Hl HEL,
f per 5 ons
No. 133. TWEEDE BLAD Pil El'WK ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 9 November 1912.
lkontroomer
lissmtgeht.
FEUILLETON.
De ontrouwe Gids.
BU9TOLAN&
p bij Inschrijving
Kachels.
TERLEIDING-ARTIKELEN.
S M
rdappelsorteerders
Zelandia Antiqua.
OVEZAND.
De Oorlog op <len Balkan.
in twee partijen:
rek tot 2 M. 20 cM.
en
1
J
en liggende op een perceel
Zwake gemeente 's Graven-
lover de hofstede van den heer
hoorende aan de familie Nieu-
in te leveren vóór of op 15
i. ten kantore van deurwaarders
Sf VERHOEK te Goes,
itingen verkrijgbaar zijn.
Waterzucht.
filtreeren de afgewerkte stof-
►vertollige water uit het bloed,
door verzwakking of ziekte
in staat zijn, blijft het water
tam achter, hetgeen ook dik-
aar is aan de geringere hoe-
•in©, die geloosd wordt. Dit
ten gevolg©, dat de afsckei-
dere schadelijke stoffen wordt
en deze schadelijke stóffen
a dusdanigen invloed uit op
der bloedvaten, dat deze het
laten. Het zal zich dan bij
i,ar verzamelen, wa-ar het den
©nstand ondervindt, dus in de
sen onder de huid, als on-
jleden, in de polsen, enkels,
waar zwellingen gevormd
i men met den vinger op deze
drukt, blijft die indruk eeni-
ihtbaar en de zwellingen voe-
en papperig aan.
and verschijnsel is niet zelden
erste verschijnselen van een
ling. Bij veronachtzaming pr
iet water zich verder ophoo
leenen, de buikholte, de borst-
het hart bereiken met nood-
olgen.
t dus uw nieren bijtijds, zoo
lerzuoht zich niet kan uit/brei-
in haar oorsprong aangetast
er's Rugpijn Nieren Pillen her-
de nieren haar gezondheid
haar in staa-t om het over-
er volkomen af te voeren,
verkrijgjb. bij de h'.h. De Paauw
zending geschiedt franco na
postwissel a f 1.75 voor
één, of f 10.— voor
zes doezen. Eischt de
echte Foster's I
pijn Nieren Pillen,
weigert elke doos, die
niet voorzien is van
nevenstaand handels-
mark. merk. "(6)
eerste aan
idere systemen in.
KÖZËN
heer
XXV.
De gerechtsbode kreeg dadelijk in last
de bestuursleden tegen den 21en bijeten te
roepen. Bergaardt en Anthonij Hoeboke
bleven afwezig. De kerke werd getaxeerd
op 525 pond, het. kerkehuis met hof en
erve daaraan annex op 475 pond, samen
1000 pond, vrij en onbelast: een rond
getal; maar zoo eenvoudig zou liét niet
afloopen
Al gaat het niet aan, hier alles in
liet breede te verhalen, wat er in ons
vaderland geschiedde sinds d© komst der
Franschen, een enkel woord zal toch wel
noodig zijn ter verduidelijking van den
stellig zeer interessanten strijd, in ons
dorpje gevoerd.
Reeds op 1 Maart 1795 was in Den
Haag de nationale vergadering geopend,
die bestond uit de afgevaardigden van
alle gewesten, Brabant niet uitgezonderd.
Een commissie van 22 leden kreeg in
opdracht een constitutie te ontwerpen,
maar door de heerschende verwarring en
partijgeschillen kwam eerst in 1797 ©en
grondwet gereed. Op B Aug. lia-d daar
over een stemming plaats in al de gemeen
ten des lands, ook te Ovezand, met het
resultaat, dat de overgroote meerderheid
het staatsstuk verwierp. Zooveel was dan
toch verkregen, dat de voormaals heer
schende kerk, op voorstel van den katho
lieken advocaat Ploos van Amstel, afge
vaardigde voor Amstelveen, Vervallen
was verklaard, 'tgeen op 18 Aug. 1796
den volke hij proclamatie was bekend
gemaakt.
De tweede national© vergadering toog
reeds op 1 Sept. (1797) aan het werk.
Dat waren hoofdzakelijk twee partijen:
de Foederalisten, die zoo iets wilden als
de oude republiekmin of meer zelfstan
dige gewesten met een uit hun besturen
gekozen opperbestuur, en de Unitarissen,
die het geheel© ia-nd v.an uit Den Haag
geregeerd wenschten te zien: de één© en
ondeelbare republiek. De katholieke voor
zitter dezer vergadering liet 22 Foede
ralisten en enkele (gematigde) Unitarissen
gevangen nemen, en nu vlotte bet werk
zoo goed, dat op 17 Maart 1798 een nieu
we constitutie werd aangenomen. Thans
maakten de grondvergaderingen, de kie
zers, het, werk niet ongedaanvóór stem
den op 23 April 153913, tegen 11597
mannen, maar er dient bijgevoegd, dat
de tegenstanders zooveel mogelijk uit hiet
kiezerskorps geweerd waren en dal de
thuisblijvers geacht werden vóór t© stem
men. Te Ovezand geschiedde de stem
ming in de kerk, ordelijk en rustig. Er
was een stembureau benoemd: voorz. de
winkelier Marinus van der Pluym, stem
opnemers Adriaan de Winter, Jan Mees
en Hendrik van Gestel, secr. Norbertus
van de Pas, allen katholiek. Van de 57
kiezers verklaarden zich maar 2 tegen
de grondwel. Elke burger had nu vrij
heid, om God te dienen naar d© over
tuiging van zijn haal. Burgerlijke voor
of Edeclen waren niöt meer verbonden
aan de belijdenis van eenig „kerkelijk
leerstelsel". Elk kerkgenootschap zorgt
voortaan voor het onderhoud van eere-
dienst, bedienaren en gestichten.
Aan deze grondwet waren toegevoegd
zes artikelen, de zoogenaamde Additio-
neele Artikelen, waarvan ik het laatste
geheel zal afschrijven, omdat dit de aan
leiding was tot den strijd om het kerk
gebouw. Het eerste gedeelte kan nren le
zen in het request der Katholieken van
IS Juli. Verder luidt het: „De grond
slag van dit vergelijk is, in iedere plaats,
bet grootste aantal van leden der onder
scheidene Kerkelijke Genootschappen, het-
S(ne alzoo de relative meerderheid van
zielen zal uitmaken. Hetzelve zal de voor
keur hebben omtrent de naasting ©ener
Plaatselijke Kerk en Pastorij, onder be
paling echter, na gedane begrooting van
de waarde dier gebouwen, van ©en ma
tige uitkeering, hetzij in eens, of bij ter-
mijnen, aan de andere Kerkgemeenten,
(Eene einsode uil het dagloek van een O/ficier.)
17.
Ue vleermuizen, door dat ongewone ru
moer verschrikt, fladderden aanhoudend
rond, terwijl hiet scherpe gejank van de
l°nge panters in de grot het gebrul van
en luuten staanden panter beantwoordde,
'librae's stem klonk boven al dat
('In aisPra-k na de paarden
braille, dan weder den panter toe, wiens
occlende sprongen het rotsblok dreigden
enig ,te duwen, dat den ingang1 vnnr
bem versperd hield. Wij zochten,
p den grond rondtastende, naar
t, weren. Evelin verkeerde in een
n hevige overspanning: hij stootte
-ens en liet herhaaldelijk' uitroepen van
smmschap, misnoegen en smart hooren.
e Kapitein praatte met Jenny, Yousef.
Sm-? miJ'..en tra°Ette door f-
sin. iC1i v-.an zÜn onderhoud o-nzen
slaande te houden.
do ffo«reerw^ •vatl a' Dat zoeken werden
geweren met gevonden.
otsehng deed de kapitein, die bij den
de
an
de.
ge
en
wiens
gden
vo or
overal
onze
staat
zich
van
de be-
moed
na evenredigheid van dea-zelver leden,
welke allen, door dez© bepaling, worden
gehouden, voor a,ltijd afstand gedaan te
hebben va,n de gemeen© aanspraak"./
De Ba.tlaafsche Republiek was niet lan
ger verdeeld .in gewesten of provincies,
maar in departementen. In plaats van
'cle provincie Zeeland was gekomen het
departement van Schelde en Maas, met
toevoeging va,n een deel van Zuid-Hol
land. Het Vertegenwoordigend Lichaam in
Den Haag bestond uit de le ©n 2e Ka
mer. De le Kamer telde zooveel leden,
als het land 20000 inw. bevatte en koos
uit haar midden 30 leden, die de 2e
Kamer vormden. De besluiten der le Ka
mer kregen eerst kracht van wet dooi
de aanneming bij de 2e Kamer. Do Uit
voerende macht berustte bij 5 leden, dooi
en buiten het Vertegenwoordigend Li
chaam gekozen.
Dit Uitvoerend Bewind zag zicli reeds
op 12 Juli verplicht een uitvoerig stuk
te publiceeren, ter nadere verklaring van
dat ook in Ovezand zooveel gerucht ma
kende art. 6. De wet, het dorpsbestuur,
moest aan de kerkgenootschappen vra
gen het aantal leden, moest door Neu
trale deskundigen van onderscheidene
kerkgenootschappen laten taxeeren de
kerkgebouwen en pastoriehuizen der voor
maals heerschende kerk, moest ©en „Plan
van Schikking" opmaken, moest een co-
pie hiervan ter hand stellen aan de kerk
genootschappen, die binnen drie weken
hadden te verklaren, of zij er genoegen
mee namen, moest mogelijke bedenkin
gen uit den weg zoeken te ruimen en
op een minnelijke schikking aansturen,
moest bij mislukking alles laten, zooals
het was, en zich wenden tot het Uit
voerend Bewind. Een en ander zal ons
van dienst zijn, om do komende gebeur
tenissen der volgende jaren te begrijpen.
Den 4en Aug. hielden de wethouders
met hun secretaris zitting ter gewoner
plaatse, om een opschrijving te doen van
al de ingezetenen, met aanduiding van
het kerkgenootschap, waartoe zij behoor
den. Er waren hier twee kerkgenootschap
pen de menschen waren öf R.-K. óf Her
vormd. Men kreeg een totaal van 449
zielen: 287 R.-K. en 162 Gereformeer
den. Dat was geen vooruitgang, want op
3 Dec. 1795 telde het dorp- 452 inwo
ners.
In dezelfde maand nog, den 27en, richt
te het plaatselijk bestuur een schrijven
aan het Gereformeerd Kerkgenootschap,
om, volgens de publicatie vian het Uit
voerend Bewind va,n den 12©n Juli, een
opgave te mogen ontvangen van het aan
tal Hervormden in de gemeente en tevens
hoeveel de gewone reparatiën van de kerk
en de pastorie over de laatste 10 ja
ren bedragen hebben, alsmede de baten,
lasten en schulden dier gebouwen. Het
bestuur za.l door neutrale deskundige per
sonen van verschillend kerkgenootschap
de gebouwen laten schatten, voor zoo
verre zij geen bizonder' en wettig eigen
dom der (kerkelijke) gemeente zijn, ten
einde een „Plan van Schikking" samen
te stellen op den voet der Staatsrege
ling. De brief, geteakend door de katho
lieke wethouders, was geadresseerd aan
don burger Abr. La.nkhorst, predikant te
Ovezand.
De kerkenraad antwoordde op- 7 Sopt.
en zocht al dadelijk uitvluchten. Gebruik
makend van de combinatie met Driewe
gen, beweerde men aan deze zijde, dat
het aantal Hervormden 493 zielen be
liep, du,s verre de meerderheid. Wat e.r
nog meer te berde gebracht werd, blijkt
genoegzaam uit de repliek van het be
stuur, drie dagen daarna opgesteld. Do
wethouders konden niet begrijpen, dat ©en
meetellen van Driewegen volgons de
staatsregeling en de publicatie zou zijn;
dat was ongeoorloofd. Wat de schulden,
lasten en haten der kerk' betreft, dat moes.
ten zij zelf maar aan de ambachtsheer-en
vragen, want zij wisten immers, dat liet
onder h:un bestuur was geweest, dat de
rekeningen geschied zjj.n. De pastorie
stond bij 'hen niet bekend als „huurhuis"
dat is geen opgave. De vraag is maal
steen was blijven staan, om de bewe
gingen van den panter gade tei slaan, een
alarmkreet hooren. De panter hiad name
lijk wederom een geweldigen sprong gé
daan en het blok doen wankelen.
Evelin en Gilbrac! riep hij, komt
hier! Helpt den steen tegenhouden of de
panter dringt tot ons door! Fabre en
Yousef, zoekt de geweren 1
Hier zijn zeriep Jenny.
En het moedige meisje, dat, even als
wij, in de duisternis op handen en voe
ten over den vochtigen grond van het
roofhol voortkroop, herhaalde: hier zijn
zehier zijn ze 1
Maar door het gedruisch, hetwelk de
beangstigde dieren in de grot maakten,
werd ha,ar zwakke stem niet gehoord;
gelukkig stond ik dicht hij h'aar. Ik nam
de geweren aan en doelde ze uit.
De panter liep op dit oogenblik juist
een eind achteruit, om zijn sprong beter
te kunnen doen. Ieder stak', zooi goed hij
kon, do loop van zijn geweer door de
opening.
Mikt op hot oog! beval de Kapitein;
jaagt hem één kogel in den kop1 en wij
zijn van hem verlost!
De panter stond vlak voor ons, met
vlammende oogen en weifelendehij
brulde zonder ophóuden en zweepte met
uit welk fonds of middel is Wet voort
vloeiende, waarin bestaat de wettige
eigendom. Hun opgave was van nul en
geener waarde. Het bestuur was wèl ge
ïnformeerd en bleef bij htet schrijven van
27 Aug.
Ten vorigen jare, toen baljuw em scha
penen „genoodzaakt" waren van den rent
meester Mar. Wiestplate „af te vergen",
volgens een aanschrijving van de Natio
nale Conventie in Den Haag, 'opgave van
den ontvang en den tegenwoordig staat
der goederen en inkomsten van de kerke
van Ovezand en wat tot derzelver on
derhoud is dienende, toen luidde de laat
ste post, op één na van de ontvangsten
„Huer van het pastorijhuis12 pond".
L,
Losse Berichten.
De moord op D j a v i d P a. c h a
De eigen oorlogscorrespondent van het
dagblad „De Maasbode" schrijft o.a. het
volgende aan zijn blad:
De bekende Djavid Pacha, een der be
roemdste Turksche commandanten, is
door een Turkschen officier doodge
schoten. Djavid Pacha had bij Kumanova
dapper gevochten, doch door den ontem-
baren moed der Serviërs, anderzijds door
de slechte discipline van een gedeelte.'
der Turksche troepen, moest de Turksche
commandant aftrekken. Hij had zich
echter voorgenomen hij Uskub, een plaats,
die er zich om haar ligging uitstekend
toe leende, tegenstand tot het uiterst©
te bieden. Edoch, verscheidene van zijn
officieren wilden daar niet van 'Hooren.
Zij schenen nu eenmaal door de vrees
koorts bevangen en wilden vluchten,
voortdurend verder vluchten. Heftige
scenes moeten zich in het Turksche hoofd
kwartier hebben afgespeeld. Do moedig©
Djavid hield echter voet hij stuk en zou
zeker alles gedaan hebben, om de stad
tegen de voortrakkende Serviërs te. ver
dedigen, zoo niet een van zijn eigiem
officieren de treurige rol van sluipmoor
denaar had gespeeld en de da.ppiere
veldheer door een Turkschen kogel was
gedood.
Neerstortend moet Djavid Pacha nog
gestameld hebben: „wij blijven en zullen
vechten". Hij, de arme veldheer, bleef
inderdaaddoch de zijnen lieten hem
in den steek.
Djavid Pacha was een der meest be-
kencfe Jong-Turken, tevens een der besten
van Turkije's commandanten. Vooral in
Macedonië en Albanië had 'hij een zeer
gevreesden naam; hij toch was het,, die
tot twee, driemaal een opstand der Alba-
neezen wist. te dempen, en wie dat berg
volk kent, weet wat dit zeggen wil.
De A 1 b a n e e z e n.
Over dit woeste, wreecle bergvolk
schrijft bovengenoemde oorlogscorrespon
dent ,het volgende:
De Alhaneezen zijn onbeschaafd, zij wil
len van de moderne beschaving niets
weten. Zij verzetten zich tegen den aan
leg van spoorwegen, van telegraaflijnen,
het bouwen van scholen enz.; zij willen
geen belasting betalen en wenschfen niets
liever dan vrij te zijn, vrij te zijn in het
ï'ooven en moorden.
De Alhaneezen zijn niet alleen onbe
schaafd, maar zij zijn wreed als wilde
dieren. Ongelooflijke staaltjes h'eb ik daar
van gehoord cn ik zal er u een paa,r
uit den jongsten strijd meededen. Na ©en
gevecht tussehen Serviërs en Alhanee
zen in de nabijheid van Pristina,, da.t
met een overwinning der eersten eindigde,
gingen zij op zoek of men ook gewonde
Alhaneezen .vond. Een der Servisch!© man
schappen trof een lichtgewonden berg
bewoner. Hij wilde hem iets te drinken
geven, maar plotseling pakte de Albanees
de hand van den menschlievenden Ser-
zijn staart het zand der woestijnHet
einde van den in de zon blinkende loop
onzer geweren verontrustte hiem ongetwij
feld.
Op het commando van den kapitein
haalden wij allen tegelijk don trekker over.
Een enkel schot, ging slechts af. Do pan
ter stiet een ijzingwekkend gebral nit,
dook ineen, spro'ng daarop met zoo veeif
geweld tegen hiet rotsblok aan, dat het
door den schok achteruit schoof en Gil
brac, die hierop niet verdacht was, op den
grond viel.
- - Duizend bommen en granaten 1 riep
hij heftig (uit, tijger, ik heet Gilbrac,
En onmiddellijk weder opspringende,
vereenigde hij zijn pogingen met de onze.
De een oogenblik verschoven steen hier
nam zijn jdaats. De panter week achteruit.
Hij was niet in den kop getroffen gewor
den, maar een zijner voorpooten was vér
brijzeid.
Er is maar één schot gevallen, sprak
de kapitein, zich tot mij wendende, waar
kan dat aan liggen?
Ik nam de geweren op' en trok de
lading afHet kruit was vochtig. IK
Ik ging den eenigen k'raithoron ha,ten,
welke ons overbleef; maar deze lag niet
meer op de plaats, waar ik dien had ne-
dergelegd. Ik zocht overal rond; hij was
viër tussehen de tanden. Het was of
een .wild dier een stuk vleesch wilde I
verscheuren, en wat de Serviër pok deed
hij kon niet loskomen. Op zijn geroep
kwamen ettelijke kameraden toegesneld
met zijn vieren begon men te trekken en
eindelijk werd de Servische soldaat be
vrijd, doch hij miste een stuk van zijn
hand. Het wa,s tussehen de tanden va,n
den wildeman blijven zitten.
Een ander feit, bijna op dezelfde plaats,
wilde een Servisch dokter een gewonden
Albanees .verzorgen. Over den doodelijk
verwonde gebogen, vermoedde de genees
heer niets kwaads en reeds was, hij bezig
om de schapenvacht van den Albanees
los te maken, toen deze zijn laatste krach
ten inspande en zijn revolver greep. 'Zeker
zou hij den dokter neergeschoten Heb
ben, zoo de assistent niet bijtijds den
arm van den wreeden Albanees Had beet
gepakt. Toen de dokter den gewond© dui
delijk maakte, dat hij hem slechts wilde
helpen, antwoordde deze slechts met knar
setanden.
Zoo zijn de Alhaneezen.
De gevolgen van den moder
nen O O; r 1 o g.
De Köln. Vkszg." geeft van den 'Engel-
schen correspondent Ch. Hands, een schil
dering van de gevolgen van den oorlog
in de Bulgaarsche hoofdstad Sofia:
Hij gaa,t naar een Bank, ze is gesloten.
De jongeren van het ba-nk-personeel /vech
ten voor Adrianopel en de ouderen, die
vrij van dienst zijn, hebben geen werk.
Het handels-leven kwijnt, er is geen
werk en dus sluit men het kantoor.
Ik ging naar een groot, bekend han
delsman. Het is een man van 40 jaar,
die vrij van dienst is en nu alleen in zijn
groot kantoor op en neer gaat. Het bu
reau, waaraan anders de jonge vennoot
zit, js onbezet, w,a,nt deze is nu onder
luitenant en zijn regiment staat voor Adri
anopel. En onbezet zijn ook de bureaux
der kantoorbedienden.
De kantoorbedienden dragen nu de uni
form en hanteeren het geweer in d© plaats
van de pen; zij staan voor Adrianopel.
De eigenaar bracht mij in het magazijn.
Het w,as heelemaal leeg en overal Heersch-
te een doodsche stilte. Alleen ©en klein©
kantoorbediende is er nog. Alles ziet er
zindelijk en ordelijk uit. Met zijn kleinen
leerjongen heeft de rijk© handelsman de
zen gedwongen ledigen tijd doorgebracht
met alles op orde te brengen. Alle handel
ligt stil. De spoorwegmaatschappijen kun
nen geen handelswaren meer tra.nspor-
teeren. De oorlog heeft alles met lam
heid .geslagen. Zoo lang de oorlog duurt,
kan Hij van zijn klanten geen geld krij
gen en betaalt hij' geen leverancier. Zon
der .deze stilzwijgende, natuurlijke uitstel
ling in het nakomen_ zijner verplichtte,
gen, zou men bankroet maken.
Die handelsman verwachtte uit Liver
pool 5000 balen koffie. Hij weet hoe
genaamd niet, waar die 5000 balen zich
op het oogenblik berinden en weet ook
niet, wanneer hij ze zal ontvangen. Ze
liggen ergens bedolven onder de oorlogs
lava.
De meeste handelswaren kwamen over
Warna of Boergas, de Bulgaarsche Ha
vens aan de Zwarte Zee. Doch sedert
eene week is de Zwarte Zee verdwenen
uit de handelsgeographie der wereld, maar
wat maakte het uit, of de schepen de
haven konden hereiken, wanneer de spoor
wegmaatschappijen de handelswaren niet
verder .kunnen transporteeren?
De magazijn-voorraden zijn verdwenen,
want de regeering heeft alles opgeëischt.
De eigenaar zelf is een lid der commis
sie, welke de oorlogsleveranties regelt.
En die commissie vorderde van hem
500 zakken rijst, 10,000 kilo suiker, 5000
kilo thee en 2000 kilo gezuiverde aluin
ter ontsmetting van het slechte water,
waarmee de soldaten zich vaak moeten
behelpen.
Een mooie groole bestelling, maar het
voordeel gaat to loor door de wijze van
betaling. Deze toch bestaat voorioopig
slechts in eene kwitantie, waarvoor men
weggenomendoor wien wij kwa
men dit weldra te weten en het was
nog een onzer minste rampen Ik za
melde het na.tte kruid zorgvuldig bijeen.
Toen ik echter den kapitein va.n mijn
vrachteloos zoeken kennis gaf, liet hij
de armen moedeloos langs zijn© zijden
nederhangen en zag met ©en onbeschrijfe
lijk droeven bli'H op- naar den hemel.
Hij' wees sprakeloos op eene zwarte stip,
welke op het witte zand dei- woestijn hoe
langer zoo meer zichtbaar werd. Wij hoor
den een ver verwijderd gebral op het
aanhoudend gebral van den voor de grot
staanden panter antwoorden. De zwarte
stip werd grooter: liet was liet wijfje
van den panter
En wij waren zonder verdedigingsmid
delen.
Zie zoo! nu worden wij1 even voor
treffelijk bewaakt als de vrouw van den
komma,ndant Barbara! riep Gilbrac uit,
Men zal ons hier niet komen uitplunde
ren; wij kunnen gerust gaan slapen.
To he or not to be.
De dood is de slaap1: het is misi-
schieneen ontwaken
Als iemand Verre reizen doet
Dan kan hij wat verhalen I
Hier brak Gilhrao zijn gezang af: de
woorden Hieven Htem in d© keel stekten
eerst dan geld ontvangt, wanneer de re-
geering betaling als raadzaam beschouwt.
En dat kan lang duren. Men krijgt 20
pCt. bruto winst, doc.h men verliest veel
meer door verlies ,aan interest fot aan
de betaling.
Ik ga in een school, in een schoon
nieuw gebouw, om te zien H°e het met
de .kinderen staat tijdens de afwezigheid
h'unner opvoeders, die zich in Het veld
bevinden. Voor de deur der school staat
een schildwacht. De school is gesloten,
want alle onderwijzers bevinden zich' in
den porlog en htet. schoolgebouw is een
militair depót geworden. Ik kijk naar een
oude moskee, een museum van Romein-
sche pudheden. Aan de deur staat een
schildwacht, de archeologie bestaat voor
een tijd lang' niet. Ik ga naar de kleine
landbouwtentoonstelling, waar landbouw
producten 'van Bulgarije en kleine voor
raden rozenolie zijn tentoongesteld /eai ver
kocht worden. Aan de deu.r staat een
schuldwacht, de geheele tentoonstelling is
opgeëischt.
Ik ga naar een kleine Mjdefabriek, die
voor twee jaren door een ondernomen-
den jongen Bulgaar in een voorstad va,n
Sofia gevestigd is en goed vooruit ging.
Op mijn bellen opent de vrouw van den
eigenaar zelve de deur. Haar man staat
voor Adrianopel en met hem zijne 60
werklieden, gllen zijn op het oorlogsveld.
Slechts yijf zijn gebleven, vreemdelingen,
Franschen. Ik ga in eene arbeiderswoning.
De man is in den oorlog. Vrouw en
kinderen leven va,n 40 centimen per dag,
dit, bedrag wordt hun uitbetaald. De vrouw
weet niet, waar haar man js, of hij
strijdt, of hij nog leeft. Want de regee
ring maakt geen lijst van verliezen open
baar.
Ik ga in een groentenwinkel kijken.
Een .kleine jongen v.an 12 jaar beschermt
de zaak. Zijn vader behoort bij de re
serve, hij is op het oorlogspad. De vrouw
komt uit een achterkamer, ja het zijn
zeer arme lieden en de klanten kunnen
nu niet meer koopen. Als zij vroeger
voor 20 pf. uien kochten, dan koopen zij
nu voor 5 pf. In de omgeving van Sofia
liggen de bouwwerken verlaten.
Kale muren op halve hoogte, hoopen
bak.steenen, zandhoopen, maa.r alles ver
laten. De metselaars zijn in den oorlog.
En goo stokt alles, rust alles, de stilte
ligt over stad en land. Het volk is in
den oorlog. En de vrouwen zijn stil en
rustig. Zij jubelen niet en zijn slechts
t.rotsch, maar hare vreugde blijft gedempt.
Want hare mannen staan voor Adriano
pel en nog heeft de regeering geen lijsten
va.n verliezen bekend gemaakt
De trouw der Turken.
Dr. Lardy, een arts van Génève, die
lange jaren onder de Turken heeft door
gebracht, doet in de „Berl. Börs. Corr."
eenige belangwekkende mededeielingien uit
zijn rijke ervaringen omtrent dei veelbe
sproken trouw, of liever trouweloosheid
der Turken.
Herinnerend aan het bekende gezegde,
„da.t het woord van één Turk meer waard
is dan de notarieel bekrachtigd© hand-
teekening van twee Christenen", zegt dr.
Lardy „Ik zou, dengene die dit gezegd
heeft, niet gaarne aam-aden, ©r de proef
eens va,n ;te /nemen, .althans niet in
Turkije, waar voor het gerecht, maar dan
alleen voor het gerecht, het wqord van
één Turk meer waarde hteeft dan dat
van twee Christenen. Want in ieder
Turksch' gerechtsgebouw vindt men altijd
alsof zij daar een vaste betrekking be
kleedden, valsohe getuigen die voor 'klin
kende munt alles, wat men maar wil,
met een eed bevestigen. Het woord do/or
een Muzelman aan ©ein Christen gege
ven, heeft volstrekt geen w.aia,rd©, en ik
kan verzekeren, dat de Turken rijkelijk
gebruik maik'en van de door de moskee
toegestane „reservatie mentalis".
Voor de Muzelmannen is de ©ed, die
op den Koran afgelegd wordt, heilig ©n
onaantastbaar. Toch' zijn mij een groot
aantal gevallen bekend, waarin oo'k! deze
eed openlijk verkracht en gebroken werd
tweemaal kon ik' den gewezen sultan Ab-
zijne stem trilde en werd onduidelijk.
Weldra, hief (kapitein Breton het hoofd
weder op
Gilbrac, mijn vriend, zeide hij, met
hoorbaar bewogen stem, zing en kies uwe
vroolijkste liedjesda.t uw lustig gezang
het laatste geluid zij, dat ons gehoor
treft.
Bij deze moedelooze woorden verliet
Breton zijn observatiepost en trad naar
Jenny toe. Hij sloeg zijne armen om het
meisje en drukte haar sprakeloos aan
zijn htert.
Kapitein, merkte ifc aan, wij hebben
nog wapenen: sabels en yatagans.
O ja! en onze nagels ook nog; ik'
voor mij ben oud en heb bijna geene tan
den meerDit zeggende liet hij het
hoofd mistroostig op de borst zinken.
Plotseling hief Hij het weer op en na
Jenny nogmaals omhelsd te hebben, sprak
hij op vastberaden toon:
Neen, neen! op di© wijze is Het
niet langer uit te houden. Alleenlijk moet
Jenny zich verbergen, zich niet aan het
minste gevaar blootstellen.
(Wordt vervolgd)