Dienstbode.
ens.
Gewogen en te licht bevonden.
ons.
No. 14. TWEEDE BLAD NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 1 Februari 1913.
LMes 42
65
m\<«.
FEÜILLETOH^
inkoop van
ng te geven,
i aanbieden.
82'
90c
69'
en 20 ct.
er Hordijk's Bank.
GOES.
■>slfo-renfe.
iding thans 3Vs
een jaar vast 4 °/0.
KNECHT
DIENSTBODE
's Levens Eb en Vloed.
Zelandia Antiqua.
ovezand.
Twee waarschuwingen.
ntalons
latoen met
:en
i, 221/s en 24 cent.
5 en 75 cent.
ent.
jerdoekjes.
225ct.
onder prijs 28 ct.
45 ct. en 39 ct.
liteit62 ct.
I
irgeval en trouwgeval niet
bij M. RENTMEESTER, Ovezand.
1 tegen Mei een
en waschgeld. Adres Finua
1DKIKSE, Gravenstraat, Nlid-
huwelijk der tegenwoordig0
ene fatsoenlijke
by Mej. E. STIEGER, Groote
08S.
I.
(Ingezonden).
Het anti-tariefcomité hield in Kot Ame-
rican-Hötel te Amsterdam zijne eerste
jaarvergadering en waar het verslag door
de geheele pers loopt, mag het zeer zeker
geen verwondering baren, als het daar
verhandelde eens nader bekeken wordt.
Al heeft tot onzen spijt de geachte voor
zitter weinig eerbied getoond voor de taal
zijner tegenstanders, die hij vlotweg o n-
gekuiscüt noemde, dat noemt niet weg,
dat zij nu daarmede tot zwijgen ver
wezen zijn. Ook zal hij een compli
ment Va.n deze zijde over zijn ijver
wel niet aanvaarden. Ma,ar hét zij toch
vergund, om de aandacht van vóór- en
tegenstanders te vestigen op het vage en
algemeene daar ten beste gegeven, over
een jaar werkens Van het comité, dat, over
ruime middelen beschikkend, veel van
zich heeft doen hooren, maar weinig diep
gaande sporen achtergelaten heeft in de
volksmeening.
De ondergrond, waarop men het fort
ter verdediging van de vrijhandel, heeft
willen optrekken, was te "droog, te los,
en zonder draagkracht.
Bij zulk een gedruischvol begin had
men ernstiger arbeid kunnen verwachten
dan het plaatsen van dure, korte adver
tenties, waarmede men op Amerikaansohe
manier 312 dagen in 98 dag- en week
bladen, het publiek maar danig verveeld
heeft.
'tGaf zelfs aanleiding tot spot, toen
men die korte beweringen zonder blewijs
gevolgd zad door een kernachtige tegen
spraak.
Het wapen richtte zich daardoor dik
wijls anders dan gewenscht, wijl het
verweer uitlokte, dat vooral in de door
den voorzitter zoo gesmade kleinere pjers
met genoegen, soms gratis opgenomen
werd. De waarde der door hét anti-comité
geplaatste advertenties bepaalde zich giet-
woonlijk tot een schouderophalen der
bescbermingzoekenden en tot ©en ja-knik
ken van de anti-tariefminnenden, die toch
niet meer bekeerd behoefden te worden.
Zeer royaal werd dan ook bekénd, dat
die beweringen zonder bewijs vaak beori-
tiseerd werden, maar een pleister werd
op de wonde gelegd door de geruststel
ling, „dat het moeielijk is, het iedereen
naar don zin te maken".
In ieder geval toont het Bestuur zich
tevreden, dat lh:et er in geslaagd meent
te zijn, algemeene belangstelling voor
het vraagstuk van den vrijhandel te
wekken. Een machtig optimisme! Want
een kind kan hot weten, dat de regec-
ring, thans aan het roer, reeds naa,r alle
zijden een massa deskundigen raad
pleegde, de zaken van allo kanten bicfeeklen
had vóór het anti-comité met zijn actie
voor den dag kwam. De belangstelling
was er, want de behoefte aan bescher
ming was er reeds lang en diep! g e-
voeld; en het grootste deel des volks
wil van den vrijhandel af, ziet de Ta.-
riefwel gaarne komen. Maar da,t ligt niet
aan het igéld, dat het anti-comité aan
advertenties wilde geven, noch aan de
millioenen plakzegeltjes, waarmede ver
schillende kooplieden uit de beide Hol
landen hunne clientèle niet vergroot heb
ben.
Menige brief is ongeopend teruggegaan
en menig koopman heeft de aanzegging
thuis gekregen, da,t men die beplakte
briefjes niet meer aannemen wilde,
Het Comité wees er verder op, dat er
een paar werken over den vrijhandel,
met name genoemd, zijn. Die moeite had
men zich genist kunnen sparen. In de
laatste 25 jaren zijn zoovele werken en
brochures uitgegeven over Vrijhandel ten
bescherming, dat deze beide werken niet
veel nut stichten, hoe goed ook geschre
ven. Zij komen niet in de handen van
het volk en bereiken evenmin den mid
denstand. Want va,n redeneeriingem hoeft
men nu eenmaal genoeg. Een kwart eeuw
lang heeft men geredeneerd en gepraat
3)
Zij bezat geene rijkdommen meer,
maar meende geene schulden of wissels
te betalen te hebben en had derhalve,
berekend, dat de verkoop van haar huis
raad, hare schilderijen en kleinoodiën
haar een vast, maar matig inkomen kon
verzekeren. Zij deelde deze gedachte aan
Leopold mede; hij beleed haar daarop
met een schaamteblos op de kaken, dat
die hulpbron, hun laatste redmiddel,
hun ging ontsnappen. De speeltafel
en renbaan zijn kostbare vermaken
en Leopold, wien de fortuin noch in
zijne weddingschappen noch in zijn dob
belen gunstig geweest was, had voor
een aanzienlijk bedrag aan wissels ge-
teekend. De vervaltijd was bijna daar.
en het kostbare huisraad, de scliilderijen,
de bloemen en palmboomen uit de broei
kas, het juweelkistje, het tafelzilver enz.
zouden, de prooi wordende der deur-
over het geluk, dat de vrijhandel bracht
en is de wagen netjes in hét zand
geloopen.
Beter, veel heter had h|et comité ge
daan een aantal practische, onbevooroor
deelde, weinig zeggende, maar dies te
meer handelende en helderziende mannen
even de grenzen over te zienden, om daar
dan de uitwerking van de bescherming
met eigen oogen te constateeren.
Wat baten ons honderd boeken, waar
nood is en gebrek geleden wordt, de
werkman over de grens moet gaan, om
het noodige levensonderhoud voor zich
en zijne familie te winnen.
Maar het anti-comité heeft daar geen
ooren naar.
Dat de lvéeren eens zelf gaan zien, hoe
men de Duitsclie en Belgische overpro
ductie hier het land 'in brengt, om de
toestanden Koe langer hoe ellendiger te
maken, dan zullen zij hun theoretische
stellingen in die geleerde boeken vervat,
van zelf opbergen en nog minder „korte
stellingen" in 312, zegge 312 bladen ieder
98 maal plaatsen. Wat een weggeworpen
geld, waarmede men menig haasje dooi
de buitenlandsehe mededinging knechtje
geworden, weer rechtop1 'had kunnen zet
ten.
Maar het is weer de oude rijkmalkérij
op het papier, het oude 'beloven van
gouden bergen, die steeds aan den horizon
verdwijnen, de oude schijnbeelden, die
men in die advertenties den volk© wieier
heeft willen vóórtooveren, naast het aan
jagen van een heilzamen schrik.
XXX.
Deze eigenmachtige beschikking was al
ras het onderwerp van alle gesprekken.
Een algemeene teleurstelling volgde op'
de hoopvolle verwachting. Lang had men
getwijfeld en toen werd het op een mooien
dag ruchtbaar, dat de dorpskerk weer
zijn vorig aanzien zou herkrijgen, dat
het Onbloedig Offer er weer zou opget
dragen worden, de pasgeborenen zouden
er, gelijk voorheen, gedoopt, de jonget-
lieden in den echt verbonden. Te 's Heo
renhoek, ja! had men een „kerk" mo
gen bouwen met ©en woning voor den
Pastoor, maar in weerwil van alle vrij
heid, gelijkheid en broederschap mocht
dat gebouw zoo weinig mogelijk op een
Godshuis gelijken. Eerst later konden de
„pakhuisramen" verwijderd en een to-
reutje gebouwd, dat zoo aardig even bo-
v,en het geboomte kwam uitsteken en ©en
weenendc St. Petrus geplaatst iu de fronte
spies van het ruime, aangebouwde por
taal. Het kerkgebouw, daar was de strijd
om gestreden, niet om een min of meer
groote som gelds. En nu was alles voor-
hij: de afstand was geteekend.
Neen, nog niet alles. De Katholieken
hadden reeds in 1798 qpi 16 Juli aan
de woth en o-p 17 Dec., aan den kerfeamad
der Hervormden op ondubbelzinnige
wijze doen blijken, dat zij de naasting
verlangden, waarop zij volgens de nieuw©
Staatsregeling het recht hadden. Het de.
creet van 10 Maart 1.1. leed toch waarlijk
niet aan onduidelijkheid, De gemachtig
den heriepen zich te hunner verontschul
diging op een decreet van 11 Febr. 1799
en dat de Hervormden, zoo zij verkozen,
de goederen konden behouden, mits zij
do taxatiesom met een tiend© verhoog
den en naar rato uitkeerden aan de Ka
tholieken: een uitvlucht, want het laat
ste decreet verklaart uitdrukkelijk, „dat
het Roomsche kerkgenootschap te Ove-
zande als de meerderhieydt van zielen
uytmakende tot de naasting van het kerk
gebouw en Pastoriehuys ailezints gewet
tigd is" en het tot zich nemen van goe
deren geldt alleen wei- en bouwland,
boschgrond, erfpacht, tienden, geen gebou
wen. In de 2e der bepalingen staat het
ondubbelzinnig uitgedrukt. Jan van de Pas
c.s. had in opdracht alles te doen, wat
noodig zon blijken, om de naasting te
bewerkstelligen, doch tot afstand waren
die mannen niet gemachtigd. Daarom
waarders en in het openbaar verkocht,
ternauwernood voldoende zijn om die
schulden aan te zuiveren. Toen hij deze
bekentenis bad afgelegd, welke zijne
vrouw en zijn zoon aan armoede prijs
gaf, zweeg Leopold verplet van schaamte
stil; maar de slagen van het ongeluk,
waartegen hij zich niet manmoedig wist
te verzetten, brachten daarentegen in
Eulalie eene geestkracht aan den dag,
waarvan zij zich zelve oubewust was.
Geven wij ons niet aan moedeloos
heid over! mijn vriend, sprak zij tot
haren echtgenoot. Wij moeten iü alle
geval ten onze eer reddenlaten wij aan
onze scliuldeischers het weinige,' dat
ons rest, overlaten en werken!
Werken! antwoordde Leopold. Ach
mijn God wat zouden wij kunnen doen
Ik zou misschien les kunnen geven,
lispelde Eulalie, en wat u betreft, gij
zijt immers advocaat?
Ja, maar ik weet niet veel meer
van de rechtsgeleerdheid; ik heb nooit
gepleit en sedert lang niet gestudeerd.
Welke zijn dan uwe plannen?her
nam Eulalie zachtmoedig; ik heb u de
mijne opengelegd, deel mij thans de
moest tijdig tegen deze onrechtmatige han
deling opgekomen worden, of de gevol
gen konden noodlottig zijn. Er werd een
rechtsgeleerde geraadpleegd en weldra taa
kenden al de katholieke mannen -van Ovjej-
zand een op een zegel ,van 8 st. gej-
schreven stuk, jekat op1 pooten stond, de
gemachtigden uitgezonderdNiet minder
dan 77 personen protesteerden tegen biet
afstand doen en daaronder trreffen w©
zelfs twee van de Passen aan: Norberi-
tus, reeds meer genoemd, en Pietor;
voortsJan Laur. Rijk, Jacob Jz. Rijk,
Pieter Jansse Rijk, Corn. Adr. Rijk, At-
bregt Laur. Rijk, Albregt en Marinus Pz.
de Jonge, Jan Adr. Rijk, Pieter Jac. de
Jonge,Corn. Corn. Pover, oud-schiepene.
De in functie zijnde schepenen konden
moeielijk aan het teekenen deelnemen,
daar het stuk aan de wetli w:as gericht.
„De geregtsbode in Ovezande, zoo ving
het stuk aan, of zoodanig ander publiek
persoon hiertoe gemagtigd gelieve zich
uit naam en wegens de Leden van lilet
R.-C. kerkgenootschap te Ovezande te ver
voegen aan de Municipaliteit of de pre
sident der Municipaliteit van Ovezande
en aan dezelve te doen do navolgende
insinuatie". Eerst werd in herinnering ge
bracht het decreet van 10 Maart 1.1. en
hét daarbij bepaalde en vervolgens te
kennen gegeven, „dat de ondieigeteekem-
den alzoo onderrigt zijnde van hun regt
en aanspraak op de voorschreven gebou-
wen en daaraan behoorende baten en
goederen derzelv© met de uiterste ver
wondering hadden vernomen, dat Jan van
de 'Pas, Machiel Lambregtze en Pieter
Marinusse 'de Jonge als gequalificeerden
van wegen het R.-C. kerkgenootschap tot
het doen der Naasting van het plaatse
lijk kerkgebouw, pastorij en goederen daart-
aan 'annex overeenkomstig de Staatsregei-
ling en publicatie van het intermediair
Uitvoerend Bewind in dato 12 Julij 1798,
van zigh hadden kunnen verkrijgen, om
zonder eenige gequalificatie, buiten weten
en iconsent van de ondergeteefeenden, hun
ne eenige en wettige oommitonten, quasi
op 'grond van een decreet van het Verte
genwoordigend Lichaam van den 14 F©br.
1799, bij een onderhandsch contract met
gecommiteerden uit de Hervormde ge
meente Van Ovezande, aa,n de laatstge-
melden te cedeeren en over te geieven
liet regt va.n eigendom op' de voorschre
ven gebouwen met den aankleve van dietn,
aan de ondergeteekenden bij decreet van
het Vert. Lich. in dato 10 Maart 1801
toegekend en wel znlks tegen aanneming
en beloften door geoommiteerders der Her
vormden van aan het R.-C. genootschap
voor en inplaats van den afstand der
voorschreven gebouwen met den aankleve
va.n dien in contante penningen deszelfs
aandeel, na rato van het getal der zie
len en wel in zoodanige som als volgens
decreet van 10 Maart 1801 en hét plan
van schikking daarbij vermeld, quasi zou
de zijn bepaald, en wel met den tiende
verhooging der voorschreve som".
Dat decreet van 12, niet 14 Febr. 1799
wordt ook aangehaald in het decreet van
10 Maart 1801, juist omdat daarop het
recht gegrond was der Hervormden, om
de goederen, oorspronkelijk tot do klerk
behoorende of uit de kerkefondsen aange
schaft, te benaderen, als zij' ze te laag
geschat meenden, en dan met ©en tiende
verhooging en het evenredig delel aan
do Katholieken uitkeerend. Het is zeer
moeielijk aan te nemen, dat iemand, die
behoorlijk lezen kan, zich hier te goeder
trouw vergist en ook de gehouwen zelf
vatbaar acht voor benadering. Da,t de Her
vormden zoo'n uitleg gretig aanvaardden,
valt van hun standpunt gemakkelijk' te
begrijpen: zij waren in het bezit en
wenschten zich daarin te handhaven, zij
het met opoffering van eenig geld, van
meer geld zelfs,, dat zij, strikt genomen,
behoefden uit te koeren, want de verhoo
ging sloeg niet in op de gebouwen.
Maar lezen we verder, wat die Katho
lieken aan flie weth te berichten had
den: „Dat de ondergeteek-onde in hunne
voorschreven relatie aan het meerder©
doorzigt dezer municipaliteit niet noodig
oordeelen -open te leggen die gronden,
welke ten deugdelijks!© doien zien, dat
den afstand van voorschreven kerkgebou-
uwe mede.
Luister, antwoordde Leopold, niet
zonder eenige verlegenheid te laten blij
ken. Gij weet, dat mijn vader een broeder
had, die te Angers is blijven wonen,
waar hij een uitgebreiden handel in
ijzerwaren drijft. Hij leeft alleen met
zijne zusterbeiden zijn ongehuwd. Ik
heb aan hem geschreven en hij stemt
er in toe u met onzen Olivier bij zich
in liuis te nemen, terwijl ik onze zaken
te Parijs zal regelen. Bevalt u dat plan?
Ja, sprak Eulalie met bedaardheid
hoewel haar hart bijna brak bij de ge
dachte, om onder een vreemd dak te
moeten gaan leven en de Here armoede
en onafhankelijke arbeid haar duizend
werf verkieslijker schenen.
Gij zoudt binnen eenige dagen
kunnen vertrekken? sprak haar echtge
noot tot haar.
Wanneer gij het zult verkiezen.
Hij drukte haar de hand en zeide met
tranen in de oogen:
Eulalie! dit was het lot niet, het
welk wij voor ons kind gedroomd had
den!
Gods wil geschiede! antwoordde
wen cum aiinexis, buiten eeniige spe
ciale qualificatie ofte homologatie van de
ondergeteekende daargesteld, is weder
regtelijk, nul en van onwaarde,
dat zij enkel en alleen ter kenniss©
van den municipaliteit brengen, dat de
qualificatie van genoemde gecommitteier-
ders' zigh alleenlijk heeft bepaald om dat
gene te bewerkstelligen, hietwielk tot hot
intameeren en volvoeren der Naasting toe1-
trekkelijk en dienstbaar was en dat hief
de uiterste ongerijmdheid met zigh bneingt,
dat uit de voorschreven qualificatie zoude
kunnen worden afgeleid het regt !en de
bevoegdheid van die gecommitteerders om
zonder consent en toestemming van d©
ondergeteekenden als eigenaars der voor
schreven gebouwen een zoo onbestaan
baar als ongehoorde afstand ter preju
dicie van het verkregen regt dier onder
geteekenden te ©ffectueeren Ion daar te
stellen, dat de ondergeteekenden zigli
nog al verder over het wederregtelijk ge
drag der voorschreven gecommitteerders
en van diegenen met welke zij getracht
Ijebben dusdanig onbestaanbaar contract
aan te gaan, moeten verwonderen, als
zij een -oogenblik stilstaan en in over
weging nemen hét decreet in dato 14
Febr. 1799, waarop de zoo wederregto-
lijke als nietige afstand der voorschre
ven gebouwen is gebazeerd, dat wiel bij
hét decreet van 10 Maart 1801 aan het
afstand doenend Kerkgenootschap', het
welk in het onderhavige geval de get-
meente der Hervormden, is vrijgelaten,
om oordeelende dat de Tauxati© van ©enig
perceel of alle peroeelen: landerijen ©nz.
aan dit of geene kerkgebouw of pasto-rijhuis
aanhoorig, beneden de wiaaide gedaan
was, dusdanig perceel of peroeelen naar
zigh te mogen nemen of te mogen be
naderen met een tiende vierhooging der
waarde en bij contante betaling, dan dat
het tevens niet minder zeker ©n uitge
maakt is, dat dusdanige conditioneele
Naastingh zigh enkel en alleen bepaald
tot de landerijen aan kerkgebouw ©n pas
torijhuizen toebehoorende, maar met geen
mogelijkheid kan worden geapiplioeerd ©n
toegepast op de gebouwen zelve, te
dien effecte dat dezelve miede aan dus
danige conditioneele Naasting zoude sub
ject of onderworpen zijn, dat ofschoon
de ondergeteekenden zigh miet alle fi-
dutie laten voorstaan, dat de voorschre
ven afstand is van dien aart, dat uit
kragt vau dezelve aan het Gereformeerd
Kerkgenootschap geene de minste regt ofte
bevoegdheid teeg-en de ond©rgetaek©ndien
in hunne voorschreven relatie is geboo-
ren, zoo hébben zij' echter vermeiend om
des onaangezien en ter wegnteiming van
alle nadeelige gevolgtrekkingen, welkle
door hun stilzwijgen in prejudice van
hun verkregen regt op' de voorschreven
kerkgebouwen op' den voet van hiet de
creet van 10 Maart 1801 zouden kunnen
en worden gesussineerd, zigh door deiezen
geregthhoode te vervoegen bij len aan den
voorzitter van de municipaliteit dezer get-
rneente en dezolvte gelast om den voorr
schreven president hij' dee-z© aan te zeg
gen, clat de ondergeteekenden in hiumn©
meergemelde relatiën het effect van het
decreet des Vertegenwoordigenden Li-
chaams in dato 10 Maart 1801 reclamee
ren en verzoeken, dat door of van weer
gens de municipaliteit wordt gezorgd, dat
overeenkomstig hetzelve decreet wierd ge
handeld met verdere verklaring, voor zoo
veel desnoods, dat alle het gunt ten deeiz©
wegens een Naasting door gecommitteer
ders der Hervormden op den voet van
het wederregtelijk contract miet quasi ger
committeerders der R.-C. van deze plaast
aangegaan, door den ondergeteekenden ten
eenmaal worde afgekeurd en voor on
waarde gehouden, reserv-eerend© de on
dergeteekenden als boven in eas van on
verhoopte wijgering zoodanige middelen
van employ te zullen maken, als dezelve
tot bekoming van het effect des decreets
van het Vertegenwoordigende Lichaam in
dato 10 Maart 1801 nodig zullen oor
deelen. De geregthhoode zal copy van
deze acte van Insinuatie uitgeveu aa,n
den voorzitter van het Gemeantob'astupr
van Ovezande met verzoek, om zigh dien
conform te gedragen en zal voorts gelijke
copy mede afleveren aan gecommitteier-
zij met eene vrome onderwerping. Als
wij bij elkander kunnen blijven wonen,
en ons kind een goede opvoeding geven,
zal ik mij zeer gelukkig aehten.
Zij sprak de waarheidwant zij zocht
het geluk slechts in de eenvoudigheid
en de liefde. Het was zonder spijt of
leedwezen, dat zij zich op het punt zag,
dat vorstelijke verblijf te moeten ver
laten, hetwelk haar in het oog van de
wereld zoo menigmaal tot een voorwerp
van afgunst gemaakt had. Zij entving
weinig afscheidsbezoeken, want zij had
geene bloedverwanten en telde weinig
vrienden onder die vergulde menigte,
welke zij slechts in de feesten ontmoet
had. Eenige dames hadden haar eene
zekere genegenheid betoond, maar weer
houden door hunne omzichtige eclitge-
nooten, die de vertrouwelijke mededee-
lingen vreesden van de vriendschap en
de geldleeningen, welke daarvan misschien
het gevolg zouden zijn, legden zij geen
bezoek af, maar stelden zich tevreden
hare schuld aan het ongeluk af te doen,
door aan mevrouw Guilbert eenige min
zame brieftjes te schrijven. Eulalie had
zoo veel onverschilligheid niet verwacht,
ders der Hervormden tot informatie en
narigt en zal eindelijk deszelfs wederva
ren relateeren in geschrifte. Actum Ove
zande den 14 Meye 1801, biet 7e jaar
der Baitaafze vrijheid". L.
Wij hebben gewacht op wat Pierre l'Er-
mite over de verkiezing van Poinoaré
schrijven zou. De slag is Vrijdag gele
verd en Zondags verschijnt zijn artikel.
Hier is het, aldus het „D. v. N. B."
De strijd is warm. geweest
En er liggen tweeërlei lessen in.
Er bestaat nu een map, die er gisteren
nog niet was.
Hie man, wiens naam herinnert aap. een
slag op de gong, heet: Pams.
Ik heb dien naam het eerst gehoord
laat 'ns zienvoor een maand.
Pas op Pams, zei men mij.
Op Pams???
Maar die wordt misschien President
der Republiek
Ik keek mijn zegsman vragend aan, mee-
nend niet goed verstaan te hebben.
Welnu, alle Franschen waren even
onwetend als ik.
Wie hier kende Pams voor 'n maand?
Niemand.
.Deze man, die voor ons niet be
stond, is door de Vrijmetselarij naar
voren geschoven, is plots midden op de
publieke markt gesprongen als het dui
veltje uit het doosje.
Br.: Pams werd plots de kandidaat der
Loge.
Dat is mijn man, schreeuwde ze uit bij
monde van al hare bladen.
Frankrijk keek hem aan en zag er geen
zijner zonen in.
Toen heeft men hem gekeerd en nog
'ns gekeerdmen heeft hem latem dan
sen voor het publiekCombes en Clé-
menceau hielden de touwtjesen toen
een indringer (Dubost) zich naast hem
waagde, joeg men hem met zweepslagen
weg, al was deze man ook President
van den Senaat.
Toen hij door al dat dansen voor het
publiek de aandacht begon te trekken,
vroegen wij, Franschen
Maar op grond waarvan wil die man
President onzer Republiek worden?
Wij kennen hem niet. Is die man tus-
schenbeide gekomen, toen de groote
mogendheden met de sabels kletterden?
Heeft hij beroemde wetten gemaakt? Het
leger of de vloot verbeterd ooit een
belangrijke redevoering in de Karper uit
gesproken
Neen.
En toen fluisterde men het volgende
verbazingwekkende antwoord aan Frank
rijk in het oor:
Neem hem toch maar, ondanks uw ach
terdocht, want deze mijnheer is r ijk,
zeer rijk, en zeer liefdadig!
De Loge behandelde Frankrijk! als een
kind.
Hier lette men op de haast grenzelooz©
macht der Vrijmetselarij in Frankrijk'.
Zij is met haar rijken stroopop bijna
geslaagd.
Het was een dubbeltje op1 z'n kant.
Haast gekozen, deze Pams.
En gedurende een gansche week hieeft
Frankrijk geleefd onder den druk der
nachtmerrie, dat het in 't geheim zou
worden verkocht en geleverd aan een
onbekenden vrijmetselaar, die hiet land
opnieuw zou overleveren aan Combes,
aan Pelletan, aa,n André
Gelukkig zijn wij den dans ontsprongen.
Pams is alweer in het rijk der onbe
kenden verdwenen.
De Vrijmetselarij is geslagen op' het
gewichtigste oogenblik van ons nationaal
leven.
Moge dit het begin van een nieuw tijd
perk worden.
Tweede waarschuwinguit het gebeurde
blijkt tevens de macht derjjiers.
maar zij ledigde ook dezen bitteren kelk
mat gelatenheid en vertrok, na verloop
van weinige dagen, door haar zoontje
vergezeld naar Angers.
II.
HET HUIS VAN St. ELOI.
Het begon reeds duister te worden
toen Eulalie in de oude hoofdstad van
Anjou aankwam. Er hing een dikke mist,
zoo dat de zwarte stad door dien nevel
nog somberder dan gewoonlijk scheen
en toen de jonge vrouw een langen
zoekenden blik om zich heen wierp, toen
zij zag, dat er niemand was om naar af
te halen, toen zij zich geheel alleen en
verlaten zag in die vreemde stad en zij
begreep, waaraan die weinige voorko
mendheid te moeten toeschrijven, toen
kromp liaar hart van weedom ineen en
benevelde een wolk hare oogen, toen
was zfi eene bezwijming nabij. Maar zij
onderdrukte die aandoening met geweld
en baar zoontje bij de hand lioudeude,
vooraf gegaan door ei-n kruier, die haar
koffertje en haren reiszak droeg, beklom
zij de steile straten van het oude Augers.
(Wordt vervolgd.)