UIT ZEELAND.
heid ten opzichte van hare verwijderde
geestverwanten.
Een staaltje van deze oprechte hou
ding vinden wij in het Kameroverzicht
van de vorige week, waarin o.a. liet vol
gende te lezen staat:
„Indien de vrijzinnige partijen het le-
leid en de zelfbeheersching bezeten had
den zich in dit parlementaire midden
jaar, tegenover een regeering wier stre
ven naar een gematigde toepassing ba
rer beginselen toch onmiskenbaar is, te
bepalen tot een critiek op het financi
eel© beheer en de financieel® plannen
het zwakke punt va,n het Kabinet
en de eigenlijke politieke oppositie dit
maal geheel aan de sociaal-democraten
hadden overgelaten, de politieke positie
van de linkerzijde had door dit debat
aanzienlijk versterkt kunnen zijn. Dat is
zij1 nu niet en alzoo is hier ten volle
toepasselijk het woordWeniger ware
mehr gewesen."
Verleden Maandag bood dezelfde Ka-
meroverzichtschrijver den heeren vrijzin
nigen de volgende vragen ter overweging
aan
„Wie kan ons zeggen, waarom deze
dag eigenlijk volgepraat is moeten wor
den, met een avondvergadering als ver
lengstuk er bij om de algemeene be
schouwingen ten minste nog vóór morgen
le kunnen beëindigen
Om den lieer Hugenholtz zijn „persoon
lijk feit" te geven en den heer ilood-
huijzen bijna het zijne? Om den heer
Troelstra gelegenheid te bieden in een
twee uur lange repliek te toonen, da.t,
moge zijn eerste rede „tam" genoemd
zijn, hij agitatorisch nog altijd in volle
XIeni' verkeert? Om den heer De Mees
ter aan zijn financieel beleid de voor
keur te hooren geven boven dat van zijn
opvolger in het ministerie? Om den heer
Tydeman dezen nog eens aan het ver
stand te laten brengen, dal hij als mi
nister van financiën de constitutioneel
aangewezen wachter is bij de schatkist,
die zich bij een benauwden financieel©»
toestand moet verzetten zoo tegen de
eischen zijner ambtgtenooten als van de
Kamer (men denk© aan het amendeinent.
Yan Wijnbergen bij de M.U.L.O -wet) en
dat hij dus, zoo hij het niet doet., voor
dien toestand aansprakelijk is? Om den
heer Drucker liet zij erkend met prij
zenswaardige beknoptheid in betoo
genden trant te doen herhalen wat hij
in eersten termijn meer snijdend had ge
zegd Om lid A of B een aanmerking
van lid C of D op zijn redevoering te
laten beantwoorden niet een argument,
een nadere ontvouwing of een hatelijk
heid; of wel aan de klachten een uitweg
te schenken, dat de Minister den spre
ker niet begrepen heeft, of niet beant
woord, of gegriefd, of beleedigd... l
Wij willen wel ronduit zeggen, dat
heel deze dag verbeuzeld is."
Het is kras; maar onwaar?
Een droevig figuur.
Welk een jammerlijk figuur, zegt het
„Arnhemsch Dagblad", sloeg toch telkens
weer de afgevaardigde uit Brielle, die,
volgens zijn eigen verklaring in de „Enkii.
Ct"., ditmaal bij het begrootingsde.bat de
spits afbeet!
Leest slechts deze passage uit hei Ka
merverslag
De heer Roodhuijzen .Maar deze Mi
nister, die langer dan een ander Minis
ter zitting heeft, weet niet anders te
zeggen dan: „de tijd is zoo kort, en dat
zegt die Minister, terwijl Minister Talma,
vroeger Minister Veegens zoo oritiseerde,
omdat hij' te vroeg met de ouderdoms-
vorzekering kwam."
De Minister van LandbouwWanneer
is die critiek uitgesproken?
Do heer RoodhuijzenDat is de ge
wone manier van Minister Talma, om
altijd te vragenwaar staat dat, op wel
ke bladzijde der Handelingen? Behoef ik
dan te zeggen, wat iedereen weet?
De Minister: Ik weet geen enkele blad
zijde van de Handelingen, waar dit staat.
Do heer Roodhuijzen: Die interruptie
is mij te onbeteekenend om er op in
te gaan, maar het stond in de „Han
delingen" van December 1008 bladzijde
464.
De Minister: Dat is een jaar voordat
Minister Veegens met zijn ontwerp kwam.
Hoe kon ik dan toen da;t ontwerp criti-
seeren
De heer RoodhuijzenZiet men nu niet,
dat ik gelijk had, toen ik op die inter
ruptie niet in wikle gaan? (Gelach).
Zoo poogde de spreker weer met een
„aardigheid" zijn terugtocht te dekken,
zegt „Arnh. Dagbl." Waarlijk, het begroo-
tingsdebat stood ditmaal niet op een
hoog peil I
Dat gelukkig ook aan de vrijzinnige
zijde de grappigheid van dezen politicus
niet meer door den beugel kan, blijkt
uit het slot van een Kameroverzicht in
„Land en Volk", dat schreef:
„Het was jammer, dat ten slotte de
heer Roodhuijzen zich liet verleiden tot
een weinig fijnen aanval op het Kabi
net in den minister Talma, omdat deze
hij de behandeling van het subsidie voor
do landbouwtentoonstelling zich had ver
zet tegen den eisch van zijn naaste vrien
den, om daaraan de voorwaarde te ver
hinden, dat de tentoonstelling op Zon
dag zou moeten zijn gesloten. De hou
ding, hierin door den minister Talma
aangenomen, verdient onzerzijds alle
waardeering, geen pritiek en allerminst
grove critiek."
Openbare Vergadering van den gemeenteraad
van Goes op Dinsdag 6 December
Voorzitter de burgemeester.
Afwezig Mr. De Witt Hamer met kennis
geving.
Wordt voorlezing gedaan van ingeko
men stukken ais punt 11 der agenda.
a.. Missive inzake het verzetten der
veemarkt te Axel.
bi. Missive inzake het verzetten der
veemarkt te Kieuw-Namen.
c. Verzoek van M. Schrijver om aanwij
zing van rooilijn.
d. Missive Nederlandsche Bond van
Gemeenteambtenaren inzake zekerheids-
stelling gemeente-ontvanger.
e. Goedkeuring sehoolgeldkohiieren
school A en meisjesschool.
f. Ontvangst bericht Strafverordening
betrekkelijk straten enz.
g. Goedkeuring wijziging gemeen tobe-
grooting 1910 (besluit 18 Oct. 1910).
h. Goedkeuring af- en overschrijving
begrooting 1910 (besluit 18 Oct. 1910).
Daarna komen in behandeliiigg de na
volgende punten
2. Aanvragen om afschrijving van be
lasting en schoolgeld; 3. 2de suppletoir
kohier van hondenbelasting ad f 50, dienst
1910; 4 en 5. Verzoek van J. A. va,n
Heel, om ruiling van een strookje grand
aan de Kreukelmarkt; van Gebr. Duve-
kot, om gemeentegrond in erfpacht aan
do Opril van den Westwal; (i. Wijziging
der verordening op tie keuring van veie
en vleesch7 en 8. Verzoek van C. P.
Amelunxen en A. P. Neeteson, om ontslag
als onderwijzers hij het o. 1. onderwijs,
met ingang van 1 Januari 1911; 9. Be
noeming van 3 leden van het burgerlijk
armbestuur in de vacaturen Massee, Bos-
hoff Si', cn A. Dekker Jz. Aanbevelingen:
vacature-Massee dr. J. 0. de Ruijter de
Wildt en A. F. A. van Seters; vacature-
Boshoff T. Faberij de Jonge en J. Jonige-
pier; vacature-Dekker D. D. van den Bout
en I. D. Fransen van do Putte; 10. Be
noeming van leden voor het stembureau
in 1911 en van een of meer gemachtig
den voor de vergadering der N. V. water
leiding-maatschappij „Zuid-Beveland" op
20 December a. s.12. Het verkenen van
eervol ontslag aan J. G. Legro, als plaats
vervangend gemeente-secretaris en tevens
als ambtenaar van den burgerlijken stand
en voorstel om als onbezoldigd ambte
naar van den burgerlijken stand nog te
benoemen J. M. Slegt, adjunct-oommies
ter secretarie; 13. Adres aan H. M. de
Koningin van den heer Burgemeester, in
zake de salarisregeling van den commissa-
ris van politie; 14. Verordening tot heffing
van een recht van staanplaatsen op mark
ten en andere openbare plaatsen; 15.
Regeling van de exploitatie der giemeente-
gasfabriek in verhand met het bepaalde
hij art. 114bis der gemeentewet; 16. Van
Eug. Huijghebaert, een gewijzigde teeke-
ning voor tramaanleg dooir Goes, met ver
zoek om concessie en een jaarlijkscbe
gemeentelijke subsidie van f 1300, gedu
rende 20 achtereenvolgend© jaren; 17. Be
noeming van commissie- en bestuursle
den in verband met de periodieke aftre
ding op 1 Januari 1911; 18. Reclames
hoofdelijken omslag, le suppl. kohier 1910.
Alvorens tot de behandeling over te
ga.a.n, vraagt de heer Dekker het woord
en constateert, dat in spijt van vroeger
gedane beloften om den raadsleden een
behoorlijken tijd te verschaffen de stuk
ken voor de gemeenteraadszitting in te
zien, nu wederom de noodige tijd daartoe
heeft ontbroken. De punten 8, 11, 14, 15
en 16 der agenda zijn van zulk gewicht,
dat de raadsleden de desbetreffende stuk
ken niet alleen hebben in te zien, maar
ook te bestudeeren.
De heer Hollmann valt den vorigen
spreker hij. Hij zou willen dat de raads
leden de stukken thuis kregen om zie
daar behoorlijk in te zien. Hij wenscht
punt 14 en 15 te zien aangehouden.
De hoer Van den Bout zegt, dat er op
tijd raad moet gehouden worden en het
dikwijls veel moeite kost. om. met. do ver
schillende commissies te vergaderen over
de punten, waarop de stukken betrekking
hebben. Hij is van oordeel, dat B. on W.
in deze geen blaam kan treffen.
De voorzitter zegt, dat er spoed bijgezet
moet worden overeenkomstig de missive
van Gedep. Staten in dato 22 Nov. j.l.
De heer Dekker zegt, dat de eerste brief
aan Ged. Staten in deze kwestie reeds
van veel vroeger dagteekient (de voorzit
ter zegt: van 6 September) zoodat. hij
niet begrijpt, dat nu, 3 maanden later,
er opeens zoo'n haast moet zijn.
De heer Kakebeeke is het eens mjet
de heeren Dekker en Hollmann. Hij onder
steunt het verzoek van laatstgenoemden
en verzoekt stemming.
De heer Franssea v. d. Putte, ofschoon
als lid der financieel© commissie, reeds
voldoende op de hoogte van de stukken
en hunne desbetreffende» inhoud, begrijpt
echter het bezwaar der hoeren en ver
zoekt den voorzitter geen stemming uit
te lokken, maar toe te staan dat 'de pun
ten 14 en 15 der agenda op eene volgen
de vergadering zullen worden behandeld.
Aldus wordt besloten.
Punten 2 en 3 worden zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
Zoo ook punt 4. Bij punt 5 maakt de
heer flollrnann de opmerking, dat men
bezig is te handelen tegen een vroeger
door den raad genomen besluit onn geen
grond in erfpacht te geven, tenzij in hoo-
gen noodzaak.
De heer v. d. Bout legt daarop den
heer Hollmann uit hoe het miet den door
den heer Duvekot gebruikten uitweg staal,
waarop de heer Hollmann zich bevredigd
verklaart en het punt wordt aangenomen.
Over punt 6 vraagt de heer Dekker
behandeling in besloten zitting.
PUnten 7 en 8 worden zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
Bij punt 9. Benoeming van drie leden
van het Burgerlijk Armbestuur vindt de
voorzitter gelegenheid ©en warm woord
van hulde te brengen aan den afgetre
den voorzitter van het Burgerlijk Armbe
stuur, -den heer A. Dekker Jr., voor al
hetgeen hij in die functie heeft verricht,
overtuigd daarmede te spieken namens
raad en burgerij (applaus).
Overgaande tot de benoemingen wordt
in de vacature Massee gekozen de hoer
dr. J. C. De Ruijter De Wildt, in de vaca
ture Boshof de heer T. Faberij de Jongie
en in de vacature Dekker de heer D. D.
van den Bout.
Punt 10. De benoeming van leden voor
liet stembureau hij de a. s. verkiezing!
voor de Prov, Staten geeft tot resultaat,
dat gekozen worden als leden de heeren
J. C. H. Hollmann en J. F. van dei-
Leeuw en tot plaatsvervangende leden de
heeren A. S. J. Dekker en J. Z. Risc.h.
Tot leden van het stembureau hij de
verkiezing van gemeenteraadsleden in
1911 worden gekozen ais leden de hee
ren 1*. J. van de Ven, I. D. Fransen,
van de Putte en J. Donner en tot plaats
vervangende leden de heeren Jhr. .1. M.
E. von Schmidt auf Aitenstadt, Joh. Pi
laar en W. Kakebeeke.
Punt 11. Bij de benoeming van ge
machtigden voor de Algemeene Vergade
ring der Z.-Bev. Waterleiding-Maatschap
pij1 merkt dhr. Pilaar op, dat aangezien
de gemeenten de viennooteu zijn, de ge
meenteraad eerst een besluit moot ne
men of hij zal storten en met dat be
sluit als imperatief mandaat de afgevaar
digde naar de vergadering der 'Waterlei
dingmaatschappij zal hebben te 'gaan.
De heer Fransen van de Putte wenscht
voor den afgevaardigde vrijheid van han
delen, alleen in financieel© zaken wenscht
hij een vooraf genomen besluit van dege
nen die den afgevaardigde zenden. Ook
z,ag hij gaarne door den raad in princiep
uitgemaakt of altijd, d.w.z. ook hij vol
gende vergaderingen eerst door den raad
zal moeten worden vastgesteld wat de
afgevaardigde op de vergadering der YVa
terleidingmaatschappij zal hebben te zeg
gen en te stemmen.
De heer Hollmann stelt de vraag of
de raad wel goed heeft overwogen wat
hij doet met den afgevaardigde te gelasten
op de a. s. Waterleidingvergadering voor
storting der gelden te stemmen. Als een
volgend jaar de Tweede Kamer de thans
gevoteerde (en door de le Kamer nog
niet aangenomen) subsidie weigert, zul
len wij er misschien berouw van heb
ben.
De heer Van den Bout toont aan, aan
de hand van hetgeen de Handelingen over
de bediscussieerde Waterleid i n gsk westi©
in de Tweede Kamer vermelden, dat de
gemeente geheel veilig is. Voortaan kan
de minister bij wijze van een salarispost
de f 150.000, die een steun in den mg
moet vormen voolr de Z.-Bevel. Vennoot
schap op de begrooting aanbrengen, on
afhankelijk van de gezindheid der Tweede
Kamer.
De discussie wordt gesloten.
De heer Donner geeft zijn verlangen
te kennen 2 afgevaardigden te benoemen
en 2 plaatsvervangers. Benoemd worden
na verschillende stemmingen en herstem
mingen als afgevaardigden de heeren Pi
laar ©n Fransen van de Putte en pis
plaatsvervangers de heeren Risch en Ka
kebeeke (de laatste na loting met don
heer Temperman).
Punt 12. Bij het verleenen van het
eervol ontslag aan den heer J. G. Legro
als plaatsvervangend gemeente-secretaris
en als ambtenaar van den burgerlijken
stand, stelt de voorzitter in waardeerendie
bewoordingen de uitstekende verdienste»
van den heer Legro in het licht, geduran-
d©| 8 jaar dat hij hier werkzaam was, en
prijst den goeden geest, die door hem
op de secretarie heerscht. Onder dank
betuiging voor die diensten, wenscht hij
den hoer Legro als burgemeester op zijn
nieuwe standplaats alle succes toe (ap
plaus).
De heer Dekker zegt hieraan te moe
ten toevoegen, dat de heer Legro ook
een bijzonder woord van lof verdienld
voor de onpartijdigheid, die hij steeds in
zijne functie beeft betoond, dat is z. i.
voor den scheidenden ambtenaar de
schoonste ©eretitel.
Daarna wordt de heer J. M. Slegt be
noemd als onbezoldigd ambtenaar van
Burgerlijken Stand.
Punt 13. Inzake het adres van den
heer Burgemeester aan H. M. d© Koningin
om het salaris van den te benoemen
commissaris van politie te bepalen op
f 1400, verdedigt de voorzitter die hande
ling, wijl hij' na onderzoek der sollicita
ties tot de ontdekking kwam, dat niemand
zich voor f 1200 wenscht beschikbaar te
stellen; dat een goede- politie commissaris
hier noodig is om het peil van de repu
tatie, waarop de politie staat, t.e verhoor
gen, dat verder in gemeenten ter grootte
van de onze (Hellevoetsluis, Zierikziee)
f 1400 salaris wordt gegeven. Derhalve
geen geschikten, bekwamen sollicitant
hebbende kunnen vinden en van de andere
zijde den goeden geest onder de politie
willende aankweek en, heeft hij requestrae-
rende aan de Koningin, gemeend te han
delen in het belang der gemeente.
De heer Pilaar, het woord verkrijgen
de, drukt zijn verbazing uit over het
request. Hij acht deze handelwijze van den
burgemeester, achter den rug van den
raad om en in strijd met het jongste door
den raad genomen besluit, ongemotiveerd
en ongepast.
De heer Van den Bout drukt eveneens
zijn spijt uit over het request, waarin
ook nog onjuistheden voorkomen. Het is
volstrekt niet waar dat geen geschikte
sollicitanten te vinden waren of dat nie
mand der sollicitanten minder dan f 1200
genoot. Er waren er zelfs hij, althans één,
die gefortuneerd zijnde, alleen uit ambi
tie gaarne voor 1200 commissaris wil
de zijn.
De voorzitter repliceert en zegt, dat
oj) den datum van zijn request (7 Nov.)
alle sollicitanten zich hadden terugge
trokken en geen geschikt persoon voor
f1200 te vinden was.
De heer Dekker zegt over de meer of
mindere ongeschiktheid niet te willen
twisten, 'tls zot, maar wij mogen den
commissaris wel betalen maar niet be
noemen. Doch hij noemt de handelwijze
van den voorzitter onvoorzichtig. Hij had
van te voren den raad moeten waar
schuwen.
De heer Donner betreurt eveneens de
handeling van den burgemeester. Z. i. had
de burgemeester zijn collega's van bet
Dag. Best. over deze requestrwering moe
ten raadplegen, vooral daar hij weet in
wat neteligen toestand onze gemeentekas
verkeert. Ook gelooft hij niet dat er ver
hand bestaat tusschen de kwaliteit van
den functionnaris en het quantum van
diens salaris. De ondervinding leert dik
wijls anders.
De heer Van der Leeuw zegt, dat waar
de zaak thans aan de beslissing van do
Koningin is overgelaten, de raad niets
te beslissen heeft. Zijns inziens ware het
heter geweest het salaris van den com
missaris te laten op 1200 en wanneer
de man bevalt hem f 200 erbij te geven.
De voorzitter herhaalt, dat hij met dit
request den raad niet onaangenaam
wenschte te zijn, dat hij' denzelfden weg
bewandelde als zijne collega's van 's Her
togenbosch enz. en geineend heeft en nog
meent te handelen in het belang van Goes.
De heer Dekker zegt vroeger te hebben
gestemd vóór 1'1400 salaris. In het onder
havige geval evenwel zou hij bezwaar
hebben te stemmen en zal dus als een
stemming plaats heeft zich onthouden.
Er wordt besloten niet te stemmen.
De voorzitter zegt daarop, aan Ged.
Staten te zullen mededeelen dat de raad
op zijn standpunt van f 1200 blijft staan.
De heeren Hollmann en Van den Bout
eischen, dat in die brief ook de redenen
zullen vermeld worden die vanavond door
de leden hier zijn te berde gebracht, op
dat de meening hij Ged. Staten niet worde
gevestigd dat de ra.a:l zonder reden hal-
sta rrig is.
Punt 16. Op voorstel van B. en W.
wordt op het verzoek van dhr. E, Huijghe
baert afwijzend beschikt, ondanks de re
d-enen die de heer Fransen van de Putte
aanvoert om met verwerping van dit
tweede tramplan het eerste aan te raden.
De oude liefde van den raad voor oen
tram met smal spoor is z. i. het ©enige
motief voor de verwerping van Huijghe-
baerts plannen, die het succes van de
tram op Zuid-Beveland afhankelijk stelt
van het breed spoor en het vermijd©»
van overladen der vrachtgoederen.
De heer Van den Bout weerlegt het ge
sprokene door den heer Van de Putte tloor
erop te wijzen, dat nergens in den om
trek een tram met breed spoor bestaat,
dat ©en met smal spoor voor de ge
meente veel goedkooper zal zijn wegens
de mindere onteigening en dat de vrees
voor overladen schier door niemand ge
deeld wordt.
De heer Kakoheeke verklaart hel met
den heer Putte eens te zijn. Als de raad
Huijghebaert's tram niet neemt, krijgen
wij er nooit een.
Punt 17. Benoemd worden in de finan
cieel© commissie de heeren \Y. Temper
man, I. D'. Fransen van de Putte en,
Joh. Pilaar;
„in de Gaseommissie de heeren Mr. De
Witt Hamer, \V. Temperman en J. F.
van der Leeuw;
in de Commissie voor de strafverorde
ningen de heeren Joh. Pilaar, Jhr. J.
-W. E, von Schmidt auf Aitenstadt
in de Aanslag-commissie v. d. hoofdei,
omslag de heeren J. Donner, W. Tem
perman en P. J. van de Ven;
in de Reclame-commissie v. d. hoofdei,
omslag' de heeren J. Z. Risch, W. Kake
beeke en J. C. H. Hollmann;
in de Commissie van toezicht o. h.
Middelbaar onderwijs de heer G. A. Ha-
jenius
in de Commissie van toezicht o. h. La
ger onderwijs de heer Jhr. J. W. E. von
Schmidt auf Aitenstadt;
in het Burgerlijk Armbestuur de heer
D. D van den Bout;
in bet Gasthuisbestuur de lieer Jhr.
J. W. E-, von Schmidt auf Aitenstadt;
als Regentesse v. h. weeshuis Mevr.
Quadekker —Veerkamp
als Regentesse v. h. gasthuis Mej. M.
W. van Heel;
in de Commissie voor classificatie va,n
leerlingen der O. L. scholen de heeren
Mr. J. de Witt Hamer en J. F. van dei-
Leeuw
vanwege hel R. K. Armbestuur de beer
J. B. van Kalmthout;
vanwege het Ned. Herv. Diaconie-armbe
stuur de heel- H. P. van der Heil;
in plaats van dengene, dien vroeger
de Geref. Diaconie placht voor te dragen
(zij heeft van verdere voordracht afgezien)
ïle heer I. G. J. Kakebeeke;
vanwege het .Burgerl. Armbestuur de
heer P. A. de Ligny
vanwege de Comm. voor Oecon. spijsuit-
deeling (le heer L. A. Keitel.
Bij de rondvraag maakt de heer Tem
perman, als lid der gaseommissie van de
gelegenheid gebruik om den heer I). D.
van den Bout, die uit de gaseommissie
gaat, te huldigen voor al hetgeen hij
in die delicate functie heeft tot stand
gebracht. Hij wenscht het Burgerlijk Arm
bestuur geluk, die in hem, zijn nieuwen
voorzitter, een uitmuntende werkkracht
krijgt.
Verder nog verzoekt hij B. en W.
de haven hij den aanlegsteiger 30
a 40 c.M. dieper te laten uitbaggeren
dan geschied is, wijl de schepen thans
nog genoodzaakt zijn hoogerop te blij
ven liggen wegens de ondiepte.
De voorzitter zegt dat B. en W. er
alles voor voelen om dit verzoek in te
willigen.
Daarna wordt de openbare vergadering
geschorst. Na heropening deelt de voor
zitter mede, dat aanslag van de reclaman
ten mej. Bontje en den heer Scheele
tot het vorig bedrag is teruggebracht en
dat het punt 6 der agenda is aangehou
den tot de volgende openbare vergadering,
waarna hij de vergadering sluit.
N.B. De volgende openbare vergadering
zal gehouden worden 15 December a. s.
Onze Vroede Vaderen.
De breede, monumentale schoorsteen
in onze raadzaal leent zich hij uitstek
voor het zetten van een St. Nicolaas-
klorap. Zoo dacht ook onze burgervader
cn hij zette er een. Maar, o wee, het
is hem leelijk bekomen, want toen hij
gisteren den klomp ging halen, zat er
een gard inHij werd door den raad
geducht oji zijn vingers getikt voor zijn
request aan (le Koningin om een groot-
steedschen Commissaris. Voorop de beer
Pilaar als een andere St. Joris met ge
velde lans, daarachter de oudste wet
houder in hoogst eigen persoon („ook
gij, Brutus" zoo zal de burgemeester
inwendig verzucht hebben) vervolgons de
heeren Donner en Dekker in kalmer vaart.
Ja, ja, een burgemeester mag zich wel
tweemaal bedenken alvorens hij de su
prematie van den raad aanrandt.
Dat is een heilig huisje, waaraan niet
mag worden geraakt.
Ai zou het misschien wat overdreven
zijn op onzen burgervader het beeld van
den (lichter toe te passen:
„Zoo staat de leeuw, geprest door
jagersbenden",
toch w ist hij zijn aanvallers aardig van
zich af te slaan. Hij is nog zoo mis niet,
vooral niet, als hij zich voelt als het
hoofd van de politie. ,,lk bewandelde
denzelfden weg als mijne collega's van
's Hertogenbosch enz." Ligt daarin niet
een fier zelfbewustzijn opgesloten? Doet
dat niet denken aan het ,.L' état c'-est
raoi" van Lodewijk XIV?
Ik acht hem da,n ook best in staat
om op het voorbeeld van den Zonne
koning onze stad te beschenken met
fraaie tuinen en waterwerken a la Ver
sailles, zonder zich om het refrein te
hekommeren: „Wie zal dat betalen, zoete,
lieve Gerritje?"
Nog een andere surprise viel ons ten
deel, en wel hij de benoeming van af
gevaardigden voor de vergadering der
Waterleidingmaatschappij.
De heer Pilaar had onmiddellijk voor
do stemming gereleveerd, dat de ven-
nooten der Zuid-Bevelani Ische Waterlei
dingmaatschappij de gemeenten zelve zijn.
Dus de Gemeente Goes is een vennoot.
Account, Van Putten I Nu bestaat do ge
meente uit menschen van verschillende
politieke belijdenis, die de gewoonte heeft
doen aanduiden onder do benaming' rechts
en links. Beide richtingen zijn in den
raad vertegenwoordigd, dus behoorden
beide richtingen ook vertegenwoordigd te
zijn in do afgevaardigden, die namens
de gemeente, d.i, namens alle burgers
in de a.s. Waterleidingvergadering heb
ben mede te spreken. Men had dus kun
nen verwachten, dat gisteren zou zijn
gekozen één liberale afgevaardigde, één
afgevaardigde uit de rechterzijde, en 2
liberale plaatsvervangers, o.i. eene zeer
billijke verdeeling. Maar van dergelijke bil
lijkheid zijn de liberalen ten onzent niet
thuis. Het begrip „liberaal" definieeren zij
aldus: Alles voor ons, niets voor jullie,
anti-liberalen. Je moogl het je een eer
rekenen, met ons de lasten le dragen,
maar van de lusten blijf je af. „Nul n'aura
de 1' esprit, hors nous et nos amis".
„Wij en onze vrienden hebben alleen ver
stand." Voor jelui rechtschen geldt maar
één voorschrift: „Sijinen betaalt".
En dan zeggen ze nog, da.t wij, recht
schen, de anti-these maken!
Wat zou de heer Victor De Stuers gis
teren bij die benoeming een bevestiging
hebben gevonden van zijn onlangs in de
Tweede Kamer gehouden repliek over de
benoemingen der Katholieken, toen hij
zeide, dat aj wie Roomsch is of lot de