanderen's
leven en „leute", d.w.z. blijheid, die alom
onder het volk de hoogere verfransch-
te" standen uitgezonderd zich open
baart onder de studenten bij hun bijeen
komsten, onder de landelijke bevoiking
bij hun kennissen, hun jaarmarkten,
hun dagen van jolijt en pleizier, als de
„Reuzen" worden rondgeleid door stad
en dorp enz. De heer Hullebroeck schet
ste het al in ongekunstelde taal, die met
de beschaafdheid van het Noord-Neder-
landsch idioom het eigenaardig-bekoor-
lijke van het Vlaamsche taaleigen ver-
eenigde en wisselde zijn verhaal aange
naam af met het voordragen van een
toepasselijk lied uit zijn bundel door
hemzelf op het klavier begeleid. En zang
èn spel droegen beiden het cachet van
echte kunst. Ook het zwaarmoedige dat
aan de Vlaamsche leute, ondanks alle
luidruchtigheid niet ontbreekt, deed de
heer Hullebroeck kennen door de op zang
gezette brieven van Vlaamsche „Fransch-
mans" (Vlamingen die in den oogsttijd
naar Frankrijk trekken om er de boeren
te helpen) aan familie en gelieven.
Na de pauze zong de heer Emiel
Hullebroeck verschillende van zijn lie
deren en liet het refrein, later een geheel
lied meezingen door het auditorium.
Vooral het alleraardigste „De Gilde
viert" van René de Clercq en het in-
leutige „De Dahlia" van Lambrecht
Lambrechts vielen buitengewoon in den
smaak. Het laatste studeerde de heer
Hullebroeck ais „zangmeester" met het
publiek in, wat hem voortreffelijk afging.
Daverend, herhaald applaus beloonde
den Vlaamschen zanger-musicus voor het
geen hij had ten gehoore gebracht. Van
een herhaling van De Vlaamsche Leeuw
waarmede de heer Hullebroeck den avond
had geopend moest worden afgezien,
daar hij verkouden was en zich reeds te
veel had moeten inspannen.
Het ware te wenschen, dat niet het
deftige publiek van Donderdagavond
maar het eigenlijke „volk" bij Hullebroeck
ter schole ging. Hoe spoedig zouden de
ordinaire deunen en gore liederen, die
thans bij feestelijke gelegenheden nog
maar al' te veel worden uigebrald, tot
het verleden behooren.
Dit echter is zekerbij zeer velen hier
zijn thans „Vlaamsch leven en leute"
meer dan ooit in eere. En niet minder
het Vlaamsche lied. Zoo heeft dan ook
deze avond, waarvoor wij het bestuur
van „Wetenschappelijke belangen" er
kentelijk zijn, het woord bevestigd op
een der Noord- en Zuid Nederlandsche
Taalcongressen onder donderend applaus
gesproken
„Wij zijn één volk, één taal
Eén blijven wij ondanks der grenzen-
paal''.
Opening Rijkslandbouw-
winterschool. Dinsdag a.s. wordt
de nieuwgebouwde Rijkslandbouwwinter-
school op het Ravelijn aan den Westwal
alhier plechtig geopend. Verwacht wordt
o.a. de directeur-generaal van den Land
bouw, aan wien de school door den heer
burgemeester zal worden overgedragen.
Feestavond „Pius X". Onder
hooge goedkeuring van den ZeerEenv.
heer Baede is de R K. Propaganda-
club „Pius X" alhier bezig, een feestavond
te organiseeren, ter herdenking van het
100-jarig bestaan van Neerland's onaf
hankelijkheid.
Met inaetitneming van de verplichtin
gen welke de propagandaclub ten over
staan harer begunstigers en beschermers
heeft te vervullen, zal getracht worden,
door een niet te hooge entrée-heffing
dien feestavond voor alle Katholieken in
Goes toegankelijk te stellen.
Ofschojn het program in al zijn détails
nog niet is vastgesteld, kan reeds worden
medegedeeld, dat de soirée zal gegeven
worden op den 23en November a.s in
de daarvoor toepasselijk versierde con
certzaal der sociëteit V. O. V.
Muziek, zang en voordrachten zullen
elkander afwisselen, terwijl in overeen
stemming met het karakter van het
feest een herinneringsrede aan de groote
gebeurtenissen van 1813 zal worden
uitgesproken.
Tot dit laatste heeft zich op uitnoodiging
gaarne bereid verklaard de Weledelge
strenge heer Mr. H. C. J. Groot advocaat-
procureur te Middelburg.
Uit den boezem der propaganda-club
heeft zicli een feestcomité geconstitueerd,
wiens ijver en streven om de zaak flink
aan te pakken, wel verdienen beloond
te worden. Mogen onze Katholieke stad-
genooten die belooning geven door groote
belangstelling in de soirée, zich uitende
in een zoo groot mogelijke opkomst op
den avond van 23 November.
Het sloopen van het huis op den hoek van
den grooten Taerlinck te Goes.
(Thans hoek VlasmarktStalstraat.)
Vorige eeuwen mogen veel verschillen
van de tegenwoordige, maar punten van
overeenkomst zijn er toch nog te vin
den. Verzuimde de Raad voorheen een
nieuw aangelegde straat spoedig van een
naam te voorzien, het publiek zorgde er
zelf wel voor, dat ze er spoedig een
bezat. Zoo ging het ook met het ons
nog bekende St. Taerlinckstraatje.
De leden der schutterij „de Edele
Busse" stichtten een nieuw hof in de
Wijngaardstraat (thans de Chr. school).
Nu besloot men te trachten het huis er
recht tegenover aan te koopen, dit te
sloopen, en een rechte straat naar de
markt aan te leggen. De koop gelukte, het
huis werd gesloopt en spoedig verrezen
er huizen in de straat, nu noemde het pu
bliek bet blok huizen (staande Vlas
markt, Stalstraat, Wijngaardstraat en het
nieuw aangelegde straatje) den grooten
Taerlinck.
Men had immers aan de kade ook een
Taerlinck, die men toen de kleine Taer
linck noemde, vanzelf was de naam nu
gevonden bij het publiek; St. Taerlinck
straatje noemde men de nieuw aangelegde
straat. De raad besloot later dat deze
straat zou heeten St. Adriaanstraat, naar
de patroon der „Edele Busse". Veel in-
ingang heeft de naam dier straat bij het
publiek sinds zijn er eeuwen verloo-
pen nog niet gevonden, want, menig
een kent den naam niet van deze straat.
Het schoone heerenhuis op den hoek
der Vlasmarkt, dat thans gesloopt wordt,
heeft een geschiedenis, die, naar we ho
pen, niet vergeten zal worden al is het
huis thans gesloopt. Vele zeer ouden
van dagen te Goes zullen zich 'kunnen
herinneren, hoe op Zaterdagavond 10
Augustus 1833 er een oproerige bewe
ging was onder de bevolking van Goes.
De Raad had dien Zaterdagmiddag ver
gaderd, en nu verhaalde men, dat er
besloten was dit jaar geen kermis te
houden te Goes. (In de jarenl8311833
heerschte de cholera in Nederland.)
Dit besluit was echter niet genomen
in den raad. Rotterdam en vele andere
plaatsen hielden dit jaar geen kermis,
hierdoor waren reeds vele kermisreizi
gers in Goes, die het volk van Goes
aanzetten tot het houden eener kermis.
Geen kermis? Dat scheen voor eenigen
te erg. De Burgemeester was na 4 uur
toch uit de stad, dus men zou eens zien
of het geen kermis zou zijn, zoo besloot
men. De Burgemeester van de Nisse had
op het dorp Nisse een buitenplaats, waar
hij in den zomer woonde. Na 4 uur ver
trok hij geregeld daarheen. Men besloot
te gaan vragen bij den lsten Wethouder,
dhr. Mirandolle (wonende in het huis dat
thans gesloopt wordt) of het kermis was,
ja of neen. Een groote menigte volk,
aan welker hoofd twee vrouwen, schel
den aan, en vroegen den Wethouder te
mogen spreken. De dienstbode verzocht
hen terug te willen komen na half 8 uur,
daar Meheer niet tehuis was; him ant
woord was: we moeten hem direct spre
ken, waarop ze werwezen werden naar de
regentenkamer van het Weeshuis, waar
het burgerlijk Armbestuur op dit uur ver
gaderd was, wiens voorzitter dhr. Miran
dolle was. Onder luidruchtig gezang en
geschreeuw ging de menigte naar de
regentenkamer. Hier eischten beide vrou
wen op een brutale wijze dhr. Wethou
der te spreken. De Secretaris, die beide
vrouwen te woord stond, zeide, dat dhr.
Mirandolle hier wel voor armenzaken te
spreken was, maar niet als waarnemend
Burgemeester. Ze werden verzocht heen
te gaan, en om half 8 uur zich te ver
voegen op het stadhuis, waar ze gaarne
zouden worden ontvangen. Dat doen we
niet, we moeten hem nu spreken, riep
het volk. Dhr. Mirandolle verscheen,
Trouw W. schreeuwde hem van de straat
op een brutale wijze toe, dat zij de reden
moest weten, waarom het geen kermis
zou zijn, dat het kermis wezen zou en
moest zijn, waarop dhr. Wethouder ant
woordde, dat hij meende, dat de regeering
geen rekenschap schuldig was, de pu
blicatie zou de reden vermelden en zoo
iemand hem over deze zaak wilde spre
ken, hij te half 8 uur op het stadhuis
zitting hield. Het volk was niet tevreden.
Ze riepen dat het bij dit en dat kermis
moest zijn. Want we moeten er van leven.
De menigte, die steeds aangroeide en bru
taler werd, bleef wachten. De politie had
handen vol werk om ze van de ramen
af te houden. De liedjeszangers in dien
tijd in groote menigte aanwezig op een
kermis, zongen hunne liederen tot groot
vermaak van het publiek.
Dhr. Mirandolle verliet 7 uur de re
gentenkamer, en ging naar het stadhuis,
gevolgd door de menigte, hij hoopte daar
het volk tot bedaren te kunnen brengen,
maar helaas hij wachtte, wachtte tot half
8 uur. Niemand verscheen, hij zond de
stadsboden en politieagenten onder het
volk, hen verzoekende op Burgemeesters
kamer te komen, en met hem te spreken
over de zaak. Maar de vrouwen of ande
ren hadden geen lust te gaan, ze gaven
aan de herhaalde vriendelijke uitnoodigin-
gen geen gehoor. Onze Wethouder keerde
8 uur, zonder iemand gesproken te heb
ben huiswaarts. De menigte vergezelde
hem met uitbundig geschreeuw. Eenmaal
thuis zijnde, schaarde het volk zich voor
zijn woning en hief bij herhaling een
groot geschreeuw aan.
Doch zoodra de duisternis inviel, begon
men steentjes op de politie en tegen de
ruiten van het huis te gooien. Wethouder
Kakebeeke met eenige leden van den Raad
bij dhr. Mirandolle in huis tegenwoor
dig, begaven zich onder het publiek, hen
toesprekende zulke baldadigheden toch
niet te doen, dit was toch zeker niet
het middel om weer kermis te krijgen.
En hun werd tevens medegedeeld, dat
de kermis door den Raad slechts eenige
weken uitgesteld was. Zeker uit dank
baarheid voor deze mededeeling, begon
het publiek nu met groote steenen de
ruiten in te werpen, zoo zelfs, dat in
korten tijd al de houten stijlen der ra
men en de blinden geheel verbrijzeld wa
ren. Dhr. Officier van Justitie werd in
kennis gesteld met het gebeurde; deze
oordeelde met de leden van den raad,
dat het uoodig was de schutterij op te
roepen. Dhr. commandant liet per trom
alarm slaan, maar geen schutter ver
scheen er op 't. appèl. Eindelijk kwamen
er enkele, maar wat kon men met deze
doen. Dhr. Mirandolle liet den comman
dant vragen, waarom hij niet met de
schutters naar de Vlasmarkt kwam; deze
rapporteerde, dat de meeste aanwezige
schutters weigerden op te marcheeren,
voorgevende toch niet tegen medeburgers
te kunnen ageeren.
De vrijwillige Zuid-Bevelandsche ja
gers werden opgeroepen. Intusschen had
de commandant der schutterij' zijn man
schappen weten te bewegen met ©enige
burgers (het getal schutters was
15 man van de 108 dienst
doende) om op te marcheeren naar
de Vlasmarkt. Hier werd post gevat voor
de woning van den wethouder, maar iti-
plaats van heter werd het erger, men
begon deze bezetting met straatsteenen
te gooien, opnieuw was weder het huis
het punt, waarop geworpen werd met
steenen. De heer Mirandolle was agent
van den Algemeeaen Rijkskanselier, had
dientengevolge een 'kantoor waar veel geld
aanwezig was aan huis. Zich overgeleverd
ziende aan de snoode geweldplegingen,
vreesde hij plundering van zijn kantoor.
Hier zouden de vrijwillige Zuid-Beveland
sche jagers met eenige schutters en in
gezetenen voor zorgen, deze werden in
het gebouw der „Edele Busse" van pa
tronen voorzien en bewaarden het kan
toor.
De regeering der stad ziende, dat de
schutterij niets kon doen tot beteugeling
der onlusten, had één ruiter naar Mid
delburg gezonden om militaire hulp'. Deze
kreeg van den commandant bericht mede,
dat er direct 100 manschappen uit het
fort Bath naar Goes moesten komen.
Zoo men weet vertoefde de burgemees-
Welk weder zullen wij hebben
Verwachting tot den avond van 25 Oct.
Matige, tijdelijk wellicht krachtige Zuid
Westelijke tot Westelijken wind. Zwaar
bewolkte lucht met veel kans op regen, later
tijdelijk opklarend. Overdag iets koeler.
ter te Nisse, ook deze had men ten einde
raad laten waarschuwen door een ruiter.
Deze haastte zich naar Goes te 'komen,
's Nachts half 2 uur op zijn post op
de Vlasmarkt aangekomen, vond hijl den
ganschen raad der gemeente met den com
mandant der dienstdoende schutterij bij
een, deze deed hem een uitvoerig ver
slag van het gebeurde. De burgemeester
beantwoordde deze toespraak. Het deed
hem leed, dat bereids militaire hulp was
ingeroepen, daar hij liever had gezien,
dat men zich met de aanwezige gewa-
penden vergenoegd had, en niet dan in
den uitersten nood militaire hulp had
ingeroepen. Hij noodigde den heer Ka
kebeeke, wethouder, uit om zich in per
soon naar den gouverneur der provin
cie te begeven, ten einde nader monde
ling verslag te kunnen overbrengen, en
zoo mogelijk de afzending van militairen
terug te houden.
De burgemeester gelastte den comman
dant der schutterij Zondagmorgen half 9
uur met de schutterij onder de wapens
te zijln voor het stadhuis. Onze burge
meester was er zelf ook op; tijd, hier
sprak' hij zijn verontwaardiging uit over
het voorgevallene, en zijln. hoogst onge
noegen, over degenen, welke niet spoedig
of in 't geheel niet waren opgekomen.
De Raad was door den burgemeester bij
eengeroepen Zondagmorgen 9 uur. We
der was het de burgemeester die zijn
ontevredenheid en afkeer over de ge
pleegde daden te kennen gaf; de raad
besloot bij publicatie bekend te maken,
dat de misdrijven zouden onderzocht en
gestraft worden. Nauwelijks waren de
raadsleden te huis, of de burgemeester
liet ze weder samenroepen; tegen 2 uur
's middags heeft de raad weder verga
derd ten huize van den heer Mirandolle.
De heer Kakebeeke was inmiddels te
ruggekeerd uit Middelburg en zou rapport
uitbrengen. Zijn Exceilentie dankte het ge
meentebestuur voor het spoedig bericht,
sprak zijd leedwezen uit over het ge
beurde en verzocht opsporing vaaenstren-
go straf voor de schuldigen. De heer op
perbevelhebber had geen lust de mili
tairen in hun kazerne te laten. Hij' vond
beter tot duurzame rust der stad Goes
er eenigeu tijd een militaire bezetting te
leggen. De raad besloot, dat deze bij aan
komst zouden ingekwartierd worden bij
de ingezetenen.
Nogmaals hield de raad dien dag
een zitting, half 8 uur 's avonds. Met
leedwezen zag ze weder oproerige be
wegingen onder de bevolking; hij publi
catie werd hekend gemaakt, dat er geene
verzamelingen moesten gemaakt worden,
een kwartier uur tijds werd er gesteld
om uit elkander te gaan. Voor de han
delingen der kinderen werden de ouders
verantwoordelijk gesteld. De omgang dei-
militairen begon en alles was rustig in
Goes.
18 Augustus was het weder raad.
De jaarmarkt was weder het eerste
punt op de algenda.
Besloten werd deze uit te stellen tot
October.
De militairen hebben Goes niet spoedig
mogen verlaten, al was de rust sinds
11 Augustus wedergekeerd. 7 September
werd er verzocht aan den gouverneur tot
terugroeping der militairen wegens de
langdurige inkwartiering van militairen bij
de ingezetenen.
14 Sept. was men er nog niet van
verlost. Toen vroeg men of de officieren
zelf niet voor hun inkwartiering konden
zorgen.
De jaarmarkt was uitgesteld tot 26 Oc
tober.
3 October ontving de raad een schrij
ven van den gouverneur, dat de mili-