ervrutiiteo, Nouveautés AZir.it, 1EKREB - SOES. ilkraam Ijvinti' te huren No. 99 TWEEDE BLAD NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 23 Aug. 1913. Het Vierde Ibolzaur, Garbol- lrbolblokken, Vliegenvangers, Bruine Teer, Molteer, in alle kleuren, Jatte Verfwaren enz Mandoline's Harmonika's is en Ocarino's Snaren en Qnderdeelen. RIKZEE, Gemengd Nieuws. het Waterschap „de BEWESTEN IERSEKE, lie rekening over het ïl3 tot en met 26 page ligt ten kantore (••Griffier te Goes en tegen betaling der Izijn. (nis gegeven, dat een (ing van ingelanden (en op Woensdag 27 Iddags te een uur in 1 Prins van Oranje te Hz., Dijkgraaf. ÏREEKE Wd., Ontvanger-Griffier. m Ceintuurs in (Lak- en Wildleer. teintuur-elastiek. [Ceintuur-gespen. Kanten kragen. Afgepaste Plissé's en per el. zeer nieuw, solied, concurreerend. .BE - GOES. boomgaard te 's-Heer Ijetten in te leveren Vugustus, tot 's middags li Café „Boudeling". fj B. BOONMAN, Land- Lr Arendskerke. IJZER, Tandarts, jg, Dam N. Z. 12 (daj te GOES te con- huize van W. G. v- LiD, Lange Kerkstraat i/s uur. groote sorteering. 3 bezooijeh van eëerden begunstigers be- •it zijne van ouds bekende de VLASMARKT te GOES. O ND AGS wordt jobakken. oofd een nette en civiele ing- Een moderne Salomo! '[Ge schiedde dezer dagen, dal een inwo ner van Amsterdam, die verhuisd was biji aankomst in de nieuwe woning zijn hond miste. 'Wat men deed, waar men zocht, Fanny was weg en bleef weg. Groot was de verbazing van den man, toen hij op een wandeling plot seling tegenover zijn vermisten Fanny stond, door een meisje aan een touw vastgehouden. Dat is mijn bondzei de recht matige eigenaar tegen hel meisje. Kan je begrijpen, we hebben 'm al meer dan twee jaar! Met alle kenleekian van vriend schap sprong Fanny legen zijn vroe- geren baas op, maar hem afgeven wilde hel meisje niet, en de onver mijdelijk volgende woordenwisseling lokte spoedig voorbijgangers, waar onder enkele buurtbewoners, die ver zekerden, dat de hond, toen deze pas in zijn tegenwoordig domicilie was beland, de eerste dagen erbarmelijk had gejankt, ja, men beweerde zeli's. dal de jongejuffrouw reeds meer der gelijke praktijken had aan de hand gehad. Fen inmiddels ten looneele versche nen politieagent wist, niet beter te doen dan heer, meisje en hond naar liet bureau te brengen. Daar besliste op echt practische wijze do aanwezige chef, wien de hond zou toebehooren, door I-'anny zelfs le laten beslissen: Rechtmatige eigenaar en onrecht matige eigenares plaatsten zich ieder in een hoek van het vertrek en de politiedienaar, in hel midden, liet Fanny los, waarna deze met onmis kenbare teekenen van gehechtheid op zijn baas toesprong, die zoo weder in het bezit kwam van zijn Fanny, ter wijl de jongejuffrouw, hoewel volhou dende, dal ze 'm al meer dan twee jaar hadden, met een sehrobbecring en tien raad iels dergelijks niet uil te halen op straffe van met den straf rechter in aanmerking le komen, kon heengaan. (R. N.) Uil het leven van een c i r- c us rij der. Het „Utrechlscih Dag blad"' vermeldt de navolgende treurige geschiedenis: Zaterdagavond meldde zieti op: het hoofdbureau van politie te Utrecht een zwerver aan, voor wien onder zoek naar zijn geestvermogens ge- wenscht werd geoordeeld. Hij is ongveer 10 jaar oud, en zoo op 'l oog een flinke vent. Zaterdag avond kwam hij uit eigen beweging aan iiet hoofdbureau van politie op de Ganzenmarkt en vroeg er den diensldoenden inspecteur te mogen spreken. De mam was geheel nor maal en werd dus bij den politie ambtenaar binnengelaten, aan wien hij meedeelde iemand le zijn, die dik wijls last lieefl van verstandsverbijste ring, vlagen, die hij zeil' voelt aan komen, en met hel oog waarop hij zich dan bij de politie aanmeldt om verpleging. Zoo'n aanval voelde hij ook Zaterdagavond naderen en daar om kwam hij intijds geneeskundige hulp inroepen. De man was op dat oogenbLik echter nog volkomen kalm en gewoon en vertelde den inspecteur een en ander van zijn leven. Van huis uit was hij clown in een paardenspel, waar hij ook dikwijls als belijder optrad. Jarenlang had hij als zoodanig dienst gedaan; iiij was dan ook bij vele circus-directe uren in be trekking geweest, hier te lande ook nog bij Carré. Het personeel van deze ondernemingen wissell echter gesta dig en zoo had hij heel wal van de wereld gezien, en heel wat van tiet circus-leven medegemaakt, de toej ui gingen van liet publiek, in hel open 9) Bij1 deze woorden loosde de waardin een diepen zucht en vroeg toen verder Was Josef uw eenig land? 'Ja hiji was het eenige dat mij van mijne vier kinderen overgebleven was, antwoordde Marianne. Gij! kunt denken, hoeveel ik daarom van hém hield; want, na don dood van mijn man, had ik' op de geheele wijde wereld niemand dan hem. Niet zelden was ik om zijiienlwil zeer bang. Dan riep mij dikwijls in mijn binnenste eene slem toeDat is het eenige ikind, dat gij 'bezit! hoe schrikkelijk zou het zijn, hoe vreeselijk eene verantwoor ding voor u indien dit eenig kind door uwe schuld bedorven werd 1 Andere ouders hebben vier, zes en meer kinder ren, en zijn verplicht hen alle goed en behoorlijk op te voeden en gij' hebt uit eene alleen wat uw hemel en ook uwe hel kan worden, ja, zal worden naaiv dat gij als moeder het opvoedt. baar, en de geweldige inspanning en zware vermoeienis om de toeren te loeren, waarmede men 's avonds bij de voorstellingen 't succes moest be halen. Maar van dit laalste weel de menigte, die in den curcus de optre denden bejubelt, niemendal af. En dal leven, mijnheer, zoo deelde deze zwerver den ambtenaar mede, is buitengewoon moeilijk; liet applaus, dat 's avonds door de tent davert, wordt te duur gekocht. i Indertijd moest ik, slaande op een in snellen draf ronddravend paard, een occarimo bespelen en daarop de een of andere melodie zoo onberispe lijk mogelijk voordragen als zal ik op m'n gemak op een stoel te spelen. Die loer vereischte meer dan men zoo oogenscliijnlijk zou denken, maai de lioop op stormachtige bijvalsbetui gingen van 't publiek deed jihj altoos alle krachten bijzetten, O, dal ap plaus, die toejuichingen. Ze zijn den circus-kunstenaar alles Op een avond, dat ik den sprong zou maken op het galoppeerende paard verloor ik mijn evenwicht en ik viel, blesseerde mijn wervelkolom! ik werd voor het vak ongeschild, kon niet meer rijden, niet meer springen, m'n beste toeren niet meer doen en voor clown alleen was geen emploov, je moest er altoos paardrijden bij kun nen doen. Maar wal nog erger was, ik kreeg lasl van vervolgingswaanzin, die zich bij mij af en toe openbaart en zoo werd liet moeielijk m'n kost le verdienen. Ik ben nu en dan al eens verpleegd geweest, maar doordat ik niet geregeld patiënt ben en tijden ken van volmaakt in-orde-zijn, werd ik dan weer uit die inrichtingen onl- slagen. Maar komen nu en dan de vlagen terug, zooals nu, dan meld ik mij weer aan. De man vertelde dit alles heel ge woon. Hij kon, zoo ging hij voort ver schillende instrumenten bespelen; fluit, clarinet, en occarino. Hij droeg die allijd bij zich. En werkelijk haal de hij' een fluit uil zijn zak en be gon tc spelen. Itij speelde zeer goed en hoogst gevoelvolspeelde liet Ave Maria van Gounod en nog meer! Dal spelen was z'n troost herinnerde hein vroegere dagen. Hoe kwam hij nu zoo in Utrecht verzeild? Aangetrokken door den circus Si- doli op liet Vreeburg, waarvan Hij gehoord en gelezen had. Het paar denspel trekt 'm nog altoos; trekt iedereen, die er eens Hij is geweest, trekt onweerstaanbaar, zoodat je er naar toe moet gaan. Je moet liet weer zien, circuslcnl met menschen en met paarden, de clownerie en de acro baten, je moet die atmosfeer weer romdoui je voelen, de manege zien, maar bovenal hel applaus weer hoo- ren, de toejuichingen, het handgeklap van al die rangen, als alle Loeren gelukl zijn en de bedienden klaar staan om de paarden op le vangen. En zoo was hij te Utrecht in den circus gewccsl den geheelen avond. Maar toen de voorstelling afgeloo- pen was en de tent leegstroomde, toen liet verleden weer bij 'm opkwam, hoe hel vroeger was en hoe nu, toen had hij meteen gevoeld, dat z'n hoofd dit alles weer niet verdragen kon en Hij was naar de politie gegaaii voor opname. Enkele uren later had de man een geduchlen aanval le doorstaan. IIij waande zich achtervolgd door vroe gere circusdirecteuren en was in die mate z'n verstandelijke vermogens kwijl, dat men op het politiebureau de grootste moeite had om den armen kerel in bedwang te houden. Hij zal naar Medembtik worden ge bracht. (Utr. Dagbl.) Brand in Lau lierstraat te Amsterdam. Men meldt ons uit AmsterdamDinsdagavond ongeveer Gij hebt gelijk, Marianne, den he mel en de hel kunnen de kinderen hunne ouders aanbrengen, zeidö de waardin met een geprangd hart. Ik was alzoo angstig bezorgd, om dat Josef mijh eenig kind was. Veelal mislukt een eenig kind, meestal wordt liet door vader en moeder vertroeteld. Mijne zorgen en angsten werden nog groo? ter, toen zijn vader stierf; nu moest ik alleen, geheel bijeen den last der op voeding dragen: want de voogd dien zij' mij gaven, bekommerde zich om de w-et duwe en om het weesje niet in het min ste. Toen lag ik dikwijls voor God op de knieën en had Hem om zijnen ze gen voor het gelukj van mSjhen Josef naar ziel en lichaam, en ik' smeekte den goeden God, dat Hij mij de nooldige kracht en sterkte geliefdle te geven, om. iedere ondeugd in mijn kind standvastig te be strijden en aan mijne liefde hieit wane licht le geven, opdat ik voor de gebreken Van mijn Josef niet blind werd. lederen dag, dien .God mij schonk, legde ik mijn Jo sef in liet moederhart van Maria en in de armen van zijn engelbewaarder lei) bescherming neder. Ilo.e nauwlettend waakte ik toen niet op al mijne woor- kwart na tien bemerkten de bewoners der Lauiier,straat bij de Baangracht, dal er brand was uitgebroken op een bovenwoning van een der armoedige huizen, waarvan deze slraat zoo vele telt. 'tVuur bleek le woeden op een zolderkamertje, bewoond door een halfsuffe vrouw in de buurt bekend als „Pietje". Onmiddellijk begaven zich eenige mannen naar hoven, waar ze de vrouw op een reeds brandende matras vonden liggen. De arme oude was slecht ter been en kon zich dus niet zelve redden. Ook haar kleeren bleken reeds vlam gevat te hebben, zoodat haar lichaam niet brandwon den overdekt was. Men bracht haar naar beneden, waarna zij per auLo- brancard naar hel Wiilhelmina-gast- huis vervoerd werd. De inmiddels lei- plaatse verschenen brandweer was het vuur dadelijk .meester en had dus slechts een onderzoek naar de oor zaak van den brand in le stellen. Waarschijnlijk had de vrouw, die se dert dal haar man voor eeuige maan den plotseling doodgebleven was, ge heel versuft was, zicli pp een op een kist liggende matras le slapen gelegd en had daarbij een olielampje om- geslooten, waardoor de matras en haar kleeren in brand waren geraakt. Het geval verwekte natuurlijk Heel wat consternatie in deze volkrijke Jord aaiische bunrt. F e n s to o m s c h i p v or g a a n. Volgens een telegram uil Juno in Alas ka is liet stoomschip: „State of Cali fornia'' Zondagmorgen in de Gambier- haai vergaan. 25 passagiers en 27 le den der equipage zouden zijn ver dronken. Het stoomschip slootte in volle vaart op een klip en zonk onmid dellijk. Verscheiden epassagiers le klas konden zelfs niet meer gewekt worden. De kapitein en 40 man kon den zich op vlotten redden. De mail, die het schip aan boord had, ging verloren. M oord in een kazer n e. Kapi tein Eisenkolb, van de Maria Hilf- kazerne le Weenen, weigerde Maan dag aan zijn oppasser, Jankubóvitsj genaamd, verlof om uit te gaan. Deze was daar woedend over e.n begat zicli 's namiddags naar een bierkroeg nabij de kazerne, waar hij reeds verzeker de, dal men binnen een half uur meer zou hooren. Hij ging naar de kazerne en nam een revolver uit de kamer van zijn kapitein, vervolgens sliet hij de deur van het vertrek open, waar zich de kapitein met zijin verloofde en haar moeder, de beide gravinnen Bolza, bevonden. Jankubóvitsj schoot op den kapitein en verwondde hem doodelijk. De kapitein schoot terug en kwetste zijn oppasser, die nu driemaal achter elkaar op de verloofde van zijn kapitein schoot, die zwaar gewand in een zonk. De kapitein is kort daarop aan de bekomen wonden overleden. Men beschouwt den moord als een wraakneming. S c li o o 1 s c,h i p k a d e t L e n 1> ij d e n 1' a u s. „Het zijn helaas! niet onze Belgi sche kadèllen, die zulks zouden mo gen doen", schrijft liet „Handelsblad van Anl werpen", „want men moet on zijdig, dal wit zeggen, onverscliillg, ook wel eens ongodsdienstig schijnen, dat stookt geen ruzie! Slechte gazet ten mag iedereen ten loon spreiden, voor zedelooze schilderijen mag men in Gent een paleis bouwen, maar een Roozenkrans toonen, een kruis ma ken op den trein of voor het eten, foeidal verwekt ruzie. „Elders denkt men er ander over. „Zoo de kadetten van 'tAmeri- kaansch scbootschip „Rangcr" (Zee zwerver) trokken in gelid de ont- vangstkoer van San Damasu binnen den en werken, opdat hij niets, wat kwaad was, van mij hoorde, of zag! Dikwijls bad ik tot God. lieer, neem h,em liever van mij weg, liever, dan dat hij het ongeluk zou hebben, in een zware zonde te vallen en U te beleedigen, of sluit mij de oogen toe, liever, dan dat ik zoodanig een verdriet zou moeten be leven I JDe waardin echter liet vol hartzeer het hoofd zinken, en verborg haar aan gezicht met hare heide handen; groote droppelen vloeiden er tusschen hare vin geren naar heneden. Zekér woord van Marianne had haar getroffen en gewond. Op dit oogenblik kwam er een bejaarde hoer binnen en riep de waardin. Zoodra zij hem zag, stond zij1 dadelijk en met blijkbare ongerustheid op en ging met he,m in de naast aangelegen kiamer, Niikpiaas, dus ving zij, niet eene angstige spanning in het gemoed en in de o ogen aan, brengt gijl mij eene goede Lijding Ongelukkig, neen, was liet antwoord, - uw vader zegt, dat hij u geen geld meer kan en ook niet wil geven, om dat het 'toch allemaal maar als drinlc- of speelgeld in de handen van BaJthasar den 20 Juli, en werden er geestdriftig begroet en verwelkomd. De Zwitser- sclie wachten antwoordden hun mei mililairé eer, en de kadetien kregen een bijlzonderc goede plaats, recht over het balkon. „De komst van den Paus werd door xnenschenzee knielde en het muziek Lroinpelgeschal aangekondigd, dc speelde het pauselijk lied, waarna dc kadetten losbarstten in een harlelij'ken „cheer" of gejuich. AchWal zou den onze Belgische kadetten er deugd van gehad hebbenmaar dal is geen spek voor onzen katholieken bekda's maar goed voor protestanten van 't grooL AmerikaBelgië is te klein „De pauselijke gcheimscihrijvcr, car- dinaal Merry del Val, was aanwezig in de aanpalende Raphaët-Loggia, en de zusters en de nicht van den Paus zagen het van uit een ander hoeksteen. „Als al die kloppende harten haar stemmen hadden stille doen zwijgen, dan deed Zijne Heiligheid een korte aanspraak, waarin hij jederecn aan wakkerde om kloekmoedig het chris telijk leven in handel en wandel door le drijven, en moedigdip de vurigkij- kende kadetten aan om goed God en 't vaderland ie dienen. Daarna gat Zijne Heiligheid den pauselijken ze gen. Gij kunt denken wal er losbrak toen de jonge zeerobben vernamen, dal de Paus aan hen gedacht had. „Kwamen onze Relgisclie kadetten in 'l Vatikaan, wat piluiniken zouden zij er niet meedragen, nooit le verge len „Toen zij vertrokken, weer in ge lid, op stap, fier als haantjes, werden zij1 door de omstaanders luidruchtig groei, en sommige Italianen riepen: „Viva America!" „Soldaten of matrozen, omdat zij mannen zijin, helden, altijd gereed voor '1 gevaar, doen diepen indruk als zij hun knie voor God buigen. „In 'l kamp van Beverloo zijn er tegenwoordig voor den tijd van twee maanden, 20,000 soldaten, zonder mid del van aan hunne godsdienstige ge voelens luclil Le geven, want zij zijn er zonder priesters-aalmoezeniers. Wal zijn twee aalmoezeniers, aan '1 kamp vasl ja, maar die daarnevens, Leopoldsburg, een dorp van drie dui zend zielen, Le bestieren hebben? „Onze soldaten, onze broeders heb ben daar meesters voor allé vakken, loopeu er hel meest gevaar, en de priesters ontbreken. Een prolestantscli land, als Amerika ot Engeland, of DuiLschland of Holland duldt zulke onzijdige, onverschillige ongodsdien stigheid niet. „La, ou Dieu est tué zegt Téqui it n'y a plus d'impéralif! Neem God weg; en weg is ook 't recht op bevel Ee u wond e r va n moderne scheepstechniek mag de „Im perator wórden genoemd, het nieuw ste schip der Hamburg-Amerikalijn. Dit schip, zoo schrijft liet „N. v. d. D.", liet 50000 tonnen metende vier- schroef-lurbiiie-sloQmscliip „Impera tor' is thans het grootste schip dei- wereld. Op zijn eerste reis naar New-York en terug heeft het bijzonder goed vol daan. In liet bijzonder werd de uiterst rustige gang geroemd, want ondanks de machtige krachtsontwikkeling van 62,000 Pk. was geen schudden of dreu nen te vernemen. Ook liet somtijds zoo lastige rollen en stampen was niet te bespeuren, dank zij de „slinger- tanks' waarmede liet schip uitgerust is. Hierdoor heeft zoo goed als geen enkel der passagiers, hoewel het schip somtijds met slecht weder Le kampen had, last van de gevreesde zeeziekte ondervonden. Verbazing wekken de zonder voor beeld zijnde ruimten en de doeLinalige inrichting der kajuiten, die menige kamer aan liet vasteland in een eerste komt, en tot niets anders dient dan om dien jongen nog meer te bederven. O lieve God! hebt gij hem ook gezegd, dat, indien ik dat geld niet kan betalen, morgen het gerecht mij aantast en de drie beste Koeien uit mijn stal verkoopt? Ik 'heb hem alles gezegd, maar bot hielp niets. Gij zoudt, dus sprak hij, liét geld met schepelen Kunnen meten, en in plaats van schuld te hebben, rijk kunnen zijn, zóo ;goed wias uwe hofstede, zoo winstgevend uwe herberg. Maar al waren nu uwe inkomsten tienmaal grooter, die dolle Balthasar zou or toch alles door brengen en binnen een jaar zou toch uw boel moeien verkoeld worden. Ach, ja, KJaagde de waardin, hij heeft gelijk'; ais Balthasar zoo voort gaat, dan wordt zoo zeker binnen een! jaar tijds de hofstede en de herberg ver kocht, als morgen de koeien. En zij begon bitterlijk te weenen, Nik'olaas zag haar met deernis aan en zeide: Gijl hebt BaJthasar te veel toe gegeven en nu is de jongen n over hot hoofd gewassen. Gij hebt de roede ge spaard. Maar zoo ver, dat de boel zou moeten verkócht worden, neen, zoo ver. klasse hotel overtreffen. Een opgewekt leven heers elite aan boord. De prome nade-dekken. van vijf lot zeven meter breed, zijn deels open, deels met schuiframen voorzien, welke deze dekken beschuiten bij! ruw weder. Wiie hel dan ook mocht gaan vervelen, kan zich in de turnzaal of liet zwem bad gaan ontspannen. Het laatste heeft voortdurend een zeei- druk be zoek gehad. In dit zwembad zijn meermalen .sport foes ten gehouden, waarbij men wedstrijden georgani seerd heeft in estafette-zwemmen, po- lospelen, ringspringen. Men vergat bij die zwemfeesten dal pien .aan lioord van een stoomschip w.as. De speelplaats der kinderen ,is op het promenade-dek A, waar de jeugd in groote kisten piet zand kan spelen als aan liet strand pp een badplaats. In den wintertuin gebruikten de pas sagiers des namiddags hun five o'clock lea, onder hel genot van de muziek der sclieepskapel, en wie rust prefereerde kon in de gezelschapszaal verpoozing zoeken. In dit salon kwa men des avonds na liet diner meer malen 700 bezoekers bijeen. Het Rilz Garllon-hotel-restaurant, dat in ver binding mei den wintertuin slaat, maakte een buitengewoon rij,ken in druk, en 'l was er in den regel druk en gezellig mei gezelschappen, die aan aparte tafeltjes dineerden. De feesl- en balzaal spant de kroon en maakt een verrassenden indruk door tiaar groote afmetingen vail 22i,j M. lengte, 17 AI. breedte en 6 Ai. hoogte. Hel plafond is door een kunstenaars hand geschilderd, de wanden zijn met kostbare antieke gobelins behangen. In deze zaal verzamelden de passa giers zich voor den dans of om naar een concert of andere kunstvoor- drachten te luisteren. Ook daar ver gat men aan boord van een schip midden in dén oceaan te zijn, maar waande men zicli in de feestzaal van een eerste raiigs hotel. Ook de tweede klasse is keurig en smaakvol ingericht en kan wedijveren met de eerste, kajuit van menig ander schip. De meeste kamers zijn twee- beddig, weinige sleehls, voor 3 of 1 personen ingericht. Ook hier heeft de eetzaal niet meer de uil den lijd zijnde zijnde lange gemeenschappelijke ta fel, maar dineeren de passagiers er met hun eigen gezelschap aan tafel tjes voor twee, drie of meer perso nen. Evenals in de eerste klas heeft men ook hier een rooksalon, gezel schapszaal en hal en .ook een lift om de verschillende dekken le kun nen bereiken. I)e turnzaal voor de tweede klasse is de eerste, welke ten behoeve van tweede klasse passagiers aan boord van eenig stoomschip is ingericht. Dc proi nonaded ck ken waarover de 2e klasse passagiers be schikken, zijn bijzonder ruim en ge riefelijk. Tengevolge van de reusach tige afmetingen van de „Imperator" is diL mogelijk. In de derde klasse zijn hoogstens zes passagiers bij elkaar; de meeste hullen hebben echter slechts slaapge legenheid voor 2 of 4 personen. Ook hier mooie, breede promenade-dek ken, een keurig aangckleede gezel schapszaal en schrijfkamer, niet een behagelijk rooksalon. Voor de lus- schcndeks-passagiers .wordt ook goed gezorgd. Terwijl dezen vroeger hun maaltijden zelf moesten halen, wor den zij nu door stewards bediend in een afzonderlijke eetzaal. liet reizen wordt den piensehen wel aangenaam en gemakkelijk gemaakt tegenwoordig. Zoom drijvende stad, wie had daar een jaar of tien geleden aan durven denken En toch is men alweer geneigd te vragen, of nu de grens bereikt is, dan wel of de mo derne techniek, die geen moeielijk- heden meer schijnt te kennen, ons weer met nog reusachtiger schepen zal verbazen. dunkt mij, zijt gij nog niet achteruit. Dat is wlaar, veel, zeer veel is er weg, maar toch nog niet alles. Laat den jongen uwe tafnden zien; geef hem, in plaats van, een gulden, een k'reutzer, in plaats vanl de kaarten, den dorschvlegel, in plaats van de karwats, den ploegstaart in de hand, dan kan er nog veel, misschien; wel alles terecht 'komen. Bij deze woorden wenschte hij aan de waardin een goeden nacht en ging heen, het aangeboden glas melk uitdrinkende het zou hem, indien hij aan het ver driet van den volgenden dag ernstig ge dacht had zekerlijk niet gesimaakt heb ben. Terstond na zijn vertrék, kwaim Bal thasar binnen, blijkbaar verhit, met een duim stof op het fijn lakensche, groene jachtbuis, met eene karwats in. de hand, terwijl aan een van de vier vingeren' een gouden ring blonk'. Iiij groette zijne moeder 'koel en kortweg en vroeg toen, of Nik'olaas eene goede tijding gebracht had? Eene slechteuw; peter geeft hét geld niet, en ik heb hem er toch zóó om gebeden! antwoordde de moeder treu rig. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1913 | | pagina 5