]r r J iULTEsO et Tuin en Schuur lilder en Behanger De beste voor den prijs. lengst No. 17. Zaterdag 8 Februari 1913. Negende Jaargang. ATER ie Wolfertsü. atastaiit of Loerliii Inner bestaat uit 8 bladzijden. rafieve- ereeniging en ik te Goes. RUARI IE CRANM, - Oude Haven. IELBURG DELFT H2 ]R MET MEI: DAGMEISJE. HINIST. )IENSTBODE >uder voor een en-Magazijn. M. VAN STEE P20- "eerste blad. Schee ve voorstellingen. Uitstekende, gezonde, dagelijksche drank. Verre te verkiezen boven koffie en thee. Opwekkend en zenuwsterkend. Vooral voor kinderen zeer aan te bevelen. Uit een Kilogram van 1.50 maakt men 200 koppen. oetsiers en Voerlieden. •dag 6Febr. 4u. 54 m. 13 Febr. 5 8 onderdag 6 Februari 1 min. moet een half uur, de eten een uur na /.ons- ;ers worden dringend BOEKJES ter vergelij- mding. en bijschrijving 1STAANDEN MAANDAG leveren. irden dien avond niet etaald gen worden als ge 'HET BESTUUR. beschikbaar bij icteur v. d. W. P., H. A. HANKEN. leen in Schouwen en onderpand van Effecten billijke voorwaarden. .*V En DÉTAIL Kleine Kade te Goes, door dhr. Schikker. o spoedig mogelijk, Oostsingel 228, Goes, benoodigd een ALde Poorter, Kwaden- erfabriek „DE ADELAAR dskerke, gevraagd een worden ingewacht en in- even door den beheerder, ijdag 14 Februari 1913. J. NOTEBOOM. nette boerenstand. Brieven onder na J. J. CEULEN, M'burg. gevraagd een flink kennis van het Schoenvak- oodanig zijn werkzaam ge en de voorkeur, der letter E bur, v. d. blad kende geeft bij deze kennis ite publiek van OVEZAND en t hij zich heeft gevestigd als zich beleefd aan voor alle i werkzaamheden. Februari 1913. Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes 0.75, daarbuiten f 0.95 Afzonderlijke nummers 5 cent, dubbele bladen 10 cent. Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór half «lric en Vrijdag vóór een uur 's namiddags. Reclameberichten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. Advertentiën van 15 regels 0.50; iedere regel meer 10 Ct. Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. b. contant. De abonnó's op dit blad, in liet bezit der door de directie uitgereikte polis, zijn, overeenkomstig de daarvoor vastgestelde Verzekeringsvoorwaarden, GRATIS verzekerd tegen ongelukken voor 1500 gulden bij verlies van beide banden, voeten of oogen. Voorts bij ongeneeselijke verstandsverbijstering 150 gulden bij verlies van een band, voet of oog; I gulden bij f gulden bij P* I 11 I verlies I I verlies van M III vaneen nil een ZJ \0 duim^0 %0 wijsvinger. gulden bij verlies van eiken anderen vinger. De uitkeering der bovenstaande bedragen is gewaarborgd door de „Hollandsclie Algemeene Verzekcrings-Bank" te Schiedam. „Van den komenden strijd" is de titel van bet hoofdartikel in de „Goe- sche Courant" van 4 Februari j.l. De schrijver noemt zich A en is blijkbaar nog een „novice" in de kennis van de beginselen, die de verschillende politieke partijen, althans die der rechterzijde, voorstaan. Oo-k mist hij de gave des onder- scheids, zoo noodig voor wie met zeke ren. blik den stand van zaken wil over zien en een juist oordeel vellen over de gewichtige geschilpunten,, die den po- litieken strijd beheerschen. Doch „al doen de leert men" en „het verstand komt met de jaren"; dit strekke ook den heer A. tot troost. W,at niet. weg neemt, dat wij meenen te moeten opkomen tegen de dwaze theo- rieeën, die den rechtschjgezinden in de politiek dooi- den lieer A. in de schoe nen worden geschoven., terwijl wij met beslistheid afwijzen al de onedele gedra gingen, welke diezelfde heer ons toedicht, liet artikel begint met dezen volzin: „Niet lang meer en zij' (liij) z a. 1 •beslist worden de groote poli tieke s trij d, de s tr ij d o m m acht en h o e r s c li a p p ij,, o m r ij k d o m e n aanzien" Een eind verder lezen wij: „Dan knielt de ganschc schareneder en bidt tot den Hoor, dat Hij liun geve de overwinnin g, d a. t li ij hun late de macht en het a a n- z i e n, omdat die toe li b ij' li u n (hen) in zoo goede handen z ij.n. o m dat z ij i m mors zoo, geheel a,nders zij n dan die losbandi- g e n, die bovendien niet bere kend zijn voor de zware taak der v o 1 k s r c g e e r i n g, voor het uitdeelen van de vette staats- baantjes enz." Deze voorstelling is geheel valsch,, maai- doet opgeld, wijl zij bij uitstek geschikt is de reehtsche partijen in den lande gehaat, te maken. Menige „geestige" caricatunr in de „Notenkraker" is rep die voorstelling gebaseerd, ja zelfs het geheole sociaal-politieke gebouw van den lieer Mr. v. d. Laar, dien bekenden be stoker der coalitie, rust op dienzelfden onsolieden bodem. Wij veronderstellen, da,t de heer A. bovenaangehaalde volzinnen te goeder trouw neerschreef. Wij wenschen hem dan dit te zeggenHoe het bij de linker zijde er uitziet, weten wij niet, maar bij ons, christelijk,en, gaat de politieke strijc. niet. om de macht, niet om het aan zien en wanneer wij in de dagen van verkiezingen bidden, dan vjvagen wij noch de macht, noch het aan- z i e n, noch don r ij k d o m. Maar dat liet c li r i s t e I ij k beginsel richt snoer zij hij al wat regeering o li overheid tot heil des volks betrachten, dat God, Stichter e n Heer der m a a t s c h a, p p ij, e r de plaats bekleede, die Hem toe k o m t a 1 s Opperste Wetgever en Bron van alle recht; e r nie worde buiten ge houden als een onwelkome gast, een vreemde indringer, ziedaar waarom en waar voor wij het politieke strijdperk liestreden en wanneer de liberalen, die in verkie zingsdagen zoo roerend kunnen spreken over hun eerbied voor den godsdienst, inderdaad de godsdienstige traditiën van ons voorgeslacht in eere hielden, zij zou den met ons schouder aan schouder staan, om de booze indringers, te weren, die op onzen vaderiandschen bodem de vaan der revolutie willen plainten; zij zouden met ons zich aangorden ter verdediging onzer heiligste goederen godsdienst, huisgezin, eigendom, zonder welke een volk aan de anarchie en bar barisme ten prooi valt.2) Maar de Kamerzetels en de minister portefeuilles dan, waarvoor gij "bij de stembus te hoop loopt? Wij. beantwoorden die vraag met een wedervraag: hoe wilt gij ploegen zonder ploeg, schaven zon der schaaf, hoe wilt gij: een doel berei ken zonder de middelen aan te wen den die tot dat doel voeren? En waar de rechterzijde hare beginse len op politiek gebied niet anders kan zien doorgevoerd, dan door aan de be lijders dier beginselen de meerderheid te bezorgen in de regeeringslichamen, mag men haar daar verwijten, dat zij het middel gebruikend om iot liet doel te geralken, alleen streeft naar macht, rijkdom, aanzien enz.? Doen onze tegenstanders op politiek terrein anders? Pbgen zij ook niet aan den beginselen, welke zij voor de ware houden, de zege te verschaffen door hun geestverwanten in meerderheid de zetels te doen bezetten in Kamer en Senaat? Vergenoegen zij zich met een platonische beschouwing hunner ideeën? Blijven zij weg van de stembus? Lieten de libera len, die onlangs in Utrecht den socialist op het gemeenteraadskussen hielpen, liet m i d d e 1 ongebruikt, dat voert tot het doel: verzwakking der tegenpartij, ver sterking der linkerzijde in den stedelij ken raad? En wat men ons tot grief rekent, zou hun tot eere strekken en wat zij mogen doen, zou ons verboden zijn? En dan spreekt men van ons als van menschen „berekend voor bet. uitdeelen van do vette baantjes". Wij: willen, de jeugdige onervarenheid van den heer A in aanmerking nemende, die zinsnede be schouwen als „a slip of the pen". Anders zouden wij vragen: hoe waagt, het de vrijzinnigheid, die een halve eeuw lang zoo goed a,ls alle vette haantjes in be slag nam en vvan de staatsruif at met. pen gulzigheid, die haar nu nog aan indi gestie doet la.boreeren en allen die in den lande geen wierook verkozen te branden op het altaar van het liberalis me, als heloten behandelde, hoe, zoo vragen wij, durft die vrijzinnigheid de rechterzijde beschouwen als berekend voor het uitdeelen van de vette baantjes? Neen, vrijzinnigen, in dat opzicht be kennen wij gaarne onze onbedrevenheid, in baantjes- en postjes rekenkunde zijn wij, bij u vergeleken, sukkels. De heer A liet ook nog, deze fraze los: een politieke leuze scheidde de zonen van hetzelf de volk in tweeën, een 1 in ksch en een rechtseh deel, die nu in oen gro.o ten onderlingen s trij,d. de kracht van de Natie na a r buiten zullen verzwakken". Door en door valsch, deze voorstelling Alsof verschil van inzicht over de wijze waarop ons volk moet worden geregeerd, noodzakelijkerwijze scheuring moet bren gen. Alsof men met zijn besten vriend niet van opinie, zelfs in principiëele kwes ties, kan verschillen en toch niet het minste schade lijden in de onderlinge vriendschap. Wil mijnheer A een sprekend voor beeld? Mr. S. van Houten en dr. H. J. A. M. Sehaepman waren toch zeker wel twee menschen, die in het politieke op ghheel uiteenloopend standpunt stonden, die elkaar fel en heftig bestreden. En toch hebben zij elkander openlijk en in eigen kring gewaardeerd als geen ander. Ook tegen den onlangs ontslapen minister van justitie, Regout, kantte zich Mr. Van Houten schier in alle kwesties van re- geeringsbeleid en justieel inzicht; toch wijdde hij in zijn jongsten staatkundigen brief een sympathiek woord aan het droe vig verscheiden van Mr. Regout en noem de diens dood een groot, verlies voor de rechterzijde. Neen, voor wie van goeden wille zijn, brengt verschil van politiek 'stand punt igeen klove teweeg, maar zal door wrijving van gedachten juist over menig duister punt het ware licht opgaan. Vol komen terecht schreef dan ook voor jaren Jos. Alberdingk-Tliijm: „Ais allen wederzijds weten, waar zij zich aan te honden hebben, en we kijken elkander in de oogen, en we zien, dat daar toch nog een goed deel van de oud-Hollandsch'e trouw en oprechtheid glinstert en we spre ken een goed, rond woord tot elkaêr, dan kan 't niet uitblijven of de hand zal de hand drukken, er zal iets vochtigs in liet mannelijk oog rijzen; en ito zullen, Goddank, toc.li nog voelen, dat we o-p een en den zelfden vaderiandschen bodem staan; dat wc daar en niet elders thuis be lmoren; dat onze moeders, waarach tig, aan beide zijden, goede, liefde rijke, wakkere, Neêrlandsche vrouwen zijn, vrouwen zooals men er buiten Nederland niet vindt; en we zullen in de gemeenschappelijke taal, die wij even zuiver op haren schoot heb' hen leeren spreken, den spiegel her kennen onzer broederlijke zielen." Maar de geest van den heer A. blijkt ook reeds vervuld te zijn van het wan begrip, zoovclen liberalen eigen, die de zaken door het gekleurde glas van het anti-clericalisme beschouwen, dat ver schil van inzicht noodzakelijk moet sa mengaan met haat jegens hen, die onze inzichten niet deelen. Ware het anders, de volgende zinsnede zou hem niiet uit de pen zijn gevloeid „Zij (de liberalen) z ij n niet „Ch r i s- telij'k" en daarom vragen zij geen m ach I. en aanzien voor zichzelf en nefclerlaag en ver vloeking voor anderen." De heer A. slaat de plank totaal mis. Zoo wordt hij ons niet geileden. Onze godsdienst leert ons niet te vloeken maar te zegenen, kweekt geen haat maar liefde en zoo er onder ons zijn, die, ongedachtig Gods gebod en de lessen des Evangelies., doen wat hiermede strijdig is, het ge tuigt tegen hen, maar niet tegen de leer, die het overgroote deel der Christenheid naar best vermogen in daden tracht om te zetten. Over eenige weten, op den Goeden Vrijdag, herdenkt do Kerk het. schrikkelijk lijdensdrama van Calvarië. Dan laat zij, in het gezicht van het Kruis, waaraian het Heil der Wereld hangt, hare priesters namens alle ge- geloovigen bidden voor sterken en zwak ken, voor zieken en gezonden, voor recht vaardigen en zondaren, voor ongeloovi- gen en dwalenden, voor Joden en Hei denen. Niemand sluit zij uit van haar gebed, allen beveelt zij' in de liefde en zorg van den oneindig goedertieren en barmhartigen God, terwijl zij hare kin deren met. nadruk inscherpt, hoe niet het verwaten gebed van den trot.sehen Fari zeeër, maar het rouwmoedig„Heer, wees mij arme zondaar genadig!" van den Tol lenaar verhooring vond. Zeker, wij bidden ten tijde van ver kiezingen. Overtuigd, dat aan Gods heer schappij over de zielen der menschen, ook in deze 'tijdelijke orde, alle geluk, alle vrede, alle welvaart voor de natie is verbonden, dat zonder Hem alles in eenstort, de chaos geboren wordt, de ver warring ten troon stijgt, de anarchie hoogtij viert, kortom, de wereld terug zinkt in de zee van physieke en moröede ellende, zooals het was in de dagen die aan de komst van onzen Verlosser Vooraf gingen, durven wij van den Algoede, on der smeekend opzien naar den hooge, vragen, dat Hij ons genladig zij en aan land en volk regeerders schonk e naar Zijn hart, mannen, die Zijn woord en wet gedachtig, hun onderzaten willen leiden en besturen. En nu mogen de hteeri A. en consorten in de kracht van dit gebed niet gelooven, dat is hun recht, althans tot zekere hoogte, maar zij mogen niet mits deugdelijke bewijzen van het te gendeel voorhanden zijn twijfelen aan de eerlijke overtuiging van hen, die mielo nen niet te misdoen, wanneer zij1 op Chris tus' raad: „vraagt en gij zult verkrij'- gen", de handen vouwen en met het „ons toekome Uw rijk" op de lippen, de vervulling hunner heiligste idealen, ook op staatkundig gebied, afsmceken van den Gever aller gaven. En als wij daarvoor, 'en daarvoor alleen, de handjes onzer on schuldige kinderen ineen vouwen on ben dezelfde wenschen doen stantetan, dezelf de vragen doen richten tot den Hemel- schen Vader, dan is dat geen stembus- manoeuvre, geen oneerlijkheid, geen mis bruik van het heilige, maar het diepste ibesef, dat de Goddelijke kindervriend de beden der onschuldige jeugd zooveel wlel- gevalliger zal aanhooren dan de onze, waaraan wellicht onvolmaaktheden kle ven van een ziel, welke het stof der we reld niet onberoerd liet. Zeer zeker, I ,,'t Vindt al zijn weg, en 'tdoel waarheen [de weg m,oet leiden De stroom ijlt naar de zee, wier golven [hem verbeiden, Het bietjen naar de bloem', waarin zijn [honig ligt, Wat vleug'len heeft, slaat ze uit en zoekt [zijn levensbronne, De zwaluw zoekt, de lont.' en do adelaar [de zonne, 'tGebed des Heerea aangezicht!"3) Maar: „Van al hel. lofgezang, dat uit dit lage stof W elluidend opklimt tot den hoogen Hemel hof, Klinkt in des Heeren heilige ooren De Kinderstem het schoonste:..."4) Daarom laten wij onze kinderen bidden. Men wrake liet, liet zij zoo, maar men Irekkc onze eerlijke overtuiging niiet in twijfel. Ten slotte zal geen verschil van staat kundig inzicht de wig der tweedracht in ons volk drijven, maar wel de stelsel matige verdachtmaking, de kwade trouw, waarmede de vrijzinnigheid, ook en niet liet minst in Zeeland, ons, aanhangers der rèchtsche partijen, keer pp keer tege^ moet treedt. Die zullen onder invloed van bladen als een „Goesohe Courant" hier op liet einde een toestand scheppen als door prof. A. Sertillanges wordt beschre- „De vijandschap is bot doofheid geworden. Men hoort elkaar niet. meer, veel minder verstaat men elkaar of komt men tot overeenstem ming. Men .tracht niet meer te over tuigen; men spreekt alleen om te kwetsen, liet eenig doel, wiajarmeje men handelt is den tegenstander op den grond te werpen."6)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1913 | | pagina 1