GOES.
ing.
Paard,
)TERIJ.
Zaterdag 13 Juli 1912.
Achtste Jaargang.
OBEERTII
5e
en doorloopend
soorten
PIANO'S
mtsoorten.
Tnrfkade, Goes
Immer bestaat nit 8 bladzijden.
EERSTE BLAD.
No. 82
IN
Veeassurantie voor
iland, gevestigd te
inkenszand.
rijving te koop
RAS'"
flijke 2l/2-Cts.-Sigaar
KKEN GOES.
FJES
als Staatsloten.
het leven,
t, maar een
St.
I: J. KOOPMAN.
Uitschijnt eiken MAANDAG-, WOENSDAG- en VBIIOAGAVONO.
Prov. Staten van Zeeland.
bjj den heer N. REMIJN
rt.
ibiljetten in te leveren op
ILI a.sop ,,'t Slot Oostende"
vaarden liggen op de hofstede
Namens het Bestuur,
i. P. SERRARENS, Agent.
ROOTE MARKT.
L5 en te Gobs bjj A. FiftANKIN,
bij JAC. BOUMAN, Zeven-
E. N. R
Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes f 0.76, daarbuiten f 0.95,
Afzonderlijke nummers 6 oentj dubbele bladen 10 cent.
Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór
half drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags.
Kantoor v. d. Administratie: Ganxepoorfsfraat C 209» GOES.
Reclamebericbiten 25 Ct. p. t. Bij abonnement speciale prijs.
Advertentiën van 15 regels ƒ0.60; ieder® regel meer 10 Ct.
Eenzelfde advertentie 3 X geplaatstj wordt 2 X berekend.
Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct A contant
V Rousseau en de Loge.
De liberale bladen ook de Nader-
laadsohe stonden diezier dagen vol
met allerlei wetenswaardigheden en j
hoogdravende loftuitingen over den „groo-
len denker" van Genève, Jean Jac
ques Rousseau, ofschoon er niet ge
rept werd van het voor Rousseau's repu
tatie teekcnende feit, dat de man zijn
eigen kinderen als vondelingen liet op
voeden en later niet de minste moeite
deed ze terug te vinden.
Degenen ondier ons, die wellicht nog
twijfelen oi zij al dan niet in Rous
seau een groot man moeten zien, onze
achting waardig, verwijzen wij naar de
circulaire, onlangs door liet Groot-Oosten
van Frankrijk aan alle Br.Vrijmetsela-
I ren der verschillende loges gezonden en
waarin bet. volgende voorkomt:
Al heeft Jean Jacques 11. nooit het
I inaporutieke licht mogen aanschouwen
in onze tempels, toch was hij, vooral
in 't begin van Zijn wijsgeerigio loop
baan, langen tijd in nauwe betrekking
met onze Br.Didérot, Helvietius, Vol
taire. Met hen werkte hij samen aan
de Encyclopedie, die Summa of sa
menvatting der onafhankelijk© Weten
schap on van de toenmalige vrije ge
dachte, het grootsche werk, da.t ge
heel doortrokken is van dien geest der
eerste glorierijke Fransche Br,Vrij.
Simls 1770 schenen de ideeën van J.
J. Rousseau sommigen onzer Br.zoo
volmaakt in overeenstemming met do
strekking onzer ,0rde, dat leen Loge,
in bet. 0.Van Parijs voor onden-
scheidingstitel nam: R,:. L.St.. Jan
van hot Contrat Social".
Onder alle opzichten trouwens is de
Vrijmetselarij gevoeligen dank verschu 1-
j digd aan dezen wonderbaren geest,
voorlooper en bezieler der Fransche
revolutie; wij vinden zijn invloed
terug aan de bronnen van al onz©
tegenwoordige bemoeiingen: in de mo
raal, in de sociologie, in de kunst,
zoowel in de poëzie als in do wijs
begeerte, zoowel in den roman als in de
politiek. Er is misschien geen persoon
lijkheid beier geschikt om in ééne ge
dachte aj de meeningen, bij ons ver
tegenwoordigd, saam te vatten en be
vereenigen tot één godioochend© en
I deïstische, communistische en indivi
dualistische opwelling, en dat in naam
van de opperheerschappij der rede, in
naam ook van de eigen© waarde, die
"ij wist toe te kennen aan het gevoel
en de emotie.
I f?'1® dunkt, bovenstaande laat aan dui
elijkheid niets te wenschen over.
De
Zomerzitting 1912.
van Vrijdag 12 Juli.
Voorzitter de heer inr. H. J. Dijckmeester,
jommissaris der Koningin.
Aanwezig 37 leden. Afwezig met kennis-
'ftvinr. a- heeren Vorsterman van Oyen,
en Hollestelle.
voorzitter spreekt de beste wenschen
voor het herstel van den heer Vorster-
van Oyen.
Overeenkomstig de desbetreffende voor-
jollen van Ged. Staten wordt besloten tot
toekennen van subsidies aan de ge
meenten Nisse, Veere en Burgh, resp. van
f or7" 450 en f 100 in de kosten der
'.etneentelijke huishoudingen over 1912.
Vervolgens werd besloten tot verhooging
t 5000 van het maximum van het subsidie
d aan de ambachtsschool te Middel
burg; tot het verleenen van een subsidie
lot een maximum van f 1600 voor de jaren
tot en met 1915 aan de ambachts-
jhoul te Zierikzee, en tot een maximum van
X) aan de ambachtsschool te Oost burg.
avondvakteekenschool te Oostburg
bij de behandeling van het voorstel tot
Bkftuning van eene Bubsidie van f 150 per
voor de jaren 19l3 tot en met 1915
de—J
CU UIÜ0 A.E>J-U
»n de avondvakteekenschool te Oostburg,
êireenigden zich één afdeeling alle leden
th met het voorstel van Ged. Staten.
Een der leden ergerde zich aan de woorden
van Ged Staten „Aan deze handelwijze
moet, naar wij meenen een einde gemaakt
worden door een andere redactie der voor
waarden". Het heeft er veel van, of bij het
bestuur der Ambachtsschool van Oost burg
heeft voorgezeten het doen van listige kunst
grepen om tot zijn doel te zijn geraken;
de woorden hadden minder scherp gestel 1
kunnen worden. Verder wees dit lid er op,
dat Oostburg niet meer kan geven dan f 10,
daar het een arme gemeente is.
Een ander lid vond het bedenkelijk om,
waarde ambachtsschool gesubsidieerd wordt
ook de teekensehool te geven; waaromniet
één lichaam? Dit geeft een verwarde admi
nistratie.
Opgemerkt werd, dat het Rijk zelf de
splitsing aan de hand doet.
Oed. Staten merkten hierbij op, dat er
bij hen niet heeft voorgezeten het doen
van listige kunstgrepen door ambachtsschool
of gemeente, terwijl deze alinea alleen op
de gemeente slaat. Inderdaad is f 10 voor
Oost burg veel te weinig.
Ook werd opgemerkt dat de omliggende
gemeenten niets geven en zekerlijk ook wel
kunnen bijdragen.
In de derde afdeeling meende men, dat
in het besluit dient te worden opgenomen,
dat het Rijk ook een bepaalde subsidie
bijdraagt".
Ged. Staten stellen voor in hun voorstel
te lezen „dat het Rijk eene subsidie worde
verleend van ten minste f600 per jaar".
Het voorstel werd na eenige discussie
aangenomen.
Vervolgens was aan de orde het voorstel
van Oed. Staten tot afwijzing van het
verzoek van het bestnur van den teeken
cursus te Aardenburg om subsidie.
In een der afdeelingen had een lid zijn
spijt uitgedrukt, dat geen subsidie zal
worden verleend, waar de teekencursus zéér
nuttig werkt.
Vanwege Oed. Staten was medegedeeld,
dat de vereeniging voor subsidie zal worden
voorgedragen als zij zich evenals andere
cursussen aan het staatstoezicht wil onder
werpen en subsidie van de Regeering
verkrijgt.
Besloten werd eene wijziging aan te
brengen in de voorwaarden voor het subsidie
voor 1912 aan de vereeniging „Vereenigde
Handwerkslieden" te Terneuzea en ver
volgens behandeld de andere opmerkingen
betreffende
De teekenscholen te Temeuzen.
Bjj de behandeling van het voorstel tot
subsidie verleening aan de avondvakschool
te Terneuzen, werd in twee afdeelingen te
gelijktijdig het voorstel behandeld tot sub
sidie verlcening aau de teekensehool der
CLristeljjke werklieden-vereeniging „Rom.
13 1" en werd vooral opgekomen tegen
den onwil der vereenigingen om tot samen
smelting over te gaan In eene afdeeling
verklaarden zich 3 leden tegen subsidie
aan beide vereenigingen en in de andere 7
terwjjl de overige leden zich hiervoor
verklaarden.
In de derde afdeeling werd deze zaak
meer besproken bjj het voorstel tot subsi-
dieering van de Christelijke werkliedenver
eeniging, en verklaarden 8 leden zich vóór
en 3 zich tegen het voorstel; terwijl een
lid zich zjjn stem voorbehield.
De heer Fokker toonde de wenschelijkheid
aan van samenwerking tusschen de beide
vereenigingen en daarom zal hij tegen deze
voorstellen stemmen. Wanneer do betrokken
vereenigingen geen afzonderlijke subsidie
verkrijgen, zullen zjj des te eerder gedwon
gen worden zich met elkaar te combineeren.
De heer Blum trachtte de bezwaren van
den heer Fokker te weerleggen en wees
er op dat samengaan tusschen de beide
vereenigingen geen financieel voordeel voor
de provincie zal opleveren, omdat dan de
subsidie voor die eene vereeniging dan des
te grooter zal worden. De voorstellen van
Geu. Staten werden aangenomen resp. met
23 tegen 15 en 22 tegen 16 stemmen.
De voorstellen tot het verleenen van een
subsidie van f 125 per jaar voor de jaren
1913 tot- en met 1915 aan de vereeniging
Ambachtsbelang te Axel voor hare teeken
sehool tot wijziging der voorwaarden voor
het aan de Zee vaat tschool te Vlissingen
toegekende subsidie; tot toekenning van
een subsidie tot een maximum van f 1000
voor de jaren 1913 tot en met 1916 ten
behoeve van de Handelsschool te Vlissingen
tot een maximum van f 6U0 voor den
Handelscursus te Middelburg; tot een
maximum van f 300 van den Handelscursus
te Zierikzee en tot een maximum van
200 voor de Kantwerkschool te Sluis
werden aangenomen en daarna behandeld
de kwestie van den
Tram Hansweerd—Vlake.
Bij de behandeling van het voorstel om
af te wijzen de verzoeken van de Raden
der gemeenten Wemeldinge, Ierseke en
Kruiningen, om niet over te gaan tot den
aanleg van een tramweg van Hansweerd
naar het station Vlake, werd in alle afdee
lingen opgemerkt, dat er voor Ged. Staten
geen redenen bestonden om de beslissing
en gunning op de aanbesteding niet aan
te houden tot na zitting der Provinciale
Staten.
In een afdeeling werd door een lid mede-
deeld, dat hij in de najaarszitting niet
tegen den aanleg der tram is opgekomen,
omdat hem verzekerd werd, dat reeds
bestellingen gedaan waren
In alle afdeelingen waren leden, die de
houding van Ged. Staten juist noemden,
terwijl ook opgemerkt werd, dat geen nieuw
licht ontstoken is. Ben lid drukte zijn spijt
uit, dat hij het request geteekend heeft
later hoorde hij, dat het nog wel 10 jaar
duren kan voor de groote tram zal loopen.
Ook het financieel voordeel, dat een gevolg
zal zijn, werd bepleit, doch van andere zijde
bestreden.
Van de zijde der Ged. Staten werd o.a.
opgemerkt, dat een der redenen, waarom
de bestelling van het materiaal en de aan
besteding der baan niet langer werden
aangehouden, is, de verwerping met 28
tegen 12 stemmen van het indertijd gedane
voorstel tot aanhouding der te nemen be
slissing over het voorstel tot den bouw
van de tramlijn.
Ook werd er op gewezen, dat wel degelijk
reeds in het najaar verschillende zaken tot
stand waren gebracht, en dat, als de Rijks
waterstaat in het vorig jaar geen bezwaren
had gehad, de bestelling van het materiaal
reeds op dat tijdstip plaats zou gehad
hebben.
In een der afdeelingen werd bepleit, om
alsnog deor rouwkoop de zaak ongedaan
te maken, welk idee 4 leden ondersteunden,
terwijl 8 er zich tegen verklaarden. In de
andere afdeelingen werd niet gestemd.
De heer Kakebeeke opende de discussie
van dit voorstel. Hij zeide, dat het door
den heer Mulder en spreker gedane verzoek
om de beslissing over het aanleggen van
den tram aan te houden, tijdig genoeg bij
Ged. Staten was ingekomen om eerst de
Zomerzitting af te wachten en dus een
nadere beslissing van de Prov. Staten uit
te lokken.
Spreker deelde niet het gevoelen van
Ged. Staten dat de aanleg zoo urgent was,
vooral nu zich een nieuw gezichtspunt had
geopend, waar de aanleg van een tram op
Zuid-Beveland verzekerd was. Er is sinds
1909 een wijziging gekomen, waardoor
enkele leden het gewenscht achtten niet
over te gaan tot het aanleggen van de
tram.
Het stelde voor niet over te gaan tot
den aanleg van de Decauville-tram en den
gedanen aankoop van materialen en de
aanbesteding voor de daarvoor bestemde
baan ongedaan te maken en in te trekken
het besluit van 19 November 1909 betref
fende de aanleg van deze tram.
De heer Van Rompu zette nog eens de
redenen uiteen, die Oed. Staten hebben
geleid tot den aanleg van tram over te
gaan, welke aanleg buiten den wil van Ged.
Staten is vertraagd geworden. De aaleg van
deze tram is zeer gewenscht omdat ver
betering van communicatie dringend noo-
dig is.
Hij zette verder uiteen dat de aanleg
slechts een gevolg is van een beslissing der
Prov. Staten en het gaat niet aan naar
aanleiding van een verzoek van een
enkel Statenlid een eenmaal genomen
besluit der Staten in te trekken tot in een
volgende vergadering opnieuw een beslissing
zal worden genomen. Hij vroeg zich af wat
er op deze wijze van de zaken in de
provincie moet terecht komen.
De heer Fruijtier verdedigde ook nog de
houding van Oed. Staten.
De heer Fokker kwam op tegen de
houding van Oed. Staten, die geeu gevolg
hebben gegeven aan een verzoek van bijna
de helft der Statenleden, om met de aanbe
stading der tram enkele maanden te wachten
totdat de Prnv. Staten by een zouden ge
komen zgn. 6
Hjj achtte het verder beter ten halve
te keeren dan ten heele te dwalen en
daarom was hg voor het adres vaa de
lieeren Kakebeeke en Mulder
De voorzitter achtte het noodig gebruik
te maken van zjjne bevoegheid om het
woord te voeren en zette uitvoerig uiteen,
dat Ged. Staten slechts gehandeld hebben
zooals hun bjj de wet is voorgeschreven
en dat deze besluiten onaantastbaar zijn.
De heer Kakebeeke gaf toe dat de be
sluiten van Oed. Staten na de gevallen
beslissing van de Prov. Staten werkelijk
onaantastbaar zijn. Hij had gaarne gezien
dat Ged. Staten uit deferentie van bjjna
de helft der leden nog enkele maanden
met de invoering van het in 1909 genomen
besluit hadden gewacht.
Hij wees op de veranderde omstandig
heden welke intusschen zjjn onstaan.
Na nog eenige discussie, waaraan deel
namen de heeren Merekens, Van Dalsum,
Van de Vliet en de voorz tter werden de
beraadslagingen gesloten.
Het amendement van de heeren Kake
beeke en Mulder werd verworpen met 33
tegen 5 stemmen.
Verbinding tusschen Zuid- en Noord-Beveland.
Volgens het afdeelingsverslag gingen in
alle afdeelingen stemmen op, dat het voor
stel aan Ged. Staten inzake verbetering
van de middelen van gemeenschap tusschen
Zuid- en Noord-Beveland niet in het belang
van laatstgenoemd eiland is en werd spijt
uitgedrukt dat niet meer rekening is
gehouden met het rapport der Commissie
van onderzoek. De natuurlgke verkeersweg
tusschen de eilanden werd genoemd Wol-
faartsdijkKortgene, en met Kats via
Katsche veer. De opbrengst van steiger
rechten is daar alleen hooger door het
aanleggen van de Rotterdamsche boot
In elk der afdeelingen weid ook betoogd,
dat de provincie allereerst de overzetveren
moet atkoopen. De geldelijke bezwaren
zullen ruimschoots vergoed worden door de
betere communicatie middelen van een wel
varend eiland in onze provincie, dat toch
door haar ligging reeds zoo afgesloten is.
Stemmen gingen op tot subsidieering van
de bestaande veerschippers, terwijl er op
gewezen werd, dat geen cijfers aanwezig
zijn van een eventueel te maken haven
voor de motorbooten.
Door Ged. Staten werd opgemerkt, dat
volgens hun voorstel er driemaal per dag
verbinding zal zijn tusschen Kortgene
Kats—Zierikzeewelke de juiste verbin
dingsweg zal zijn, zal de tijd leeren als de
haven er is.
Bij de stemmingen bleek, dat 18 leden
voor en 10 leden tegen waren, terwijl 9
leden zich hun stem voorbehielden.
De heer Dekker meende dat door dit
voorstel geen verbetering wordt verkregen.
De voordeelen zjjn uitermate gering en
voor de verbinding tusschen Noord-Beve
land heeft het plan slechts geringe waarde.
Hjj stelde voor: a. de Stalen zullen
aankoopen het recht van de overzetveren
WolphaartsdijkCortgene b. de Staten
noodigen Oed. Staten uit om te vragen
aan eigenaren van het overzetveerrecht
CortgeneWolphaartsdjjk den koopprjjs
of den huurprgs op langen termjjn van
genoemd overzetveerrecht om daarna aan
de Prov. Staten in de a.s. najaarszitting
een voorstel te doen.
De heer Van Dalsnm gaf een historische
uiteenzetting van het ontstaan van het
vèerrecht.
De heer Fokker meende dat Noord-
Beveland door het voorstel van Ged. Staten
niet wordt geholpen. Hij meent dat dit
het beste zal gebeuren door een pont.
Hij stelde voor dat een commissie van
5 leden uit de Prov. Staten wordt benoemd,
welke commissie in de Najaarsvergadering
van dit jaar van haar bevindingen rapport
zal uitbrengen.
De heer Mulder meende eveneens dat
door het voorstel van Ged. Staten geen
verbetering wordt verkregen.
De heer Van Oeveren toonde de wen
schelijkheid aan van de aanneming van
het amendement van den heer Dekker om
aan den primitieven toestand wat de
communicatie betreft tusschen Noord- en
Zuid-Beveland een einde te maken. Hij
schetste dien toestand zeer uitvoerig en
wees er op dat reeds meer dan 100 jaar
getracht wordt verbetering te verkrijgen.
Deze spreker hield verder een zeer uit
voerig betoog om nader zijn bezwaren toe
te lichten.
Namens Gedeputeerde Staten voerde de
heer Siegers het woord en lichtte hun
voorstel nader toe en drong er op aan dat
het voorstel onveranderd wordt aangenomen.
De heer van Dalsum meent, dat de vraag
rjjst, of er wel een monopolie van de
voorrechten bestaat en dit wettigt een
nader onderzoek. De heer Dekker is bang,
dat het een eindeloos onderzoek zal bljjven,
het roept hier om afdoende verbetering
tjjd is hier geld ook de heer van Oeveren
repliceerde.
De heer Frujjtier wees er nog op dat
het veerrecht eigenlijk niet af te koopen
of te onteigenen is. De heer Fokker drong
er nog eens op aan zjjn amendement en
vervolgens stelde dhr. Dekker voor positief
f 9uO(J in zjjn voorstel op te nemen voor
aankoop van het veerrecht Wolphaartsdijk-
Kortgene van den heer Lenshoek. De heer
De Veer en de voorzitter wezen er opdat
men dan het veer Kortgene Wolphaartsdjjk
nog niet heeft. De heer Dieleman is per-
soonljjk voor een verbinding over Wol
phaartsdjjk.
De heer Van Dalsum stelde een Sub
amendement voor om aan het voorstel
Dekker toe te voegen, dat de rechten geen
monopolie zgn. Dit Sub amendement werd
verworpen met 16 tegen 21 stemmen, en
het voorstel Dekker met 17 tegen 20
stemmen. Het amendement Fokker werd
aangenomen met 23 tegen 14 stemmen,
het voorstel van Ged. Staten werd aange
nomen.
De Provinciale Stoombootdienst op de
Ooster-Schelde.
Uit het afdeelings-verslag over het voorstel
van Ged. Staten tot afwijzing van verzoeken
om de booten van den Provincialen Stoom
bootdienst op de Ooster-Schelde te doen
doorvaren tot Vlissingen, blijkt dat in alle
afdeeliDgen zich stemmen verhieven vóór
het doorvaren naar Vlissingen omdat men
daardoor vermeerdering van het vervoer
tusschen Schouwen en het 4e en 5e district
verwachten kan, terwijl bovendien te Vlis
singen is de constructiewinkel voor den
provincialen stoombootdienst.
In eene afdeeling achtte een lid het bet
beste, dat de toestand blijft zooals die
thans is, doch dat de boot, welke van
ongeveer half elf uit Zierikzee te Middelburg
aankomt, later doorvaart naar Vlissingen.
Nog werd er op gewezen, dat te Vlissin
gen een zeer geschikte aanlegplaats is binnen
de sluizen en dat nu de boot het grootste
deel van den dag werkeloos te Middelburg
blijft liggen zeker veel nuttiger zou werkzaam
zijn, als zij doorvoer.
Door anderen werd daartegen aangevoerd,
dat de dienst, uitgaande van van Vlissingen,
grooten hinder zou hebben van de bruggen,
wijl deze vijftien minuten achter elkander
gesloten moeten blijven. Doch van andere
zijde werd gezegd, dat dit bezwaar niet
mag gelden; immers de stoombooten van
V hssingen op Rotterdam passeeren ook deze
bruggen en hebben geen hinder van de
bruggen, daar tweemaal 's jaars gepubliceerd
wordt gedurende welke tijdstippen zij open
mogen, zoodat biermede door de stoombooten
gemakkelijk rekening gehouden kan worden.
In eene aideeiing verklaarde een lid niet
veel te gelooven van eene vermeerdering
van het personenvervoer bij doorvaart tot
Vlissingen, wegens het onaangename van
de reisgelegenheid, die een veel te lang
vertoeven op de boot vordert,,