ïwmm en Zoon, ngtering. c i* s BUITOLARP ERBEEM, GOES. en lied per week. Borstziekte 30. TWEEDE BLAD NIEUWE ZEEUWSCHE COU11ANT Zaterdag 30 Maart 1912. Zeiandia Antiqua. ovezand. concurrenten, lat een KOOPMAN. e Markt, FEUILLETON. DE ERFENIS. goes. Effecten. lade Zending van af f 3.40 per rol Sten van af 17 oent per i| Fn de nieuwste patronen en Tafelkleeden. No, 49 uit „Do Lecwerk". lied van den molenaar irden van Loyendaal Muziek van J. Worp. Iwist ik waarvoor ik mijn broodje win smel bezorgt mij gunatigen wind, Het boerdje geld en koren, teenen ronken en 't werkend bint .it vroolijk zijn krikkrakken hooren klonk door den molen Marieke heur taal, iwist ik, waarvoor ik mijn koren maal, enz. ijl molentje draait er lustig en wel, Mijn schoorsteen rookt er neven, Maar 'k ben nog altijd een vrijgezel, Wat heb ik alleen aan zoo'n leven! Och trad er Marieke mijn molentjen in, getal gevallen de kMtlJ>*l wist ik waarvoor ik mNu ,br00l'jB whl' van A. JASPERS»^ gebruikt worden, wj|j3 Iheid b. bij ontsteking J oschheid; d. bjj ontatek% ken; e. bij ontsteking stramheid, lamheid in i b(j benauwdheid, (moeieljl I bij boesl, ('t zij dat di^_ nd, droog, grillig of pij jDeBisch is bereid, de pot hangt te vuur, hl in -'e keel. tij kinkb gevuld zijn kist en kasten, f j- hB gepiep in de M»ar 't is geen leven zoo op den duur, Inhalingk. bij geaakfeéii Al heb ik meer lusten dan lasten ■j slecht slapen m. bij h,.0ct trouwde er bet blonde Marieke met mij, grauwe, gele of groenulPal wist ik, waarvoor ik den disch berei. enz. Ld. bij koorts, o bjj windeke, blaas, en molentje draai! Itbma); p en bij tal „f yirat het mulders leven! jhjkbeden aan borst of z;ct mijn molen nooit kind of kraai, doos van 30 pillen Dau is het ,nii net om bet eveB' Ocb kwam op den molen Marieke mijn schat, jm vangs van pos wissel n rdenk. dat ik spoedig zoo'n dreumes had roor Zeelandenz. TEREN, 's Heerenhoel IV. licht, Malaria (binn enkoor 'dpijn en Gebrek aan eetlus! I f Knkenszand kon reeds in de 16de A1 y vJT N eeuw roemen op zijn buitenplaats Water vliet, waarvan Mr. C. van Citters' Bloe- euvel een gedeelte innam. Daar wa- rett perken in Watervliet van wel 300 roe- den laag en men telde er 16000 hoornen H. Manning buiten op derwisj testers. De oudste bezitter van dit olkomen alkoholvrij. als het schoonste van geheel Zeeland Chemische Fabriek, Oen Haag geroemde lustoord was Comelis Gilliszei (lo Brouwer, wiens nakomelingen hun ij C. A. SCHULTE Co plebeïschen naam verwisselden met dien ker en GEBRS. MILDE! van Watervliet. Na den dood van dezen J. GUDDE Cheiuioiliën,na manj vjan aanzien en vermogen (1612), werden gaandeweg de heerlijkheden yan Eltewoutsdijk, C'oudorpe, Everingen en ^Bjhiewegen, door erfenis, huwelijk en ;uHoop, geheel verleid op dezes oud st*® zoon Mr. Gillis van Watervliet, als eonige erfgenaam nalatend een onmon- ilijjen knaap, die weldra op een ellendige wijze het leven verloor. Nu werden ach tereenvolgens heer van de daareven ge. uBnde ambachten Gornelis (1642), F re der ik (1669) en Emmery (1678), zoons van Comelis van Watervliet, die zich hoer van 's Heerhendrikskinderen betitel- «I dol en een broer was van Mr. Gillis 0J a lal I van iW. Frederik en Emmery van Water 1 I Sri V'k'' waren be'> goeddeels de fond. I 111 Ww IUI sen verschaften vanwege de Staten cj werd 60Ü gulden 'toegestaan tot het' stichten va,n het kerkje te Driewegen, dat dus moet gebouwd zijn tussch'en de jajjèn 1669 en 1685, Emmary's sterfjaar. DMhalvo hebben de predikant Coene en zijn opvolgers nog ongeveer een eeuw lang gepreekt in het sindsdien spoorloos verdwenen Coudorpsche bedehuis. iJBapelle en Biezetinge, Kruiningen, We- meldingen, Heinkenszand, Nisse, Baar land en Hoedekenskerke hadden reeds op 1 Dec. 1578 hun dominee bekomen In 1579, Mei, hadden de „broeders" te Kapellc de eerste klassikale vergadering lout. gelimden, om welhaast (Oct.) gevolgd té Jj worden door een provinciale synode te - Hoes, waar de Katholieken het verdriet -carrillon. ES. hapen als scriba of secretaris te zien eren den Deken der Kanunniken van ^fechoone Lieve-Vrouwekerk te yee-re. lolan de Miggrode, die met een Middel hnrgsche juffer Jacomijntje Ghybels, doch tfEE VEREENIGDEN ieuwarden. N. R HENDRIKSKINOEREH' (bij GOES). rlandsche Bank. DSitO. ter van een deurwaarder, geluiwd was en op het nieuw fatsoen was gaan pree- ken, den „zaligen' 'Miggrode, zegt een zijner opvolgens met ware vereering, want hij was nu eens geen schoenlapper of kleermaker of wever, maar een gestudeerd n, die niet gebeeldstormd had, geen drijver -en niet zoo verschrikkelijk heerschzuchtig was als veel anderen en die de zieken ging bezoeken in hun hui zen, zelfs met gevaar van besmetting. JDe sterren zijn uit den hemel gevallen... Menschen, wier werken loffelijk schenen, zijn zeer diep gevallen, en die hot Brood der Engelen aten, heb ik smaak zien vinden in den draf der varkens", liad een eeuw geleden de godvruchtige Tho mas a Kempis gezegd en zijn woorden klinken ze niet als een voorspelling in dezen ongelukkigen tijd? De Zuidbevelandsche geestelijkheid bleef getrouw en aan haar waakzaamheid was het, volgens een protestantsch schrij ver, Ermerins, wiens werken nog altoos druk geraadpleegd worden, te danken, dat het geloof in veler harten bewaard is gebleven. Een Kapelaan van Baarland is getrouwd, nog vóór de invallen der Watergeuzen en een Priester uit Goes de Pastoor der St. Magdalena heeft :en burgerlijke betrekking aanvaard. Toen na den overgang van de stad aan den Prins, de predikanten van Vlissingen en Veere, Gerobulus en de Miggrode, her waarts kwamen, om 'een kerk op te eischen, bleken er onder de stedelijke regenten „gematigden" te zijn, die een middelweg wilden bewandelen: niet Roomsch, niet Calvinistisch, maar daar tusschendoor. De heeren der stad ver klaarden iemand gevonden te hebben, die, met weglating der Roomsche ceremo nieën, tot aller genoegen preeken zou. Mr. Quirijn? die Eenden de Walcher- sche voorgangers wel, maat' hij ha.d geen zending of roeping en was niet tot den H. dienst toegelaten. Ofschoon het nog al voor de hand lag te vragen, wie hen dan wel gezonden en geroepen had, bleef het hierbij. Mr. Quirijn Govaarts trok een korten tijd een mager pensioentje uit 's lands middelen en werd toen ontvanger dierzelfde middelen. Naar het uiterlijke was het Katholicisme van het Goesche Land zoo ongeveer ver dwenen op het einde der 16de eeuw. De kerken en kloosters a,an de bestem ming onttrokken, de Priesters verdreven en alle katholieke uitingen vasten avondspelen, tooneelverlooningen, kruis jes op de graven, scherp verboden. Doch meer dan schijn was het niet. Voor zeker werden er in elk dorp wel aan stonds lieden gevonden, die de nieuwe richting volgden en gingen in den loop der tijden eenige families, door verflau wing, gemengde huwelijken en lust naar „baantjes", voor de kerk verloren, maar dat er in 1739 te Goes maar 330 en op het Land 900 communicanten waren, daarvan lag de oorzaak elders. „Vele Roomschen, verklaart Pastoor Kriiger, die zijn Nauwkeurige Navorsehingen over de Schelde in 1854 liet drukken, ver lieten het land, omdat hun niet de minste vrije oefening van hun godsdienst ver gund werd, zij daarbij zware lasten moes ten dragen en in gedurige vrees leefden van gevankelijk weggevoerd te worden of hun woningen afgebrand te zien. Ver val van den handel, verwoesting door den oorlog en „de weinige verdraagzaam heid onzer kerkelijken" zegt Ermerins, dit alles werkte samen, om een ontvol king te veroorzaken". (Wordt vervolgd.) 13. „Neen, maar wat zou dat? Hier is de «nyelnppe", zei de graaf, het stuk te voorschijn halende. gis ze daar?" riep Piëtro, een stap achteruitgaande, „en Marietta zei...?" WWat zei Marietta?" „Dal u.dat hijdat zij ze had ge- zien beneden in de kamer, in handen van den waard, die met een heer zat «Bralcn, wien hij een flescli wijn moest ^|en". ezc enveloppe, maar gij ziet zelf, h"t niet kan! Zij moet zich hebben Sst". a, dat merk ik ook, ik zal haar gauw geruststellen, want zij was al bang, u het stuk kwijt was en zij hoopt, u, dai wij ook nog eenmaal, als alles gaat a-> ik begrijp wel, wat zij hoopt", de graaf hem lachend in de rode, ook wat gij hoopt: stel haar nu r gerust en zeg, dat zij zich zeker ISn vergist, want dat ik het stuk nog F R A Al li R IJ K. De autobandieten. De bladen staan natuurlijk vol van allerlei bijzon derheden over den brutalen roofmoord door de autobandieten gepleegd. Hier vol gen ine.'r uitvoerige bijzonderheden pver heb, met inhoud en al, kijk maar." Hij haalde er eenige der snippers uit, die hij er dadelijk weer in deed. „Ja 't is waar en zij zegt toch, dat zij ook snippers heeft gezien, maar ik zie nu, dat 't niet waar kan zijn, die vrou wen verbeelden zich ook van alles. Maar voor ik heenga, heb ik nog een boodschap van Marietta, of u vooral voorzichtig wilt zijn." „Voorzichtig? Waarmee? Dat ik niet van de tra,p val of zoo iets?" „Ja, da,t zei ze. niet, ze wil me ook niets vertellen van wat zij wel eens hoort; ik moest u aJIeen maar zeggen, dat u voorzichtig zoudt zijn." „Nu 't is goed hoor, ik dank je voor je moeite, en als je iets noodig hebt, kom dan gerust hoor. Hoe is het met je be trekking?" „Ik weet h'et niet, signore, ik zal van middag eens naar den heer advocaat gaan". „Nu, dat hoor ik dan wel, ik moet me ook gaan klaar maken, want ik Jjeb al een uitnoodiging voor van middag. Dag Piëtro". Een half uur later liep de graal door de straten van Parma, tot aan de stads poort van zijn knecht vergezeld, die daar echter afscheid van zijn heer nam, daar het gebeurde te Chantilly: Slechts drie beambten van de Société générale bevonden zich op het oogenblik, dat de bandieten binnentraden, in de voor het publiek bestemde zaal. Die zaal is door een lang kantoor-bureau in tweeën verdeeld, waarachter de beambten zich bevonden. Tegenover den ingang is het loket van de kas aangebracht, besGhermd door traliewerk. Achter dit loket was de kassier Trinquier aan het werk, terwijl de twee andere beambten, Jüegendre en üuilbert, aan hun plaatsen eveneens be zig waron. De vierde plaats was ledig, het was die van den eersten beambte van het bijkantoor, Courbe, die juist het vertrek was uitgegaan en zich op de aangrenzende binnenplaats bevond. Plotseling hoorde men het slaan van de deur. Het geluid deed de drie beamb ten het hoofd opheffen: vier mannen tra den de zaal binnen. Een van de laatst genoemde beambten, Guilbert, wilde juist vragen wat de heeren wenschton; hem werd daartoe echter de tijd niet gelaten. In minder dan geen tijd speelde zich het volgende tooneel af. Nauwelijks in de zaal gekomen, hadden de roovers zich snel van elkaar geschei den, als gold het een militaire oefening. Terwijl een van hen voor het loket van den kassier Trinquier ging staan, plaat sten de andere drie zich voor het kantoor bureau, waar Legendre en .Guilbert geze ten waren. En de revolvers werden plot seling op hen gericht en afgeschoten. Een kogel trof Trinquier in Üen hals. Le gendre, in de borst geraakt, was bij zijn' stoel neergevallen. Een derde kogel was door den schouder van Guilbert gegaan, die eveneens ineenzakte. Alleen Trinquier, de kassier, had nog de kracht zich op te heffen en trachtte de afdeeling voor het personeel te bereiken, doch de bandieten lieter er hem dien tijd niet toe. Van de kogels, die op hem werden afgevuurd, trof er een het voor hoofd en de ongelukkige viel neer over het lichaam van Guilbert. Nu was eerst het oogenblik gekomen om naar het geld te zoeken. Zij moe ten toen over het kantoor-bureau gestapt zijn en zich zoo van liet goud en het) bankpapier ter waarde van omstreeks' 45,000 frank meester gemaakt hebben. Effecten en pasmunt werden achtergela ten. Toen het oogenblik van den terugtocht gekomen was, werd opeens ©en andere deur van de zaal geopend en verscheen1 C'ourbe, de vierde beambte, die van de binnenplaats kwam. Hij kreeg een salvo1 op zich af, doch sloot haastig de deur' weer en ging alarm maken op de binnen-1 plaats. De schoeljes maakten er gebruik' van tot den definitieven aftocht over te' gaan. Intusschen was het op het voorplein ook allesbehalve rustig toegegaan. Dei voorbijgangers hadden de binnen het ge bouw geloste schoten gehoord en wilden toesnellen. Zij werden daar echter in ver hinderd door een vijfden bandiet, die, met een karabijn gewapend, gereed stond te schieten op ieder, die het waagde nader1 bij te komen. Zoo kreeg de toesnellende' directeur van het bijkantoor een kogel langs een zijner ooren en wist de scha vuit het geheele plein schoon te vegen' door naar alle richtingen te vuren. Ver-' toonde men zich buiten de ramen van naburige-huizen, dan gingen er ook kogels been. Kalm verschenen daar opeens de viei) kerels, die naar binnen wanen/.gegaan, en zij haastten zich niet al te zeer naaf den auto, waar de bestuurder nog steedd aan hét stuurrad zat en de motor niet opgehouden had te werken. De man met de karabijn dekt den aftocht en verwis' selt zijn wapen zelfs inmiddels nog eens met een revolver, die hij ook in verschil lende richtingen leegschiet. Eindelijk gaat het op weg, de rue de Paris in. Een kar bevond zich daar, waar van de koetsier zijn voertuig dwars op den weg van den auto wilde plaatsen. deze meende wel alleen den weg te kun' nen gaan en Friedrich opdroeg, hier en daar eens een praatje te maken oni wei- licht nog een en ander uit te vorschen aangaande de gebeurtenissen met 's gra ven vader, die blijkbaar getuige Pië tro nog niet uit de herinnering was verdwenen. Het was, zooals de markies had voor speld, een prachtige namiddag, die een heerlijken avond beloofde. De zon was slechts nu en dan door kleine wolkjes bedekt en scheen dan weer stralend op het groene landschap, met zijn schilderachtige heuvelen, zijn dichte boomgroepen en bevallige huizen en huisjes, en een frisch windje verkoelde de slapen van den wandelaar, die vol be wondering voor het Italiaansche land schap, aanhoudend rondom zich zag. Zoo, nu hier, dan daar de schoonste punten opmerkende, had hij moeite te zwijgen en sprak soms hij gebrek aan ge zelschap met zichzelven. Niet lang duurde het, of hij had, naar de hem in 't hotel gegeven beschrijving, onder de in de verte verspreid liggende buitenverblijven dat van den markies ont dekt. Helder stak het af tegen een bosch van donkere cypressen en laurieren, die op den heuvel daarachter groeiden ett De revolvers deden echter hun werk en de kar deed niets. Hetzelfde gebeurde met een andere kar; een kogel door den rechtervoorpoot van het paard en een in den hiel van den man, die evenieens den weg wilde versperren, maakten vrije baan voor den auto, die de kogels rond zich deed fluiten en spoedig uit het ge zicht was verdwenen. Van de drie kantoorbeambten heeft al leen Guilbert er het leven afgebracht. Toen het lichaam van Trinquier op hem was gevallen, had hij het bewustzijn ver loren, doch zijn toestand wekt geen on gerustheid. Van de bandieten is tot heden toe geen spoor gevonden, ofschoon politie en justi tie alle pogingen daartoe in het werk stellen. De beambten Trinquier en Le gendre zijn Donderdag op kosten van de Bank, waaraan zij werkzaam waren, he graven. De eerste was gehuwd en 28 jaar, de laatste ongehuwd en 17 jaar. De Fransche Protestanten hebben in dertijd de vereenigingen van den eere- dienst, zooals die in Frankrijk Jsrachtens de scheidingswet zijn opgericht, aan vaard in tegenstelling met de Katholieken, die daarin een gevaar zagen voor de hiërarchie der Kerk 'en voor de Kerk zelf. Uit hetgeen dezer dagen in Jiet depar tement Doubs gebeurd is blijkt echter, dat de oprichting der vereenigingen vooi- den eeredienst die voor de vrije uitoefe ning van den eeredienst heeten te moe-, ten zorgen de Protiestantsche kerken al evenmin beschermt tegen de beroo- ving als de Katholieke. Een legaat, aan een Protestantsch© vereeniging voor den| eeredienst vermaakt, werd geconfisqu- eerd, omdat de gever een godsdienstig) doel aan dat legaat wilde geven. De Protestanten hebben tevergeefs hun, beklag ingediend: de confiscatie is vol komen geldig verklaard. Een Protestantsche dominee besluit 'n brief aan de „Débats" over deze kwestie, aldus: „Met zulke feiten voor oogen, schijnt, het ons zeer moeilijk te roemen op de zegeningen van het liberalisme en dej scheidings wetten". Védrines zet zijn campagne voort. De bekende aviateur Védrines,' die bij de Kamerverkiezingen in jhet de partement Aude de nederlaag leed, heeft thans besloten de candidatuur der natio nale partij in Aix en Provence, welke; hij eerst geweigerd had, aan te nemen. Reeds is hij met zijn aeroplane naar ge-! noemd departement vertrokken om aan de verschillende gemeenten een bezoek te brengen, en er de noodige verzie-: zingsredevoeringen te houden. BELGIË. De Staking te Gent. GENT, 28 Maart. De staking aan de haven heeft zich nog uitgebreid; er ziju nu 2000 stakers en werkeloozen. De Loodsen. In de Belgische Ka mer is het vergaan van een Belgischen loodskotter op het tapijt gebracht. De heer Augusteijns leest het verslag voor uit het „Hbl. van Antw.", een ministrieel blad) en laakt de nalatigheid en slordigheid) die aan het departement van bet zee' wezen ten opzichte van de loodsen heerscht. Hij vergelijkt dezen dienst met den Nederlandschen en komt tot die con' clusie, dat do eerste voor verbetering vatbaar is. Hij wenscht veiligheidsmaatre' gelen en geldelijken steun voor de wei duwen en weezen. De heer Segers, katholiek afgevaardigd de van Antwerpen, klaagt, eveneens Vlaamsch sprekend, over den gebrekkigeri toestand der Belgische loodsvaautuigen t« Vlissingen en dringt, om de concurrentie met de Nederlandsche vol te kunnen hou- waartegen de eenigszins grillige vormen van het dak met zijn torentjes en schoor1- steenen een praehtigen indruk maakten'. Een groot park lag er voor, waarheen een breede weg, met grind bestrooid, om- hoog glooide. Telkens links en rechts iets te bewonder ren vindende, sloeg de graaf dezen weg in en bereikte na nog een goed kwartier wandelens de hoofdpoort van het kasteel, waar spoedig uit een zijgebouwtje een bediende toeschoot, die de deur voor hem opende en hém liet binnengaan. Een ruime vestibule, met marmeren vloer en aan alle zijden met gekleurde vensters, waardoor een zacht licht naar binneti viel, deed zich aan zijn oogen voor, van waar een breede trap, met fraai bewerkte koperen leuningen naar boven voerde. Nog voordat de graaf dit alles eenigs zins had kunnen beschouwen, hoorde hij de hem zoo buitengewoon welbekende stem van den markies, die hem nog meer dan te voren onaangenaam aandeed, toen hij op bijzonder vleienden toon zijn gast Begroette. „Gij bewijst mijn huis een zeer bijzon dere eer door uw bezoek, heer graaf". Deze wist niet goed, wat op zulk een onverdiende lofspraak te antwoorden en stamelde eenige woorden, waarna de mar den, op het in dienst stellen van stoom- loodskotters aan. Derde spreker is de heer Franck, die, wederom in het Vlaamsch, vraagt, de straffen niet te streng toe te passen en beweert, ijat ook de voorbereiding der loodsen voor verbetering vatbaar is. De heer De Broqueville beantwoordt de sprekers. Hij gaat breedvoerig de om standigheden na, waarin het ongeluk is voorgevallen er. betoogt, dat de bedoelde Belgische vaartuigen van twee tuigen zei len zijn voorzien, om den strijd met do Nederlandsche te kunnen volhouden. Ten aanzien van den loodsdienst te Vlis singen, verklaart hij, dat deze geregeld wordt door verdragen met Nederland, op grondslag van een eerlijke mededinging; zoolang Nederland den stoombootdienst niet invoert, kan België het ook niet doen. Handelend over de motorboot, deelt hij mee, dat zijn departement binnenkort een tweede zal aankoopen. DEITBOHLAND. De .Hohenzollern" met den keizer aan boord, is Woensdagmiddag voor Korfoe aangekamen. Het keizerschip en de be geleidende kruiser gingen in de haven voor anker. De keizer bleef nog aan boord. De Atheensche regeering zond tot be groeting van den keizer den kruiser „Georgios Averoff." Tunnelverkeer gestremd. Door doorbraak van het water in het nieuwe gedeelte van den ondergrondschen spoor wegtunnel Alexanderplatz-Spittelmarkt te Berlijn, is het verkeer van den onder grondschen spoorweg op 3è lijn Leip- zigerplatz-Spittelmarkt waarschijnlijk voor vier weken verbroken. Men schat dat 100,000 kubieke meter water naar binnen gestroomd zijn. Voor dat alles weggepompt of weggelóopen is, zal er nog wel eenige tijd vergaan. In de nabijhefd van het station Spit- teliriarkt waren ook dé straten versperd. Cement, klei en hout werd vari alle kan ten aangereden om den mo'rid van de schacht vol te stóppén. Waar nóg een plaatsje vrij was lagen de dikke slan gen van de stoompompen. En tüsschen dit alles stond een groóle" menigte men schen toe te zién. Men kon merken dat het een buitengewone dag was voor de rijpere Berlijnsche straatjeugd. Men had de aanlegkosten van den tun nel onder de Spreé op 31/, millioen mark berekend, waarvan l1/» millioen op het eigenlijke graaf- en bouwwerk 'kwamen. De rekening zal nu wel geducht hóoger worden. Maar erger dan het vérlies van de kostbare machines, die nu in de diep te staan té bederven, en dan dé' óverige geldelijke schade is wel, dat het pijnlijk gemis van een snelle verbinding tusschen de nieuwe en de oude stad hu nog langer gevoeld zal moeteh worden. ------- -• ITALIË. De nieuwe klokkentoren op het San Marcoplein te Venetië, die weer sinds langen tijd in de lucht oprijst, is eigen lijk eerst dezer dagen voltooid. Thans heeft hij ook zijn oude „spits" herkregen, n.t. den grootcn vergulden engel, die als windwijzer dient eti de' stad geheel be- heerscht.' Het beeld,'door Vittorio Muna retti vervaardigd, stelt voor den aartsengel Gabriël, die ten 'teeken van zijn hoog heilige opdracht, een lelie in de hand houdt. Armen én voeten zijn uit massief brohs en de rest van hét- 'lichaam is uitdcopereh platen samengesteld; een ijzer geraamte' houdt de' verschillende deelen tezamen. Het beeld staat boven op een lange, ijzeren staaf, en wel zoo dat hét zich naar den 'wind draait. Het hoofd is door een aureool van 40 c.M. doorsnede om geven én alleen de lelie weegt 9 K.G. en is 1.75 M. lang. De definitieve inwijding van den toren kies voorging, de trap op, naai* een ont vangkamer, die in pracht en weelde wer kelijk alles overtrof; wat de graaf tot nu toe in zijn leven had gezien. Niet alleen, dat alles, tapijten en meu belen en' wandversieringen, spiegels en schilderijen blijkbaar van de kostbaarste grondstoften waren gemaakt, maar ook toonde de bijeenvoeging en rangschikking van vormen en kleuren, dat hier iemand van keurigen smaak het bestuur voerde. Nadat de graaf had plaats genomen in een zachten schommelstoel, begon de markies het gesprek: „Het was een harde strijd dien wij de laatste twintig jaren hebben doorleefd; heer graaf". Wanneer wij hebben geleden, dan is het toch hiervoor goed geweest", ant woordde de graaf, „dat wij onze macht hebben leeren kennen, 'dat onze vader landsliefde is ontwaakt en ontwikkeld on der het juk van den reus, den tweeden Alexander, die ons verpletteren wilde, maar ondervond, dat hij op den duur niets vermocht tegen den eendrachtigen weerstand van een vrij volk, dat door de Goddelijke Voorzienigheid werd ge holpen". (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1912 | | pagina 5