VAN HOUTEN 'S wwjaar. ten Mutsaards, „De Verwachte der volkeren". No. 151 Zaterdag 21 December 1912. Achtste Jaargang. I Diner bestaat nit 8 bladzijden. EERSTE BLAD. TBODE ecember 1912, 8 Dec. a.s. ioutwaren, B E RIC H T STAALT DE SPIEREN Burgerlijke Stand. raartjes op NIEUW- steeds minder. tig «1 geen meet et pla 11 g e velen nemen notitie, en meer in aatsen van zijn m c e n e ad aren zal daartoe ook Zeeuwsche Courant" immer van het jaar de volgende adver- rgeteekenden wordt, van het Nieuwjaar, inden, bekenden of gelukwensch wordt geopend om van personen, firma's sen, tegen betaling AAM EN PER REGEL voorkeur geeft aan eigen, afzonderlijke Nieuwjaarswensch, gelegenheid in het- 1 Januari a.s., tegen 0 of f 0.25 bij voor ten advertentie van Meer regels worden prijs berekend, van namen èn van itiën worden liefst t e ingewacht en il uiterlijk Zaterdag is bezit zijn. )MINISTRATIE. der tegenwoordige, DE ROO, Biezelinge. W. VERI1ULST, te I. PILAAR, te Goes, ii tien uur op de bo- iëteit „De Vergenoe- Markt te Middelburg, ren te verkoopen 56 Aren 90 Ceriti- J- en WEILAND, aatweg van Oostka- Aagtekerke bij het bewoond door de s Dekker. 95 Aren 35 Centi- VLAND, aan den n Serooskerke naar bij het dorp I Are 88 Centiaren D, aan de Lepel- lofstede „Veldzicht"; II Aren 12 Centi em WEILAND, ruisweg en aan den de gemeente Vrou- >4- Aren 50 Centia- ND, bij de hofstede 51" pleter jobse, in Veere Aren 40 Centiaren WEILAND, bij den bij het dorp Ritthem; len en verschillende tder omschreven ie welke, met verdere verkrijgbaar zijn ten ule Notarissen. L. F. ROERSCH te r publiek verkoopen DHONT te Sint Kruis: iint Kruis. VERSTRYNGHE te "tij bailles, enz. Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes 0.75, daarbuiten f 0.95 Afzonderlijke nummers 5 cent, dubbele bladen 10 cent. Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór half drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags. Reclameberichten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. Advertentiën van 15 regels ƒ0.50; iedere regel meer 10 Ct. Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. A contant. jUf- Wie zich met ingang van 1 Januari a.s. op ons blad abonneert, ontvangt de tot dien datum verschijnen de nummers gratis. De Administratie. Zooals het vorig jaar, stellen wij ook nu weer onze postabonné's in de gelegenheid, het abonnementsgeld over 1913, ineens bij vooruitbetaling te voldoen. De prijs wordt dus voordeeliger, en is vastgesteld op f3.50 voor een abonnement GEDURENDE HET GEHEELE JAAR. Zij, die zich thans wenschen te abonneeren, voor 1913, ontvangen de courant van af heden tot Nieuwjaar gratis. Men zende dan f 3.50 -f- 10 cent voor poliskosten aan De Administratie. Al onze lezers, zoowel in Zeeland als elders, herinneren wij er aan, dat, te beginnen den eersten Januari 1913, iedere abonné der Nieuwe Zeeuwsche Courant GEHEEL GRATIS is verzekerd tegen onge vallen. Wanneer dus een abonné, onver hoopt door een ongeval wordt getroffen, geelt hem de Nieuwe Zeeuwsche Courant bij wijze van schadeloosstelling eene geldelijke uitkenring en wel in dezer voege f1500 (zegge: éénduizend-vijfhonderd gulden; bij verlies van beide oogen, beide banden, of beide voeten, of ook, van één hand en één voet, of één hand en één oog of één voet en één oog te zamen, binnen 360 dagen na het ongeluk. Voorts wanneer het ongeluk ongeueeselijke ver standsverbijstering ten gevolge heeft, die de uitoefening van het beroep of bedrijf onmogelijk maakt. f150 (zeggeéénhonderd en vijftig gulden) bij verlies van één hand, één voet of één oog, binnen 360 dagen na het ongeluk. f 100 (zegge éénhonderd gulden) bij ver lies van een duim of beide duimen binnen 360 dagen na liet ongeluk. f60 (zegge: zestig gulden) bij verlies van een wijsvinger of beide wijsvingers binnen 360 dagen na het ongeluk. f25 (zegge: vijf en twintig golden) bij verlies van eiken anderen vinger, bin nen 360 dagen na het ongeluk. Als bewijs van deelname in deze GRATIS VERZEKERING TEGEN ONGEVALLEN, ont vangt iedere abonné een polis op naam, waarin de verschillende bepalingen dezer verzekering nader zijn omschreven. Als verzekeriugsgerechtigde abonné wordt beschouwd hij of zij, die als zoo danig in ons abonnements-register staat ingeschreven en die niet jonger dan 16 en niet ouder is dan 70 jaar. De abonnementen loopende ten name van „gebroeders", „gezusters", „de kinderen" ■ids erven" en dergelijke gelieve men thans op naam van enkelvoudige personen aan de administratie dezer courant op 'e geven, in verband met het uitreiken der polis. De eonige kosten, die aan deze verze- oring voor onze abonnè's zijn verbonden, f dragen fO.10 (tien cents) ter vergoe- 1 ing van poliskosten, over welk bedrag tegelijk met het abonnementsgeld van et ie kwartaal dezes jaars zal worden beschikt De ontvangst van den polis stelt den a onné in het bezit van het verzekerings- re°ht, hierboven omschreven. De Directie der .Nieuwe Zeeuwsche Courant". ;Qen. XLIX 10). Niet slechts de gezangen on plechtig heden, maar ook de liturgische tijdper ken van het kerkelijk jaar hebben huil symbolische beteekenis, waarvan het recht begrip en de j'uiste waardeering. zoovteel bijdragen tot de verdieping onzer ge loofsovertuiging en de veredeling van on zen godsdienstzin. Zoo verzinnebeeldt ons hét viertal wie ken, dat aan het hoogfeest van Kerst mis voorafgaat en „Advent" wordt ge noemd, de reeks van eeuwen die. verlie pen tusschen de geboorte van Adam en de komst van Christus op aarde; zoo vertolken de gezangen en smeekbeden, in de Adventsdagen door de Kerk aange heven, het smachtend verlangen van het betere deel der menschhieid in den vóór- christelijken tijd naar „den Verwachte dei- volken", volgens het profetisch woord van den stervenden Jacob.4) Terecht bedacht de Kerk, dat de ge- loovigen het wonderbaar geheim der menschwording van Gods Zoon en het zoete mysterie Zijner geboorte uit den maagdelijken schoot van Maria met des te inniger vereering zullen overdenken, naarmate zij meer overtuigd zijn gewor den van de dringende behoefte, die de wereld in die Hagen aan een Verlosser, een Redder, een Zaligmaker had. Inder daad, met des te blijder nadruk zal liet jubelend „Gloria in excelsis" in den Kerst nacht schallen, naarmate het smeekendo „Rorate", gansch den Advent door, met dieper geloofsbesef en inniger gevoel door hare kinderen is aangeheven. Men beschouwe deze gedachte niet, als passende enkel en alleen in een stichte lijk boek en minder geëigend on in eene courant te worden behandeld. Want afgezien van de lofwaardige gewoonte, dat bij de nadering der groote feestdagen de Christelijke, met name de Katholieke, dag en nieuwsliladen hun lezers als hoofd artikel een beschouwing aanbieden der gebeurtenissen, die op. die dagen worden herdacht, verdient de gedachte; dip aan de symboliek van den Advent ten grond slag ligt, nog om andere redenen eene nadere beschouwing in de courant, het dagelijkschi boek van het groote publiek. Het mag wel eens uitdrukkëlijk wor den geconstateerd ten overstaan van hen, die hetzij door een soort van vrij- denkerswaan bevangen, hetzij gehuld in die z.g. superioriteit des geestes, welke het ongeloof heet te geven medelij dend neerzien op de „domme" schare; die in vroom, gelooven het Kerstfeest viert, dat de geboorte van den Zalig maker in Bethlehem's stal niet slechts in de blijde herinnering verdient voort te leven van alien, die zich Christus' volgelingen noemen, maar als w e r e 1 d- feit van de allerhoogste be teekenis waard is telken jare in do gevoelens der meest vreugdevolle waar deering te worden herdacht door iederen mensch, die de weldaad weet te begrij pen en te schatten welke da wereld ont ving in het Kindje van Bethlehem. De verschijning toch van Gods Zoon als „Zoon des Menschen" bracht niet al leen een keerpunt teweeg in de Geschie denis, zóó ontzaggelijk, als nooit te vo ren was geschied, noch later geschieden zal,2) maar zij was ook het eenig denk bare, het eenig afdoende geneesmiddel voor een kranke, diep bedorven wereld, zóó krank, zóó diep bedorven, dat noch het vernuft der staatslieden, noch de macht der Caesar, noch het intellect - der wijsgeeren de in-rotte maatschappij ook maar ééne schrede nader konden bren gen tot hare genezing. Tenzij men moedwillig zijn oor sluit voor de Stem der Historie, „der waarheid leermeesteres", zooals de groote Tullius haar noemt, zal men moeten erkenie|n, De schepter zal van Juda niet ontnomen worden, noch het oppergebied wijken uit zijne nakomelingschap, totdat Hij komt, die zal ge zonden worden; die zal de Verwachte der volken zijn" (Boek der Schepping XLIX 10. Vertaling van J. c. H. Muré, Bijbelsche Geachiedenis I, 1, blz. 182). -) De Joodsche schrijver Joste noemt het weg doezelen van den persoon des Zaligmakers bij de behandeling der wereldgeschiedenis eene Versündigung an dem Geiate der Qeschichte, Zaghaftigkeit oder absichtliche Verleumdung" Geschichte des Jndenthnms und seiner Sekten I, s. 394-395. dat de komst van den lang verbeiden Messias het aanschijn der aiarde heeft verandeTd. Vergelijkt men de wereld, zooi- als zij er uitzag kort vóór 'sHeeren ge boorte met den toestand waarin de huidige maatschappij zich vertoont, dan zal ieder onbevooroordeeld mensch moeten erken nen, dat van den te Bethlehem geboren Heiland een invloed is uitgegaan, mach tig en zegenrijk boven alle beschrijving, dat Zijn komst vergezeld ging va,n on schatbare weldaden, niet slechts in de bovennatuurlijke, maai' ook in de natuur lijke orde, waarvan de menschjheid tot aan 's werelds einde met volle gretigheid mag genieten, zonder vreezp van zie uit te putten.3) Hoe de wereld er uitzag hij de komst des Zaligmakers? Met uitzondering van een enkel volk, het Israëlitische, was overal het oorspronkelijk Godsbegrip' ver loren gegaan, lag men verzonken in den afgrond der schandelijkste afgoderij: uien aanbad de dieren, het vuur, de aarde, de natuurkrachten. Ja de in beschaming en kunstontwikkeling meest hoogstaande volken der oudheid, de Grieken len Romei nen, wier cultuur door niemand onacht zaam kan worden voorbijgegaan, zoo hij op den naam van „klassiek ontwikkeld" man wil bogen, boden in dit opzicht een niet minder betreurenswaardig schouwspel aan dan de meer barhaarsclie volken aan de uiterste grenzen van hjet toenmaals bekende halfrond. Bevolkten zij hun godenhemel niet met wezens wier z.g. geschiedenis wemelt van gruwelen en schanddaden? Niet weinigen waren er on der de eigen landskinderen van Rpmp en Athene, die zich vol afschuw afwend den van die Olympische godheden en zic-h keerden tot andere religies, b.v. de Oostersche of wel zich verdiepten in allerlei half wijsgeerige, half godsdienstige bespiegelingen, maar zij ailen kwamen tot hetzelfde resultaat: de erkentenis hunner volslagen machteloosheid een «eredienst te scheppen, die het gemoed, bevredigt en en mensch verheft in stede van hem te verlagen. Helaas, liet heerlijk „sursum corda", dat den godsdienst van Chris tus' volgelingen doortintelt was hun nog onbekend evenals Degene aan wien zij, strevens- en peinzensmoede een al taar hadden gewijd, den „onbekenden God", „iginoito Deo".4) Naarmate het Godsbegrip verbleekt, kwijnt de zedelijkheid. De toestand van het Romeinsche rijk vóór en tijdens de geboorte des Heeren bewijst zulks. W.el- 1 u s t en wreedheid, ziedaar de ken merkende ondeugden der toenmalige maat schappij. Geen vernis van beschaving ver mocht ze te verbloemen, integendeel, juist de verfijnde weelde der „groote wereld" van die dagen spreidde ze in alle bru taalheid ten toon. Echtbreuk, door geen wetten in te toornen, tierde welig en niet te noemen schandelijkheden, uit Hel las overgebracht en als „das National- lasterder Griechen" berucht, werden schier straffeloos bedreven en onder ejen aesthe- tisch-philosophisch mom als de hoogste levenswijsheid door z.g. „philosophen" aangeprezen.5) De litteratuur, de schouw spelen, de mimische dansen waarin de Romeinsche „high life" zich verlustigde waren doordrenkt van den meest söhaam- teloozen wellust. Ovidius beklaagde er zich over, dat men hem voor zijne zede- looze verzen in ballingschap zond, ter wijl de keizer, de senaat, vrouwen en kinderen de spelen bijwoonden «n met oogen en ooren de schaamteloosheid als indronken.6) De wreedheid uitte zich vooral in een inenschonteerende slavernij, waaronder tienduizenden gebukt gingen. Do slaaf stond buiten het gemeeno reoht. Wie zijn slaaf vermoordde werd niet vervolgd, ter wijl het dooden van een os volgens de Het feit, dat ook thans ondanks niet tengevolge van het Christendom vele physieke en moreele kwalen de wereld teisteren, doet niets af aan de beteekenis van de weldaad, die de menschheid in de komst van den Messias ontving. Zie Hand. XVII 23. Voor die schandelijkheden, waaraan Gomor- rha en Sodorna ten gronde gingen, wordt door de moderne heidenen van onzen tijd, ook in ons goede Nederland, systematisch propaganda ge maakt. Meer willen wij er hier niet van zeggen. „De Maasbode" heeft ten vorigen jare een tipje van den sluier opgelicht, toen het in een kranig artikel de „sportsideeën" van een Haagschen jonkheer Bignaleerde, die in de „Nieuwe Courant" de naaktsport had aanbevolen. Snpienti sat «J Trist II, 497. Cacao oude Romeinsche wet met den dood werd gestraft. Door geen enkel verdrag was de heer tegenover zijn slaaf gebonden; de slaaf was een koopwaar, een stuk bezitting, geen persoon. En dan te wleten, dat de aanzienlijke Romeinen hun sla,- ven bij duizenden telden. Cato, vaak als het toonbeeld van antieke deugd aange haald, wierp zijn oude slaven op' straat en was zóó wreed, dat een vlan zijn sla ven zich uit vrees het levien benam. Toen onder keizer Nero eiein zekere Pedanius Secundus was vermoord, werden 400 sla ven omgebracht, omdat zij den moord van hun heer niet hadden verhinderd. De bescheiden ruimte waarmede wij moeten woekeren, noopt ons het hierbij te laten, maar het is slechts een druppel uit de zee van godsdienstig en moreel bederf, die de toenmalige) maatschappij overdekte. Is het wonder, dat de H. Paulus de heidenen van zijn tijd met de donkerste kleuren afmaalt?Dat zelfs enkele hel derzienden onder hen, een Seneca,8) een Salustius9) de sterkste uitdrukkingen ge bruiken om het algemeen bederf te brand merken Met dat al bleef, zeer zeker niet zonder een wonderbare beschikking van Gods voorzienigheid, de verwachting van den Redder uit de algemeen© ellende onder de menschen voortleven. Niet slechts bij de Joden, in het bezit hunner Messiaian- sche profetieën zij het ook dat zij de heerlijkheid van den Messias in ge heel aardschen zin opvatten maar ook bij de heidenen. Ook daar werd nog, zij het ook zwak en onduidelijk, de naklank vernomen der troostende belofte aan het gevallen eerste menschienpaar door God zeiven gegeven. Ook daar bewaarde men zorgvuldig de aloude overlevering, dat eenmaal uit het Oosten de verlossing zou komen en de „Saturnia regna", de oor spronkelijke tijden van geluk en vrede onder Saturnus verbasterd beeld van het paradijsgeluk onzer eerste ouders zouden wederkeeren. Balaam's woord „Een ster zal opgaan uit Jacoib" was bij niet weinigen bekend; leerlang zou het do Wijzen uit het Oosten aanzetten tot liet volgen der wonderbare ster, di© hen zou brengen naar Bethlehems stal, naai de kribbe van den „pasgeboren koning der Joden". 7) Rom. I i 21—32. a) De ira TI 8. 9) De bello catil. 12—13^ Zelfs de orakels en de mond der Wijze vrouwen, die men Sybillen noem de, spraken van den komenden Verlos ser, dichters en prozaïsten schreven er pver10) en terwijl de besten der toenmaals levenden erkenden in wat rampzaligen staat het menschdom verkeerde, werd zoo de wereld allengs voorbereid op> de komst van den „Verwachte der volkeren", den „Emmanuël", den „Vredevorst, „op Wiens schouders de heerschappij rust".n) Met dit beeld der diepgezonken we reld voor oogen, begrijpt men des te be ter, waarom de Katholieke Kerk in de nachtmis van Kerstfeest de geloovigen herinnert aan de woorden van den apostel der heidenen: „AllerliefstenI De genade van God onzen Zaligmaker Ls alle men schen verschenen, ons leerende, dat wij de goddeloosheid en wereldsche begeer ten verzaken en matig, rechtvaardig en vroom in deze wereld leven 12) Ook vat men dan des te levendiger, waarom de Kerk aan het liefelijk Kerst feest eene periode van voorbereiding laat voorafgaan, den Advent. Nog zijn die da gen niet voorbij, maar reeds nadert hun einde en hoopvol klinkt het lied. ons ter gen: „Gaude, o Israël, mos veniet Em manuel!" „Verheug o volk Gods, spoe dig zal de Emmanuël komen!" Hij kome in onze harten en bereide ons er een zalig Kerstfeest. 10) Plaatsgebrek verbiedt ons hier aanhalingen te geven. Men zie o.a. Suetonius, Vita Vespasiani, e. 4 Tacitus Hist. V. 13. Virgilius Eel. IV 410; 13 14. Al laat laatstgenoemde de algemeene verwachting niet in Christus, maar in Asinius Pollio in vervulling gaan, zoo bewijst de van hem aangehaalde pasEage juist vóór de verwachting. Is. IX. 6. >2) Tit. II 11, 12. Goes. Huwelijksaangifte19, Pieter Reijers, 27 j. jm. en Wilhelmina Maria Geertruida Steutel, 23 j jd. Overleden19, Arnolda Cornelia, 2 j. j. d.v. Adriaan van Hese en Maria Wille- boer; Johanna van Bruyx, 63 j. wed. van Nicolaas Gelok. Van 19 en 20 Deo. Middelburg Gehuwd: G. de Jager, 32 j. wednr. en J. E. Schrijver, 35 j. jd. Ondertrouwd: W. de Groot, 30 j. jm. en J. Wondergem, 28 j. jd. Bevallen: J. L. van de Vijver, geb. Bou- wense, d.

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1912 | | pagina 1