aar
[OOPE GLASWINKEL"
iningM D 5 en 6.
No. 51. TWEEDE BLAD. NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 29 April 1911.
T ADRES
IBEEM, GOES.
BUITOLftHD.
UT - GOES.
IK A-V AZEN
zenstellen
EEN LIED PER WEEK.
;o,
Zelandia Antiqua.
FEUILLETON.
De geheimzinnige Cassette
UIT DE PERS.
DES ZONDAGS,
proef fl.—
f2-
[en prachtige sorteering
|de NIEUWSTE
Kast, Bureau, of
Jorsteenmantel
Koningstraat waar ge
7indt, dat is
pn gevraagde artikelen
LET WEL
14 cent per Vs pond in 6
tERMUNT in vele soorten a 6
FLIKJES 10 cent, SUIKER-
cent, IJSWAFELTJES 8 cent.
[5 cent, SPECULAAS 4 cent,
alles per ons
Aanbevelend,
'1>*
de nieuwste
Modellen.
ordeeligste Prijzen.
MIDDELBURG.
No. 4 uit „De Leeuwerk."
ONS PRINSESJE
Woorden van Muziek van
Mr. H. W- van df.r Mby. Arnold Spoel
Nu is een prinsesje weer bier in ons land,
Prinsesje van Oranje,
Nu klinkt het weer vroolijk langs stroom
en langs strand:
Het is en het blijft er. Oranje!
Al is ons prinsesje ook nog zoo klein,
Zij is en zij zal ons prinsesje zijn,
Prinsesje van Oranje! (bis).
Lang leev' ons prinsesje, zij leve, hoezeel
Prinsesje van Oranje,
En 'wie er wat voelt voor Oranje zingt
mee
,Het is en het blijft er Oranje 1
En is ons prinsesje ook nog zoo klein,
Prinsesje van Nederland zal zij zijn,
Prinsesje van Oranje! (bis).
En wordt ons prinsesje dan later een groot
Prinsesje van Oranje,
Dan blijven wjj trouw haar in nood en
in dood:
Het is en het blijft er Oranje!
En is ons prinsesje ook nog zoo klein,
Zoo God wil zal zij Koninginne zijn,
Koninginne van Oranje(bis).
■ICO maakt bekend, dat boven-
nummer in tien series is ge-
,dierop is in de derde klasse
hans trekkende Staatsloterij de
vijf en twintig duizend gulden
Voor het incasso wordt gaarne
door de betrokken Hoofdagen-
Seten
IET Jr.,
Zijstraat lOrood, Haarlem.
v. d. KOLK,
Purmerend.
d. BERG Co.,
Haven 2, Breda.
LARLE Co.,
Middelburg.
Cannonstreet 46, London E C.
IÖHLE Co.,
Corn. Anth.straat 29, Amsterdam,
(in 5 series).
Op schriftelijk verzoek aan be
•an I.OTISICO, Juliana.va
•gplein Wo. ll,'s«ravenl«aSf'
prospectussen met bijbehoorende
ten gratis en franco per P
in.
igt inlichtingen bij d®
vertegenwoordigers
Firma T0LH0EK Co
Beestenmarkt, GOES.
Middelburg
in het wonderjaar 1566.
UI.
Het is bepaald verwonderlijk te zien,
welk een vereering dien predikanten „on
der het kruis" ten deel viel van de zijde
hunner aanhangers. Daarvan is ons een
aardig staaltje bewaard gebleven, dat ik
den lezer niet onthouden wil.
Het was op den 2en of 3en Kerstdag
(1566). De stadschirurgijn Benedictus van
Borssele, de publieke notaris Heinier
Thielman, met zijn echtgenoote en de
vrouw van Diederik Woutersze de Bije,
crieerder van Middelburg van Middelburg
gingen na de Hoogmis in de wijntaveerne
of het \v(jnhuis De Roode Leeuw het
ontbijt gebruiken. Toen zij daar gezeten
waren, kwam uit een achterkamer Cor-
nelis Jansse van Everdijck, certjjds lid
van het schepenencollegie en weesmees
ter, thans beleeder (bestuurslid) van een
der drie schutterijen. Hoewel een man
van stand, was hij algemeen bekend als
„den Boer". Het ontging het gezelschap
niet, dat hij „wol bij1 drancke" wasEver
dijck had het heel druk over Gilein, den
predikant, en hij lichtte telkens zijn muts
op, wanneer iiij dien naam uitsprak. May-
ken de Witte, de notarisvrouw, mis
schien nog al een bij-de-handje stuitte
de lofrede met de opmerking: „Maar is
die Gilein een zoo heylich inensoh, dat
ge telkens de mutse moet afdoen bij het
noemen van zijn naam?" En de chirurgjj'n
informeerde: „Wel, waarvan is hij mees
ter, van de schoenlappertje ofte van de
weverije?" Everdijck zeide geraakt: „Ge
zijt een papiste vrouwe!" ïlayfcen weer:
„Hoe weet ge dat?" En nu volgde de
nadere verklaring: „Gij zit eiken dag in
de kerke. Gjj1 en Heter Sebastiaanse mo
gen de eersten wezen, om doodgeslagen
te worden!" Dat verwonderde den chi
rurgijn en hy vroeg: „Waarom toch Pie
ter Sebastiaanse meer dan een ander?"
Everdijck had daarvoor zijn grondige re
den: „Hij wil altoos mijn wijf hebben,
als jk 'dood ware!" Benedictus barstte
hierop uit: „Gij1 zot, gij dwaas! gij weet
niet, wat ge klapt. Ge heet de Boer en
bewjjst wel een boer te zijn!" Meer dan
één had Everdijck zien uitloopen naar
de preeken der nieuwsgezinden, maar de
notaris en zijn vrouw verklaarden, dat
zjj hem in St. Pieter opgemerkt had
den onder het gehoor van den Termina-
(Uit de nagelaten papieren van graaf Von C.)
22.
„Wel geheimzinnig, mevrouw, daar hebt
u geljjk in. En toch niets dan de volle
waarheid. Reeds wisselde ik met uw heer
gemaal eenige woorden, waaruit hg kon
vermoeden, dat ik met deze gele dame
bekend was en had hg mg de mededeeling
toegezegd van eene gewichtige ontdekking,
welke hem de geheimen van het leven
dezer vrouw heeft ontsluierd. Ik ven mjjn
kant was van plan ook mjjne lotgevallen
in betrekking tot haar te verhalen en nu,
staande tegenover haar beeltenis gevoel
ik mjj daartoe dnbbel verplichtdoch sta
mjj toe daarmede te wachten totdat wij
ons in gezelschap van den lord bevinden.
Trouwens, on u de waarheid te zeggen,
gevoel ik mjj op het oogenblik te ontroerd
om een geregeld relaas injjner ervaringen
te kunnen doen". Lady Abigael knikte
toestemmend, legde haar hand op mjjn
arm en zeide mot zekeren nadruk„Volgens
een standvastige familieoverlevering waart
de vrouw, wier afbeelding gjj hier voor
ris, Pater Frans, een Dominicaan
uit Zierikzee, en dat hij met de „berde"
rondging voor de kerk of de armen, dat
herinnerden zij zich niet meer. Het komt
mij voor, dat onze Cornells wel niet de
eenige zal geweest zijn, die het hoofd ont
blootte bij1 het noemen van des predikants
naam.
Die Bredamscho predikatie deed de re-
geeringsleden inzien, dat er iets gedaan
moest worden, wilde zij zich behoorlijk
kunnen verantwoorden. Met olockslach
werd den 4 Juli van de puie van het
stadhuis afgekondigd, dat geen pi'eeken
of vergaderingen in het stodclijk rechtsge
bied geoorloofd waren, dat de poorters
en ingezetenen niet derwaarts mochten
gaan. Ten zelfden dage had een bij
eenkomst plaats onder Bredamme bij den
boomgaard van Mgr., ook als den Nieu
wen Hove aangeduid, van de beide bur
gemeesters Adriaan iClaasse en Adriaan
Jacobsse Joosse, den baljuw Rollema,
den rentmeester Serooskerke, die ten
platten lande het verbod van het pree
ken had doen afkondigen, en den pen
sionaris Hugo Bonte met de predikanten
Gilein en Obry of Ubrius, Adam den
lijndraaier, Simon den timmerman, Jacob
den brandewijhman en een schaliedekker,
alsmede een rijken koopman van Vlis-
singen Willem Jansse en den Veerschen
apotheker Jan van Reigersberg en, zegt
Rollema, nog veel „raspaillen van
volcke", ongeveer 15 of 16 man, behalve
degenen, die hier en daar in het koren
lagen. Er was overeengekomen, dat de
overheid zonder dienaars zouden ver
schijnen; Adam, de lijndraaier, die ach
ter de St. Pieter woonde, had de heeren
tot geleider gestrekt. Op de aanmaning,
om voortaan het preeken na te laten
en het volk niet langer aan te halen
was het antwoord aanstonds gereed„Men
moet God meor gehoorzamen dan de men-
schen"Niets deden zij zonder last of
consent van „de Heeren van de Ordre";
wilde de stad met hen -naar het
schijnt: de predikanten accordeeren,
het land zou niets overkomen. Maar zij
hadden slechts een gelimiteerde (be
perkte) commissie, vermochten zonder de
Groote Heeren niets. Het) was nu Donder
dag. Zondag zou er nog gepreekt worden,
maar de volgende week niet. Over 6 of
8 dagen zouden zij antwoorden. Inmid
dels zouden zij overleg plegen met de
aanhangers en de ouderlingen en schrij!-
ven aan de consistorie te Antwerpen.
Op 12 Juli kwam Adam de lijndraaier met
nog zoo'n „quidam" Sampson Mareys,
een timmerman, de burgemeester en de
drie andere heeren afhalen, ten einde
hen te geleiden naar het Geldelooze
Paadje, tusschen twee boomgaarden, waar
op dezen Vrijdag de predikanten zouden
antwoorden. Zr, wenschen voort te gaan
met preekenGod zelf had het aldus
beschikt. Volgden een aantal bijbelteksten.
De plakaten en de brieven bleken niet
geteekend te zijn door de Groote Heeren
en zonder dezen kon de Landvoogdes niets
uitrichten. De heeren behoefden niet te
vreezen, dat er. soldaten zouden gezon
den worden; de Heeren van der Ordre
zouden zulks wel weten te verhinderen.
Het preeken had inderdaad voortgang.
Telkens een stapje verder. Tijdens den
ommegang te Veere preekte Obry twee
dagen achtereen, .buiten de stad, bij de
galg en aan de andere zijde van Middel
huig kwamen de menschen bijeen ten
Abeele onder den West-Souburger molen
en onder den molen buiten de VTissing-
sche poort, waar oen dienaar van Seroos
kerke bedreigd werd.
Het was quaet ende ongetijdich weer,
regen en wind in overvloed op Zondag
11 Aug. De Rentmeester Serooskerke, die
eigenlijk in den Schotschen hoek in de
Wagenaarstxaat woonde, vertoefde met
zijn stadhouder Jan Turck ten huize van
zijn schoonvader, den heer van Herent
hout, waar zijn schoonmoeder boven aar
de stond. Daar kwam de Proost uit de
Abdij, Mr. Adriaan, meedeelende nieuws
gezinden zijn in grooten getale vergaderd
in de Langedelft, in het pakhuis achter
De Gouden Leeuw. L.
u ziet, ons slot rond, gekleed in gele zjjde,
met een pracht welke aan die eener
koningin herinnert. Zeer vele personen
hebben haar gezien ik ook, hoewel zulks
misschien op rekening van de suggestie
moet worden gesteld. Nooit heeft men
geweten waarom zjj nu j'uist in het geel rond
waart, toch is de „Lady in Yellow", zooals
ik zeide,een vaste traditie van St. Bride'shall.
Welnu de jongste ontdekking van mgn
man heeft ook hierin licht ontstoken, zg
het ook dat wjj daardoor tevens kennis
hebben gekregen van een even schrik
wekkende, als tragische gebeurtenis in onze
familie". „Zeg mg", viel ik haar in de rede,
„als voorwoord voor hetgeen ik en uw man
aangaande haar weten te verhalen, wie
heeft deze schilderjj gemaakt en boe kwam
het doek in uw bezit?" „Gaarne", ant
woordde Lady Abigael, want daarmee loop
ik niet3 vooruit op de spannende mede-
deelingen welke mgn man voor u heeft
bewaard. Maar laten wg hier een oogenblik
op deze divan plaats nemen, vrant het
wandelen heeft mg vermoeid."
Wg zetten ons neder, recht tegenover
„de gele dame" en het was mjj, alsof de
geheimzinnige vrouw, daar op het doek
afgebeeld, leefde en of levende, geen ge
schilderde oogen doorborende blikken- op
De Nieuwe Arbeidswet.
Den 5en April werd door de Tweede
Kamer aangenomen het wetsontwerp
tot wijziging der Arbeidswet.
Eigenlijk een geheel nieuwe arbeids
wet.
Immers de wijzigingen zijn zoo talrijk
en omvangrijk, dat er, na aanbrenging
van deze wijzigingen van de oude arbeids
wet weinig meer overblijft.
Daarom wordt dan ook in het laatste
artikel van het aangenomen wetsont
werp bepaald, dat de tekst der Arbeids
wet zoo spoedig mogelijk na de totstand
koming der wijz-igingswet in het Staats
blad zal worden geplaatst in eetie door-
loopend genummerde reeks van artikelen.
Deze gewijzigde arbeidswet zal dan kun
nen worden aangehaald onder den titel
vaiu „Arbeidswet 1911".
Dit laatste in de veronderstelling, dat
de wet nog in 1911 het Staatsblad zal
kunnen bereiken.
Mocht dat niet het geval zijn, dan zon
het gaan als met de Wet van 27 April
1904 Stbl. no. 74, die kan worden aange
haald onder den'titel van „Mijnwet 1903",
nog wel met het nummer van het Staats
blad waarin zij- is geplaatst.
Deze nieuwe arbeidswet werd door
de Tweede Kamer aangenomen met 81
tegen eene stem.
Wijziging der bestaande arbeidswet
van 1889, die door den Minister van
Justitie Ruijs de Beerenbrouck van het
toenmalige rechtsche Kabinet werd ont
worpen en verdedigd, was noodig omdat
Nederland was toegetreden tot de Berner
Conventie van 1906 betreffende het ver
bod van nachtarbeid van vrouwen in de
industrie.
De regeering heeft van deze gelegen
heid gebruik gemaakt om op het terrein
van de bescherming der kinderen, jeug
dige personen en vrouwen, een flinken
stap verder te gaan.
En gedurende de openbare behandeling
werden er bij amendement nog verschil
lende wijzigingen aangebracht.
Wijzigingen, in de oogen van voorstel
lers en voorstemmers, verbeteringen.
Waarschijnlijk echter ook verbeteringen
in de oogen althans van sommige tegen
stemmers.
Voor den Minister van Landbouw, die
ook bij deze gelegenheid blijk gaf van
groote zaakkennis, is de aanneming van
dit wetsontwerp, met eene zoo ongewone
meerderheid bij hoofdelijke stemming, zon
der twijfel een succes.
Een succes, waaraan niets ontnomen
wordt door de omstandigheid dat amende
menten, door hem bestreden, werden
aangenomen.
Immers, dat vindt zijne verklaring in
het standpunt, door den Minister inge
nomen.
Bij een ontwerp als dit, waarbij van
het aangeven van absoluut juiste gren
zen b.v. van leeftijd, van arbeidsduur
enz. geen sprake kan zijn, kan de
voorsteller zeggen: nu de schriftelijke
behandeling is afgeloopen, houd ik mij
aan mijn voorstel. Bij deze gelegen
heid g'a ik niet verder. Er is gewikt
en gewogen, gemeten en gepast: het
gewijzigde ontwerp is er het resultaat
van. De besprekingen in de Kamer
kunnen er toe leiden, dat na korter of
langer tijd door mij of een volgenden
Minister nieuwe voorstellen gedaan zullen
worden. Maar thans ga ik niet verder
dan het voorgestelde.
Klaarblijkelijk nam de Minister dat
standpunt niet in.
Maar dan kon er in het aannemen
van amendementen, die in de lijn van
het voorgestelde lagen, en mits ze op
goede gronden steunden, voor hem niets
onaangenaams gelegen zijn.
Het zal dan kunnen gebeuren, dat een
Minister een amendement bestrijdt, dat
hij als Kamerlid misschien mee zou heb
ben ingediend.
Hoe dat zij door de aanneming van
het ontwerp heeft de Regeering en de
mjj richtten, ja, zoo groot was de suggestie,
die van dit beeld op mij uitging, dat ik
onwillekeurig het hoofd afwendde en mjjn
gastvrouw vlak in het gezicht zag, wat zjj
anders wellicht een weinig onbeleefd zou
hebben gevonden Doch nu sloeg zjj er geen
acht op, wjjl zjj zelf te veel vervuld was,
vond het onderwerp, dat geheel ons denken
en voelen bebeerschte.
„Het origineel van dit portret", zoo
ging de lady voort, heette bjj haar leven
Verde of Viridis Spina, geboortig uit Pisa.
Door haar huweljjk een lady of St. Bride
geworden kwam haar portret hierhet
werd geschilderd door den beroemden
Bronzino Bronzini".
Deze mededeeling verrastte mjj niet.
Alleen over den schilder der beeltenis had
ik zoo mjjne eigene gedachten. Bronzini
toch stond bekend voor het nauwkeurig en
getrouw weergeven der personen, die hjj
afmaalde geen zjjner portretten is wat men
noemt „geflatteerd", alles is absoluut natuur
getrouw. Daarom trof mjj dan oak de
sprekende geljjkenis van dit geschilderd
gelaat met dat wat ik zoo menigmaal in
mjjn „droomen", zal ik nu maar zeggen,
zag Ik maakte lady Abigael dan ook op
merkzaam op den eigenaardigen, onheil-
spellenden blik, den imponeerenden en
Tweede Kamer het hare gedaan om eene
arbeidswet itot stand te brengen, die de
veigelijking met de beste doorstaan kan.
Dr. W'. H. NOLENS.
(N. Venl. Crt.)
De Boerenstand.
Wat ban alles tock veranderen in de
wereld in de epvattingen vaa het mensch-
dom, gedeelteljjk tengevolge van dien ook
in de werbeljjkheid.
Noemt men maar eens den boerenstand.
Ofschoon in zich altjjd zjjn eigen en zekere
waarde behoudend, de opvattingen der
menschen over den boer, men zou ze haast
kunnen vergeljjken met 't wisselend getjj.
Nu zus, dan zoo. Hier geëerd, daar ver
acht, hier gewaardeerd, daar in 't geheel
niet op prjjs gesteld.
Eén ding is daarbjj zekerdat we nu
in een tjjdperk leven, waarin die eb van
verachting of niet-achting tot vloed schjjnt
te worden van hoogachting.
Dat kan men nog een van 't beste zien
aan 't geen er omgaat, betreffende de boerin,
de vrouw, de dochters van den boer.
Want er is wel eens gezegd „het stand
punt, waarop de vrouw staat in eenig land
geeft 'tpeil aan van zjjn ontwikkeling en
beschaving", maar men z»u daar gerust
aan kunnen toevoegen het standpunt, waarop
de vrouw staat in eenigen stand is dezelfde
duideljjke en onloochenbare aanwjjzing
betreffende dien stand.
Welnu, uit de ongekendheid, uit den
toestand van niet-geacht zjjn, ziet onze
tjjd de boerin rjjzen tot de hoogte welke
ze Terdient, welke ze zich waardig moet
weten te maken en te behouden.
„Boerin", dat was weleer een scheldwoord,
't beteekendeonwetend. Maar de tjjden
veranderen, beginnen te veranderen,
't boerinnenpensionaat van Lierop staat
daar we zouden haast zeggen om voort
te gaan in bovengezegde beeldspraak als
een baken
Wilt gjj eens weten, wat zoo'n „onwe
tende" boerin tegenwoordig moet kennen
Ze moet de grondbeginselen kennen van
werktuigkunde, van boekhouden, ze moet
het werk van een talrjjk personeel kunnen
regelen, op de reinheid der stallen, kelders
en keukeu letten.
Men denke eens aan het zuivelbedrjjf
(de kaasmakerjj in Holland wordt veelal aan
de boerinnen toevertrouwd) aan het pluim
vee, enz. enz.
Behalve het hier te lande nu pas gestichte
boerinnenpensiouaat heeft België om het
zelfde doel te bereiken, zijn boerinnen-
kringen, waarvan er reeds een 70 ruim
bestaan.
Daar wordt niet te wetenschappeljjk,
maar hoogst practisch en aangenaam les
gegeven.
Daar doet de boerin de practische kennis
op die ze behoeft. Daar ook, en dit vooral,
dit op de eerste plaats zal ze moeten
ondervinden de heilzaamste beïnvloeding op
godsdienstig en maatschappeljjk gebied.
De boerin, zoo goed als de stedelinge,
moet op de hoogte zjjn vaa haar tjjd.
De ontwikkelde boerin houdt mede den
„trek" naar de stad tegen, om de eenvoudige
reden, dat ze dan zich niet meer verleiden
laat door die ten slotte toch maar bedriege
ljjke aantrekkelijkheid.
Zooals de vrouw is, is de stand waartoe
ze behoort. Niet onmiddelljjk, nietnoodza-
keljjk ia denzelfden graad gezameljjk op
en af, maar toch in wezen en werkeljjkheid
verbonden.
De landbouw gaat met reuzenschreden
vooruit, verschaft meer welvaart, dank zjj
de stoere wilskracht van den landbouwer.
Welnu, mét den stand rjjst de vrouw, met
den landbouw de boerin.
Dan moet ze, en ze zal haar plicht
kennende, dien niet verzaken, wetend, dat
als wjj onzen plicht doen, God zich met
het overige belast
(„Mejjer. Git.")
tegeljjk afstootenden gloed van Viridis'
oogen en gaf als mijne meening te kennen,
dat ik „de gele dame" ziende, steeds den
indruk bad gekregen, alsof in haar iets
duivelsch stak.
Lady Abigael knikte toestemmend en
den draad van haar verhaal opnemende,
zeide zjj„ja, zoo moet zjj bjj haar leven
geweest zjjn en daarom begrjjpt u des te
gemakkelijker, hoe de overlevering haar,
als een met schuld beladene ziel laat rond
dolen zonder dat haar rust gegund wordt.
Daarbjj komt nog, dat verschillende zaken,
die eenmaal Laar eigendom waren en in de
familie bewaard bleven, den bezitters niets
als rampen en ongelukken bezorgden. Daar
hebt u b.v.b. het paarlsnoer, dat zjj op dit
portret om haar hals draagt. Dat bestaat
nog en rust thans veilig en wel want
het is van onschatbare waarde in onze
„safe" in de bank te Londen. Volgens de
iegende heeft dat sieraad al de vrouwen
en dochters van ons geslacht, die het wilden
dragen, hoofdpijnen en duizelingen bezorgd.
Ik heb de macht dier legende willen
loochenstraffeu en op mjjn trouwdag mjj
met Verde's kleinoodiën willen tooien, maar
mjjn man wilde er niets van weten en
smeekte mjj zoo dringend van mjjn voor
nemen af te zien, dat ik ten laatste toegaf.
BELOIË,
Het bekende Jezuïeten-college St. Mi
chel te Brussel viert aanstaanden Zondag
zjjn 75-jarig bestaan.
In 1836 werd het opgericht door den
Gentenaar, pater J. Boono, een man toe
gerust met de edelste gaven van geest,
en hart en van oen onverzettelijk» wils
kracht.
De feesten dragen hoofdzakelijk een re
ligieus karakter en zullen bjjgcwoond wor
den door den kardinaal-aartsbisschop van
Mecholen.
FR ANKRIJK.
Monis en de Spoorwegmaat
schappijen. Men weet dat Monis, hoe
slajp van. hand en houding hij overigens
zjjn moge, den directeuren der Fransche
spoorwegmaatschappjjen het mes op de
keel zetten en hen met behulp der Kamer
noodzaken wil alle ontslagen stakers en
vernielers weer in dienst te nemen. De
directeuren gevoelen daarvoor begrij
pelijkerwijze zeer weinigZij1 zijn, naar
een hunner aan Hutin van de „Echo de
Paris" verklaarde, gegaan zoover als zij
gaan konden.
Maar zoolang zij aan het hoofd, van
diensten van openhaar belang staan, is
het hun onmogeljjk om b.v. de wissel
wachters weer in dienst te nemen, die
hun post hebben verlaten om aan een
bevel van hun vakvereeniging te gehoor
zamen, op gevaar af treinen te laten de-
railleeren of rampen te veroorzaken.
Evenmin kunnen zjj stokers en machinis
ten terugnemen, die geweigerd hebben
hun werk te verrichten, en wel zoo, dat
het publiek gevaar liep.
De permier en dq_ minister van Open
bare Werken hebben het voornemen te
kennen gegeven de directeuren te ontbie
den. Deze verklaren zich gaarne bereid
alle inlichtingen te verstrekken, welke zij
wenschen over hun optreden en over de
onmogeljfkheid, waarin de directeuren Ver-
keeren, om verder te gaan in hunne wel
willendheid ten opzichte van het perso
neel, dat wegens feiten van staking of
sabotage ontslagen is, dan met de veilig
heid van het reizend publiek in over
eenstemming gebracht kan worden. Vol
gens Hutin zou het bericht over de wa
penen, welke de regeering zou smeden,,
om de maatschappijen met succes te be
strijden, krachtens de verklaring van Mo
nis zeiven, van allen grond ontbloot zijn.
Maar heeft de minister dan in de Kamer
de maatschappjjten niet gedreigd met dood
en verderf? Of was dat eenvoudig come-
die?'
De Kerkvervolging. Zooals te
verwachten was heeft de prefect van Or
leans op 'n wenk van Monis aan
den burgemeester der genoemde stad
medegedeeld, de deelneming der geestelijk -
heid aan den optocht ter eere van Jeanne
d'Arc niet te zullen dulden. Het bestuur
van den bond van Industriëele- en harif
delsondernemmgen heeft daarop collectief
zijn ontslag ingediend.
Toen dezer dagen Mgr. do bisschop
van Agen te Plume kwam, waar hij zou
prediken, werd in de buurt van de gen
darmeriekazerne naai- zijn rijtuig een ha
gelbui van steenen geworpen. De ruiten
van het rijtuig werden vernield en een
bediende van den bisschop is ernstig ge
wond. Mgr. moest verder rijden onder
geleide van gendarmerie.
ITALIË
De Zweedscho majesteiten in
Rome. Woensdagavond had op het Qui
rinaal oen diner plaats ter eere van de
Zweedsche majesteiten.
De Italiaansche koning hield daarbij
een toast, waarin hij er aan herinnerde,
dat Zweden in de afgeloopen eeuwen
altijd zeer veel heeft hijgedragen om de
vrijheidsbeginselen, waarvan de wetten
Ja, Eiward is een echte St. Bride. Hjj
heeft al de deugden van zjjn geslacht
maar ook de bjjgeloovige vrees ten opzichte
van hetgeen in betrekking staat met lady
Viridis. Verder bezaten wg tot voor een
dertig, veertig jaar diezelfde cassette
hier kreeg ik onwillekeurig een schok door
al mjjn leden welke gjj op het schilderjj
ziet afgebeeld en waarop Verde haar hand
houdt. Het moet een zeldzaam fraai voor
werp zjjn geweest, een echt kunstjuweel.
Maar wat voor ellende en verwarring dat
simpele ding in onze familie heeft teweeg
gebracht, is gewoonweg niet te beschrjjven.
Men noemde het dan ook „de schrik van
St. Bride'shall." Want volgens de familie-
overlevering bewaakte „de gele dame" met
wilde jj verzucht hst voorwarp en verscheen
geregeld des nachts in de kamer waar de
cassette werd bewaard. Talrjjke personen
die binnen deze muren als gasten verbleven,
hebben een bezoek van de „gele dame"
ontvangen en meerderen, die op proef
nemingen met de cassette belust waren,
bebben aan den ljjve ondervonden, met
wat woest geweld lady Viridis of hare
verschjjning zich van het kunstvoorwerp
trachtte meester te maken.
(Wordt vervolgd.)
1