No. 117. Dinsdag 4 October 1010 Zesde Jaargang. FEUILLETON. BUITENLAND. Verschijnt eiken MAANDAG-,JOEISItt- en VRIJDAGAVOND. ELSA Abonnementsprijs p, 3 maanden voor Goes 10.76, daarbuiten 10.96 Afzonderlijke nummers 6 cent, dubbele bladen 10 cent Adveftentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór half drie en Vrjjdag vóór een uur 's namiddags. Kanfoor v. d. Administratie: Gangepoorfstraaf C 209, GOES. Recl&meberiehten 26 Ct. p. r, By abonnement speciale prys, Advertentiën van 15 regels f0,60; iedere regel meer 10 Ct. Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 x flerefcend, Dienstaanbiedingen 6 regels voor 26 Ct, A contant, St. Franciscus van Assisië. (t 4 Oct. 1226). Indien het :waar is dat de Voorzienig heid ten allen tijde mannen wist te ver wekken, die door het voorbeeld van een ongerept leven en een strenge naleving der Evangelische voorschriften èn Kerk èn Maatschappij ten zegen strekten, da;n mogen wij Haar dankbaar zijn, dat Zij aan de wereld een St. Franciscus van As sisië heeft geschonken. De ootmoed, de naastenliefde, die: ont hechting aan aardsche eer en aardsch bezit, de ongeveinsde heiligheid van de zen grooten Assisiër hebben niet alleen tijdens zijn levensdagen (11821226) een nieuwen opbloei van. het geloofsleven veroorzaakt, maar doen tot in onze da gen 'hun weldadigen invloed gevoelen. Overal waar wij de bruine pij der zo nen van St. Franciscus ontwaren, zien wij voor onze oogen de daadwerkelijke prediking dier verheven Evangelische deugden, wier luister zoo gemakkelijk verduisterd wordt door den schijnglans van 's werelds goud en eer en, wier be oefening den „modernen" mensch als iets lastigs, iets overbodigs voorkomt. Wat Franciscus, de Serafijnsche va der, heeft gedaan en geleerd, moge on begrijpelijk schijnen voor den wuften we- reldling, die in het rusteloos najagen van bloot-stoffelijke goederen en het sma ken van bloot-menschelijke genietingen zijn leven doet opgaan, voor hem, wien het Christen-zijn met zijn ernstige plich ten en vaak strenge geboden levendig voor den geest staat, is Franciscus' le ven een blanke spiegel, hem voorhou dende, hoe d,e mensch èn voor ziohzel- ven èn als lid der groote gemeenschap, die maatschappij heet, het waarachtig geluk, ook hier op de wereld, slechts vinden kan in de getrouwe behartiging van do leer en voorschriften van den. Goddelijken Stichter des Christendoms, Niet zonder reden gebood daarom de groote nienschenkenner Leo XIII z.g. den zonen van Franciscus, hun klooster habijt te vertoonen in de groote ste den en zich te vestigen* midden in het gewoel der hedendaagsche samenleving en het kan niet anders, of het heerlijk: levensprogram van onzen huldigen op perherder: „alles in Christus herstellen" zal zijn verwezenlijking zien bespoedigd, wanneer de lessen en het voorbeeld, door Franciscus van Assisië gegeven, steeds dieper doordringen onder ons Christen volk. Een onverdacht getuigenis. In ons vorig nummer namen wij een, Stuk over van „Het Huisgezin" waarin 's Pausen arbeid voor de verlevendiging van. den godsdienst werd besproken. De waarheid der beschouwingen in dat artikel vervat wordt thans niet weinig versterkt door hetgeen een Fransch Pro testant, de heer Steeg in het niet-katho- lieke blad „Le Rappel" schrijft. En dit is wel de lezing waard. Want terwyl vele wankelmoedige ka tholieken hoofdschuddend sommige maat- 47, „Niets voor het geacht publiek", zei den de badgasten van Heringsdorf en Bansin, die levendig belang stelden in de Haldensteins en lannenbergs, welke ze alleen op de wandelingen in do heer lijke wouden en 'op pleiziertochtjes ont moeten. De baron wilde alle verkeer vermijden; allen vielen hem daarin bijElsa levendig; Anito Bergen evenzeer, hoewel bedeesder. Terwijl de anderen het te vermoeiend vonden, en op eene bank in het woud bleven zitten, besteeg Elsa met Egon den toren, die zich op den „Langen Berg" verheft en een heerlijk uitzicht biedt. Beneden haar strekte het met hoornen overdekte eiland Usedom, gelijik oen groene zee, zich uit; vóór haar bruiste de eindelooze zee; golfjes stoeiden im mer aan; de heldere hemel, niet zoo strak blauw gelijk de zuidelijke, maar zachter in zijn. smetteloaze kleur, welfde zich over het landschap. In de verte doemde Rügen, de parel der Oostzee, op. Haldenstein had Elsa een uitstapje naar regelen des Pausen beschouwen, kan hij niet nalaten er zijn bewondering over uit te spreken en ze ten voorbeeld, te stel len aan zijn eigen geestverwanten. „Niets is belangwekkender, zegt hij, dan gade te slaan hoe het Vaticaan beproeft om aan den godsdienst zijn overgeleverde beteekenis te hergeven, en dien van alle dubbelzinnigheden en transacties te ont doen. Vooral in Frankrijk was dat noodig, waar bisschoppen, niet vrij van Gallica- nisme, een Catholicisme van middelmatig allooi, deden ontstaan. Daar wil Rome thans, zoo 'tmoet, de kudde der geloo- vigen verkleinen, als 'tdan maar een keur- kndde wordt." Schrijver wijst dan op de zuivering van het episcopaat, op Het verbod voor se minaristen de wereldlijke hoogescholen te bezoeken, op (de veroordeeling van het modernisme en van den Sillon, op de bepaling van den leeftijd 'der eerste 11. Communie, op het besluit om: hen, die geen goede katholieken hebben getoond te zijn, niet meer mot kerkelijke plech tigheid te begraven. „Er is grootheid in deze hooge onver zettelijkheid" zegt de schrijver. Willen wat men gelooft, zijn ideaal niet laten verduisteren, geen vrede sluiten met die het bespotten, in een woord zich zelf zijn, „dat is een indrukwekkend en waardig gedrag". FRANKRIJK. Decreet over de Eerste H. Communie. Het boulevardblad, de „Figaro", bevat het reeds aangekondigd protest tegen de onbe scheiden publicatie van den brief, welken Mgr. Cbapon, bisschop van Nizza, aan Z E. kardinaal Couillié geschreven bad. Het protest luidt als volgt: Nizza, 26 September. Mynheer de Directeur. Zoo juist lees ik in uw blad een ver- trouwelyken brief, door mjj aan Z.E. Mgr. kardinaal Coullié, aartsbisschop van Lyon, gericht. Ik ben over die publikatie des te smar telijker verbaasd, omdat het stuk, als aan- geteekende brief verzonden aan slechts enkele bisschoppen van eene beproefde bescheidenheid, slechts tet u heeft kunnen komen langs wegen en door middelen, welke ik niet kan qualihceeren en waar- veor men zich schamen moet. Ik protesteer derhalve met kracht tegen de openbaar making. Uw lezers zullen trouwens opmerken, dat die brief daags na het verschynen van het Decreet geschreven was, onder een indruk, die heden heel wat verzwakt is door de reeds uit Rome gekomen verkla ringen en waarvan er verschillende, en terecht, naar ik meen, toegeschreven worden aan dan H. Vader zelf. Bepaaldelijk in een onlangs plaats gehad hebeend onderhoud met den eerw. heer Garnier deze zegt gemachtigd te zijn dit eiland beloofd om haar den Heir- strasse in het donkere wond te laten zien. „Ik zou deze beelden voor altijd in mijn ziel willen prenten)", sprak Elsa. „Hoe heerlijk zal het zijn, als we onze herinneringen kunnen ophalen I Nijllan- den en Oostzeestrand! Sneller dan een vogel vliegen de gedachten van 'teen, naar 'tander." Egon vroeg niet naar de oorzaak, die haar zoo deed spreken; droefgeestig lach te hij1 en zeide, dat hare gedachten in de toekomst op iets zouden gericht wor den, waarbij1 af het aardsche nietig was. „U bedoelt den dood, graaf Tannen- bergl" riep Elsa verschrikt. „Heeft hij1 u het liefste ontnamen?" Ze begreep niet, hoe het mogelijk was, dat deze vraag haar over de lippen kwam. Egon werd bleek en. keek dien anderen kant uit. „Vergeef me" verzocht Elsa. „Ik heb niets te vergeven", antwoordde hij kalm. „Uwe vraag verried een warm hart on dat doet in ieder geval goed." Van nu af was hij voor Elsa een be langwekkend persoon. Ze meende, dat hij iets moest beleefd hebben, wat hem diep had getroffen en gaf voortaan nauwlet tend acht op woord «n gebaar. om het ons mede te deelen heeft Z. H. verklaard, dat de leeftijd des onderscheids vereischt voor de eerste H. Communie van het zevende jaar af voor het eene of het andere kind eenigszins kan verschillen, en dat in elk geval, zonder eenig nadeel te doen aan de private communiën, waartoe deze kinderen worden toegelaten, de bis schoppen vrij blijven om, evenals vroeger, een plechtige eerste H. Communie te be palen op tien-, elf- of twaalfjarigen leeftijd, voorafgegaan door de lange catechetische voorbereiding en gepaard met de gebrui kelijke oefeningen en plechtigheden, waar van ik het verdwijnen betreurde. Zijne Heiligheid spoort hen daartoe zelfs aan en veroorlooft aan do bisschoppen, ik weet het, hem onderdanig hun opmerkingen t e maken en voorstellen te doen be treffende de toepassing van het decreet in ons land. Daaruit voigt, dat ik aan het Decreet een al te streng bindend karakter had toegekend, ik acht mij gelukkig dit te verklaren. Het eenig doel, waarmede ik aan Zijne Eminentie den kardinaal mijn persoonlijke en vertrouwelijke meening te kennen gaf, was, om door middel der ge zaghebbende tusschenkomst van hem, die door zijne deugden, door zijn heiligheid en zyn onbezweken toewijding aan den H, Stoel, aan het hoofd staat van het Fransche episcopaat, een verklaring te ver krijgen van Z. H. Pius X, die steeds met welwillendheid de oprecht uitgesproken meening heeft aangehoord der bisschoppen die bereid zijn, en dit zyn wij allen zich te onderwerpen aan zyn oordeel en zyn allerhoogste beslissingen. Ik verzoek u, mynheer de directeur, aan dit schrijven een plaats te verleenen in uw eerstvolgend nummer. Uw onderdanige dienaar, f Henry Bisschop van Nizza. De katholieke „Echo de Paris" ontving van een bijzonderen correspondent te Rome het volgend telegram „In de katholieke Romeinsche kringen heelt de openbaarmaking van den brief van den bisschop van Nizza eene verplet terende uitwerking teweegbracht, te meer wijl vast staat, dat ook andere documenten van het Episcopaat van andere streken onlangs door dezeltde bron tot het publiek zyn gekomen, gelyk de bijzonderheden van de bisschoppelijke conferentie te Bordeaux onder voorzitterschap van wijlen den be treurden kardinaal Lecot gehouden. De openbaarmaking van de geheime circulatie van den kardinaal-staatssecretaris aan de Fransche bisschoppen over de priesters, die aan de Universiteiten stu deerden, verraadt een in verschillende centra beraamd plan. Dit feit, dat door de uitlokking van locale geheimen bewezen kan worden, wordt hier beschouwd als zeer ernstig, wyl het ongestraft is gebleven. Dat systeem van openbaarmaking wordt doorgezet en bereidt ons wellicht nog andere verrassingen, welke noodlottige gevolgen kunnen hebben." Een burgervader De socialistische burgemeester van Corneille de-la Rivière, een gemeente in hel arrondissement Per- „Mag ik u een kleine /novelle voorle zen?" vroeg hij1, toen hij1 haai' op een vroegen morgen in het woud achter de villa's aantrof, terwyl de anderen nog sliepen. Alen was aan hare liefhebberij voor een eenzame wandeling op dit uur ge woon, en stoorde haar niet. Egon had een klem, sierlijk boekje in de hand. Elsa 'nam zijn voorslag gretig aan. Ter wyl de zonnestralen, zich verheugend over iden kriekenden morgen, door de twij gen speelden en op het gras dansten, luisteixle zij naar de klankvolle, zware stem van den jongen man, die haar een geschiedenis voorlas, welke zij gevoel de het de zijne was. Zooals altijd handelde ook deze over twee, die elkaar beminden en trouw ge zworen hadden. De man alleen hield zyn gelofte. De nog in den dood geliefde vrouw leed de straffe haars verraads en jiu nog dacht hij aan haar, die geboet en berouwd had, in altijd durende liefde en diepe smart. Egon stak het boek in zijn jas. „U heeft dat geschreven en Elsa hield plots op. „Beleefd", jviel Egon in de rede. „Rei de |waarl" Dat dit niet zijn eenigste letterkundige pignan de heer Auther, heeft dezer dagen de arbeiders in den wynbouw uitgenoodigd tot een conferentie in 't stadhuis, teneinde gezamenlijk de quaestie vau salarisverhoo- ging te bespreken. Hy wees de wijnbouwers er op, dat dit jaar de wijn tegen zeer hooge prijzen verkocht zal worden, zoodat de landeigenaars grove winst zullen maken. Hy achtte het niet meer dan billyk, dat de arbeiders ook hun deel zouden krygen van dit voordeel, zoodat hy de aanwezigen opwekte in staking te gaan, indien hun salarissen niet werden verhoogd volgens een door hem uitggewerkt tarief. Gaan de patroons niet op deze voorwaar den in, zoo sprak deze vreemde burgemees ter dan zullen zy geen druiven in hun vaten krygenwy zullen de wegen ver sperren en opbreken en vreemde plukkers beletten in de wijnbergen te komen. Gy kunt u op uw burgemeester verlatenik zal aan uw hoofd de wegen bewaken en eiken pluk verhinderen. Na deze woorden liet de burgemeester de roode vlag op het stadhuis hyschen, in afwachting van het antwoord der grond eigenaars. Dezen echter lieten hem wachten, en dienden een klacht in by den procureur der republiek. Het gerucht loopt, dat de perfect aan den minister van Binnenlandsche Zaken zal voorstellen den heer Auther ais burgemeester af te zetten. IUusschen staat geheel Corneilla de-la- Riviére op stelten, schrijft de „Temps". niinticHLAi». De opstootjes te Berlyn. De „K,óln. Volkszeitung" die vooral de betee kenis van het oproer niet te zwaar wil aangeslagen zien, meent, dat het meest jongelieden waren, van 16 tot 20 jaren, die aan de misdadige woeling deelnamen en dat hun daad een van wraak op de politie was. Maar toch ziet het blad er tevens een uiting in van gevoelens, die door de roode pers tegen het gezag zyn gewekt. De „Vorwarts" mag dan ook beweren wat zy wil, als zouden de georganiseerde ar beiders verre hebben gestaan van de „proef- revolutie", zooals we de zaak vinden genoemd, de feiten getuigen anders. Zoo is officieel vastgesteld, dat van 12 personen, die na de opstootjes van Dinsdag in Aloabit in hechtenis gehouden zyn, 9 tot een sociaal-democratische vakvereeniging en 3 tot een sociaaldemocratische kies vereen i ging behooren. Vier hunner zyn stakers. I I I De werkstaking, die de oorzaak van deze voor Berlyn zoo zeldzame uitbarsting heet, is eenigszins op den achtergrond geraakt. In 't geheel Bchynen niet meer dan 141 arbeiders te stakenhet aantal stakings brekers is 60 tot 70. Die staking speelt dan ook ternauwernood een rol meer. De oorzaken van het misnoegen liggen dieper en zyn meer algemeen. „Wy staan hier", zeide een liberaal partyman aan een journalist, „tegenover een een uitbarsting, arbeid was, moest hy, op Elsa's vra gen, toegeven. Voortaan las hij haar en Anito meermalen voor. Deze /had ook het dagboek gevonden, en verraadde het. Elsa moest nu ook hare jeugdherinneringen openbaren. Egon verklaarde, dat ze buitengewoon boeiend waren. Daardoor leerden ze elkaar hoe langer hoe beter kennen en Elsa ver klaarde, dat, wanneer Carlo hier was, ze met hun vieren als broeders en zus ters konden leren. Nog nooit, sedert ze haar vaderland had verlaten, was onze Elsa zoo goed begrepen geworden als nu door Egon van Tannenberg. Met hem kon 'ze even vertrouwelijk oprecht ver- keeren als met Anito en Victor. Het kwam niet in hem op haar te. bewon deren |en goed deed het haar telkens, als hij naar' Carlo informeerde. „Uwe en zijne geschiedenis, juffrouw Carrero, is voor mij een heerlijke stof", sprak hij. „Ben .ik eenmaal rustig gezeten, dan be gin ik ernstig itle schrijven. Gewone, trouwe, eenvoudige menschen zal ik teekenen, die elkander kennen, waardeeren en beminnen." Dat Elsa iets dergelijks van plan was, vermoedde hy' niet en zij wachtte zich wel het te verraden. Atet vreugde en jubel sloegen de groot- Welk weder zullen wij hebben Verwachting tot aan den avond van 4 Oct. Matige (tot krachtigen) Zuidwestelijke tot Westelijken wind. Meest zwaarbewolkte lucht. Mogelijk nog plaatselijke buien. Weinig verandering van temperatuur. veroorzaakt door een sinds lang onder 't volk heerschendo ontevredenheid. De be lastingen, die een jaar geleden werden ingevoerd, en die vooral nijverheid en handel treffen, zyn daarvan allereerst oorzaak. „Het volk moet thans alles duurder betalenbrood, melk, vleesch, waaraan gebrek is, daar men de grenzen niet wil openstellen de arbeiders kunnen daardoor niet meer dan twee of driemalen per week vleesch eten..." Nu, er zijn ook buiten arbeiderskringen menschen genoeg, die niet meei dan drie maal per week vleesch kunnen eten men informeere maar eens by huisvaders met groote gezinnen. Er is nog een incident voorgevallen, dat de toch al sterk geprikkelde verhoudingen tusschen de Engelsche en Duitsche pers niet verbeteren zal. Toen Woensdagnacht de vertegenwoordi gers van Reuter en de Daily Mail met nog twee Amerikaansche journalisten van uit een auto getuigen waren van de onlusten in Moabit, werden zy door politieagenten, die hen waarschijnlijk voor oproermakers hielden aangevallen. Reuter's vertegen woordigers werd door sabelhouwen aan de handen gewond. De Daily Mail vertegen woordiger kreeg ook een sabelhouw, doch bleef ongedeerd. Een ander Engelsch correspondent zegt al: „Blijkbaar om zeer goed te bevroeden redenenen, wenscht de politie voor zichzelf de reportage van het gebeurde te monopo- liseeren. En in welke stemming overigens de Engelsche bladen de mededeeling van het gebeurde hebben ontvangen, blijkt wel uit de opschriften boven de telegrammen Gesabelde journalisten EDgelschen belee- digd 1 Schandelijke aanvalenz. Donderdagavond is er ook nog een beetje gevochten, maar goeddeels is de sociale brand toch gebluscht. Helaas blijft de toestand, blijft de roode pers, blijft het roode gevaar. Agent doodgeschoten. Te Leipzig had Woensdag midden op straat een bloedig voorval plaats. Toen de agent van politie Hentscbel een rywieldief op heeterdaad betrapte en hem wilde arresteeren, loste de dief zes revolverschoten op den agent, die op slag geiooi werd. Een aantal voorbij gangers greep echter den moordenaar, en sloeg hem dood, voor de toegesnelde agenten dit hadden kunnen beletten. Dubbele roofmoord. Het kleine dorp Schönhagen, in de Marken, is in rep en roer door een afschuwelijken dubbelen moord, gepaard met roof, die daar in den nacht van Woensdag is gepleegd. vader en de vader de toenadering dei- kinderen -gade. Egon en Elsa. sliepen achter den dik ken stam van een reusachtigen beuk, toen gene voorbijgingen. „Er zal toch nog iets uit onze plan nen groeien," sprak Haldenstein en de graaf stemde levendig toe: „Ik geloof en hoop het vast. Ze trekken elkaar aan; laten we niets merken, waarde noefl" En ze gingen verder. De twee achter den boom keken hen voorzichtig na en liepen steeds door, terwijl do andoren uit het gezicht waren. „Ze trekken elkaar magnetisch aan," lachte Elsa. „Dat zijn zij, wel te ver staan, heer Graaf, als u het nog niet weten zoirdt." 's Avonds was hij met zij'n vader ge- noodigd op do thee in villa „Woud- wede", welke de Haldensteins bewoon den. Anito had kou gevat en lag wat koort sig te bed. De tafel onder de veranda was gedekt. Elsa vertoefde nog steeds bij hare vriendin. De baron was daar over verstoord. (Wordt Vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1910 | | pagina 1