Hl HEL, f per 5 ons No. 133. TWEEDE BLAD Pil El'WK ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 9 November 1912. lkontroomer lissmtgeht. FEUILLETON. De ontrouwe Gids. BU9TOLAN& p bij Inschrijving Kachels. TERLEIDING-ARTIKELEN. S M rdappelsorteerders Zelandia Antiqua. OVEZAND. De Oorlog op <len Balkan. in twee partijen: rek tot 2 M. 20 cM. en 1 J en liggende op een perceel Zwake gemeente 's Graven- lover de hofstede van den heer hoorende aan de familie Nieu- in te leveren vóór of op 15 i. ten kantore van deurwaarders Sf VERHOEK te Goes, itingen verkrijgbaar zijn. Waterzucht. filtreeren de afgewerkte stof- ►vertollige water uit het bloed, door verzwakking of ziekte in staat zijn, blijft het water tam achter, hetgeen ook dik- aar is aan de geringere hoe- •in©, die geloosd wordt. Dit ten gevolg©, dat de afsckei- dere schadelijke stoffen wordt en deze schadelijke stóffen a dusdanigen invloed uit op der bloedvaten, dat deze het laten. Het zal zich dan bij i,ar verzamelen, wa-ar het den ©nstand ondervindt, dus in de sen onder de huid, als on- jleden, in de polsen, enkels, waar zwellingen gevormd i men met den vinger op deze drukt, blijft die indruk eeni- ihtbaar en de zwellingen voe- en papperig aan. and verschijnsel is niet zelden erste verschijnselen van een ling. Bij veronachtzaming pr iet water zich verder ophoo leenen, de buikholte, de borst- het hart bereiken met nood- olgen. t dus uw nieren bijtijds, zoo lerzuoht zich niet kan uit/brei- in haar oorsprong aangetast er's Rugpijn Nieren Pillen her- de nieren haar gezondheid haar in staa-t om het over- er volkomen af te voeren, verkrijgjb. bij de h'.h. De Paauw zending geschiedt franco na postwissel a f 1.75 voor één, of f 10.— voor zes doezen. Eischt de echte Foster's I pijn Nieren Pillen, weigert elke doos, die niet voorzien is van nevenstaand handels- mark. merk. "(6) eerste aan idere systemen in. KÖZËN heer XXV. De gerechtsbode kreeg dadelijk in last de bestuursleden tegen den 21en bijeten te roepen. Bergaardt en Anthonij Hoeboke bleven afwezig. De kerke werd getaxeerd op 525 pond, het. kerkehuis met hof en erve daaraan annex op 475 pond, samen 1000 pond, vrij en onbelast: een rond getal; maar zoo eenvoudig zou liét niet afloopen Al gaat het niet aan, hier alles in liet breede te verhalen, wat er in ons vaderland geschiedde sinds d© komst der Franschen, een enkel woord zal toch wel noodig zijn ter verduidelijking van den stellig zeer interessanten strijd, in ons dorpje gevoerd. Reeds op 1 Maart 1795 was in Den Haag de nationale vergadering geopend, die bestond uit de afgevaardigden van alle gewesten, Brabant niet uitgezonderd. Een commissie van 22 leden kreeg in opdracht een constitutie te ontwerpen, maar door de heerschende verwarring en partijgeschillen kwam eerst in 1797 ©en grondwet gereed. Op B Aug. lia-d daar over een stemming plaats in al de gemeen ten des lands, ook te Ovezand, met het resultaat, dat de overgroote meerderheid het staatsstuk verwierp. Zooveel was dan toch verkregen, dat de voormaals heer schende kerk, op voorstel van den katho lieken advocaat Ploos van Amstel, afge vaardigde voor Amstelveen, Vervallen was verklaard, 'tgeen op 18 Aug. 1796 den volke hij proclamatie was bekend gemaakt. De tweede national© vergadering toog reeds op 1 Sept. (1797) aan het werk. Dat waren hoofdzakelijk twee partijen: de Foederalisten, die zoo iets wilden als de oude republiekmin of meer zelfstan dige gewesten met een uit hun besturen gekozen opperbestuur, en de Unitarissen, die het geheel© ia-nd v.an uit Den Haag geregeerd wenschten te zien: de één© en ondeelbare republiek. De katholieke voor zitter dezer vergadering liet 22 Foede ralisten en enkele (gematigde) Unitarissen gevangen nemen, en nu vlotte bet werk zoo goed, dat op 17 Maart 1798 een nieu we constitutie werd aangenomen. Thans maakten de grondvergaderingen, de kie zers, het, werk niet ongedaanvóór stem den op 23 April 153913, tegen 11597 mannen, maar er dient bijgevoegd, dat de tegenstanders zooveel mogelijk uit hiet kiezerskorps geweerd waren en dal de thuisblijvers geacht werden vóór t© stem men. Te Ovezand geschiedde de stem ming in de kerk, ordelijk en rustig. Er was een stembureau benoemd: voorz. de winkelier Marinus van der Pluym, stem opnemers Adriaan de Winter, Jan Mees en Hendrik van Gestel, secr. Norbertus van de Pas, allen katholiek. Van de 57 kiezers verklaarden zich maar 2 tegen de grondwel. Elke burger had nu vrij heid, om God te dienen naar d© over tuiging van zijn haal. Burgerlijke voor of Edeclen waren niöt meer verbonden aan de belijdenis van eenig „kerkelijk leerstelsel". Elk kerkgenootschap zorgt voortaan voor het onderhoud van eere- dienst, bedienaren en gestichten. Aan deze grondwet waren toegevoegd zes artikelen, de zoogenaamde Additio- neele Artikelen, waarvan ik het laatste geheel zal afschrijven, omdat dit de aan leiding was tot den strijd om het kerk gebouw. Het eerste gedeelte kan nren le zen in het request der Katholieken van IS Juli. Verder luidt het: „De grond slag van dit vergelijk is, in iedere plaats, bet grootste aantal van leden der onder scheidene Kerkelijke Genootschappen, het- S(ne alzoo de relative meerderheid van zielen zal uitmaken. Hetzelve zal de voor keur hebben omtrent de naasting ©ener Plaatselijke Kerk en Pastorij, onder be paling echter, na gedane begrooting van de waarde dier gebouwen, van ©en ma tige uitkeering, hetzij in eens, of bij ter- mijnen, aan de andere Kerkgemeenten, (Eene einsode uil het dagloek van een O/ficier.) 17. Ue vleermuizen, door dat ongewone ru moer verschrikt, fladderden aanhoudend rond, terwijl hiet scherpe gejank van de l°nge panters in de grot het gebrul van en luuten staanden panter beantwoordde, 'librae's stem klonk boven al dat ('In aisPra-k na de paarden braille, dan weder den panter toe, wiens occlende sprongen het rotsblok dreigden enig ,te duwen, dat den ingang1 vnnr bem versperd hield. Wij zochten, p den grond rondtastende, naar t, weren. Evelin verkeerde in een n hevige overspanning: hij stootte -ens en liet herhaaldelijk' uitroepen van smmschap, misnoegen en smart hooren. e Kapitein praatte met Jenny, Yousef. Sm-? miJ'..en tra°Ette door f- sin. iC1i v-.an zÜn onderhoud o-nzen slaande te houden. do ffo«reerw^ •vatl a' Dat zoeken werden geweren met gevonden. otsehng deed de kapitein, die bij den de an de. ge en wiens gden vo or overal onze staat zich van de be- moed na evenredigheid van dea-zelver leden, welke allen, door dez© bepaling, worden gehouden, voor a,ltijd afstand gedaan te hebben va,n de gemeen© aanspraak"./ De Ba.tlaafsche Republiek was niet lan ger verdeeld .in gewesten of provincies, maar in departementen. In plaats van 'cle provincie Zeeland was gekomen het departement van Schelde en Maas, met toevoeging va,n een deel van Zuid-Hol land. Het Vertegenwoordigend Lichaam in Den Haag bestond uit de le ©n 2e Ka mer. De le Kamer telde zooveel leden, als het land 20000 inw. bevatte en koos uit haar midden 30 leden, die de 2e Kamer vormden. De besluiten der le Ka mer kregen eerst kracht van wet dooi de aanneming bij de 2e Kamer. Do Uit voerende macht berustte bij 5 leden, dooi en buiten het Vertegenwoordigend Li chaam gekozen. Dit Uitvoerend Bewind zag zicli reeds op 12 Juli verplicht een uitvoerig stuk te publiceeren, ter nadere verklaring van dat ook in Ovezand zooveel gerucht ma kende art. 6. De wet, het dorpsbestuur, moest aan de kerkgenootschappen vra gen het aantal leden, moest door Neu trale deskundigen van onderscheidene kerkgenootschappen laten taxeeren de kerkgebouwen en pastoriehuizen der voor maals heerschende kerk, moest ©en „Plan van Schikking" opmaken, moest een co- pie hiervan ter hand stellen aan de kerk genootschappen, die binnen drie weken hadden te verklaren, of zij er genoegen mee namen, moest mogelijke bedenkin gen uit den weg zoeken te ruimen en op een minnelijke schikking aansturen, moest bij mislukking alles laten, zooals het was, en zich wenden tot het Uit voerend Bewind. Een en ander zal ons van dienst zijn, om do komende gebeur tenissen der volgende jaren te begrijpen. Den 4en Aug. hielden de wethouders met hun secretaris zitting ter gewoner plaatse, om een opschrijving te doen van al de ingezetenen, met aanduiding van het kerkgenootschap, waartoe zij behoor den. Er waren hier twee kerkgenootschap pen de menschen waren öf R.-K. óf Her vormd. Men kreeg een totaal van 449 zielen: 287 R.-K. en 162 Gereformeer den. Dat was geen vooruitgang, want op 3 Dec. 1795 telde het dorp- 452 inwo ners. In dezelfde maand nog, den 27en, richt te het plaatselijk bestuur een schrijven aan het Gereformeerd Kerkgenootschap, om, volgens de publicatie vian het Uit voerend Bewind va,n den 12©n Juli, een opgave te mogen ontvangen van het aan tal Hervormden in de gemeente en tevens hoeveel de gewone reparatiën van de kerk en de pastorie over de laatste 10 ja ren bedragen hebben, alsmede de baten, lasten en schulden dier gebouwen. Het bestuur za.l door neutrale deskundige per sonen van verschillend kerkgenootschap de gebouwen laten schatten, voor zoo verre zij geen bizonder' en wettig eigen dom der (kerkelijke) gemeente zijn, ten einde een „Plan van Schikking" samen te stellen op den voet der Staatsrege ling. De brief, geteakend door de katho lieke wethouders, was geadresseerd aan don burger Abr. La.nkhorst, predikant te Ovezand. De kerkenraad antwoordde op- 7 Sopt. en zocht al dadelijk uitvluchten. Gebruik makend van de combinatie met Driewe gen, beweerde men aan deze zijde, dat het aantal Hervormden 493 zielen be liep, du,s verre de meerderheid. Wat e.r nog meer te berde gebracht werd, blijkt genoegzaam uit de repliek van het be stuur, drie dagen daarna opgesteld. Do wethouders konden niet begrijpen, dat ©en meetellen van Driewegen volgons de staatsregeling en de publicatie zou zijn; dat was ongeoorloofd. Wat de schulden, lasten en haten der kerk' betreft, dat moes. ten zij zelf maar aan de ambachtsheer-en vragen, want zij wisten immers, dat liet onder h:un bestuur was geweest, dat de rekeningen geschied zjj.n. De pastorie stond bij 'hen niet bekend als „huurhuis" dat is geen opgave. De vraag is maal steen was blijven staan, om de bewe gingen van den panter gade tei slaan, een alarmkreet hooren. De panter hiad name lijk wederom een geweldigen sprong gé daan en het blok doen wankelen. Evelin en Gilbrac! riep hij, komt hier! Helpt den steen tegenhouden of de panter dringt tot ons door! Fabre en Yousef, zoekt de geweren 1 Hier zijn zeriep Jenny. En het moedige meisje, dat, even als wij, in de duisternis op handen en voe ten over den vochtigen grond van het roofhol voortkroop, herhaalde: hier zijn zehier zijn ze 1 Maar door het gedruisch, hetwelk de beangstigde dieren in de grot maakten, werd ha,ar zwakke stem niet gehoord; gelukkig stond ik dicht hij h'aar. Ik nam de geweren aan en doelde ze uit. De panter liep op dit oogenblik juist een eind achteruit, om zijn sprong beter te kunnen doen. Ieder stak', zooi goed hij kon, do loop van zijn geweer door de opening. Mikt op hot oog! beval de Kapitein; jaagt hem één kogel in den kop1 en wij zijn van hem verlost! De panter stond vlak voor ons, met vlammende oogen en weifelendehij brulde zonder ophóuden en zweepte met uit welk fonds of middel is Wet voort vloeiende, waarin bestaat de wettige eigendom. Hun opgave was van nul en geener waarde. Het bestuur was wèl ge ïnformeerd en bleef bij htet schrijven van 27 Aug. Ten vorigen jare, toen baljuw em scha penen „genoodzaakt" waren van den rent meester Mar. Wiestplate „af te vergen", volgens een aanschrijving van de Natio nale Conventie in Den Haag, 'opgave van den ontvang en den tegenwoordig staat der goederen en inkomsten van de kerke van Ovezand en wat tot derzelver on derhoud is dienende, toen luidde de laat ste post, op één na van de ontvangsten „Huer van het pastorijhuis12 pond". L, Losse Berichten. De moord op D j a v i d P a. c h a De eigen oorlogscorrespondent van het dagblad „De Maasbode" schrijft o.a. het volgende aan zijn blad: De bekende Djavid Pacha, een der be roemdste Turksche commandanten, is door een Turkschen officier doodge schoten. Djavid Pacha had bij Kumanova dapper gevochten, doch door den ontem- baren moed der Serviërs, anderzijds door de slechte discipline van een gedeelte.' der Turksche troepen, moest de Turksche commandant aftrekken. Hij had zich echter voorgenomen hij Uskub, een plaats, die er zich om haar ligging uitstekend toe leende, tegenstand tot het uiterst© te bieden. Edoch, verscheidene van zijn officieren wilden daar niet van 'Hooren. Zij schenen nu eenmaal door de vrees koorts bevangen en wilden vluchten, voortdurend verder vluchten. Heftige scenes moeten zich in het Turksche hoofd kwartier hebben afgespeeld. Do moedig© Djavid hield echter voet hij stuk en zou zeker alles gedaan hebben, om de stad tegen de voortrakkende Serviërs te. ver dedigen, zoo niet een van zijn eigiem officieren de treurige rol van sluipmoor denaar had gespeeld en de da.ppiere veldheer door een Turkschen kogel was gedood. Neerstortend moet Djavid Pacha nog gestameld hebben: „wij blijven en zullen vechten". Hij, de arme veldheer, bleef inderdaaddoch de zijnen lieten hem in den steek. Djavid Pacha was een der meest be- kencfe Jong-Turken, tevens een der besten van Turkije's commandanten. Vooral in Macedonië en Albanië had 'hij een zeer gevreesden naam; hij toch was het,, die tot twee, driemaal een opstand der Alba- neezen wist. te dempen, en wie dat berg volk kent, weet wat dit zeggen wil. De A 1 b a n e e z e n. Over dit woeste, wreecle bergvolk schrijft bovengenoemde oorlogscorrespon dent ,het volgende: De Alhaneezen zijn onbeschaafd, zij wil len van de moderne beschaving niets weten. Zij verzetten zich tegen den aan leg van spoorwegen, van telegraaflijnen, het bouwen van scholen enz.; zij willen geen belasting betalen en wenschfen niets liever dan vrij te zijn, vrij te zijn in het ï'ooven en moorden. De Alhaneezen zijn niet alleen onbe schaafd, maar zij zijn wreed als wilde dieren. Ongelooflijke staaltjes h'eb ik daar van gehoord cn ik zal er u een paa,r uit den jongsten strijd meededen. Na ©en gevecht tussehen Serviërs en Alhanee zen in de nabijheid van Pristina,, da.t met een overwinning der eersten eindigde, gingen zij op zoek of men ook gewonde Alhaneezen .vond. Een der Servisch!© man schappen trof een lichtgewonden berg bewoner. Hij wilde hem iets te drinken geven, maar plotseling pakte de Albanees de hand van den menschlievenden Ser- zijn staart het zand der woestijnHet einde van den in de zon blinkende loop onzer geweren verontrustte hiem ongetwij feld. Op het commando van den kapitein haalden wij allen tegelijk don trekker over. Een enkel schot, ging slechts af. Do pan ter stiet een ijzingwekkend gebral nit, dook ineen, spro'ng daarop met zoo veeif geweld tegen hiet rotsblok aan, dat het door den schok achteruit schoof en Gil brac, die hierop niet verdacht was, op den grond viel. - - Duizend bommen en granaten 1 riep hij heftig (uit, tijger, ik heet Gilbrac, En onmiddellijk weder opspringende, vereenigde hij zijn pogingen met de onze. De een oogenblik verschoven steen hier nam zijn jdaats. De panter week achteruit. Hij was niet in den kop getroffen gewor den, maar een zijner voorpooten was vér brijzeid. Er is maar één schot gevallen, sprak de kapitein, zich tot mij wendende, waar kan dat aan liggen? Ik nam de geweren op' en trok de lading afHet kruit was vochtig. IK Ik ging den eenigen k'raithoron ha,ten, welke ons overbleef; maar deze lag niet meer op de plaats, waar ik dien had ne- dergelegd. Ik zocht overal rond; hij was viër tussehen de tanden. Het was of een .wild dier een stuk vleesch wilde I verscheuren, en wat de Serviër pok deed hij kon niet loskomen. Op zijn geroep kwamen ettelijke kameraden toegesneld met zijn vieren begon men te trekken en eindelijk werd de Servische soldaat be vrijd, doch hij miste een stuk van zijn hand. Het wa,s tussehen de tanden va,n den wildeman blijven zitten. Een ander feit, bijna op dezelfde plaats, wilde een Servisch dokter een gewonden Albanees .verzorgen. Over den doodelijk verwonde gebogen, vermoedde de genees heer niets kwaads en reeds was, hij bezig om de schapenvacht van den Albanees los te maken, toen deze zijn laatste krach ten inspande en zijn revolver greep. 'Zeker zou hij den dokter neergeschoten Heb ben, zoo de assistent niet bijtijds den arm van den wreeden Albanees Had beet gepakt. Toen de dokter den gewond© dui delijk maakte, dat hij hem slechts wilde helpen, antwoordde deze slechts met knar setanden. Zoo zijn de Alhaneezen. De gevolgen van den moder nen O O; r 1 o g. De Köln. Vkszg." geeft van den 'Engel- schen correspondent Ch. Hands, een schil dering van de gevolgen van den oorlog in de Bulgaarsche hoofdstad Sofia: Hij gaa,t naar een Bank, ze is gesloten. De jongeren van het ba-nk-personeel /vech ten voor Adrianopel en de ouderen, die vrij van dienst zijn, hebben geen werk. Het handels-leven kwijnt, er is geen werk en dus sluit men het kantoor. Ik ging naar een groot, bekend han delsman. Het is een man van 40 jaar, die vrij van dienst is en nu alleen in zijn groot kantoor op en neer gaat. Het bu reau, waaraan anders de jonge vennoot zit, js onbezet, w,a,nt deze is nu onder luitenant en zijn regiment staat voor Adri anopel. En onbezet zijn ook de bureaux der kantoorbedienden. De kantoorbedienden dragen nu de uni form en hanteeren het geweer in d© plaats van de pen; zij staan voor Adrianopel. De eigenaar bracht mij in het magazijn. Het w,as heelemaal leeg en overal Heersch- te een doodsche stilte. Alleen ©en klein© kantoorbediende is er nog. Alles ziet er zindelijk en ordelijk uit. Met zijn kleinen leerjongen heeft de rijk© handelsman de zen gedwongen ledigen tijd doorgebracht met alles op orde te brengen. Alle handel ligt stil. De spoorwegmaatschappijen kun nen geen handelswaren meer tra.nspor- teeren. De oorlog heeft alles met lam heid .geslagen. Zoo lang de oorlog duurt, kan Hij van zijn klanten geen geld krij gen en betaalt hij' geen leverancier. Zon der .deze stilzwijgende, natuurlijke uitstel ling in het nakomen_ zijner verplichtte, gen, zou men bankroet maken. Die handelsman verwachtte uit Liver pool 5000 balen koffie. Hij weet hoe genaamd niet, waar die 5000 balen zich op het oogenblik berinden en weet ook niet, wanneer hij ze zal ontvangen. Ze liggen ergens bedolven onder de oorlogs lava. De meeste handelswaren kwamen over Warna of Boergas, de Bulgaarsche Ha vens aan de Zwarte Zee. Doch sedert eene week is de Zwarte Zee verdwenen uit de handelsgeographie der wereld, maar wat maakte het uit, of de schepen de haven konden hereiken, wanneer de spoor wegmaatschappijen de handelswaren niet verder .kunnen transporteeren? De magazijn-voorraden zijn verdwenen, want de regeering heeft alles opgeëischt. De eigenaar zelf is een lid der commis sie, welke de oorlogsleveranties regelt. En die commissie vorderde van hem 500 zakken rijst, 10,000 kilo suiker, 5000 kilo thee en 2000 kilo gezuiverde aluin ter ontsmetting van het slechte water, waarmee de soldaten zich vaak moeten behelpen. Een mooie groole bestelling, maar het voordeel gaat to loor door de wijze van betaling. Deze toch bestaat voorioopig slechts in eene kwitantie, waarvoor men weggenomendoor wien wij kwa men dit weldra te weten en het was nog een onzer minste rampen Ik za melde het na.tte kruid zorgvuldig bijeen. Toen ik echter den kapitein va.n mijn vrachteloos zoeken kennis gaf, liet hij de armen moedeloos langs zijn© zijden nederhangen en zag met ©en onbeschrijfe lijk droeven bli'H op- naar den hemel. Hij' wees sprakeloos op eene zwarte stip, welke op het witte zand dei- woestijn hoe langer zoo meer zichtbaar werd. Wij hoor den een ver verwijderd gebral op het aanhoudend gebral van den voor de grot staanden panter antwoorden. De zwarte stip werd grooter: liet was liet wijfje van den panter En wij waren zonder verdedigingsmid delen. Zie zoo! nu worden wij1 even voor treffelijk bewaakt als de vrouw van den komma,ndant Barbara! riep Gilbrac uit, Men zal ons hier niet komen uitplunde ren; wij kunnen gerust gaan slapen. To he or not to be. De dood is de slaap1: het is misi- schieneen ontwaken Als iemand Verre reizen doet Dan kan hij wat verhalen I Hier brak Gilhrao zijn gezang af: de woorden Hieven Htem in d© keel stekten eerst dan geld ontvangt, wanneer de re- geering betaling als raadzaam beschouwt. En dat kan lang duren. Men krijgt 20 pCt. bruto winst, doc.h men verliest veel meer door verlies ,aan interest fot aan de betaling. Ik ga in een school, in een schoon nieuw gebouw, om te zien H°e het met de .kinderen staat tijdens de afwezigheid h'unner opvoeders, die zich in Het veld bevinden. Voor de deur der school staat een schildwacht. De school is gesloten, want alle onderwijzers bevinden zich' in den porlog en htet. schoolgebouw is een militair depót geworden. Ik kijk naar een oude moskee, een museum van Romein- sche pudheden. Aan de deur staat een schildwacht, de archeologie bestaat voor een tijd lang' niet. Ik ga naar de kleine landbouwtentoonstelling, waar landbouw producten 'van Bulgarije en kleine voor raden rozenolie zijn tentoongesteld /eai ver kocht worden. Aan de deu.r staat een schuldwacht, de geheele tentoonstelling is opgeëischt. Ik ga naar een kleine Mjdefabriek, die voor twee jaren door een ondernomen- den jongen Bulgaar in een voorstad va,n Sofia gevestigd is en goed vooruit ging. Op mijn bellen opent de vrouw van den eigenaar zelve de deur. Haar man staat voor Adrianopel en met hem zijne 60 werklieden, gllen zijn op het oorlogsveld. Slechts yijf zijn gebleven, vreemdelingen, Franschen. Ik ga in eene arbeiderswoning. De man is in den oorlog. Vrouw en kinderen leven va,n 40 centimen per dag, dit, bedrag wordt hun uitbetaald. De vrouw weet niet, waar haar man js, of hij strijdt, of hij nog leeft. Want de regee ring maakt geen lijst van verliezen open baar. Ik ga in een groentenwinkel kijken. Een .kleine jongen v.an 12 jaar beschermt de zaak. Zijn vader behoort bij de re serve, hij is op het oorlogspad. De vrouw komt uit een achterkamer, ja het zijn zeer arme lieden en de klanten kunnen nu niet meer koopen. Als zij vroeger voor 20 pf. uien kochten, dan koopen zij nu voor 5 pf. In de omgeving van Sofia liggen de bouwwerken verlaten. Kale muren op halve hoogte, hoopen bak.steenen, zandhoopen, maa.r alles ver laten. De metselaars zijn in den oorlog. En goo stokt alles, rust alles, de stilte ligt over stad en land. Het volk is in den oorlog. En de vrouwen zijn stil en rustig. Zij jubelen niet en zijn slechts t.rotsch, maar hare vreugde blijft gedempt. Want hare mannen staan voor Adriano pel en nog heeft de regeering geen lijsten va.n verliezen bekend gemaakt De trouw der Turken. Dr. Lardy, een arts van Génève, die lange jaren onder de Turken heeft door gebracht, doet in de „Berl. Börs. Corr." eenige belangwekkende mededeielingien uit zijn rijke ervaringen omtrent dei veelbe sproken trouw, of liever trouweloosheid der Turken. Herinnerend aan het bekende gezegde, „da.t het woord van één Turk meer waard is dan de notarieel bekrachtigd© hand- teekening van twee Christenen", zegt dr. Lardy „Ik zou, dengene die dit gezegd heeft, niet gaarne aam-aden, ©r de proef eens va,n ;te /nemen, .althans niet in Turkije, waar voor het gerecht, maar dan alleen voor het gerecht, het wqord van één Turk meer waarde hteeft dan dat van twee Christenen. Want in ieder Turksch' gerechtsgebouw vindt men altijd alsof zij daar een vaste betrekking be kleedden, valsohe getuigen die voor 'klin kende munt alles, wat men maar wil, met een eed bevestigen. Het woord do/or een Muzelman aan ©ein Christen gege ven, heeft volstrekt geen w.aia,rd©, en ik kan verzekeren, dat de Turken rijkelijk gebruik maik'en van de door de moskee toegestane „reservatie mentalis". Voor de Muzelmannen is de ©ed, die op den Koran afgelegd wordt, heilig ©n onaantastbaar. Toch' zijn mij een groot aantal gevallen bekend, waarin oo'k! deze eed openlijk verkracht en gebroken werd tweemaal kon ik' den gewezen sultan Ab- zijne stem trilde en werd onduidelijk. Weldra, hief (kapitein Breton het hoofd weder op Gilbrac, mijn vriend, zeide hij, met hoorbaar bewogen stem, zing en kies uwe vroolijkste liedjesda.t uw lustig gezang het laatste geluid zij, dat ons gehoor treft. Bij deze moedelooze woorden verliet Breton zijn observatiepost en trad naar Jenny toe. Hij sloeg zijne armen om het meisje en drukte haar sprakeloos aan zijn htert. Kapitein, merkte ifc aan, wij hebben nog wapenen: sabels en yatagans. O ja! en onze nagels ook nog; ik' voor mij ben oud en heb bijna geene tan den meerDit zeggende liet hij het hoofd mistroostig op de borst zinken. Plotseling hief Hij het weer op en na Jenny nogmaals omhelsd te hebben, sprak hij op vastberaden toon: Neen, neen! op di© wijze is Het niet langer uit te houden. Alleenlijk moet Jenny zich verbergen, zich niet aan het minste gevaar blootstellen. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1912 | | pagina 5