ireninspan, in een ONGERS. Kruisbessen No. 63. TWEEDE BLAD NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 31 Mei 1913 Schildersknechts Van kwaad tot erger. >liek verkoopen: 18 Juni 1913 sdag PAARDEN stuks Hoornvee koop bij inschrijving Nu allen propagandist. f EUillETOW Pelef. no. 213. trabbendijke. ris M. C. SCHRAM te Krui- op ïi-dag 12 Juni 1913, [ddags 11 uur te Schore, ten n aan de woning van Mej iOOSSE aldaar, wegens ophef. :t vrachtrijdersbedrijf een 13-jarige liere Merrie met Veulen, Wagen, Egge, Peemolen, Stroosnijmolen, Itroomer, Melkbussen, Boter- stplanken en hetgeen verder op zal worden aangeboden. iris M. C. SCHRAM te Krul- op 10 uur ten verzoeke en op ede bewoond door den heer c. te Schore, ibliek verkoopen. diens kapitalen bestaande uit alsLiere merrie oud 7 jaar met veulenBruine merrie (Belgisch ras) oud 5 veulenBruine merrie oud Bruine merrie oud 3 jaar; lierrie (Belgisch ras) oud 3 jaar Juin (Belgisch ras) oud 2 jaar; errie oud 2 jaar en Bruine ruin lar. melkkoeien 4 1 twee-en- ^rige vaars2 ge ossen 3 anderhalfjarige éénjarige vaarzen 3 éénjarige n 6 kalveren. V o o r t s Jhtige zeug een aet biggen5 eens 50 kippen |en20 loopeenden 4 ganzen alkoenen, vagens op assen en Idriewiels" et lemoen 2 Sack's- 2 Zeeuw- II Coks- 1 Balans- t Moor- en appelaanaard- tevens wiedploeg; chine diverse eggen sleepbord sleursleper enkele en dubbele 1dorschmachine ros- wind- [noes- en stroosnijmolen geesel- net paard en stoel mestplanken even griepen vorken melk- mer (Meys)karn roomtonnen 's, koebak, waterpomp, reepen, wagenlichter, 2 lemoenen voor Is, wagenzeil, tolhouters, pongM' pn, fornuis, harnas en hetgeen ten verkoop zal worden aange' In muziek, Seen stalling, d°cl ergplaats voor fietsen. ian plm. 2600 struiken. Ipelle, in Pankenshoek, aank. de" |S. DEKKER Jz. Ichrijvingsbilletten in te leverei' 5 Juni a. s. ten kantore van Notari' AR, waar informatiën te bekome' Terstond aagd, ook kunnen zich halfwass^" nelden, tegen hoog loon, bij 7IS, Mr. Schilder te Ouddorp, v0 tramlijn Zijpe—Brouwershaven nbergen. Onder dit opschrift schrijft de „Tertia ris", orgaan der Derde Orde van de H, Franciscus beharbenswaa.rdige regelen, welkte ook buiten den kring der leden ran de Derde Orde ter harte dienen ge nomen te worden. Evenals „Zelandia" en andere bladen meenen o;ok wij goed te doen dit artikel in ruimen k'ring bekend te maken. „Gij begrijpt. da,t we u ditmaal eens niet gaan aansporen om propagandist te zijn, va,u de Derde Orde, maar van öns Chris telijk Ministerie. Óa.t bleek trouwens reeds uit het op schrift, want we staan vlak' voon- de ver kiezingen, waardoor beslist moet wor den over de Christelijke Regeering. Het spreekt va,u zelf, dat elke Ter tiaris, die kiezer is, zijn stemplipht zaj vervullen en de,n rechtschen kapdidapt zal stemmen. Het. tegenovergestelde a,'in nemen zou een 'beleediging zijn. Do aansporing pm rechts te stemmen' is dus geheel overbodig. Mapr Tertiarissen, Katholieken van de Daad, kunnen en moeten nog wat meer doen om de overwinning der rechtsche coalitie te bevorderen, zij moeten pro pagandist zijn. (Jók de meisjes, óók de vrouwen. Zij behoeven lieusch niet als Engel- sche suffragetten in vergaderzalen én op meetings een vurige redevoering te hou den, maar zij kunnen op andere en be tere wijze propagandist zijn. Allereerst door het yertrouwvol gebed. Wanneer God niet helpt, is de reu- zenaktie der Christelijke .partijen ver- geefsche arbeid. Wij moeten er wtel van overtuigd zijn, dat het gebed ook' in den verkiezingsstrijd ons krachtigste wapen is. Doch niet het eenige. Talrijke kiezers moeten aangevuurd worden om rechts te stemmen, een nog grooter aantal wellicht, die krachtens bet doopregister lot onze partij hehooren, moet „bewerkt" worden om zich de ge ringe moeite van een wandeling naar het stembureau te getroosten moet mis schien zelfs per auto. of rijtuig er gra tis heqn gebracht ivorden. Daarbij kumien ook vrouwen en meis jes helpen, zooals vier jaren geléden reeds met groot succes geschied is te Rotter dam, eens het geduchte bolwerk yan het handeldrijvende 'lihertijnendom. Vrouwten en meisjes' hebben den groot- sten invloed op het hart van hun echt- gtenooten en verloofden. Wat een lid van d'e R.-K. Propaga.nda.club niet vermag, bitengen pij tot Stand. Van haar zullen hun onwillige mannen en verloofden aan nemen, dat het tegen het Christendom, vooral tegen de Katholieke Kerk _gaa,t, dat ,h'et socialisme den werkman op schan delijke wijze bedriegt, dat van een vrij zinnig-socialistische meerderheid niets te verwachten is tenzij groot© woorden en prachtige beloften, waarmee niemand ge baat is; van haar zuilten zij onze bro- churen en vlugschriften aanvaarden om z'e te lezen, te overdenken, en zóó strij ders te worden voor een Christelijke Re geering; niet haar zullen zij mee op gaan naar d'e ,propa.ganda.bijeenkomsten onz'er Kiesverenigingen en Jonge Gar des. Veel kunnen zij nog verrichten zonder haar vrouwelijke waardigheid te sohen- dten. De secretarissen van Kiesverenigingen en Propagandacluhs zijn overstelpt met schrijfwerkvrouwen en meisjes kim- n'en een gedeelte overnemen. Huisbezoek' is broodnoodig; dikwijls kunnen zij helpen. Vlugschriftten en verkiezingsbladen moeten verspreid worden; zij kunnen daaraan meedoen. Op de dagen van stemming en herstem ming Jcomten er krachten te kort; vrouweln 'en meisjes kunnen het schrijfwerk waar nemen in de verkiezingshureaux der pro pagandacluhs, kunn'en zelfs per fiets er mee op uit gaan om lauwe kiezers over hun plicht te spreken. Allemaal vrouwenwerk:. Maar ook en vooral werk voor die mannen, die ware kinderen van den on- vermoeiden propagandist en apostel Fran- teiseus willen zijn. ik kan mijl geen fieren Tertiaris den ken, die deze wieken niet piiediearbeidt, om d© Rechterzijde 'tot een glansrijke overwinning te brengen. 't Is nu Zekér geen tijd voor suffen en dutten, 'die voor een Tertiaris trou wens nooit bestaat, Rusten zullen wij1 in den Hemel, doch hier moeten wij werken en strijden. Werken in Kiesvereenigingen en Propa gandacluhs. Door verspreiding van geschriften en bladen. Door lauwe kiezers ervan te overtuigen, dat staatspensioen een dwaasheid is, ;il- gemeen kiesrecht een lapmiddel, dat het Ministerie Heemskerk reusachtig gearbeid heeft en nog over een prachtig program beschikt, af te werken tot .welzijn van heel de maatschappij, terwijl de vrijzin nigheid niet in staat is 'om te regee- ren. Tertiarissen, weest nu allen flinke pro pagandisten Laat u bezielen door de Christelijke beginselen, begeesteren door het heerlijk voorbeeld uwer Belgische broeders eu zusters! Dezen hebben het vorig jaar krachtig geijverd voor het behoud der Katholiek© Regeering, zoodat hun op hun .congres, 4 Augustus 1912 te Mechelen gehouden, openlijk dank werd gebracht en hun o.a. gezegd werd„Terecht mag de Derde Orde oen groot deel opeischen van de overwinning, .welke de Katholieke zaak op 2 Juni behaald heeft". Do propagandacluh der Brusselsche Derde Orde had vóór de verkiezingen 13.700 vlugschriften en 11.000 Katho lieke bladen per week verspreid/En zóó was in vele plaatsen gewelkt. Tertiarissen, volgt dat voorbeeld nu eens na, pakt nu eens pan, weest nu eens Tertiarissen van de Daad! Vooruit dan, aan den arbeid! Tot heil van Kerk pil Vaderland". 0e boerenstand en het nieuwe Tarief Onder bovenstaand opschrift geeft het Vóór-Tariefwet-Comité. een vlugschrift uit, waarin ten duidelijkste het belang wordt aangetoond, dat allen, die in het boerenbedrijf of den tuinbouw een be staan vinden, hij verhooging van het tarief van invoerrechten hebben. Na er op te hebben gewezen dat pr op hiet platteland een bevolkingsover schot bestaat, dat in het landbouwbe drijf geen bestaan kan vinden, Zoodat bijv. vele boerenzoons ntpr Amerika, Canada en elders emigreeren, wordt de aandacht gevestigd op de betrekkelijk geringe koopkracht van ons volk. Volgens de Verslagen en Mededeelin- gen van de Directie van den Landbouw 1911, no. 6, was het vleeschverbruik ten onzent in 1909 slechts 33.03 K.G. per hoofd der bevolking, waaronder dan nog 2.54 K.G. paardenvleesch. Maar in Duitschland bedroeg het niet minder dan 52.7 K.G. per hoofd, waaronder slechts 0.5 K.G. paardenvleesch. Was ons volk even koopkrachtig als het Duitsche, werd er ten onzent evenveel vtleesCh geten, dan zou van geen Vleesch uitvoer sprake behoeven te zijn. In 1909 was voor ons land de meer- uitvoer van rund-, kalfs- en Vaxkens- vleesch 27.335.899 K.G. en het verbruik van deze vleeschsoorten 187.926.480 K.G. Gebruikten wij evenveel vleesch als de Duitschers, dan zou er in Nederland zélfs een geweldige „vleeschnood" zijn geweest. Immers het Nederiandsche ge bruik van rund- ein varkens- Vleesch bedroeg in '1909 maar 29.89 K.G. per hoofd (33.03 min 0.6 K.G. scha pen- en geitenvleesch en 2.54 K.G. paar denvleesch is 29.89 K.G.). In Duitsch land was het 50.9 K.G. (schapen- en geitenvleesch 1.3 K.G., paardenvleesch 0.5 K.G. is te zamen 52.7 K.G.). Hadden wij, Nederlanders, ook per hoofd 50.9 K.G. rund- en varkensvleesch kunnen gebrui kten, dan zouden wij, ook al ware ér niets uitgevoerd, meer da.a 100 m i 1- lioen K.G. vleesch te kort Zijn gekomen. Stond ons vleeschgebruik op even hoog peil als dat van Duitschland, dan zou een bijna 4 maal grooter meer- invoer van rund- en varkensvleesch plaats gehad hebben dan nu de meer uitvoer bedroeg. Duitschland toont pus ook' hier zijn meerdere welvaart. l>e levensmiddelen zijn er weliswaar voor een deel duurder dan bij ,ons, maar de levensstandaard is er (honger, doordat de werkloonen er bteduidend hooger zijn dan hier te lande. Dit blijkt pok uit het meerder gebruik van eieren. Volgens mededeelingen in het „Neder- landsch Landbouwweekblad" telde Neder land in *910 ruim 6,7 millioon stuks pluimvpe, dat is per 1000 inwoners 1146 stuks. Epn laag cijfer! Ierland had 5554 stuks, Denemarken 4739 stuks per 1000 inwoners gerekend. Duitschland, Frank- rijk, O asten rijk-Hongarije hebben naar verhouding alle meer stuks pluimvee dan Nederland. En toch worden in het welvarende Duitschland eieren ingevcterd, terwijl in Nederland, met zijn weinig koopkrachtige bevolking, eieren wor den uitgevolerd. in datzelfde jaar 1910, toen Nederland bijna, onderaan stond van de Europeesche Janden wat betreft het aantal stuk's pluimvee per 1000 inwoners, werden uit Nederland 7.598.000 K.G. eieren meer uitge voerd, hoofdzakelijk .naar het protec tionistische Duitschland, dat door onZe vrijhandelaars met een Zwarte kool wordt geteekend. Een groot deel van ons volk' kan nooit eieren eten. De koopkracht ontbreekt. j\Vas onze nij verheid door verstandige bescherming tot jmeordere ontwikkeling gekomen, was de welvaart grtfoter, jzij zouden meer vleesch en eieren kunnen gebruiken. De Ncder- landsche jiluimveeteelt zou, evenals de Nedcrlandsche veeteelt zeer a a n nxe r kie- 1 ij k uitgebreid moeten worden, voor en aJeer wij' zonder invoer dezelfde hoe veelheid vleesch pn eieren per hoofd zou den kunnen gebruiken als Duitschland Maar nu maakt hvet „welvarende" Ne derland al een heel slecht figuur. Het voert, wel is waar, vleesch 'en eieren uit, maar ',d© voeding van de eigen bevolking laat veel te wpnschen over. Beschermingbevordertde n ij- verheid, vermeerdert de koop kracht der b roede massa, die bij (Je industrie betrokken is. Zij' is dau in staat, meer voedzame land- en tuin bouwproducten te koopen. Maar zal het naburige Duitschland geen weerwraak nemen, als wij ons ta rief verhoogen? Zal het dan niet zijn grpnzen sluiten voor onze producten, of den invoer daarvan belemmeren? Dat m.en ook in onze leidende tuin bouwkringen gelooft, dat in 19 17 de Duitschp invoerrechten op tuinb'o-uwproduct.en hooger Zullen worden, blijkt uit vele uit latingen. Zoo leest men bijv. in het ver slag d.er „Nieuwe Rotterdamsche Cou rant" van Vrijdag 18 April j.l. van den Nederlandschen Tuinbouwraad, groep Fruitteelt: „Ook werd gewezen op de pogingen van de Duitsche kweekers om na 1917 de invoerrechten op fruit aan merkelijk verhoogd te krijgen. Omdat Duitschland tegenwoordig het voornaam ste afztetgebied is, dient men tijdig de bakens te verzetten". M.enlatezich nietleidendoor 18) Nu, het is goed, zeide Marcus; wanneer zult gij het geld aan Pieter geven Wilt gij een vriendenraad, mijn jongen? vraagde Geersen. Goed, ik kan hem opvolgen als ik wil. Geef het geld niet aan Pieler Aan wie dan? aan Maria? Neen, niet aan vrouw Matrijs; dat is nog erger. Pieter is nog wat jong, hij zou het verteeren, en Maria zou het behouden. Geef het Mina. Marcus bloosde. Zij is de beste van de drie, en gij zult dan zeker zijn dat Geerlaan betaald wordt; Goed, zeide Marcus, ik zal zien. De zaak is, dal de jongeling haast had Mina te gaan opzoeken en haar te vertellen wal hij gedaan had. Mina zou nu zeker een blijk harer dankbaarheid hebben kunnen geven, maar daartoe was ze te sluw. Zij overlegde het zoo, dat Marcus al zeer tevreden was, toen hüj' een handdruk ontving. Maria was wel een weinig karig met hare dankbetuiging; zij was ver ontwaardigd dat hare zuster met de regeling der zaak belast was. Pieter schreeuwde het uit van pret. Eene prachtige zaak! riep hij uit, een prachtige zaak! Ziedaar een waar vriend En hij gaf Marcus de hand en om helsde zijne zusters. Zullen wij morgen naar Goorin gaan? Laat ons gaan, Marcus, gij zult veel pret hebben. Marcus was trots op hetgeen hij gedaan had. Ilij dacht niet meer aan zijne moeder, die op dit oogenblik, onbeweeglijk voor haar echtgenoot, de de oogen vol tranen en met diepe droefheid in het hart, de vraag van haar echtgenoot, waar Marcus was, niet kon beantwoorden. Marcus bleef dien nacht op den molen, en hij het krieken van den dag waren hij en Pieter op. Zij gingen naar de kamer. Het vuur was ontstoken, eene kaars verlichtte den haard, waarop het spek stond te braden. Mina was zoo druk in de bezig heden, toen de jonge lieden binnen traden, dat zij hen niet hoorde. Te drommel! zeide Pieter tegen Marcus, wat zou zij eene goede huis houdster zijn. i Marcus lachte zonder te antwoor den. Op dit oogenblik keerde zich Mina om en bemerkte hen. - Gij doet mij schrikken, zeide zij Dat zal zoo erg niet zijp, ant woordde Pieler; gij zijt zoo schrik achtig niet. Zet u aan tafel, hernam zij gij moet vóór uw vertrek wat eten. Zij' plaatste spek, brood en brande wijii op taïel. Marcus at met graagte. Een kwartier daarna reden de (we jongelieden in het wagentje van den molenaar naar Goorin. - Gij' behocfl ons van avond niet te wachten, had Pieler gezegd. Zullen wij le Goorin overnach ten? vraagde Marcus. - Ja, slaat u dat niet aan? Zeer goed, zeide Marcus, of schoon hij toch inwendig ongerust was, twee nachten uit het ouderlijke huis weg le blijven. Wij zullen de twee vrienden hun weg laten vervol gen en hen naar Goorin vooruitsnel len, waar ons een nieuw personaadje wacht, wiens rol in deze waarachtige geschiedenis van le veel belang is, om niet eenige oogenblikken hij hem te blijven stilstaan. vrees voor repressaille majat- e ge len! Niet de Nederlandsche Ta riefwet, maar het belang van de Duit sche groenten- en fruitkweekers, zal Duitschland dringen tot een eventueel© verhooging der invoerrechten op ouzo producten. Een land- en tuinbouwproductie, die bijna geheel afhankelijk is van export, bedreigen altoos gevaren. Versterk'© men daarom toch dekfoiopkracht an ons eigen Volk, verhooge men zijn productief vermogen door verstan- digje bescherming van de nijverheid! Dan zal onze land- en tuinbouw niet zoo vol komen afhankelijk zijn van het bui tenland. Do Tarief wet, ziedaar onze con clusie, zal op uitvoer van Oinze and- en tuinbouwproducten geen nadeeligen invloed uit oefenen. Slechts zal de te verwach ten opbloei van de nijverheid tot ge volg hebben, dat minder behoeft uit gevoerd te worden, omdat ons eigen volk grootere hoeveelheid kan koopen. Do nieuwe Tarief wet zal evenmin een voor ons nadeeligen invloed hebben op do invoerrechten van andere landen. Het tegendeel zal veeleer het geval zijn. Z o te el 0 r een behoorlijke Tariefwet kan onze Regeering in 1917 nipts doen om het van Duit sche n 'kant dreigende gevaar voor onzen tuinbouw nog zoo veel mo-ge 1 ijk ,a f te wenden. Is d,o nieuwe Tariefwet in werking, zijn vple Duitsche nijv*e rhei d sproducten hij invoer in ons land aan een hooger rpcht onderworpen, dan heeft onzé Ile- gporing den Duitschen buurman wat aan tg bieden, in ruil voor vermindering vlah Duitsche invoerrechten op onze tuin bouwproducten. Ilct „ik geef, opdat gij geeft", is dan van toepassing. Een evten- tu,eel te halen voordeel voor de Duit sche nijverheid zal wellicht de Regeering vail ji'at land minder eenzijdig doen let ten op de belangen der Duitsche k'woe- kters. in elk geval staan wij dan s terke r. Hoe ongegrond de vrees van sommigen voor het nieuwe Tarief is, bewijst het voorbeeld vatn Denemarken. Dene marken „beschermt" niet zijn landbouw, wpl de nijverheid, liet daar geldende Ta rief vertoont met het ontwerp-Kolkman dus eenige overeenkomst. Alleen maar: hvet is hooger. In Denemarken bedroeg dp opbrengst der invoerrechten in het belastingjaar 1909/10 f 19.785.000, dit is f 7.35 per hoofd der bevolking, terwijl de totaal opbrengst van ons gewijzigd tarief slechts wordt geraamd op £20.087.127, dat is (lus ruim f3.42 per hoofd der be volking. Is nu in Denemarken de landbouw achteruitgegaan? Deed de nijverheids- schprming aan dien tak van volks bestaan afbreuk? Geen quaestie van! Ije toestand van den Deenschen land bouw en van de veeteelt is Zeer gunstig. Er valt opi beduidenden vooruitgang t,e wijzén. Dat blijkt wel uit de cijfers, die Ru- dolf Schou oins gpeft in de „Landwirt- schaftlich© Jahrbriich'er" 1881. Paard,en 329.000 Rundvpe 1.440.000 Schapen 1.530.000 Varkens 513.000 1909. 500.000 2.218.000 712.000 1.441.000 Overal dus in deze 28 jaren vteoruit gang, uitgezonderd bij de schapen. Maar in alle Europeesche landen gaat de schapenteelt terug. Van den bodem tracht men een beter gebruik te maken. Vergelijke men nu eens het aantal stuks v,ee in Denemarken, Duitschland Groot Brittanië en Ierland; en Nederland, per 1000 inwoners, volgens de opgaven in het jaarverslag van den Landbouw over 1910. (Verslagen en Mededeelingen VII. Goorin is een kleine plaats waar weinig drukte heerscht, maar op ker misdagen is het er zeer druk. Alle deuren zijn dan geopend en de her bergen worden goed bezocht. Pieter had dus met voordacht Marcus ver zocht hem te vergezellen, want hij be rekende dat al het nieuwe op den jongeling wel indruk zou maken en hij dus van hem zoii gedaan krijgen al wat hij verlangde. Men zal zich herinneren, dat ook Geersen had voorgeslagen om naar Goorin te le gaan. Reeds des avonds te voren was de herberg „De drie appelboo men" geslolen. Geersen had zich, op een mager paarcl gezeten, op weg be geven. Des morgens, toen Pieter en Marcus in het wagentje stapten om weg te rijden, zat hij in het loge ment „De Roode Iloett" in druk ge sprek gewikkeld mei een man van een zeer ongunstig uiterlijk, wiens dwalende Wikken en valsche lach niet veel goeds voorspelden. Uit hun gesprek zullen wij dit nieuwe personaadje genoegzaam lee- ren kennen. Wel, Tregori, zeide Geersen, wat hebt gij uitgevoerd sedert drie jaren, van de Directie van den Landbouw 1911, Nd. '4): Paarden. Denemarken (1903) 193,3 Duitschland (1907) 69,5 Nederland (1910) 56,2 Gro'ot-Brittannië en Ierland (1909) 46,3 Runderen. Denemarken (1903) 730,6 Duitschland (1907) 329,9 Nederland (1910) 34? ,9 Grotet-Brittannië en Ierland (1909) 260,6 Varkens. Denemarken (1903) 578,3 Duitschland (1907) 354,2 Nederland (1910) 216,2 Groot-Brittannië en Ierland (1909) 78,5 Zonneklaar blijkt hieruit de betrek kelijk geringe veestapel va.'n Nederland in vergelijking van Dene marken. Ook maakt het vrijhandelsge- zinde Grobt-Brittannië tegenover Duitsch land een heel slecht figuur. 'Zobals wij reeds 'opmerkten heeft De nemarken tengevolge van zijn vrij hooge invoerrechten absoluut geien 1a,sj gehad met Duitschland. Volgens Schou gingen de 20.000 in 1911 uitge voerde paarden bijna alle naar Duitsch land. De 140.000 in 1911 uitgevo-rde" stuks rundvee werden eveneens naa.r Duitschland geëxporteerd. Met deze fei ten en cijfers voor oogen moet men zich toch afvragen, waarom trachten de Nederlandsche „v r ij h a n d e- laars" onze landbouwers bang te maken voor Duitsche weer- w r aak'm a.a,t,regel en? ,Maar „alles zal duurder worden!" zeggen de tegenstandersOok boeren en landarbeiders zullen meer voor hun le vensonderhoud moeten uitgeven! Men kan dit heel gemakkelijk b e w e- ren, maar hoogst moeilijk', ja, onmoge lijk h e w ij z e n. De meeste eerste levensbehoeften wor den jn de nieuwe Tariefwet óf vrijgela ten óf althans niet hooger belast 'dan reeds thans het geval is. Aan de hand van een door den heer Helsdingen gepubliceerd arbeidersbudget van f 16 in de week1, becijferde het Ka merlid voor Eindhoven, dat het nieuwe Tarief voor een arbeidersgezin, bestaan de uit man, vrouw en drie kinderen, hoogstens neer zou kunnen komen op> een meerdere uitgave jian f2,66 pier jaar. De heer Van Best nam hierbij aan, dat de prijs van vele artikelen met. het volle recht zou verhoogd worden. Na tuurlijk zal dit in werkelijkheid nooit het geval zijn. De binnenl a;!n <L sche nijverheid zal zich bree;- der ontwikkelen en z' o o al 1 e ngp g o e d k' o o p e r levere n. Daarbij ver- liezé men niet uit het oog, dat het geld- loon van den arbeider, zomer en winter dooreen genomen, geen f 16 per week bediraagt. De laatste .heeft, evenals de boer, meestal eenige inkomsten in nar turaHij zal daardoor ook van een evlen- tueele prijsstijging va.n verschillende artikelen steeds minder nadeel ondervin den. Zelfs in het ongunstigste geval zou dus het bedoelde bedrag van f 2,66 per jaar voor hem nog te hoog zijin. Bo vendien weegt het .voordeel, dat de uitbreiding va.n de IbinnenlandscJie nij verheid, de meerdere welvaart in breédler kringen, de grootere koppkracht, ook voor de landbouwende bevol king afwerpen zal, ruimschoots tegen het toch altoos betrekkelijk geringe nar deel der prijlsstijiging valn een enkel ar,, tifcel op. De vraag naar landbouwpro ducten zal ongetwijfeld toenemen, de por sitie van den landarbeider zal ver|bétev ren. Duitschlamds ontwikkeling in de laa,t,- ste dertig jaren bewijst het. Uit het boven aangehaalde me'enen wij met grond de gevolgtrekking tq kun nen afleiden, dat invoering der Tarief- wet, ook voor onze landbouwende be volking een weldaad zou zijln. (Z.) dat ik u niet gezien hel)? Tregori glimlachte. Ik het) veel ellende geleden, ant woordde hij; Gij schijnt inderdaad niet ge lukkig. En wanneer hebt gij mijn brief ontvangen? Wat deedt gij voor het dagelijksch brood? Ik wachtte een Engelsch schip af, om mij' uit de voeten te maken. Hebt gij dan weder iets onder nomen? Tregori glimlachte nogmaals. Nu, gij zijt gebleven, gij hebt mijn brief ontvangen en gij zijt er. Ja, maar het ware beter ge weest, indien ik vertrokken ware. Er zijn hier lieden, die mij kennen. Wie? de marechaussees Tregori sidderde. Spreek niet over raven, zeide hij, dat brengt ongeluk aan. - En spreek gij niet van ongeluk, daar hel geluk u toelacht. Tregori wierp een somberen blik op zijne gescheurde kleederen en ant woordde Het mag wel spoedig komen. t (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1913 | | pagina 5