3-Magazijn
STÜÜISJ
apes, Fantasie Paletots.
106. TWEEDE BLAD NIEUWE ZEEUW8CHE COURANT Zaterdag 7 September 1912.
MPERNELLE.
IJRING.
worden opgeruimd1
Ïfe-f' dat zeide voor de
^FEUILLETON.
SCHULTE Co.,
ns Azijnessence
middelburg
NfECTIES.
SCHULTE Co.,
ichts drie weken.
D? (Gravenstraat
A. SCHULTE Co.,
MflJQftflAH.
Noordbraband.
een flinke
Zelandia Antiqua.
OVEZAND.
IN EERE HERSTELD.
II
OLAND.
BELGIË.
MIDDELBURG.
No.
jANDER.
ingen
MIDDELBURG.
MIDDELBURG.
Hoe gij vergiftiging
urinezuur kunt opmerken.
Jieer overvloedig urinezuur zich in
phaam begint op te hoopen, zult
dig opmerken, dat iedere weersver-
r-g uw gestel aandoet, en dat gij,
vochtige, nevelige morgens loom,
prikkelbaar gevoelt. Uw spieren
-i Uan stijf en rheumatisch. Gij krijgt
gezwellen onder de oogen en in Je
Gij hebt pijn in de lendenen en
en een ellendig gevoel in uw
'ooral des morgens bij het ontwa-
Uisschien krijgt gij ook stoornissen
e urine, neerslag of graveel in uw i
e verschijnselen duiden er op,
rger kwalen in aantocht zijn, want I
mger het urinezuur niet wordt ver
ird, des te meer vergiftigt het uw
en wanneer het overvloedige niet'
door de nieren wordt uitgedreven,
bij lijden aan lendenjicht, waterzucht,
pking van de blaas, graveel, steen,
pnatiek, bloedvergiftiging, en zullen
nieren cel na oei vernietigd wer
en laten zij het levengevend eiwit
appen.
ster's Rugpijn Nieren Pillen staan
ieren op een zachte wijze bij
grootsch werk om het overvloedige
izuur af te voeren, en om het lichaam
ïiveren van de niergiften, die zou
mannen en vrouwen zwak, ziek en
leloos maken.
ij waarschuwen tegen namaak en ma-
er op attent, dat op iedere doos
Iteekening van James Poster voor
t. De echte Foster's Rugpijn Niw®
n zijn te Goes verkrijgbaar ba®
a Na,than Kmanuël; en te Mij®'
bij den heer Joh. de Roos, >1"
kt K 157. Toezending geschiedt feu™
i ontvangst van postwissel a fb I
één-, of f 10,voor zes doozc -
MIDDELBURG.
latschappij van Verzekering op 't 'even'
opgericht 8 Maart 18*
Goedgekeurd bij Koninklijk Besluit
I van 15 Juli 1895, No. él.
Iteekend maatschappelijk kapitaal f 300C-- I
serve 28 October 1911: f2.077.596.$'
bevestigd te WAALWIJK
Agenten gevraagd.
Gevraagd
XX.
Weldra kwam het tot een uitbarsing:
het Oranjegezinde volk, niet weinig ge
stijfd door het bezoek van den stadhou
der Willem V in de zomermaand, zou
afrekening houden op Nieuwjaar 1787.
Het vormde oploopjes, wierp de glazen
in en bedreef allerlei baldadigheid, hij
do patriotten. De regeering liet begaan.
Pc buitensporigheden van het gepeupel
gaven haar aanleiding, de sociëteit en
het genootschap te ontbinden. Bij pro
clamatie wenden ten slotte de ongere
geldheden verboden. Er werd verteld, dat
de patriotten in hun gewoon koffiehuis
een eed hadden gezworen tot uitroeiing
van des stadhouders geslacht, tot ver-
nietiging van |den protestantschen en
roomse-hen godsdienst, tot verdelging der
regenten van den aardbodemNu was er
volstrekt geen reden, om de Katholie-
i ken te bedreigen. Integendeel, het klinkt
waarschijnlijker, dat men hen, die van
de Oranjeklanten niets te hopon hadden,
heeft zoeken te vinden door het vrij
heidsgeroep, al dachten de patriotten er
niet aan, te strijden voor de vrijheid
van godsdienst. Er kan wel iets waar
zijn in dat vertelsel van het zweren,
maar dan heeft men de Rocunschen er
hij gehaald, om te voorkomen, dat zij
in de gehate „keezen" hun bevrijders
zouden zien.
De eigenlijke strafoefening moest nog
volgen. Op Dinsdag 30 Jan. bevonden zich
veel Oranjegezinde hoeren in de stad en
nu ging het er eerst recht op los. Al
lerlei conflicten den ganschen dag. Pres
cureiir De Windt en de doopsgezinde pre
dikant, twee patriottische voormannen,
werden eenvoudig uitgeplunderd, maar
met alleen zij, wel 70 huizen in en bui
len de stad ondergingen hetzelfde lot.
1 ooral op goud- en zilversmeden had
men het gemunt. Ook de soldaten onge
veer 200 man zorgden met 6 vierpouders
die „als sieraad voor het stadhuis ston
den" voor de verdediging van stad en
and, boden de behulpzame hand. En
kele mcnschen werden totaal geruïneerd
De regeering was meester van het ter
rein. In overleg met de Staten en den.
stadhouder werden De Crane en Osse-
waarde uit het collegie verwijderd. De
Staten eischfen oen verslag van het ge
beurde en bestraffing van de plunderaars
maar de regeering beweerde, dat er een
opstand zou ontstaan, als men de zóó
talrijke schuldigen wou laten boeten. Zij
bleven inderdaad voor straf gevrijwaard.
afgevaardigden van Zierikz-ee en Vlis-
jingen zeiden in de Statenvergadering,
Jat Goes met opzet aan de Oranjepartij
kvrije hand had gelaten.J
De patriotten waren vernietigd. Het ge
peupel vierde luidruchtig des stadhouders
terjaardag op den Sen Maart.
JmfT duizend-en patriotten
den rir-lf g™ Trokken en had-
SL-J met di« hen reeds voor-
afg gaan waren in België, maar voor-
at n het Noorden van Frankrijk geves-
gebrokenrAna"S 1 gr°°t€ revr°lut'e .uit
vendel ni n ten voeten tredend,
snnrJ. l°t de grofste huiten-
bet schavn? 1 ST" dat niet velm
he Voor misdaad gold
van ?d mtr zitn of kloosterling, of
en de kn'i ^boorte' Zelfs d0 koning
Lt wr^n 'leten het leven- 00 hloed
fityiZZ Z0° groot' 4at de onschuldige
swf hij menigten tegelijk
S Ji TOrfa' ,t,ot de bij
flkaar tastten en
dit «Ja mo°rdbijl sleepten. De hulp van
i". die zoo-ih nTn de Piotten
Weken'w« ,l maf aJ duidelijk ge-
ten> hoe Im'kJ. f ^lf Ili<!ts TOrmoch-
eu werkeliik°w- »0n Z1J.. °°k aansloegen,
krengen dat W v" Z>'J het zoover te
°°k aan' den Vnl .^oluüonnair bewind
stadhouder don jL 1° kcJning en onzen
kdres
hoog loon.
Bureau van dit blad.
59.
Niet later dan den volgenden voormiddag
»>u 7.ij tot mevrouw Van Storen gaan, na
deze vooraf schriftelijk verwittigd te hebben,
dat zjj haar afzonderlek wenschte te spreken.
Dan zou zn verklaren, het in ontvangst
nemen der brieven, welke tegen Van Heek
moeeten getuigen, geweigerd te hebben,
dewijl zij gelukkig door een achtingswaar
dig heer nog intijds vernomen had, dat
dia papieren werden verschaft door Korf.
Dat deze in vroeger jaren bjj de familie
Van Heek had gediend en daardoor in het
bezit geraakt was van de stnkken, welke
hij nu, uit lage beweegredenen voorzeker,
wilde bekend maken. Zjj hield zich over
tuigd, dat Van Storen den hofmeester onmid-
delijk zou ontslaan, zonder zich te verwaar
digen dezen eenige opheldering te geven.
Aldus werd die gevaarlijke man verwijderd
en over Van Heek bleef een nevel hangen.
Uitmuntend gevonden 1
Alfred Reeman was te huis gekomen
met het stellige voornemen, den last, door
Dutaourier trok een Fransch leger de
grenzen over, maar na het veroveren
van eenige vestingen keerde het weer
terug.
Dit nog tijdig afgedreven onweer
schrikte de heeren op in hun rustige,
rust. Namens Burgemeesters en Raden
van Goes, benevens de Gecommitteerden,
des eilands, schreef de secretaris L. R.
van de Spiegel de beroemde ptaats-
v. d. Sp. bekleedde als raadpensionaris
den voornaamsten post, in den lande, een
maal door Oldenbarnevelt en Jan de ,Witt
ingenomen, aan de verschillende
dorpsbesturen, dat er ,een nauwkeurige
lijst moest overgelegd worden van al de
weerbare mannen tusschen de 18 en de
60 jaar. Te Ovezand bleken te zijn (1793,
12 Febr.) 109 manschappen, geschikt
geacht voor 's lands verdediging. Drie
zonden die Gecommitteerden op de in
spectie, nu over 8 dagen, kiezen tot
kapitein, luitenant en vaandrig, terwijl
de keuze van die onderofficieren één
op elke 10 man aan het Schepen-
collegie verbleef. Natuurlijk was er ook
een tamboer van noode en de trommel
mioest steeds o-p de wacht zijn, die zoo
vaak betrokken werd, als de officiers
hel noodzakelijk oordeelden.
Op Woensdag 20 Febr. hielden de
Goesche hieeren i nderdaad omtrent 5 uren
des namiddags de aangekondigde wapen
schouwing over liet keurkorps. Elk van
landverdedigers had zich „zooveel mo
gelijk" van de noodige wapens voorzien.
Dat baljuw Westplate kapitein en de beide
schepenen Janis Grootemaat en Pieter
Onderdijk luitenant en vaandrig werden,
was voor niemand een verrassing. Zij,
die met dit drietal op de nominatie ston
den: Willem Kempe, Lourens Der-
gaard t en Dingnus Jeremias, waren
trouwens al vooraf tot sergeant benoemd
met toewijzing van de manschappen, die,
gelijk bet heette, onder hun bevelen
werden geplaatst. De andere oderofficieren
waren de waard uit de parochieherberg
Pieter Paauwe, de smid Corn. Stroosnij-
der, Geerard Brandt een schepene, die
amper zijn naam kon zetten, de kroeg
houder Jacob Maat, die ©en paar koetjes
had en ©en stier hield, voorts de land
bouwers Pietier Timmerman en Pieter
Marinusse de Jonge, waaraan tenslotte,
toen 'bij de verdeeling der manschappen,
bleek, dat hun aantal grooter was dan
de eerst opgenomienen, werd toegevoegd
de koopman Mie,hiel Lamibregtse. Acht
sergeants hadden elf, twee tien on-der-
hoorigen, dus, wanneer men den tam
boer niet vergeet en de opper- en onder
officiers, komt men tot het resultaat, dat
de Ovezandsche Jjurgerwacht niet 109,
maar 122 weerbaren telde. Geen wonder,
dat Goes en Middelburg telkens aan
drongen op nauwkeurigheid.
De heldendaden van onze burgerwacht,
gedurende het eerste jaar van haar be
staan, zullen door den secretaris Wiest-
plate hij was immers tevens kapitein
uit bescheidenheid verzwegen zijn.
Aan wapenen zal het den schutters wel
niet ontbroken hebben. Gezwegen van
liazen en patrijzen, moest er toch nood
zakelijk geschoten worden bij bruiloften.
In liet begin van 1790 verscheen Pieter
Timmerman voor den gerechte, om te
klagen over het gevaar, dat hij gëloopen
had tiij den ondertrouw van Corn. Raas
en Janna de Jonge, door het afvuren van
snaphanen. Van die snaphanen waren er
in Oct. 1795 te Ovezand aanwezig 34,
pistolen 2, sabels 5, degens of „a,svan
vangers" 17, „aalbessen" 3, pieken 1
en de gelukkige 'bezitter van deze, piek
was luitenant Grootemaat, die ook drie
sabels bezat en een pistool. De secretaris
teekent aan, dat „de geweeien hehoorende
tot do Leden van het Genoodschap hier
buiten niet opgeschreven" zijn. Er be
stond dus weer een exceroitiegienootschap,
waarbij zich enkele uit Ovezand aangeslo
ten hadden. De vele schutters, die geen
snaphaan rijk waren, zullen zich bij de
exoercities misschien van een hooivork
bediend hebben of een dorschvlegel.
L.
Reevink opgedragen, stipt ten uitvoer te
brengen. Hjj had nog met rijpheid onder
weg overwogen, hoe zich het best van de
taak te kwijten, want hij stelde er een eer
in om zijnen ouderen vriend de ruimst
mogelijke voldoening te verschaffen.
Dadelijk richtte hij zich, bij het betreden
van Reerinks kamer, naar het ijzeren kastje
en opende het, volgens de aanwijzing met
den kleinen sleutel. Op het bovenste boord
daar lag het pakje; hij legde het op tafel
en sloot de kast weder. Het buitenste pa
pier van den bundel was verfrommeld en
hier en daar gescheurdhij haalde dus
een helder vel velijn om hem daarin te
hullen. Nauwelijks echter had hij het onde
papier afgerold of een onbeschrijfelijke
schrik, gemengd met blijdschap, maakte zich
van hem meester.
Daar immers lag het pakje brieven vóór
hem, met de verschoten roode en wit zijden
lintjes, dat hij, twee jaar geleden, plechtig
bij het sterfbed van tante Emma beloofd
had aan de edele dame te zullen overhan
digen, die, door het geschenk eener banknoot
van tien pond, in den dringenden nood
der familie ruim had voorzien!
Maar hoe kwam het, dat William Marley
(Alfred dacht nog steeds, dat zijn gezel
eigenlijk dien naam voerde) deze stukken
De Belgische
Anti-Vrijmetselaarsbond.
dezen bond werJen door „De
lijd de navolgende belangwekkende me-
dedeelingen ontvangen, welke wel ver
dienen in ruimer kring bekend te wor
den.
Sedert een paar jaren is in België op
gericht d-e Anti-vrijmetselaarshond (Li-
gue antimaconniqu-e), welke zich ten doel
heeft gesteld aan de hand van authentiek1©
stukken de vrijmetselarij en haar perfiede
actie hekend te maken en met alle kracht
te bestrijden. Dat de oprichting van dien
hond voor België alleszins actueel, al
lernoodzakelijkst was, hebben de laatste
jaren ten duidelijkste bewezen. België's
katholieke voormannen zagen den onder
gang op alle gebied van hun zuidelijken,
nabuur; zij voorzagen, dat hun land, dat
door een 'katholieke regeering van 28 ja
ren tot een ongekenden bloei gebracht
was, hetzelfde lot wachttezoo menig-
maal toch, bij stakingen, hij verkiezin
gen, bij politieke vergaderingen, in de
debatten van Kamers en Senaat zagen
zij den toenemenden godsdiensthaat, nu
eens op ruwe wijze geuit, dan weer in
bedekten vorm, maar niet minder pijnlijk
voor hen, die godsdienst en maatschap
pelijke orde beminnen. En baart er het
ondierwijs niet de grootste zorgen? Be
zit de Loge niet een bolwerk in de Uni
versiteit van Brussel? Welke is de toe
komst van een land, waar de jeugd stel
selmatig godsdiensthaat ingestort wordt?
Blijkt die haat niet uit de vele berich
ten uit België van molestaties van re-
hgieusen op de publieke straat, bereikte
hij niet zijn culminatiepunt in den snoo-
den moord op den abbé Fleuret?
Gelukkig wordt ook aan de zijd© der
voorstanders van godsdienst en gezag niet
stil gezeten.
In Maart 1911 verscheen het le num
mer van het Anti-vrijmetselaarsblad (Bul
letin antimaijonnique). Op den omslag le
zen wij, dat in België ©en comité sa
mengesteld was onder voorzitterschap van
den graaf van Renesse Breidbach, welk
comité zich ten doel stelde een hond
te vormen, welke degenen vereenigen zou
die overtuigd waren van de noodzake
lijkheid de Vrijmetselarij te bestrijden.
Die bond is gevormd, en het eerste suc
ces is onverwacht geweest. Het Bulle
tin" van Juli 1912 meldt, dat het ge
tal leden van den bond (abonné's, me-
dewerkers, enz.) gestegen is tot onge
veer 7000. Met kwalijk verbeten woede
zien de Br. in België dit stijgende sue-
ces. bteeds scherpere maatregelen den
ken zij uit, ten einde de geheimhouding
hunner beraadslagingen te verzekeren.
Daar staat de onvermoeide ijver der be
stuursleden van den Antivrijmetselaars-
bond tegenover, die rusteloos al 't moge
lijke materieel verzamelen, ten eind© het
geheime gedoe der Br. aan den dag te
brengen Nagenoeg elke aflevering van
het Bondsblad bevat een of meer afdruk
ken van gefotografeerde convocatiebiljet
ten voor loge-vergaderingen; in af-
levering 4—5 van 't vorige jaar vinden
we een afdruk van een rondschrijven van
Br. Verhaegen betreffende de vraag of
«n loge 't recht heeft van hare leden
welke een plaats innemen in 't politieke
leven, verklaringen te eischen over de
daden van hun openbaar leven in
van Januari 1912 fotografische af
drukken van 'n rondschrijven bij gelegen
heid van den dood van Br. De Paepe
m die van Februari-Maart een interes-
santen brief van G. Wangermée, een ka
pitein in (d-ien Congo, aan Br. van der
Veld© over toestanden in die kolonie enz
enz Begrijpelijk is dan ook, wat we <4nige
regels hooger schreven, dat deze publi
catie de schootsveldragers tot hevige
woede prikkelt. Die woede heeft zich o a
geuit in een artikel in de „Peuple" van
25 November 1911, waarin de medewer
kers van den Bond voor verklikkers
(mouchards, casseroles, fiohards) uitge
maakt worden. Vooral dat laatste woord
geheven de heeren Br. voor zich te hou
had erlangd Hy geraakte aan het
nadenken en zyn scherp doordringende
geest kwam tot onaangename vermoedens
Nu en dan had hg over het verloren pakje
een vluchtig woord gesproken, in de hoop,
dat het Wiiliam mocht zgn in handen
geraakt en deze het in dit geval terstond
zou overgeven. Doch de vriend had zich
steeds voorgedaan, al wist hg er hoegenaamd
niet het geringste van. Een onbestemd
bewustzijn drong zich aan hem op, dat
Marley sterk ingenomen was tegen Van
Heek. Voor den laatste waren de brieven
wellicht belangrijk en stelde het hem aan
aan gevaar bloot, indien zg in vreemde
handen vielen. Een oogenblik dacht hg,
dat de dame, welke dien avond bjj het
Gedenkteeken op den Dam moest komen,
Louise van Heek zon zgn, spoedig echter
verwierp hij die meening. Marley had
immers op „Eikenhorst" duizend gelegen
heden gehad om Louise den bundel onge
merkt te overhandigen. En daarbij Alfred
had een brief voor mejuffrouw Van Gaven
bezorgd zg was ongetwijfeld de persoon,
die in plaats van Louise te zeven uur zou
verschijnen. Het moeilijke van Alfreds
toestand laat zich gemakkelijk begrijpen
Hg moest den wengch van iemand weer
streven, aan wien hg gaarne erkende gioote
den, het fiche-systeem, eenige jaren ge
leden in 't Fransche leger ontdekt, ligt
nog te versch in 't geheugen 1
Die documenten, de artikels, welke naar
aanleiding daarvan in 't Bulletin verschij
nen, zijn alleszins leerzaam voor ons
land.
Reeds stipten we aan, hoe af en toe
de godsdiensthaat ook in ons land zoo
driest den (kop opsteekt; hoe de staag
toenemende concentratie der linksche par
tijen een vinnigen stembusstrijd vaorsjielt.
Dat die verachting van eiken godsdienst,
maar bijzonder van den katholieken gods
dienst 'twerk der Loge is, staat zeker
vast, even stellig als de Logemannen met
de grootste hypocrisie durven beweren,
dat zij de eenige voorstanders der ver
draagzaamheid zijn.
Dat in België de samensmelting der
Linksche partijen 't werk der Loge is, blijkt
eveneens duidelijk uit allerlei aanhalin
gen, ontleend aan mayonnieke geschrif
ten.
Sedert 13 November 1910 had 't Groot
Oosten van België op zijn dagorde: ,,'t
Rapport van br. Groot-Redenaar over 't
voorstel leen mayonnieke bijeenkomst te
organiseeren, ten einde na te gaan den
gevaarvollen toestand, dien het voortbe
staan van het katholieke gouvernement
biedt en middelen te heramen, welk» ge
schikt zijn het vaderland van de cle-
ricale overheerscliing te bevrijden" Eene
vergadering van 14 Mei te Brussel ge-
houden spreekt unaniem den wensch uit
alle kamerleden en senateurs, behoorend©
tot de oppositiepartijen, bijeen te zien
op deze vergadering (n.l. eene bijeenkomst
om t gevaar der schoolwetten te bespre-
ken, waarmede 'tland bedreigd wordt),
teneinde de nauwe aaneensluiting in hun
verzet te bevestigen. Eigenaardig, wat we
lezen in een overgenomen stuk uit „L'Ave-
nu du lournaisis" van 1 Februari: „Is
het niet natuurlijk, het dreigend gevaar
(do terugkeer tot de intellectueel© sla
vernij, waar de Kerk souverein zou re-
geeren I") beschouwend, dat alle verdedi
gers der vrije gedachte zich vereenigen
om hun gemeenschappelijk beginsel voor
te staan, het kostbaarste van alle, dat,
waaruit alle andere voortvloeien? De cle'
ricalen hebben het cartel noodzakelijk ge
maakt. Is 't niet even natuurlijk, dat de
Vrijmetselarij niet onverschillig blijft te
genover ernstige gebeurtenissen, die ta
wachten staan?"
Tenslotte de aanhaling van Mgr. Kee-
rono"'1- het »Bulletin du Grand Orient
lo.o Senaa'szitting van 7 Mei
1J12: „Zoolang de anticlericale partijen
met vereonigd zullen zijn door een ver
hond en 'tniet eens geworden zijn over
een gezamenlijk te verwezenlijken pro
gramma van hervormingen, zullen zij ver
geefs storm loopen tegen de clericale
sterkte in een Tempel moet deze
unie bewerkt, voorbereid, verwezenlijkt
worden. Ik bid U, geachte Broeders, U
aan dit werk te wijden, want géén dringt
zoozeer liet voorwerp uit te maken van
de bezorgdheid en den arbeid der Vrij
metselarij". J
Speelt ook in ons land de Loge een
dergelijke rol? Is niet de vraag gewet-
tlg Loe«-g«vaar hier bestrijding
vergt? We herinneren ons een plaat van
„De Groene". Daar zagen we een ijs-
haan, waarop eenige Hollandsche soharre-
aars afzonderlijk voortkrabbelden (ze ver
tegenwoordigden de liberale en socialis
tische partijen). Groote moeite wendden
ze aan, om 'teind der baan te berei
ken, waar ©en tent stond, met bovenaan
de woorden: Algemeen kiesrecht. Waarom
deden ze niet als hun Belgische partij-
genooten, waarvan er twee aan een
s t o k met stevige slagen over 't ijs voort-
schoten en'teind hoopten te "be
reiken Zou uit verslagen van Holland
sche Logevergaderingen blijken, dat het
Linksche cartel ook hier in de Tempels
bewerkt voorbereid en verwezen
lijkt is?
Dat de rechtsche meerderheid op hare
hoede zij; dat zij trachte den vijand in
zijne positie te verkennen; dat een eens
gezind optreden aan de stembus van 1913
bewijze, dat tegenover een linksch cartel
een rechtsch bloc in den lande bestaat,
"twelk dezen vaderlandschen bodem ver
dedigen zal tegen ongeloof, anarchie, ze
denbederf, achteruitgang op elk ge
bied. Een verkiezingsstrijd, zooals die in
België woeden kan, kennen we hier ge
lukkig nog niet. De actie der Loge treedt
hier niet aan 't licht.
Maar is dit een reden om voor een
gevaar, waarvan 't bestaan met recht ge
vreesd wordt, de oogen gesloten te
houden
We eindigen dit artikel met een aan
beveling van de lezing van 't Antivrijmet-
selaarsblad. 't Verschijnt in twee talen,
Vlaamsch en Fransch, adres: Rue de
Stassart 131, Brussel.
S. B.
Liturgische leergang. In de
„Regina Colli" op den Keizersberg ts Leuven
is men begonnen met een liturgische leer
gang, die een week duurt en die door vele
belangstellende geestelijken en leeken uit
België en Nederland wordt gevolgd. De
lessen worden gegeven door de Benedik-
tijnermonniken der abdij.
Katholiek inlichtingsbureau.
Naar de „Metropole" vertelt is te Brussel
een Katholiek inlichtingsbureau opgericht.
Het bureau zal, als het geheel georganiseerd
is, een politieke, een apologetische en een
sociale sectie omvatten.
Aan de eerste sectie werken meerdere
senatoren en afgevaardigden mede, voor de
tweede sectie heeft men zich verzekerd van
den steun dvr kerkelijke autoriteiten en
voer de derde sectie van de medewerking
van verschillende leiders op het gebied der
Katholieke sociale actie.
Het bureau staat in nauw contact met
gelijksoortige instellingen te Parijs, Reims,
Keulen (waarschijnlijk is München Glad-
bach bedoeld) en heeft dus een internationaal
karakter. Het zal, altijd nog volgens de
„Métropole", verschillende Katholieke wer
ken in België steunen, communique's sturen
aan de pers en een speciaal blad uitgeven.
verplichting te hebben. Een onbeperkt
vertrouwen, dat in hem gesteld was, moest
op zeer grievende wgze teleurgesteld worden.
Ja, hg moest daarvan misbruik maken, om
iets te doen verloren gaan, waarop zgn
verzorger een buitengemeen hoogen prgs
stelde. Doch Alfred bezat een krachtig
karakter. Gelijk zjjne moeder zich edel
moedig had toegewijd aan eese vriendin,
zoo ook wist hg' waar het offer behoorde
gebracht te worden. Al kan Marley hem
misschien vaarwel zeggen, al viel er geen
heil meer te verwachten van Emma, die
sinds lang in het graf sluimerde haar
had hg een plechtige gelofte gedaan en
deze wilde hij vervullen. Marley was niet
de rechtmatige eigenaar der papieren, en
mocht er dus niet nnar welgevallen over
beschikken. Zjj hadden eerst aan Emma,
toen aan zjjne dierbare moeder behoord,
en nu deze er, helaas 1 niet meer was, had
niemand er recht op, dan hijzelf. Hg had
eenen dubbelen heiligen plicht te vervullen
als opvolger zijner moeder moe9t hjj de
papieren tot zich nemen, als plechtig aan
Emma door eene belofte verbonden, behoorde
hg die zonder verwjjl aan mejuffrouw Van
Heek te bezorgen. Na zich hiervan volledig
rekenschap te hebben gegeven, bracht hjj
alle andere overwegingen tot zwjjgen, pakte
Een voorbeeld. Het „Hand.bl. van
Antw." schrjjft naar aanleiding van het
overljjden van den Belgischen staatsman
Léon De Lantsheere het volgende
„Er is geen enkel liberaal blad, geen
eDkel socialistisch orgaan, of het voelt zich
verplicht hulde te brengen aan de schit
terende hoedanigheden van verstand en
geest van den diep betreurden Lóón ds
Lantsheere, oud-minister van justitie.
„Welnu, die onder oogpunt van verstand
uitzonderlijk begaafde man was voorzeker
een der diepst geloovige menschen van
ons land, die des avonds telkenmale met
vrouw en kinderen aan tafel den Rozen
krans bad.
„Het is niet voor allen een waarheid,
maar voor velen is het zooeen beetje
verstand verwjjdert van God, veel verstand
brengt nader tot den Schepper.
„Wjj herhalen het't is geen absolute
stelregel en wjj erkennen zonder moeite,
dat er tnsschen vrjjdenkers ook uitstekende
geesten zjjn.
„Maar waar haalt toch de keuteljacht
van het liberalisme die aartslompe pretentie,
om van ieder geloovig mensch een domper,
van elke katholieke school een oord van
duisternis en van ieder klooster een krocht
een onwetendheid te maken.
„Zeker, de politiek der anti-clericale par-
tijen is in de laatste halve eeuw van liever
lede meer in ongodsdienstigheid ontaard.
„Hoe ver ze daar eigenljjk mee gekomen
zgn, bewjjzen de waarschuwingen, die er
uit anti-clericale rangen zjjn opgegaan om
niet verder te hollen op den verkeerden
weg, die liberalen in Nederland, Dnitsch-
land en Engeland even zoo krachtdadig
als wjj bestempelen als den anti liberalen
weg.
de papieren bjjeen en verliet het huis.
Langzaam wandelde hjj naar den Rijn
spoorweg, kwam aan het station, lang vóór de
trein vertrok, en maakte daarvan gebruik om
den maaltjjd te nuttigen, dien hjj thuis
verzuimd had. Hjj gevoelde zich een weinig
meer op zjjn gemak, toen hjj eindelijk
heenstoomde, en zoodra hjj weder uit den
wagen stapte, nam hjj in een huurrijtuig
plaats eu beval den koetsier naar „Bronlust"
te rjjden. Hjj dook zoo diep mogelgk in
een hoek, teneinde te verhoeden, dat, zoo
Marley soms, uitgelokt door het verbeterde
weder, dien weg langs wandelde, hjj herkend
werd. Zonder hinderpaal echter bereikte
hjj het fraaie landhuis en vroeg daar
dadeljjk naar mejuffrouw Van Heek.
De knecht keek eenigszins vreemd op
en gaf zjjn twjjfel te kennen, of de bezoeker
wel zou kunnen ontvangen worden, aan
gezien er heeren en juffrouwen gelogeerd
waren.
Gelief haar ta zeggen, dat ik de
juffrouw noodzakelijk moet spreken, hernam
Alfred, met aandrang.
(Wordt vervolgd).