ireninspan,
in een
ONGERS.
Kruisbessen
No. 63. TWEEDE BLAD NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
Zaterdag 31 Mei 1913
Schildersknechts
Van kwaad tot erger.
>liek verkoopen:
18 Juni 1913
sdag
PAARDEN
stuks Hoornvee
koop bij inschrijving
Nu allen propagandist.
f EUillETOW
Pelef. no. 213.
trabbendijke.
ris M. C. SCHRAM te Krui-
op
ïi-dag 12 Juni 1913,
[ddags 11 uur te Schore, ten
n aan de woning van Mej
iOOSSE aldaar, wegens ophef.
:t vrachtrijdersbedrijf
een 13-jarige liere Merrie
met Veulen, Wagen, Egge,
Peemolen, Stroosnijmolen,
Itroomer, Melkbussen, Boter-
stplanken en hetgeen verder
op zal worden aangeboden.
iris M. C. SCHRAM te Krul-
op
10 uur ten verzoeke en op
ede bewoond door den heer
c. te Schore,
ibliek verkoopen.
diens
kapitalen
bestaande uit
alsLiere merrie oud 7
jaar met veulenBruine
merrie (Belgisch ras) oud 5
veulenBruine merrie oud
Bruine merrie oud 3 jaar;
lierrie (Belgisch ras) oud 3 jaar
Juin (Belgisch ras) oud 2 jaar;
errie oud 2 jaar en Bruine ruin
lar.
melkkoeien 4
1 twee-en-
^rige vaars2
ge ossen 3 anderhalfjarige
éénjarige vaarzen 3 éénjarige
n 6 kalveren.
V o o r t s
Jhtige zeug een
aet biggen5
eens 50 kippen
|en20 loopeenden 4 ganzen
alkoenen,
vagens op
assen en
Idriewiels"
et lemoen 2 Sack's- 2 Zeeuw-
II Coks- 1 Balans- t Moor- en
appelaanaard- tevens wiedploeg;
chine diverse eggen sleepbord
sleursleper enkele en dubbele
1dorschmachine ros- wind-
[noes- en stroosnijmolen geesel-
net paard en stoel mestplanken
even griepen vorken melk-
mer (Meys)karn roomtonnen
's, koebak, waterpomp, reepen,
wagenlichter, 2 lemoenen voor
Is, wagenzeil, tolhouters, pongM'
pn, fornuis, harnas en hetgeen
ten verkoop zal worden aange'
In muziek, Seen stalling, d°cl
ergplaats voor fietsen.
ian plm. 2600 struiken.
Ipelle, in Pankenshoek, aank. de"
|S. DEKKER Jz.
Ichrijvingsbilletten in te leverei'
5 Juni a. s. ten kantore van Notari'
AR, waar informatiën te bekome'
Terstond
aagd, ook kunnen zich
halfwass^"
nelden, tegen hoog loon, bij
7IS, Mr. Schilder te Ouddorp, v0
tramlijn Zijpe—Brouwershaven
nbergen.
Onder dit opschrift schrijft de „Tertia
ris", orgaan der Derde Orde van de H,
Franciscus beharbenswaa.rdige regelen,
welkte ook buiten den kring der leden
ran de Derde Orde ter harte dienen ge
nomen te worden.
Evenals „Zelandia" en andere bladen
meenen o;ok wij goed te doen dit artikel
in ruimen k'ring bekend te maken.
„Gij begrijpt. da,t we u ditmaal eens niet
gaan aansporen om propagandist te zijn,
va,u de Derde Orde, maar van öns Chris
telijk Ministerie.
Óa.t bleek trouwens reeds uit het op
schrift, want we staan vlak' voon- de ver
kiezingen, waardoor beslist moet wor
den over de Christelijke Regeering.
Het spreekt va,u zelf, dat elke Ter
tiaris, die kiezer is, zijn stemplipht zaj
vervullen en de,n rechtschen kapdidapt
zal stemmen. Het. tegenovergestelde a,'in
nemen zou een 'beleediging zijn.
Do aansporing pm rechts te stemmen'
is dus geheel overbodig.
Mapr Tertiarissen, Katholieken van de
Daad, kunnen en moeten nog wat meer
doen om de overwinning der rechtsche
coalitie te bevorderen, zij moeten pro
pagandist zijn.
(Jók de meisjes, óók de vrouwen.
Zij behoeven lieusch niet als Engel-
sche suffragetten in vergaderzalen én op
meetings een vurige redevoering te hou
den, maar zij kunnen op andere en be
tere wijze propagandist zijn.
Allereerst door het yertrouwvol gebed.
Wanneer God niet helpt, is de reu-
zenaktie der Christelijke .partijen ver-
geefsche arbeid. Wij moeten er wtel van
overtuigd zijn, dat het gebed ook' in den
verkiezingsstrijd ons krachtigste wapen is.
Doch niet het eenige.
Talrijke kiezers moeten aangevuurd
worden om rechts te stemmen, een nog
grooter aantal wellicht, die krachtens bet
doopregister lot onze partij hehooren,
moet „bewerkt" worden om zich de ge
ringe moeite van een wandeling naar
het stembureau te getroosten moet mis
schien zelfs per auto. of rijtuig er gra
tis heqn gebracht ivorden.
Daarbij kumien ook vrouwen en meis
jes helpen, zooals vier jaren geléden reeds
met groot succes geschied is te Rotter
dam, eens het geduchte bolwerk yan het
handeldrijvende 'lihertijnendom.
Vrouwten en meisjes' hebben den groot-
sten invloed op het hart van hun echt-
gtenooten en verloofden. Wat een lid van
d'e R.-K. Propaga.nda.club niet vermag,
bitengen pij tot Stand. Van haar zullen
hun onwillige mannen en verloofden aan
nemen, dat het tegen het Christendom,
vooral tegen de Katholieke Kerk _gaa,t,
dat ,h'et socialisme den werkman op schan
delijke wijze bedriegt, dat van een vrij
zinnig-socialistische meerderheid niets te
verwachten is tenzij groot© woorden en
prachtige beloften, waarmee niemand ge
baat is; van haar zuilten zij onze bro-
churen en vlugschriften aanvaarden om
z'e te lezen, te overdenken, en zóó strij
ders te worden voor een Christelijke Re
geering; niet haar zullen zij mee op
gaan naar d'e ,propa.ganda.bijeenkomsten
onz'er Kiesverenigingen en Jonge Gar
des.
Veel kunnen zij nog verrichten zonder
haar vrouwelijke waardigheid te sohen-
dten.
De secretarissen van Kiesverenigingen
en Propagandacluhs zijn overstelpt met
schrijfwerkvrouwen en meisjes kim-
n'en een gedeelte overnemen.
Huisbezoek' is broodnoodig; dikwijls
kunnen zij helpen.
Vlugschriftten en verkiezingsbladen
moeten verspreid worden; zij kunnen
daaraan meedoen.
Op de dagen van stemming en herstem
ming Jcomten er krachten te kort; vrouweln
'en meisjes kunnen het schrijfwerk waar
nemen in de verkiezingshureaux der pro
pagandacluhs, kunn'en zelfs per fiets er
mee op uit gaan om lauwe kiezers over
hun plicht te spreken.
Allemaal vrouwenwerk:.
Maar ook en vooral werk voor die
mannen, die ware kinderen van den on-
vermoeiden propagandist en apostel Fran-
teiseus willen zijn.
ik kan mijl geen fieren Tertiaris den
ken, die deze wieken niet piiediearbeidt,
om d© Rechterzijde 'tot een glansrijke
overwinning te brengen.
't Is nu Zekér geen tijd voor suffen
en dutten, 'die voor een Tertiaris trou
wens nooit bestaat,
Rusten zullen wij1 in den Hemel, doch
hier moeten wij werken en strijden.
Werken in Kiesvereenigingen en Propa
gandacluhs.
Door verspreiding van geschriften en
bladen.
Door lauwe kiezers ervan te overtuigen,
dat staatspensioen een dwaasheid is, ;il-
gemeen kiesrecht een lapmiddel, dat het
Ministerie Heemskerk reusachtig gearbeid
heeft en nog over een prachtig program
beschikt, af te werken tot .welzijn van
heel de maatschappij, terwijl de vrijzin
nigheid niet in staat is 'om te regee-
ren.
Tertiarissen, weest nu allen flinke pro
pagandisten Laat u bezielen door de
Christelijke beginselen, begeesteren door
het heerlijk voorbeeld uwer Belgische
broeders eu zusters!
Dezen hebben het vorig jaar krachtig
geijverd voor het behoud der Katholiek©
Regeering, zoodat hun op hun .congres,
4 Augustus 1912 te Mechelen gehouden,
openlijk dank werd gebracht en hun o.a.
gezegd werd„Terecht mag de Derde
Orde oen groot deel opeischen van de
overwinning, .welke de Katholieke zaak
op 2 Juni behaald heeft".
Do propagandacluh der Brusselsche
Derde Orde had vóór de verkiezingen
13.700 vlugschriften en 11.000 Katho
lieke bladen per week verspreid/En
zóó was in vele plaatsen gewelkt.
Tertiarissen, volgt dat voorbeeld nu
eens na, pakt nu eens pan, weest nu
eens Tertiarissen van de Daad!
Vooruit dan, aan den arbeid!
Tot heil van Kerk pil Vaderland".
0e boerenstand en het nieuwe Tarief
Onder bovenstaand opschrift geeft het
Vóór-Tariefwet-Comité. een vlugschrift
uit, waarin ten duidelijkste het belang
wordt aangetoond, dat allen, die in het
boerenbedrijf of den tuinbouw een be
staan vinden, hij verhooging van het
tarief van invoerrechten hebben.
Na er op te hebben gewezen dat pr
op hiet platteland een bevolkingsover
schot bestaat, dat in het landbouwbe
drijf geen bestaan kan vinden, Zoodat
bijv. vele boerenzoons ntpr Amerika,
Canada en elders emigreeren, wordt de
aandacht gevestigd op de betrekkelijk
geringe koopkracht van ons volk.
Volgens de Verslagen en Mededeelin-
gen van de Directie van den Landbouw
1911, no. 6, was het vleeschverbruik ten
onzent in 1909 slechts 33.03 K.G. per
hoofd der bevolking, waaronder dan nog
2.54 K.G. paardenvleesch. Maar in
Duitschland bedroeg het niet minder
dan 52.7 K.G. per hoofd, waaronder
slechts 0.5 K.G. paardenvleesch. Was ons
volk even koopkrachtig als het Duitsche,
werd er ten onzent evenveel vtleesCh
geten, dan zou van geen Vleesch
uitvoer sprake behoeven te
zijn.
In 1909 was voor ons land de meer-
uitvoer van rund-, kalfs- en Vaxkens-
vleesch 27.335.899 K.G. en het verbruik
van deze vleeschsoorten 187.926.480 K.G.
Gebruikten wij evenveel vleesch als de
Duitschers, dan zou er in Nederland
zélfs een geweldige „vleeschnood" zijn
geweest. Immers het Nederiandsche ge
bruik van rund- ein varkens-
Vleesch bedroeg in '1909 maar 29.89
K.G. per hoofd (33.03 min 0.6 K.G. scha
pen- en geitenvleesch en 2.54 K.G. paar
denvleesch is 29.89 K.G.). In Duitsch
land was het 50.9 K.G. (schapen- en
geitenvleesch 1.3 K.G., paardenvleesch 0.5
K.G. is te zamen 52.7 K.G.). Hadden wij,
Nederlanders, ook per hoofd 50.9 K.G.
rund- en varkensvleesch kunnen gebrui
kten, dan zouden wij, ook al ware ér
niets uitgevoerd, meer da.a 100 m i 1-
lioen K.G. vleesch te kort Zijn
gekomen. Stond ons vleeschgebruik op
even hoog peil als dat van Duitschland,
dan zou een bijna 4 maal grooter meer-
invoer van rund- en varkensvleesch plaats
gehad hebben dan nu de meer uitvoer
bedroeg.
Duitschland toont pus ook' hier zijn
meerdere welvaart. l>e levensmiddelen
zijn er weliswaar voor een deel duurder
dan bij ,ons, maar de levensstandaard
is er (honger, doordat de werkloonen er
bteduidend hooger zijn dan hier te lande.
Dit blijkt pok uit het meerder gebruik
van eieren.
Volgens mededeelingen in het „Neder-
landsch Landbouwweekblad" telde Neder
land in *910 ruim 6,7 millioon stuks
pluimvpe, dat is per 1000 inwoners 1146
stuks. Epn laag cijfer! Ierland had 5554
stuks, Denemarken 4739 stuks per 1000
inwoners gerekend. Duitschland, Frank-
rijk, O asten rijk-Hongarije hebben naar
verhouding alle meer stuks pluimvee
dan Nederland. En toch worden in het
welvarende Duitschland eieren ingevcterd,
terwijl in Nederland, met zijn weinig
koopkrachtige bevolking, eieren wor
den uitgevolerd. in datzelfde jaar
1910, toen Nederland bijna, onderaan
stond van de Europeesche Janden wat
betreft het aantal stuk's pluimvee per
1000 inwoners, werden uit Nederland
7.598.000 K.G. eieren meer uitge
voerd, hoofdzakelijk .naar het protec
tionistische Duitschland, dat door onZe
vrijhandelaars met een Zwarte kool wordt
geteekend. Een groot deel van ons
volk' kan nooit eieren eten. De
koopkracht ontbreekt. j\Vas onze nij
verheid door verstandige bescherming tot
jmeordere ontwikkeling gekomen, was de
welvaart grtfoter, jzij zouden meer vleesch
en eieren kunnen gebruiken. De Ncder-
landsche jiluimveeteelt zou, evenals de
Nedcrlandsche veeteelt zeer a a n nxe r kie-
1 ij k uitgebreid moeten worden, voor
en aJeer wij' zonder invoer dezelfde hoe
veelheid vleesch pn eieren per hoofd zou
den kunnen gebruiken als Duitschland
Maar nu maakt hvet „welvarende" Ne
derland al een heel slecht figuur. Het
voert, wel is waar, vleesch 'en eieren
uit, maar ',d© voeding van de
eigen bevolking laat veel te
wpnschen over.
Beschermingbevordertde n ij-
verheid, vermeerdert de koop
kracht der b roede massa, die bij
(Je industrie betrokken is. Zij' is dau in
staat, meer voedzame land- en tuin
bouwproducten te koopen.
Maar zal het naburige Duitschland
geen weerwraak nemen, als wij ons ta
rief verhoogen? Zal het dan niet zijn
grpnzen sluiten voor onze producten, of
den invoer daarvan belemmeren?
Dat m.en ook in onze leidende tuin
bouwkringen gelooft, dat in 19 17 de
Duitschp invoerrechten op
tuinb'o-uwproduct.en hooger
Zullen worden, blijkt uit vele uit
latingen. Zoo leest men bijv. in het ver
slag d.er „Nieuwe Rotterdamsche Cou
rant" van Vrijdag 18 April j.l. van den
Nederlandschen Tuinbouwraad, groep
Fruitteelt: „Ook werd gewezen op de
pogingen van de Duitsche kweekers om
na 1917 de invoerrechten op fruit aan
merkelijk verhoogd te krijgen. Omdat
Duitschland tegenwoordig het voornaam
ste afztetgebied is, dient men tijdig de
bakens te verzetten".
M.enlatezich nietleidendoor
18)
Nu, het is goed, zeide Marcus;
wanneer zult gij het geld aan Pieter
geven
Wilt gij een vriendenraad, mijn
jongen? vraagde Geersen.
Goed, ik kan hem opvolgen als
ik wil.
Geef het geld niet aan Pieler
Aan wie dan? aan Maria?
Neen, niet aan vrouw Matrijs;
dat is nog erger. Pieter is nog wat
jong, hij zou het verteeren, en Maria
zou het behouden. Geef het Mina.
Marcus bloosde.
Zij is de beste van de drie, en
gij zult dan zeker zijn dat Geerlaan
betaald wordt;
Goed, zeide Marcus, ik zal zien.
De zaak is, dal de jongeling haast
had Mina te gaan opzoeken en haar
te vertellen wal hij gedaan had.
Mina zou nu zeker een blijk harer
dankbaarheid hebben kunnen geven,
maar daartoe was ze te sluw. Zij
overlegde het zoo, dat Marcus al zeer
tevreden was, toen hüj' een handdruk
ontving.
Maria was wel een weinig karig
met hare dankbetuiging; zij was ver
ontwaardigd dat hare zuster met de
regeling der zaak belast was. Pieter
schreeuwde het uit van pret.
Eene prachtige zaak! riep hij uit,
een prachtige zaak! Ziedaar een waar
vriend
En hij gaf Marcus de hand en om
helsde zijne zusters.
Zullen wij morgen naar Goorin
gaan? Laat ons gaan, Marcus, gij zult
veel pret hebben.
Marcus was trots op hetgeen hij
gedaan had. Ilij dacht niet meer aan
zijne moeder, die op dit oogenblik,
onbeweeglijk voor haar echtgenoot, de
de oogen vol tranen en met diepe
droefheid in het hart, de vraag van
haar echtgenoot, waar Marcus was,
niet kon beantwoorden. Marcus bleef
dien nacht op den molen, en hij het
krieken van den dag waren hij en
Pieter op. Zij gingen naar de kamer.
Het vuur was ontstoken, eene kaars
verlichtte den haard, waarop het spek
stond te braden.
Mina was zoo druk in de bezig
heden, toen de jonge lieden binnen
traden, dat zij hen niet hoorde.
Te drommel! zeide Pieter tegen
Marcus, wat zou zij eene goede huis
houdster zijn. i
Marcus lachte zonder te antwoor
den.
Op dit oogenblik keerde zich Mina
om en bemerkte hen.
- Gij doet mij schrikken, zeide zij
Dat zal zoo erg niet zijp, ant
woordde Pieler; gij zijt zoo schrik
achtig niet.
Zet u aan tafel, hernam zij gij
moet vóór uw vertrek wat eten.
Zij' plaatste spek, brood en brande
wijii op taïel.
Marcus at met graagte.
Een kwartier daarna reden de (we
jongelieden in het wagentje van den
molenaar naar Goorin.
- Gij' behocfl ons van avond niet
te wachten, had Pieler gezegd.
Zullen wij le Goorin overnach
ten? vraagde Marcus.
- Ja, slaat u dat niet aan?
Zeer goed, zeide Marcus, of
schoon hij toch inwendig ongerust
was, twee nachten uit het ouderlijke
huis weg le blijven. Wij zullen de
twee vrienden hun weg laten vervol
gen en hen naar Goorin vooruitsnel
len, waar ons een nieuw personaadje
wacht, wiens rol in deze waarachtige
geschiedenis van le veel belang is,
om niet eenige oogenblikken hij hem
te blijven stilstaan.
vrees voor repressaille majat-
e ge len! Niet de Nederlandsche Ta
riefwet, maar het belang van de Duit
sche groenten- en fruitkweekers, zal
Duitschland dringen tot een eventueel©
verhooging der invoerrechten op ouzo
producten.
Een land- en tuinbouwproductie, die
bijna geheel afhankelijk is van export,
bedreigen altoos gevaren. Versterk'©
men daarom toch dekfoiopkracht
an ons eigen Volk, verhooge men
zijn productief vermogen door verstan-
digje bescherming van de nijverheid! Dan
zal onze land- en tuinbouw niet zoo vol
komen afhankelijk zijn van het bui
tenland.
Do Tarief wet, ziedaar onze con
clusie, zal op uitvoer van Oinze
and- en tuinbouwproducten
geen nadeeligen invloed uit
oefenen. Slechts zal de te verwach
ten opbloei van de nijverheid tot ge
volg hebben, dat minder behoeft uit
gevoerd te worden, omdat ons eigen volk
grootere hoeveelheid kan koopen.
Do nieuwe Tarief wet zal evenmin een
voor ons nadeeligen invloed hebben op
do invoerrechten van andere landen. Het
tegendeel zal veeleer het geval zijn. Z o te
el 0 r een behoorlijke Tariefwet
kan onze Regeering in 1917
nipts doen om het van Duit
sche n 'kant dreigende gevaar
voor onzen tuinbouw nog zoo
veel mo-ge 1 ijk ,a f te wenden.
Is d,o nieuwe Tariefwet in werking, zijn
vple Duitsche nijv*e rhei d sproducten
hij invoer in ons land aan een hooger
rpcht onderworpen, dan heeft onzé Ile-
gporing den Duitschen buurman wat aan
tg bieden, in ruil voor vermindering vlah
Duitsche invoerrechten op onze tuin
bouwproducten. Ilct „ik geef, opdat gij
geeft", is dan van toepassing. Een evten-
tu,eel te halen voordeel voor de Duit
sche nijverheid zal wellicht de Regeering
vail ji'at land minder eenzijdig doen let
ten op de belangen der Duitsche k'woe-
kters. in elk geval staan wij dan
s terke r.
Hoe ongegrond de vrees van sommigen
voor het nieuwe Tarief is, bewijst het
voorbeeld vatn Denemarken. Dene
marken „beschermt" niet zijn landbouw,
wpl de nijverheid, liet daar geldende Ta
rief vertoont met het ontwerp-Kolkman
dus eenige overeenkomst. Alleen maar:
hvet is hooger. In Denemarken bedroeg
dp opbrengst der invoerrechten in het
belastingjaar 1909/10 f 19.785.000, dit is
f 7.35 per hoofd der bevolking, terwijl de
totaal opbrengst van ons gewijzigd tarief
slechts wordt geraamd op £20.087.127,
dat is (lus ruim f3.42 per hoofd der be
volking.
Is nu in Denemarken de landbouw
achteruitgegaan? Deed de nijverheids-
schprming aan dien tak van volks
bestaan afbreuk?
Geen quaestie van!
Ije toestand van den Deenschen land
bouw en van de veeteelt is Zeer
gunstig. Er valt opi beduidenden
vooruitgang t,e wijzén.
Dat blijkt wel uit de cijfers, die Ru-
dolf Schou oins gpeft in de „Landwirt-
schaftlich© Jahrbriich'er"
1881.
Paard,en 329.000
Rundvpe 1.440.000
Schapen 1.530.000
Varkens 513.000
1909.
500.000
2.218.000
712.000
1.441.000
Overal dus in deze 28 jaren vteoruit
gang, uitgezonderd bij de schapen. Maar
in alle Europeesche landen gaat de
schapenteelt terug. Van den bodem
tracht men een beter gebruik te maken.
Vergelijke men nu eens het aantal
stuks v,ee in Denemarken, Duitschland
Groot Brittanië en Ierland; en Nederland,
per 1000 inwoners, volgens de opgaven
in het jaarverslag van den Landbouw
over 1910. (Verslagen en Mededeelingen
VII.
Goorin is een kleine plaats waar
weinig drukte heerscht, maar op ker
misdagen is het er zeer druk. Alle
deuren zijn dan geopend en de her
bergen worden goed bezocht. Pieter
had dus met voordacht Marcus ver
zocht hem te vergezellen, want hij be
rekende dat al het nieuwe op den
jongeling wel indruk zou maken en
hij dus van hem zoii gedaan krijgen
al wat hij verlangde. Men zal zich
herinneren, dat ook Geersen had
voorgeslagen om naar Goorin te
le gaan. Reeds des avonds te voren
was de herberg „De drie appelboo
men" geslolen. Geersen had zich, op
een mager paarcl gezeten, op weg be
geven. Des morgens, toen Pieter en
Marcus in het wagentje stapten om
weg te rijden, zat hij in het loge
ment „De Roode Iloett" in druk ge
sprek gewikkeld mei een man van
een zeer ongunstig uiterlijk, wiens
dwalende Wikken en valsche lach
niet veel goeds voorspelden.
Uit hun gesprek zullen wij dit
nieuwe personaadje genoegzaam lee-
ren kennen.
Wel, Tregori, zeide Geersen, wat
hebt gij uitgevoerd sedert drie jaren,
van de Directie van den Landbouw
1911, Nd. '4):
Paarden.
Denemarken (1903) 193,3
Duitschland (1907) 69,5
Nederland (1910) 56,2
Gro'ot-Brittannië en Ierland (1909) 46,3
Runderen.
Denemarken (1903) 730,6
Duitschland (1907) 329,9
Nederland (1910) 34? ,9
Grotet-Brittannië en Ierland (1909) 260,6
Varkens.
Denemarken (1903) 578,3
Duitschland (1907) 354,2
Nederland (1910) 216,2
Groot-Brittannië en Ierland (1909) 78,5
Zonneklaar blijkt hieruit de betrek
kelijk geringe veestapel va.'n
Nederland in vergelijking van Dene
marken. Ook maakt het vrijhandelsge-
zinde Grobt-Brittannië tegenover Duitsch
land een heel slecht figuur.
'Zobals wij reeds 'opmerkten heeft De
nemarken tengevolge van zijn vrij hooge
invoerrechten absoluut geien 1a,sj
gehad met Duitschland. Volgens
Schou gingen de 20.000 in 1911 uitge
voerde paarden bijna alle naar Duitsch
land. De 140.000 in 1911 uitgevo-rde"
stuks rundvee werden eveneens naa.r
Duitschland geëxporteerd. Met deze fei
ten en cijfers voor oogen moet men zich
toch afvragen, waarom trachten de
Nederlandsche „v r ij h a n d e-
laars" onze landbouwers bang
te maken voor Duitsche weer-
w r aak'm a.a,t,regel en?
,Maar „alles zal duurder worden!"
zeggen de tegenstandersOok boeren en
landarbeiders zullen meer voor hun le
vensonderhoud moeten uitgeven!
Men kan dit heel gemakkelijk b e w e-
ren, maar hoogst moeilijk', ja, onmoge
lijk h e w ij z e n.
De meeste eerste levensbehoeften wor
den jn de nieuwe Tariefwet óf vrijgela
ten óf althans niet hooger belast 'dan
reeds thans het geval is.
Aan de hand van een door den heer
Helsdingen gepubliceerd arbeidersbudget
van f 16 in de week1, becijferde het Ka
merlid voor Eindhoven, dat het nieuwe
Tarief voor een arbeidersgezin, bestaan
de uit man, vrouw en drie kinderen,
hoogstens neer zou kunnen komen op>
een meerdere uitgave jian f2,66 pier
jaar. De heer Van Best nam hierbij aan,
dat de prijs van vele artikelen met. het
volle recht zou verhoogd worden. Na
tuurlijk zal dit in werkelijkheid nooit
het geval zijn. De binnenl a;!n <L
sche nijverheid zal zich bree;-
der ontwikkelen en z' o o al 1 e ngp
g o e d k' o o p e r levere n. Daarbij ver-
liezé men niet uit het oog, dat het geld-
loon van den arbeider, zomer en winter
dooreen genomen, geen f 16 per week
bediraagt. De laatste .heeft, evenals de
boer, meestal eenige inkomsten in nar
turaHij zal daardoor ook van een evlen-
tueele prijsstijging va.n verschillende
artikelen steeds minder nadeel ondervin
den. Zelfs in het ongunstigste geval zou
dus het bedoelde bedrag van f 2,66 per
jaar voor hem nog te hoog zijin. Bo
vendien weegt het .voordeel, dat de
uitbreiding va.n de IbinnenlandscJie nij
verheid, de meerdere welvaart in breédler
kringen, de grootere koppkracht, ook
voor de landbouwende bevol
king afwerpen zal, ruimschoots tegen
het toch altoos betrekkelijk geringe nar
deel der prijlsstijiging valn een enkel ar,,
tifcel op. De vraag naar landbouwpro
ducten zal ongetwijfeld toenemen, de por
sitie van den landarbeider zal ver|bétev
ren. Duitschlamds ontwikkeling in de laa,t,-
ste dertig jaren bewijst het.
Uit het boven aangehaalde me'enen
wij met grond de gevolgtrekking tq kun
nen afleiden, dat invoering der Tarief-
wet, ook voor onze landbouwende be
volking een weldaad zou zijln. (Z.)
dat ik u niet gezien hel)?
Tregori glimlachte.
Ik het) veel ellende geleden, ant
woordde hij;
Gij schijnt inderdaad niet ge
lukkig. En wanneer hebt gij mijn
brief ontvangen? Wat deedt gij voor
het dagelijksch brood?
Ik wachtte een Engelsch schip
af, om mij' uit de voeten te maken.
Hebt gij dan weder iets onder
nomen?
Tregori glimlachte nogmaals.
Nu, gij zijt gebleven, gij hebt
mijn brief ontvangen en gij zijt er.
Ja, maar het ware beter ge
weest, indien ik vertrokken ware. Er
zijn hier lieden, die mij kennen.
Wie? de marechaussees
Tregori sidderde.
Spreek niet over raven, zeide
hij, dat brengt ongeluk aan.
- En spreek gij niet van ongeluk,
daar hel geluk u toelacht.
Tregori wierp een somberen blik op
zijne gescheurde kleederen en ant
woordde
Het mag wel spoedig komen.
t
(Wordt vervolgd.)