bu zü nn 11 II No. 96. Zaterdag 16 Augustus 1913. Negeude Jaargang II II II II II II II II II II II II II II II II 19 II II sa Veertig jaar Priester. Dl Dl Dl DIIIHIl II HEILWENSCH aan den HoogEerwaarden Heer J. M. J. BAEDE II II II II II II Dl Dl Dl II II II II II II II II II II Dl VI II II II 11 II II II II II II II II II II II II II ffl LTJ LTJ LTJ CT CT CT ltjltjltj CT II ltjiltjiltjiltjiltjiltjiltjiltjiltjiltjiltj CT ffl II CT II CT ct CT CT bij zijn 40-jarig Priesterfeest, op 15 Augustus 1913. CT LTJLTJLTJ CT iffllLfflJlffl CT ITIILTJILTJILTJ CT CT LTJlLTJ ffl CT ffl CT CT CT LTJILTJILTJILTJ CT NIEUWE ZEEUWS® COME Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes f 0.75, daarbuiten f 0.95 Afzonderlijke nummers 5 cent, dubbele bladen 10 cent. Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór half drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags. ReclamebericKten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. Advertentiën van 15 regels /0.50; iedere regel meer 10 Ct. Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. k contant. De abonné's op dit blad, in het bezit der door de I P* gulden bij verlies van beide I gulden bij directie uitgereikte polis, zijn, overeenkomstig de I III handen, voeten of oogen. ffl I I verlies van een daarvoor vastgestelde Verzekeringsvoorwaarden, I Z 11 11 I Voorts bij ongeneeselijke I Z 11 I hand, voet GRATIS verzekerd tegen ongelukken voor: 1%^%^%# verstandsverbijstering; I Iv of oog; duim; De uitkeering der bovenstaande bedragen is gewaarborgd door de „Hollandsche Algemeene Verzekerings-Bank" te Schiedam. gulden bij verlies Êfo gulden bij verlies van M V wijsvinger, mm W gulderf'bij verlies van eiken anderen vinger. DIT NUMMER BESTAAT UIT 8 BLADZIJDEN. - EERSTE BLAD, CTT CTf "CTT ïctI CT' "CT Ongeacht de minachting, waarmede de godsdienstige onverschilligheid eener van God vervreemde wereld hem bejegent, blijft de priester een geheel eenige plaats in de maatschappij innemen. Gelijk onder de dagen der week de Zon dag als de dag des Heer en uitblinkt, hel kerkgebouw te midden der tmensche- lijke woningen als het huis Gods den voorrang bekleedt, zoo blinkt de priester onder zijne medemenschen uit als m a n Gods en gezalfde des Heer en. Geen persoonlijke verdiensten schonken hem dien voorrang, noch acht zich de priester omwille van eigen voortreffelijk heid met zoo groot een macht, zoo ver heven eene waardigheid toegerust. Dit spreekt hij dagelijks uit aan den voet des altaars, wanneer hij voor het gansche volk op zijn borst kloppend, zijn menschelijke zwakheid belijdt voor den Hemelschen Vader. Gods uitverkiezing verhief hem tot dien heiligen slaat, Gods hand leidde hem naai de stilte des heiligdoms, om hem af te zonderen van het bederf der wereld en der zonden a vitiis saeculi et caligine peccatarum segregates - gelijk de Kerk in haar wonderschoone hymne „Exsultet" op Paasch-Zaterdag zingt. Door de saeramenteele wijding is de priester de uitdeeler van henielsche ga ven, de verkondiger van Gods woord, de vader der armen, de raadsman des volks, de 'trooster en opbeurder der gevallenen, de bewaker des Evangelies, de offeraar van 's Heeren lichaam en bloed voor het heil der wereld. Zijne lippen bewaren de wijsheid en zijn mond spreekt woorden van hemelschen zin. In de wereld, is hij toch niet van de wereld, en zijn wandel is die van een engel in hel vleesch. Christus te prediken door woord en gedrag is zijn levensideaal, Christus' rijk te verbreiden zijn levens program. Te verwonderen is het dus niet, dat het Katholieke volk den priester eert en hoog acht en iedere gelegenheid met graagte aangrijpt om van dien eerbied en hoogach ting te getuigen. Het veertigjarig priesterjubilee van den hoogvereerden deken van Middelburg en pastoor van Goes, den hoogeerwaarden heer J. M. J. B a e d e, kan dan ook niet voorbij gaan, zonder dat zijn parochianen, zijn mede-arbeiders in 's Heeren wijngaard in geheel het dekenaat, kortom alle Ka tholieken der Zeeuwsche eilanden, op ge heel bijzondere wijze aan hun hoogge stemde vreugde uiting geven. En dit niet alleen omdat zij in den hoogeerwaarden lieer B a e d e den priester begroeten, maar ook den man, toegerust met de meest uit stekende gaven van geest en hart. t I.s ons een trots en vreugde tevens, in deze courant, door hem gesticht, gesteund en geleid, de gevoelens te mogen vertol ken, die al zijn onderhoorigen op dezen gewichtigen dag bezielen. Moge de korte uiteenzetting van hel rijke priesterleven, dat zijn jubilee ons heden ontvouwt, die gevoelens versterken en bevestigen, hem ter eere, onszelven ten geestelijken profijte. Gesproten uit een achtenswaardige Am- sterdamsche familie den 7en Juni 1849, zag de jeugdige B a e d e zich reeds spoedig getrokken tol het heiligdom. Na deugdelijke voorbereidende studiën en het doortoopen van dien langen voorbereidingstijd binnen de muren van het seminarie, dien de 'Kerk in haar wijsheid voor de candidaten des priesterschaps voorschrijft, sloeg op Maria Hemelvaart van het jaar 1873 voor hem de onvergetelijke ure, dat de bisschoppe- MÉiliffl ffl ffl 9H lijke hand van Monseigneur W-ilmer, bis schop van Haarlem, hem wijdde lot priester. In het landelijke Hillegqm begon hij zijn priesterlijke werkzaamheid, om die 4 jaar later voort te zetten als kapelaan der H. Slede op het Begijnhof te Amsterdam. Ilad hij reeds met de goede Katholieken der hoofdstad van jongs af aan gemeen die bij zondere godsvrucht tot het Heilig Geheim onzer altaren, welke Steeds het sieraad blijft der burgerij „uit Gijsbrecht's erf gespro ten", zijn driejarig verblijf op de plek, waar de herinnering aan het groot mirakel met innige piëteit en vromen trouw wor den bewaard, deed die godsvrucht nog toe nemen in omvang en kracht en sindsdien straalde in al zijn priesterlijke daden de begeerte uit, Christus in Zijn Heilig Sacra ment meer te doeii kennen en liefhebben. Vandaar zijn voortdurend opwekken tot veelvuldiger communiceeren, zijn her haald aansporen tot drukker kerkbezoek, tot gestadiger bijwonen der H. Mis. De Sint-Lambertusparochie van Neer- land's tweede koopstad teerde kapelaan Baede kennen in al zijn kracht. Nog Met zijn toenemende gewichtige werk zaamheden hielden zijn jjver en bekwaam heid gelijken tred. Zijn parochie verrijkte hij met een nieuwe kerk, waarvan de schoone lijnen thans door de prachtige versiering op zoo bijzondere wijze lol ons spreken. Zijn sympathie voor het Katholieke onderwijs vond nieuw voedsel in zijn benoeming lot bisschoppelijk inspecteur en uitte zich krachtig door de aanvaarding van het eere- voorzilterschap van den Zeeuwschen Bond van R. K. Bijzondere onderwijzers, behoo- rendc tot hel bisdom Haarlem, terwijl zij thans hare bekroning vindt in den bouw der groolsche parochiale scholen te Goes. Het bestuur van het aan zijn zorgen toe vertrouwde dekenaat voerde hij met zachte en tocli vaste hand suaviter et fortiter gelijk de lijfspreuk luidde van den bis schop die hem de handen oplegde. Wars van alle vertoon en een vijand van luid ruchtig gedoe, dat bij oppervlakkige zielen de eenige maar zeer ondeugdelijke graad meter uitmaakt der verdiensten, bleek de ken Baede zijn leven te hebben inge richt naar liet beteekenisvolle woord dat L klinkt op dezen dag, o Priester jubelaar, Van ganseh het Zeeuwsche strand een blijde juichtoon tegen Zoo vaak schonkt Ge aan uw volk met herderlijk gebaar Als pand van Gods gena uw priesterlijken zegen. Thans kronen veertig jaar van heilig priesterleven Uw hoofd, nog ongebukt te midden van den strijd Om 't God gewijd geslacht door uw manmoedig streven Te ontworstlen aan den greep des demons, die niets spaart. Gij wist, naar 's Ileeren woord, dat wie slechts zonder beven Den vijand tegentreedt, het best zijn erf bewaart. Moog' Jang nog 's Heeren gunst li voor uw volk bewaren; Zij 't licht van dezen dag het stralend morgenrood. Dat ons den goudglans spelt van vijftig priesterjaren! Gods liefde zij uw kroon in leven en in dood Een parochiaan. leef! er de herinnering voort aan zijn rede naarsgaven. In waarheid, wie hem mocht hooren, als hij het brood des Goddelijken woords brak voor de hongere schare, zag voor zijn geest de figuren oprijzen van een Bourdaloue, een Massillon en erkende, dat liet machtig genie dier grootmeesters der gewijde welsprekendheid hem had ge ïnspireerd. En wie zal ontkennen dat ook thans nog zoo menigmaal in stijl en taal de kanselreden van den geachten jubilaris ons aan bovenvermelde „orateurs sacrés" herinneren? Op vigilie van Petrus en Paul us des jaars 1890 riep het vertrouwen zijner kerkelijke overheid kapelaan Baede tot het pastoors- ambt te Zierikzee. Bijna zeven jaar werkte hij daar aan het zielenheil der hem toe vertrouwde kudde met al de liefde van tien herder, wien het heil zijner schapen ter harte gaat. Over het resultaat van dien arbeid uit te weiden zou ons te ver voeren. 'Wie geen vreemdeling is in het Zierikzeesche land weet hoe de roep van zijne edele hoedanig heden ver buiten den kring zijner geloofs genoten zich verspreidde en in menig hart de achting voor en de liefde tot den Ka tholieken godsdienst deed ontluiken. Den 18en Juni 1897 kwam pastoor Baede te Goes en zag zich weldra aan het hoofd geplaatst van liet dekenaat Middelburg. van den profeet Elia,s staat opgeteekend, toen hij Jehova zocht in den stormwind: „non in commotione Dominus", „de Heer is niet in het gedruis". Wij behoeven zeer zeker niet in nadere détails te treden om den lezer te doen zien, wat rijk en vruchtbaar priesterleven hier voor ons open ligt. En toch, al mocht „De Tijd" in zijn jongste Zondagsblad van dezen priester- jubilaris getuigen: „De nieuwe kerk die onder zijn herderschap gebouwd werd en straks ook de nieuwe parochiale scholen, mogen wij- parelen noemen aan de priester- kroon, die hem siert", een edelgesteente van minstens even zuiver gehalte dwingt ons door zijn schitterenden glans tot een aparte vermelding, n.l. ons blad, de „Nieu we Zeeuwsche Courant", vrucht van de liefde, welke de Hoogeerwaarde jubilaris koestert voor de Katholieke pers. Met tal van uitstekende mannen in de priester- en leekenwereld begreep hij, dat in onzen tijd naast en met het bouwen van kerken en scholen, het oprichten en verspreiden van Katholieke couranten ten volle behoort tol de werkzaamheid eens priesters, die de teekenen van zijn tijd be grijpt getuige het nooit volprezen voor beeld van onzen roemrijk regeerenden Paus, die als kardinaal-patriarch van Ve netië persoonlijk rond ging om abonné's CTf [ffl] aan te wei-ven en gelden in te zamelen voor het Katholieke Venetiaansche blad „La Difesa". In den zomer van 1904, toen de Katho lieken van hel Stalendistrict Goes opkwa men voor hun goed rechteen plaats te vorderen in de Provinciale Stalen en daar toe een verkiezingscomité met onderafdee- lingen in de parochies van het district hadden opgericht, bleek hoe noodig hel was de ongeorganiseerde en op politiek gebied onontwikkelde Katholieken met een eigen blad voor te lichten de hulp- door „Zelandia" verstrekt, moest, hoe welkom zij ook was, uiteraard onvoldoende blijken. En al mag aan den huidigen directeur der „Nieuwe Zeeuwsche Courant", toen maals voorzitter van het Centraal Verkie zingscomité, de eer niet worden onthouden de zaak te hebben voorbereid, de ziel dei- beweging was de HoogEerwaarde Heer Baede, die met geestdrift hel denkbeeld aangreep, zijn collega's in liet priesterambt op Zuid-Beveland en van het dekenaat voor liet plan wist te winnen en aan de eerste oprichtingsvergadering te zijnen huize een feestelijk karakter gaf, gelijk een huisvader feest viert bij de komst van een nieuwge borene. De oprichting van de „Nieuwe Zeeuwsche Courant" was verzekerd, en dat liet zaadje der Katholieke pers, op dezen Zeeuwschen bodem uitgestrooid,, opwies tot een krachtigen boom, in wiens lommer de Katholieken van hel dekenaat Middelburg niet alleen, maar van een groot deel van het overige Zeeland zich thans verkwikken, is te danken aan de leiding en den steim van den HoogEerwaarden Heer B a e d e, wien de „Nieuwe Zeeuwsche Courant" nog steeds als haren censor hoogacht en eer biedigt. Namens al hare lezers, vrienden en be gunstigers brengt de „Nieuwe Zeeuwsche Courant" op dezen heugelijken feestdag gaarne en van harte alle eer en hulde voor hetgeen onze beminde jubilaris deed voor de Katholieke pers in Zeeland. Doch iaat de herinnering aan deze uil- nemende verdiensten ons niet te egoïstisch doen zijn en wenden wij ons lot het eigen lijk onderwerp van dezen dag: de viering van het 40-jarig priesterjubilee van onzen herder. Ilem wacht thans de hulde van zijn parochianen, zijn geestelijke mede broeders, zijn vele vrienden en vereerders. Iloog laaie de geestdrift op! Luide uite zich de jubel! De feestvreugde schalie alom! In woord en in lied, in gave ©n geschenk loone zich het blijde gemoed van ons allen, die met onzen geestelijken vader deelen in het geluk dat hein thans te beurt valt. Doch waar het Christenhart geen vreugde kent, die niet haar oorsprong vindt in dank baarheid jegens Hem, die* de bron dei- ware blijdschap uitmaakt, daar stijge heden ons aller vurig gebed voor den beminden priester-jubilaris ten hemel, opdat door de voorspraak van Haar, die als „oorzaak on zer blijdschap" in de litanie wordt aange roepen en die op dezen dag de reinste hemelvreugde mocht gaan smaken bij haar Goddelijken Zoon, 's Heeren overvloedige zegen nederdale op zijn gezalfd hoofd, 's Heeren kracht en genade hem sterke op zijn verderen levensweg, 's Ileeren licht hem verlichte bij zijn rijken arbeid aan het zielenheil der hem toevertrouwde kudde. Zij die zegen, gevoegd bij de liefde en vereering, welke hem zeer zeker altijd maar vandaag toch zooveel uitdrukkelijker worden geschonken, hem de voorsmaak van het loon, dat de Heer der talenten zijnen getrouwen dienaar schenkt en waarvan ons de Kerk in navolging van den Prediker in een harer missen spreekt: „De Heer heeft hem bemind en gesierd, met een kleed van glorie heel't Hij hem omhangen". CTT TZ7T CTT "CT Ict" ICT CTT CTT CTT CTf CTT CTf LZT CTf CTT CTT

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1913 | | pagina 1