UIT ZEELAND. heid ten opzichte van hare verwijderde geestverwanten. Een staaltje van deze oprechte hou ding vinden wij in het Kameroverzicht van de vorige week, waarin o.a. liet vol gende te lezen staat: „Indien de vrijzinnige partijen het le- leid en de zelfbeheersching bezeten had den zich in dit parlementaire midden jaar, tegenover een regeering wier stre ven naar een gematigde toepassing ba rer beginselen toch onmiskenbaar is, te bepalen tot een critiek op het financi eel© beheer en de financieel® plannen het zwakke punt va,n het Kabinet en de eigenlijke politieke oppositie dit maal geheel aan de sociaal-democraten hadden overgelaten, de politieke positie van de linkerzijde had door dit debat aanzienlijk versterkt kunnen zijn. Dat is zij1 nu niet en alzoo is hier ten volle toepasselijk het woordWeniger ware mehr gewesen." Verleden Maandag bood dezelfde Ka- meroverzichtschrijver den heeren vrijzin nigen de volgende vragen ter overweging aan „Wie kan ons zeggen, waarom deze dag eigenlijk volgepraat is moeten wor den, met een avondvergadering als ver lengstuk er bij om de algemeene be schouwingen ten minste nog vóór morgen le kunnen beëindigen Om den lieer Hugenholtz zijn „persoon lijk feit" te geven en den heer ilood- huijzen bijna het zijne? Om den heer Troelstra gelegenheid te bieden in een twee uur lange repliek te toonen, da.t, moge zijn eerste rede „tam" genoemd zijn, hij agitatorisch nog altijd in volle XIeni' verkeert? Om den heer De Mees ter aan zijn financieel beleid de voor keur te hooren geven boven dat van zijn opvolger in het ministerie? Om den heer Tydeman dezen nog eens aan het ver stand te laten brengen, dal hij als mi nister van financiën de constitutioneel aangewezen wachter is bij de schatkist, die zich bij een benauwden financieel©» toestand moet verzetten zoo tegen de eischen zijner ambtgtenooten als van de Kamer (men denk© aan het amendeinent. Yan Wijnbergen bij de M.U.L.O -wet) en dat hij dus, zoo hij het niet doet., voor dien toestand aansprakelijk is? Om den heer Drucker liet zij erkend met prij zenswaardige beknoptheid in betoo genden trant te doen herhalen wat hij in eersten termijn meer snijdend had ge zegd Om lid A of B een aanmerking van lid C of D op zijn redevoering te laten beantwoorden niet een argument, een nadere ontvouwing of een hatelijk heid; of wel aan de klachten een uitweg te schenken, dat de Minister den spre ker niet begrepen heeft, of niet beant woord, of gegriefd, of beleedigd... l Wij willen wel ronduit zeggen, dat heel deze dag verbeuzeld is." Het is kras; maar onwaar? Een droevig figuur. Welk een jammerlijk figuur, zegt het „Arnhemsch Dagblad", sloeg toch telkens weer de afgevaardigde uit Brielle, die, volgens zijn eigen verklaring in de „Enkii. Ct"., ditmaal bij het begrootingsde.bat de spits afbeet! Leest slechts deze passage uit hei Ka merverslag De heer Roodhuijzen .Maar deze Mi nister, die langer dan een ander Minis ter zitting heeft, weet niet anders te zeggen dan: „de tijd is zoo kort, en dat zegt die Minister, terwijl Minister Talma, vroeger Minister Veegens zoo oritiseerde, omdat hij' te vroeg met de ouderdoms- vorzekering kwam." De Minister van LandbouwWanneer is die critiek uitgesproken? Do heer RoodhuijzenDat is de ge wone manier van Minister Talma, om altijd te vragenwaar staat dat, op wel ke bladzijde der Handelingen? Behoef ik dan te zeggen, wat iedereen weet? De Minister: Ik weet geen enkele blad zijde van de Handelingen, waar dit staat. Do heer Roodhuijzen: Die interruptie is mij te onbeteekenend om er op in te gaan, maar het stond in de „Han delingen" van December 1008 bladzijde 464. De Minister: Dat is een jaar voordat Minister Veegens met zijn ontwerp kwam. Hoe kon ik dan toen da;t ontwerp criti- seeren De heer RoodhuijzenZiet men nu niet, dat ik gelijk had, toen ik op die inter ruptie niet in wikle gaan? (Gelach). Zoo poogde de spreker weer met een „aardigheid" zijn terugtocht te dekken, zegt „Arnh. Dagbl." Waarlijk, het begroo- tingsdebat stood ditmaal niet op een hoog peil I Dat gelukkig ook aan de vrijzinnige zijde de grappigheid van dezen politicus niet meer door den beugel kan, blijkt uit het slot van een Kameroverzicht in „Land en Volk", dat schreef: „Het was jammer, dat ten slotte de heer Roodhuijzen zich liet verleiden tot een weinig fijnen aanval op het Kabi net in den minister Talma, omdat deze hij de behandeling van het subsidie voor do landbouwtentoonstelling zich had ver zet tegen den eisch van zijn naaste vrien den, om daaraan de voorwaarde te ver hinden, dat de tentoonstelling op Zon dag zou moeten zijn gesloten. De hou ding, hierin door den minister Talma aangenomen, verdient onzerzijds alle waardeering, geen pritiek en allerminst grove critiek." Openbare Vergadering van den gemeenteraad van Goes op Dinsdag 6 December Voorzitter de burgemeester. Afwezig Mr. De Witt Hamer met kennis geving. Wordt voorlezing gedaan van ingeko men stukken ais punt 11 der agenda. a.. Missive inzake het verzetten der veemarkt te Axel. bi. Missive inzake het verzetten der veemarkt te Kieuw-Namen. c. Verzoek van M. Schrijver om aanwij zing van rooilijn. d. Missive Nederlandsche Bond van Gemeenteambtenaren inzake zekerheids- stelling gemeente-ontvanger. e. Goedkeuring sehoolgeldkohiieren school A en meisjesschool. f. Ontvangst bericht Strafverordening betrekkelijk straten enz. g. Goedkeuring wijziging gemeen tobe- grooting 1910 (besluit 18 Oct. 1910). h. Goedkeuring af- en overschrijving begrooting 1910 (besluit 18 Oct. 1910). Daarna komen in behandeliiigg de na volgende punten 2. Aanvragen om afschrijving van be lasting en schoolgeld; 3. 2de suppletoir kohier van hondenbelasting ad f 50, dienst 1910; 4 en 5. Verzoek van J. A. va,n Heel, om ruiling van een strookje grand aan de Kreukelmarkt; van Gebr. Duve- kot, om gemeentegrond in erfpacht aan do Opril van den Westwal; (i. Wijziging der verordening op tie keuring van veie en vleesch7 en 8. Verzoek van C. P. Amelunxen en A. P. Neeteson, om ontslag als onderwijzers hij het o. 1. onderwijs, met ingang van 1 Januari 1911; 9. Be noeming van 3 leden van het burgerlijk armbestuur in de vacaturen Massee, Bos- hoff Si', cn A. Dekker Jz. Aanbevelingen: vacature-Massee dr. J. 0. de Ruijter de Wildt en A. F. A. van Seters; vacature- Boshoff T. Faberij de Jonge en J. Jonige- pier; vacature-Dekker D. D. van den Bout en I. D. Fransen van do Putte; 10. Be noeming van leden voor het stembureau in 1911 en van een of meer gemachtig den voor de vergadering der N. V. water leiding-maatschappij „Zuid-Beveland" op 20 December a. s.12. Het verkenen van eervol ontslag aan J. G. Legro, als plaats vervangend gemeente-secretaris en tevens als ambtenaar van den burgerlijken stand en voorstel om als onbezoldigd ambte naar van den burgerlijken stand nog te benoemen J. M. Slegt, adjunct-oommies ter secretarie; 13. Adres aan H. M. de Koningin van den heer Burgemeester, in zake de salarisregeling van den commissa- ris van politie; 14. Verordening tot heffing van een recht van staanplaatsen op mark ten en andere openbare plaatsen; 15. Regeling van de exploitatie der giemeente- gasfabriek in verhand met het bepaalde hij art. 114bis der gemeentewet; 16. Van Eug. Huijghebaert, een gewijzigde teeke- ning voor tramaanleg dooir Goes, met ver zoek om concessie en een jaarlijkscbe gemeentelijke subsidie van f 1300, gedu rende 20 achtereenvolgend© jaren; 17. Be noeming van commissie- en bestuursle den in verband met de periodieke aftre ding op 1 Januari 1911; 18. Reclames hoofdelijken omslag, le suppl. kohier 1910. Alvorens tot de behandeling over te ga.a.n, vraagt de heer Dekker het woord en constateert, dat in spijt van vroeger gedane beloften om den raadsleden een behoorlijken tijd te verschaffen de stuk ken voor de gemeenteraadszitting in te zien, nu wederom de noodige tijd daartoe heeft ontbroken. De punten 8, 11, 14, 15 en 16 der agenda zijn van zulk gewicht, dat de raadsleden de desbetreffende stuk ken niet alleen hebben in te zien, maar ook te bestudeeren. De heer Hollmann valt den vorigen spreker hij. Hij zou willen dat de raads leden de stukken thuis kregen om zie daar behoorlijk in te zien. Hij wenscht punt 14 en 15 te zien aangehouden. De hoer Van den Bout zegt, dat er op tijd raad moet gehouden worden en het dikwijls veel moeite kost. om. met. do ver schillende commissies te vergaderen over de punten, waarop de stukken betrekking hebben. Hij is van oordeel, dat B. on W. in deze geen blaam kan treffen. De voorzitter zegt, dat er spoed bijgezet moet worden overeenkomstig de missive van Gedep. Staten in dato 22 Nov. j.l. De heer Dekker zegt, dat de eerste brief aan Ged. Staten in deze kwestie reeds van veel vroeger dagteekient (de voorzit ter zegt: van 6 September) zoodat. hij niet begrijpt, dat nu, 3 maanden later, er opeens zoo'n haast moet zijn. De heer Kakebeeke is het eens mjet de heeren Dekker en Hollmann. Hij onder steunt het verzoek van laatstgenoemden en verzoekt stemming. De heer Franssea v. d. Putte, ofschoon als lid der financieel© commissie, reeds voldoende op de hoogte van de stukken en hunne desbetreffende» inhoud, begrijpt echter het bezwaar der hoeren en ver zoekt den voorzitter geen stemming uit te lokken, maar toe te staan dat 'de pun ten 14 en 15 der agenda op eene volgen de vergadering zullen worden behandeld. Aldus wordt besloten. Punten 2 en 3 worden zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Zoo ook punt 4. Bij punt 5 maakt de heer flollrnann de opmerking, dat men bezig is te handelen tegen een vroeger door den raad genomen besluit onn geen grond in erfpacht te geven, tenzij in hoo- gen noodzaak. De heer v. d. Bout legt daarop den heer Hollmann uit hoe het miet den door den heer Duvekot gebruikten uitweg staal, waarop de heer Hollmann zich bevredigd verklaart en het punt wordt aangenomen. Over punt 6 vraagt de heer Dekker behandeling in besloten zitting. PUnten 7 en 8 worden zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Bij punt 9. Benoeming van drie leden van het Burgerlijk Armbestuur vindt de voorzitter gelegenheid ©en warm woord van hulde te brengen aan den afgetre den voorzitter van het Burgerlijk Armbe stuur, -den heer A. Dekker Jr., voor al hetgeen hij in die functie heeft verricht, overtuigd daarmede te spieken namens raad en burgerij (applaus). Overgaande tot de benoemingen wordt in de vacature Massee gekozen de hoer dr. J. C. De Ruijter De Wildt, in de vaca ture Boshof de heer T. Faberij de Jongie en in de vacature Dekker de heer D. D. van den Bout. Punt 10. De benoeming van leden voor liet stembureau hij de a. s. verkiezing! voor de Prov, Staten geeft tot resultaat, dat gekozen worden als leden de heeren J. C. H. Hollmann en J. F. van dei- Leeuw en tot plaatsvervangende leden de heeren A. S. J. Dekker en J. Z. Risc.h. Tot leden van het stembureau hij de verkiezing van gemeenteraadsleden in 1911 worden gekozen ais leden de hee ren 1*. J. van de Ven, I. D. Fransen, van de Putte en J. Donner en tot plaats vervangende leden de heeren Jhr. .1. M. E. von Schmidt auf Aitenstadt, Joh. Pi laar en W. Kakebeeke. Punt 11. Bij de benoeming van ge machtigden voor de Algemeene Vergade ring der Z.-Bev. Waterleiding-Maatschap pij1 merkt dhr. Pilaar op, dat aangezien de gemeenten de viennooteu zijn, de ge meenteraad eerst een besluit moot ne men of hij zal storten en met dat be sluit als imperatief mandaat de afgevaar digde naar de vergadering der 'Waterlei dingmaatschappij zal hebben te 'gaan. De heer Fransen van de Putte wenscht voor den afgevaardigde vrijheid van han delen, alleen in financieel© zaken wenscht hij een vooraf genomen besluit van dege nen die den afgevaardigde zenden. Ook z,ag hij gaarne door den raad in princiep uitgemaakt of altijd, d.w.z. ook hij vol gende vergaderingen eerst door den raad zal moeten worden vastgesteld wat de afgevaardigde op de vergadering der YVa terleidingmaatschappij zal hebben te zeg gen en te stemmen. De heer Hollmann stelt de vraag of de raad wel goed heeft overwogen wat hij doet met den afgevaardigde te gelasten op de a. s. Waterleidingvergadering voor storting der gelden te stemmen. Als een volgend jaar de Tweede Kamer de thans gevoteerde (en door de le Kamer nog niet aangenomen) subsidie weigert, zul len wij er misschien berouw van heb ben. De heer Van den Bout toont aan, aan de hand van hetgeen de Handelingen over de bediscussieerde Waterleid i n gsk westi© in de Tweede Kamer vermelden, dat de gemeente geheel veilig is. Voortaan kan de minister bij wijze van een salarispost de f 150.000, die een steun in den mg moet vormen voolr de Z.-Bevel. Vennoot schap op de begrooting aanbrengen, on afhankelijk van de gezindheid der Tweede Kamer. De discussie wordt gesloten. De heer Donner geeft zijn verlangen te kennen 2 afgevaardigden te benoemen en 2 plaatsvervangers. Benoemd worden na verschillende stemmingen en herstem mingen als afgevaardigden de heeren Pi laar ©n Fransen van de Putte en pis plaatsvervangers de heeren Risch en Ka kebeeke (de laatste na loting met don heer Temperman). Punt 12. Bij het verleenen van het eervol ontslag aan den heer J. G. Legro als plaatsvervangend gemeente-secretaris en als ambtenaar van den burgerlijken stand, stelt de voorzitter in waardeerendie bewoordingen de uitstekende verdienste» van den heer Legro in het licht, geduran- d©| 8 jaar dat hij hier werkzaam was, en prijst den goeden geest, die door hem op de secretarie heerscht. Onder dank betuiging voor die diensten, wenscht hij den hoer Legro als burgemeester op zijn nieuwe standplaats alle succes toe (ap plaus). De heer Dekker zegt hieraan te moe ten toevoegen, dat de heer Legro ook een bijzonder woord van lof verdienld voor de onpartijdigheid, die hij steeds in zijne functie beeft betoond, dat is z. i. voor den scheidenden ambtenaar de schoonste ©eretitel. Daarna wordt de heer J. M. Slegt be noemd als onbezoldigd ambtenaar van Burgerlijken Stand. Punt 13. Inzake het adres van den heer Burgemeester aan H. M. d© Koningin om het salaris van den te benoemen commissaris van politie te bepalen op f 1400, verdedigt de voorzitter die hande ling, wijl hij' na onderzoek der sollicita ties tot de ontdekking kwam, dat niemand zich voor f 1200 wenscht beschikbaar te stellen; dat een goede- politie commissaris hier noodig is om het peil van de repu tatie, waarop de politie staat, t.e verhoor gen, dat verder in gemeenten ter grootte van de onze (Hellevoetsluis, Zierikziee) f 1400 salaris wordt gegeven. Derhalve geen geschikten, bekwamen sollicitant hebbende kunnen vinden en van de andere zijde den goeden geest onder de politie willende aankweek en, heeft hij requestrae- rende aan de Koningin, gemeend te han delen in het belang der gemeente. De heer Pilaar, het woord verkrijgen de, drukt zijn verbazing uit over het request. Hij acht deze handelwijze van den burgemeester, achter den rug van den raad om en in strijd met het jongste door den raad genomen besluit, ongemotiveerd en ongepast. De heer Van den Bout drukt eveneens zijn spijt uit over het request, waarin ook nog onjuistheden voorkomen. Het is volstrekt niet waar dat geen geschikte sollicitanten te vinden waren of dat nie mand der sollicitanten minder dan f 1200 genoot. Er waren er zelfs hij, althans één, die gefortuneerd zijnde, alleen uit ambi tie gaarne voor 1200 commissaris wil de zijn. De voorzitter repliceert en zegt, dat oj) den datum van zijn request (7 Nov.) alle sollicitanten zich hadden terugge trokken en geen geschikt persoon voor f1200 te vinden was. De heer Dekker zegt over de meer of mindere ongeschiktheid niet te willen twisten, 'tls zot, maar wij mogen den commissaris wel betalen maar niet be noemen. Doch hij noemt de handelwijze van den voorzitter onvoorzichtig. Hij had van te voren den raad moeten waar schuwen. De heer Donner betreurt eveneens de handeling van den burgemeester. Z. i. had de burgemeester zijn collega's van bet Dag. Best. over deze requestrwering moe ten raadplegen, vooral daar hij weet in wat neteligen toestand onze gemeentekas verkeert. Ook gelooft hij niet dat er ver hand bestaat tusschen de kwaliteit van den functionnaris en het quantum van diens salaris. De ondervinding leert dik wijls anders. De heer Van der Leeuw zegt, dat waar de zaak thans aan de beslissing van do Koningin is overgelaten, de raad niets te beslissen heeft. Zijns inziens ware het heter geweest het salaris van den com missaris te laten op 1200 en wanneer de man bevalt hem f 200 erbij te geven. De voorzitter herhaalt, dat hij met dit request den raad niet onaangenaam wenschte te zijn, dat hij' denzelfden weg bewandelde als zijne collega's van 's Her togenbosch enz. en geineend heeft en nog meent te handelen in het belang van Goes. De heer Dekker zegt vroeger te hebben gestemd vóór 1'1400 salaris. In het onder havige geval evenwel zou hij bezwaar hebben te stemmen en zal dus als een stemming plaats heeft zich onthouden. Er wordt besloten niet te stemmen. De voorzitter zegt daarop, aan Ged. Staten te zullen mededeelen dat de raad op zijn standpunt van f 1200 blijft staan. De heeren Hollmann en Van den Bout eischen, dat in die brief ook de redenen zullen vermeld worden die vanavond door de leden hier zijn te berde gebracht, op dat de meening hij Ged. Staten niet worde gevestigd dat de ra.a:l zonder reden hal- sta rrig is. Punt 16. Op voorstel van B. en W. wordt op het verzoek van dhr. E, Huijghe baert afwijzend beschikt, ondanks de re d-enen die de heer Fransen van de Putte aanvoert om met verwerping van dit tweede tramplan het eerste aan te raden. De oude liefde van den raad voor oen tram met smal spoor is z. i. het ©enige motief voor de verwerping van Huijghe- baerts plannen, die het succes van de tram op Zuid-Beveland afhankelijk stelt van het breed spoor en het vermijd©» van overladen der vrachtgoederen. De heer Van den Bout weerlegt het ge sprokene door den heer Van de Putte tloor erop te wijzen, dat nergens in den om trek een tram met breed spoor bestaat, dat ©en met smal spoor voor de ge meente veel goedkooper zal zijn wegens de mindere onteigening en dat de vrees voor overladen schier door niemand ge deeld wordt. De heer Kakoheeke verklaart hel met den heer Putte eens te zijn. Als de raad Huijghebaert's tram niet neemt, krijgen wij er nooit een. Punt 17. Benoemd worden in de finan cieel© commissie de heeren \Y. Temper man, I. D'. Fransen van de Putte en, Joh. Pilaar; „in de Gaseommissie de heeren Mr. De Witt Hamer, \V. Temperman en J. F. van der Leeuw; in de Commissie voor de strafverorde ningen de heeren Joh. Pilaar, Jhr. J. -W. E, von Schmidt auf Aitenstadt in de Aanslag-commissie v. d. hoofdei, omslag de heeren J. Donner, W. Tem perman en P. J. van de Ven; in de Reclame-commissie v. d. hoofdei, omslag' de heeren J. Z. Risch, W. Kake beeke en J. C. H. Hollmann; in de Commissie van toezicht o. h. Middelbaar onderwijs de heer G. A. Ha- jenius in de Commissie van toezicht o. h. La ger onderwijs de heer Jhr. J. W. E. von Schmidt auf Aitenstadt; in het Burgerlijk Armbestuur de heer D. D van den Bout; in bet Gasthuisbestuur de lieer Jhr. J. W. E-, von Schmidt auf Aitenstadt; als Regentesse v. h. weeshuis Mevr. Quadekker —Veerkamp als Regentesse v. h. gasthuis Mej. M. W. van Heel; in de Commissie voor classificatie va,n leerlingen der O. L. scholen de heeren Mr. J. de Witt Hamer en J. F. van dei- Leeuw vanwege hel R. K. Armbestuur de beer J. B. van Kalmthout; vanwege het Ned. Herv. Diaconie-armbe stuur de heel- H. P. van der Heil; in plaats van dengene, dien vroeger de Geref. Diaconie placht voor te dragen (zij heeft van verdere voordracht afgezien) ïle heer I. G. J. Kakebeeke; vanwege het .Burgerl. Armbestuur de heer P. A. de Ligny vanwege de Comm. voor Oecon. spijsuit- deeling (le heer L. A. Keitel. Bij de rondvraag maakt de heer Tem perman, als lid der gaseommissie van de gelegenheid gebruik om den heer I). D. van den Bout, die uit de gaseommissie gaat, te huldigen voor al hetgeen hij in die delicate functie heeft tot stand gebracht. Hij wenscht het Burgerlijk Arm bestuur geluk, die in hem, zijn nieuwen voorzitter, een uitmuntende werkkracht krijgt. Verder nog verzoekt hij B. en W. de haven hij den aanlegsteiger 30 a 40 c.M. dieper te laten uitbaggeren dan geschied is, wijl de schepen thans nog genoodzaakt zijn hoogerop te blij ven liggen wegens de ondiepte. De voorzitter zegt dat B. en W. er alles voor voelen om dit verzoek in te willigen. Daarna wordt de openbare vergadering geschorst. Na heropening deelt de voor zitter mede, dat aanslag van de reclaman ten mej. Bontje en den heer Scheele tot het vorig bedrag is teruggebracht en dat het punt 6 der agenda is aangehou den tot de volgende openbare vergadering, waarna hij de vergadering sluit. N.B. De volgende openbare vergadering zal gehouden worden 15 December a. s. Onze Vroede Vaderen. De breede, monumentale schoorsteen in onze raadzaal leent zich hij uitstek voor het zetten van een St. Nicolaas- klorap. Zoo dacht ook onze burgervader cn hij zette er een. Maar, o wee, het is hem leelijk bekomen, want toen hij gisteren den klomp ging halen, zat er een gard inHij werd door den raad geducht oji zijn vingers getikt voor zijn request aan (le Koningin om een groot- steedschen Commissaris. Voorop de beer Pilaar als een andere St. Joris met ge velde lans, daarachter de oudste wet houder in hoogst eigen persoon („ook gij, Brutus" zoo zal de burgemeester inwendig verzucht hebben) vervolgons de heeren Donner en Dekker in kalmer vaart. Ja, ja, een burgemeester mag zich wel tweemaal bedenken alvorens hij de su prematie van den raad aanrandt. Dat is een heilig huisje, waaraan niet mag worden geraakt. Ai zou het misschien wat overdreven zijn op onzen burgervader het beeld van den (lichter toe te passen: „Zoo staat de leeuw, geprest door jagersbenden", toch w ist hij zijn aanvallers aardig van zich af te slaan. Hij is nog zoo mis niet, vooral niet, als hij zich voelt als het hoofd van de politie. ,,lk bewandelde denzelfden weg als mijne collega's van 's Hertogenbosch enz." Ligt daarin niet een fier zelfbewustzijn opgesloten? Doet dat niet denken aan het ,.L' état c'-est raoi" van Lodewijk XIV? Ik acht hem da,n ook best in staat om op het voorbeeld van den Zonne koning onze stad te beschenken met fraaie tuinen en waterwerken a la Ver sailles, zonder zich om het refrein te hekommeren: „Wie zal dat betalen, zoete, lieve Gerritje?" Nog een andere surprise viel ons ten deel, en wel hij de benoeming van af gevaardigden voor de vergadering der Waterleidingmaatschappij. De heer Pilaar had onmiddellijk voor do stemming gereleveerd, dat de ven- nooten der Zuid-Bevelani Ische Waterlei dingmaatschappij de gemeenten zelve zijn. Dus de Gemeente Goes is een vennoot. Account, Van Putten I Nu bestaat do ge meente uit menschen van verschillende politieke belijdenis, die de gewoonte heeft doen aanduiden onder do benaming' rechts en links. Beide richtingen zijn in den raad vertegenwoordigd, dus behoorden beide richtingen ook vertegenwoordigd te zijn in do afgevaardigden, die namens de gemeente, d.i, namens alle burgers in de a.s. Waterleidingvergadering heb ben mede te spreken. Men had dus kun nen verwachten, dat gisteren zou zijn gekozen één liberale afgevaardigde, één afgevaardigde uit de rechterzijde, en 2 liberale plaatsvervangers, o.i. eene zeer billijke verdeeling. Maar van dergelijke bil lijkheid zijn de liberalen ten onzent niet thuis. Het begrip „liberaal" definieeren zij aldus: Alles voor ons, niets voor jullie, anti-liberalen. Je moogl het je een eer rekenen, met ons de lasten le dragen, maar van de lusten blijf je af. „Nul n'aura de 1' esprit, hors nous et nos amis". „Wij en onze vrienden hebben alleen ver stand." Voor jelui rechtschen geldt maar één voorschrift: „Sijinen betaalt". En dan zeggen ze nog, da.t wij, recht schen, de anti-these maken! Wat zou de heer Victor De Stuers gis teren bij die benoeming een bevestiging hebben gevonden van zijn onlangs in de Tweede Kamer gehouden repliek over de benoemingen der Katholieken, toen hij zeide, dat aj wie Roomsch is of lot de

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1910 | | pagina 2