ank.
iherij „DE Z09M".
De gevangenen van den Gzner.
ZIER,
Dinsdag 7 Juni 1910
Zesde Jaargang.
GS Czn.. Berp-op-Zoem.
Verschijnt eiken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
fEUIUÊrUA.
No. 66
Co.,
jize voorradig
ailles.
antalons.
achtjaponnen.
ABAN ZOON.
VERDEEL en HEERSGH'
BUITENLAMP,
BINNENLANP.
baar bij
GOES.
Carbolineum,
en Koolteer,
en per Vat)
)RHANDEN
Wolballen, Carbol-
leder, Creoiin enz.
end. J. PLAZIER.
de
uitwater.
Lmstcrdam.
GOES.
10UWEN
bltijd lijdende te zijn.
beds last hebt van pijn
Vikkelijke hoofdpijn, dui-
'neringen voor de oogen,
fien, hartkloppingen en
oelt, hoewel gij nauwe-
szigheden begonnen zijt,
wei aan wat de oor-
aal is
;ijin er toe geneigd, om
jnselen foe te schrijven
lijk gestel, niet wetend
itig werk de nieren te
icu niet wetend hoe vaak
organen juist bij de
worden,
de zuiveraars van het
jijnselen aJs de boven-
fn, dat zij hun werk
ichten. Velen verwaar-
verschijhselen en zon-
zich daarna ernstige 011-
(or, die een totale ver-
;ren ten gevolge hebben,
tom de eerste verschijn-
Eelatenheid, doch begint
F het genezen uwer nie-,
a uw. zich ontwikkelende
Rugpijn Nieren Pillen die-
goor de nieren en blaas,
.e nieren en maken hen
|ikt voor hun belangrijk
in de blaas te hulp en,
Jelende onzuiverheden af,
pnde verschijlnselen ver-
taaruit tevens waterzucht,
ïenjicht, urinestoornisscn
ijm Nieren Pillen (let op
ag van den naam.) zijn
laar bij de firma Natban
Middelburg bijl den heer
lasmarkt K 157. Xoezen-
Eranco na- ontvangst van
1.75 voor één-, of f 10.
(12.)
•icht in 1882.
erste familie's in ZeelaDd
re behandeling der goederen
ingericht volgens jaren-
ervaring.
en Inlichtingen gratie-
Goes en Omstreken
Iel.
Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes 10.76, daarbuiten 10.95
Afzonderlijke nummers 5 cent, dubbele bladen 10 cent.
Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór
half drie en Vrjjdag vóór een uur 's namiddags.
Kanfoor v. 4. Administratie: Ganzepoortstraat C 209, GOES.
Reclaraeberichten 25 Ct, p. r. Bg abonnement speciale prjjs,
Advertentiën van 15 pegels f 0.50; iedere regel meor 10 Ct
Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 x oerekend,
Dienstaanbiedingen 6 regels voor 25 Ct, A contant.
In de dagen, die aan de Ver
kiezingen voor de Provinciale
Staten voorafgaan, zullen zoowel
ADVERTENTIËN als INGE
ZONDEN STUKKEN, die niet
met den waren naam van de(n) in
zender^) zijnonderteekend,
door ondergeteekenden NIET
worden aanvaard.
De Directie en Redactie
der N. Zeeuwsche Courant.
Zoodrji er verkiezingen in aantocht zijn,
onverschillig voor welk regeeringslichaam,
trachten de vrijzinnige broederen winst
te behalen met bet toepassen der leuze:
„Verdeel en heerseh" („divide et impfei-
ra") en hun verschillende persorganen,
beginnen aanstonds onder dit parool hun
ne werkzaamheid. Op die wijze meenen
zij een wig te kunnen slaan in de coa
litie en het verbond der Christelijke par
tijen te kunnen verbreken.
Een treffend voorbeeld van deze laktiek
leverde ons stedelijk vrijzinnig orgaan,
dat „Goesche Courant" heet. In het hoofd
blad van zijn jongste Vrijdagavondnummer
komt een artikel voor over „Het college
van Gedeputeerde Staten", waarin de
ltoomschen worden gewaarschuwd voor
de machtsuitbreiding der Antirevolutio
nairen in de Staten en de (z.g.) ontrouw
der laatsten bij de stembusactie ten op
zichte hunner katholieke bondgenooten
wordt op de kaak gesteld.
In het bijvoegsel van hetzelfde Vrij
dagavondnummer wordt een artikel op-
gedischt, dat tot titel voert: „De gemeen
schappelijke wortel des geloufs" en waarin
den orthodoxen protestanten triumfante-
lijk 'n passage uit Ide jongste encycliek van
Pius X over de Hervorming wordt on
der den neus geduwd, ais wilde het zeg
gen: „Nu wat zeg je er vau? Fijne lui,
die Roomschen en met zulke lieden trek
ken jelui gemeenschappelijk op in de po
litiek?"
Op zoo'n manier snijdt het mes van
twee kanten: de Katholiek wordt opge
zet tegen den .Antirevolutionair en den
C'hristeiijk-Historische, beide laatste ter
gen den Katholiek, ende libe
raal gaat met den buit strijken, i. c. een
stembussucces en een scheur in de coa
litie 1
Al gelooven wij vast en stellig, dat
onze vrijzinnige politicus hier de huid
heeft verkocht, alvorens den beer te heb
ben geschoten, zoo meenen wij het toch
niet bij een bloot vermelden van zijne
strijdwijze te mogen laten, maar, ter on
derrichting van de zwakke broeders, zoo
wel in de eigen gelederen als in het
kamp onzer bondgenooten, de beide boven
aangehaalde artikelen van de „Goesche"
Historische Nuvtlit- van
ARMINIUS AllCfllEB.
39, I
Do graaf maakte een buiging en ging
heen. Hij was vrij en zijne dochter was
hem teruggegeven. Hij vroeg zich tever
geefs af hoe het kwam dat hij het voor
werp was van zooveel welwillendheid.
Achl hij zou spoedig genoeg ondervinden
hoeveel grootmoedigheid er hij deze wel
willendheid was. De graaf was vrij te
Tobolsk, doch hij verkeerde in de groot
ste armoede, zonder eenige financieele
hulpbron. Met de grootste moeite geluk
te het hem voor de poorten der stad
een armzalige woning te vinden en moest
nu nog omzien naar een betrekking, waar
door hij voor zich zelf en voor zijn doch
ter in het noodige levensonderhoud zou
kunnen voorzien. Hij ging van huis tot
huis en bood zijn dienst aan als onder-
jvjjzer en opvoeder der kinderen. Poch
niemand wilde een man in dienst nemen,
die bij den keizer in ongenade was ge-
meer van nabij te moeten beschouwen
en ze te toetsen aan de regelen der
eerlijkheid en der waarheid.
Wat nu het college van Gedeputeerde
Staten betreft met de daaraan verbonden
beschouwingen over antirevolutionaue
machtsuitbreiding etc., hierover zal in de
naaste dagen, die aan de verkiezing voor
afgaan, meer dan genoeg in ons blad
worden gezegd, zoodat wij dit thema
thans kunnen laten rusten, om onze aan
dacht voornamelijk te bepalen bij de door
de „Goesche" met zekere gretigheid ver
meide passage uit 's Pausen jongste en
cycliek. Terloops zij aangemerkt dat deze
passage reeds de geheele vrijzinnige^ peis
heeft gepasseerdzij is te vinden in de
Nieuwe Rotterdamsche Courant „Het
Vaderland", „De Middelburgsche Courant'
e tutti quanti. De inhoud ervan is als
volgt
„Te midden van deze rampen ston
den er hoogmoedige en oproerige
mannen op, vijanden van Christus
kruis, mannen die alleen bezield wa
ren met aardsche gevoelens, en wier
God bun buik was.
Dezen legden er zich niet op toe,
de zeden te verbeteren, maar de ge
loofsartikelen te loochenen, en zoo
vermeerderen zij de verwarring, vei-
slapten voor zichzelven en voor an
deren de banden van het geoorloofde,
of verwierpen met minachting de ge
zaghebbende leiding der Kerk om de
hartstochten der meest bedorven vor
sten en volken te steunen, en onder
mijnden als ware tyrannen Haar leer,
Haar grondslagen en Haar tucht. In
navolging van die boozen, tot wie
de bedreiging is gericht: Wee u, die
het goede kwaad, en het kwade goed
noemt, noemden zij dit opstandige
rumoer en dit bederf van geloof en
zeden hervorming, en zichzelven
hervormers.
In werkelijkheid echter waren zij
verkrachters, zóó zelfs, dat zij, de
krachten van Europa uitputtend door
gruwelijke tweedracht en oorlogen,
den geest van opstand en den ge
loofsafval der moderne tijden voorbe
reidden, waarin de drie, voorheen
van elkander gescheiden, soorten van
strijdvoeren, waaruit de Kerk steeds
zegevierend is te voorschijn geko
men, zich nu gezamenlijk tot een en
kelen gelijktijdige!! aanval vereenigd
hebben, iü. de bloedige strijd der
eerste eeuwen; vervolgens de pest
der ketterijen op eigen erf; en ein
delijk, onder den naam van
evangelische vrij heid, het be
derf der ondeugden en de verkrach
ting der tucht, waaroe de middel-
eeuwsche tijd nog niet gekomen was."
Nu mecke men wel op, dat de encycliek
(pauselijke zendbrief) waarin deze pas
sage voorkomt, is gericht aan het 11 a 1 i-
aansche volk en geschreven naar aan
leiding van de a.s. jubileumfeesten der
heiligverklaring van Oarojus Borromaeus,
die in de zestiende eeuw, dus 400
jaren geleden leefde. Waar deze heilige
vallen, want de vrees aan den keizer te
mishagen verstikte elk gevoel van mede
lijden. Vol wanhoop keerde hij naar zijn
armzalige woning terug, want reeds be
gon de houder hem en zijn dochter te
pijnigen.
„Vader", zeide Rosa, „toen gij weg
waart, bedacht ik opeens, dat het mij
misschien gemakkelijker zou vallen bij de
bewoners van dit land medelijden op te
wekken voor onzen ongelukkigen toestand.
Sta mij toe, dat ik het beproef."
„Gij, mijn kind? Wilt gij u blootstel
len aan den spot en de beleedigingen
van deze menschen, die onder het harde
bestuur, waaronder zij staan, elk edel
gevoel hebben verloren? Ik kan dit denk
beeld niet verdragen,"
„Vader", zeide Rose, w|j moeten den
heiligen wil Gods aanbidden, ook wan
neer deze ons vernedert. Hij zal ons red
den uit dezen afgrond, wanneer wij ons
deze redding waardig maken door onze
berusting. Binnen een uur of twee, drie
hoop ik terug te keeren met goede be
richten."
Rosa, meldde zich bij eenige huizen aan
en vroeg om een passende bezigheid,
doch z|j was niet gelukkiger dan haar
vader. Niemand durfde een banneling in
dienst nemen. En toch moest zij hulp
zich vooral beroemd maakte door zijn
streven naar eene kerkhervorming, zoo
als de Katholieke Kerk die over
eenkomstig de besluiten van het Trentsche
Concilie wenschte, moest de paus bij het
vermelden der deugden en verdiensten
van den grooten Milaneeschen bisschop
noodzakelijkerwijze ook die heivorming
bespreken, welke, door Luther begonnen
en door anderen, ook in Italië, voort
gezet, van Katholiek standpunt
niet anders dan veroordeeld kan worden.
De paus gebruikt hier zeer zeker krasse
termen, maar hij verkondigt hier niets
nieuws. Wie eenigszins op de hoogte is
Van wat door serieuze Katholieke ge
schiedschrijvers dienaangaande wordt ver
meld, weet, dat dezen niet anders oor-
deelen, dan de paus thans doet.1) Waar
Verder het protestantisme zijn leer tegen
over „Rome" verkondigt, bezigt het even
sterke uitdrukkingen en daarvoor behoeft
men nog niet eens de geleerde boeken
over kerkgeschiedenis of theologie open
te slaan; men leze maar eens wat de
Heidelbergsche Catechismus en de En-
geische kroningseed stuitends voor der
Katholieken overtuiging bevatten.
Docht dit alles is van dogmati
se h e n aard, d. w. z. het betreft de
godsdienstige meeningsverschillen,
die tusschen 't Katholicisme en 't Pro
testantisme bestaan, maar waarmede noch
de politiek, noch de coalitie iets
te maken hebben. Daarom is de tactiek
van de „Goesche Courant", om de Borro-
maeus-encycliek tegen de coalitie uit te
spelen, verre van nobel en hoogst oneer
lijk en daartegenover sta hier ons ern
stig en nadrukkelijk protest!
Iedere Katholiek, die ziju catechis
mus 'kent, weet, dat de h e d e n d a a_g-
s c h e andersdenkende medechistenen, die
verondersteld worden te goeder trouw te
dwalen en in allen gevalle niet schuldig
staan aan een opstand tegen hunne Moe
derkerk om de eenvoudige reden, dat
zij geen Moederkerk hebben gekend
niet op ééne lijn mogen gesteld worden
met de hoofden der ketterij uit de z e s-
tiende eeuw Onze catechismus ver
biedt ons iemand onder de .„ketters"
te rangschikken, zoolang zijn kwade trouw
niet bewezen is en het zou zeker hoogst
onrechtvaardig zijn de tegenwoordige Pro-
tentanten verantwoordelijk te stellen voor
den minder voorbeeldigen levenswandel
van hun geestelijke voorouders.
Indien de „Goesche Courant" den pau-
selijken zendbrief geheel heteft gelezen
en niet alleen naschrijft wat d© groote
liberale bladen hun lezers voorzetten, dan
zal zij hebben bemerkt, dat de paus naar
Carolus' voorbeeld oproept tot den strijd
tegen hen, die aansturen op een al ge
meen en geloofsafval en een weder-
keerigen haat tusschen de ar-
rn enen der ij ken wekken. Tegen hen
is 's pausen encycliek gericht, niet te
gen onze Protestantsclie landgenooten.
Noch Katholieken, noch Protestanten zul
len omwille van de politiek hunne gods
dienstige overtuiging veranderen. Maar
juist daarom zijn wij op staatkundig
terrein bondgenooten, wijl wij we-
vinden, ofwel het besluit nemen om te
sterven en (de wanhoop aan te zien van
haren vader, die duizendmaal zijn leven
gegeven had om het hare te sparen. Rosa
overwon den tegenstand harer edele ziel
en stak hare hand uit om te bedelen.
Men wees haar niet af, want het was
moeilijk haar smeekenden blik te zien
zonder er door getroffen te worden. Ver
scheidene dagen achtereen ging zij met
waren heldenmoed op deze wijze van
huis tot huis om haar brood te bedelen.
Zij bracht dan haren vader met glim
lachend gelaat de gaven, die zij verza
meld had en liet hem in de meening,
dat dit het loon was voor verrichten ar
beid. Zulk een moed moest beloond wor
den. Toen zij op zekeren dag aan de
woning van een bankier kwam, bood zij
volgens gewoonte hare diensten aan en
ook die van haren vader. De heer des
huizes vroeg haar op welke wijze zij en
haar vader zich dan nuttig konden ma
ken.
„Mijn vader", zeide zij, „kan bureau
werk verrichten en ik kan onderwijs ge
ven in het Fransch en in de muziek,"
De koopman dacht eenige oogenblikken
na; vervolgens gaf hij Rosa een teeken
om op hem te blijven wachten en ging
de kamer uit. Na eenigeu tijd kwam hij
v1 1 Ii. i l..1L.i i".''
ten, dat er bij het vele, dat ons scheidt,
ook veel is, wat wij tezamen be
lijden, veel, wat wij tezamen willen
verdedigen tegen de vijanden van alle
geloof en van eiken godsdienst.
En daarvoor zullen wij pal staan, on
danks alles wat door liberalen en socia
listen wordt beproefd, om onze coalitie
te breken. Hoe verscheiden ook op con
fessioneel gebied, trekken de coalitiege-
nooten eendrachtig op ter bereiking van
het gemeenschappelijke doelde zegepraal
der souvereiniteit Gods in het Christelijk
Nederland!
l) b.v. Janssen, Geschichte des Deut-
schen Volkes seit dem Ausgang des Mit-
telajters.
FUVMi KIJK.
Feestviering der Zouaven te
P a r (j s. Donderdagochtend is te Par|js
in de basiliek van het H. Hart op plech
tige w|jze het vijftigjarige bestaan her
dacht van het regiment Pauseljjke Zouaven.
Meer dan 200 oud-Zouaven uit verschillende
landen hadden gehoor gegeven aan den
oproep van generaal de Charette en kolonel
Al brousse om naar Par|js te komen. De
feestelijkheid de H. Mis met predicatie
werd ook bijgewoond door den graaf
van Du, terwjjl de hertog van Orleans
vertegenwoordigd was, evenals de Aarts
bisschop van Par|js In het priesterkoor
prijkten trofeeën van Fransche en Pause
lijke vlaggen, terwijl de banier der Zouaven
en eereplaats innam. Na de de H. Mis,
waaronder het koor der kerk gezangen
uitvoerde, hield Mgr. de Cabrières, bisschop
van Montpjlier, een welsprekende feest
rede. Het „De Profundus" voor de zieleruet
der overleden Zouaven en de zegen met het
Allerheiligste, besloten de plechtigheid.
Vrijdag is de ministerraad het eens ge
worden over heel Briands plan voor de kies
rechthervorming en over de verklaring die
in de Kamer zal worden voorgelezen.
DËlillMAUKElü.
De verduisteringen, door den museum
directeur Dr. Mollerup te Kopenhagen ge
pleegd, beloopen f 4Z,(J(JÜ. De directeur,
wiens borst versierd was met de Dannebrog-
orde, twee Pruisische orden en het Legioen
van Eer, is uit al zijn ambten ontzet. Men
zegt, dat er geen gerechtelijke vervolging
zal plaats hebben, als Mollerup het bedrag
der verduisteringen dekt. Zijn vrienden
zijn nu bezig het geld daarvoor bijeen te
brengen.
UllüLASl).
Vreeselijke misdaden. In het
Russische dorp Mogilew is een huis afge
brand, waarbij een uit 6 personen bestaand
gezin verbrandde. Op de dooden ontdekte
terug met zijn vrouw en zijn twee doch
ters. Darbij stelde men haar verschil
lende vragen en toen uit de beantwoor
ding daarvan bleek, dat zij iemand was
van groote kennis en buitengewone ont
wikkeling, werd zij uitgenoodigd met ha
ren, vader terug te komen. De graaf moest
op het bureau werken, terwijl Rosa zich
met de opvoeding der beide dochters be
lastte. Weliswaar waren de voorwaarden
niet zeer voordeelig, doch beiden namen
de hun geboden betrekking aan, om ten
minste een vast, al was het dan ook
gering; middel vap. bestaan te hebben.
Maar laten wij thans terugkeeren tot
Raphael, die alle denkbare middelen aan
wendde, om betreffende zijn dierbaren
eenig bericht te krijgen. Hij maakte van
zijn hoedanigheid als buitenlandsch koop
man gebruik, om iederen bewoner der
stad, dien hij ontmoette, te ondervragen.
Maar op die wijze kwam hij aanvanke
lijk zeer weinig te weten, daar ieder zoo,
zorgvuldig mogelijk het zwijgen bewaarde
over al wat de politiek betrof. Ten slotte
gelukte het hem een der bannelingen zelf
te spreken.
Hij ontmoette een jongen man, gekleed
als knecht, doch met fieren blik, en dien
hij aanstonds herkende als een lands
man.
Welk weder zullen wij hebben
Verwachting tot den avond van 7 Juni:
Meest matige Noord-Oostelijke tot Ooste-
iijken wind. Lichtbewolkte lucht. Droog,
warm weder.
men evenwel sporeu van moord. Een ver
dachte is reeds gevangengenomen.
Een boerenmeisje van 17 jaar te Zak-
harona in Siberië viel met een bijl op de
leden van'haar gezin aan. Haar oom, die
bij haar inwoonde, bracht zij 2 gevaarlijke
wonden aan bet hoofd toe, haar tante een
houw in de borst. Daarna doodde zij haar
broertje van 12 jaar met één slag, hakte
haar moeder in den arm en haar kleine
zusje de beide handen af. Eerst toen
slaagde men er in de iurie te ontwapenen.
Zij verklaarde, dat zij alleen haar oom
had willen dooden, aan wien zij eenhekel
had, maar dat het zien van het bloed haar
razend had gemaakt.
OOSIBSBUKHOlfGABlJE.
De Keizer naar Bosnië en
Herzeg o w i n a. Bij de ontvangst der
verschillende afgevaardigden, heeft de
Keizer zijn dank uitgesproken voor de
blijken van trouw, en de verzekering zjjner
welwillende bescherming gegeven Hij sprak
den wensch uit, dat allen zullen medewerken
aan de algemeene welvaart en het gemeen
belang.
Bij de ontvangst der officieren heeft de
Keizer hen gedankt voor de uitnemende
bewezen diensten.
De Keizer is naar Weenen vertrokken.
«UTMCUhAAD.
Naar de automobiel van den regeerenden
vorst van Lippe, met zijn jongst en broader
prins Julius op weg naar de badplaats
Meinberg, is in de nabijheid van bet dorp
Schönemark door Italiaansche' arbeiders met
steenen gegooid.
De vorst is niet getroffen, prins Julius
is onbeduidend aan het hoofd verwond.
De daders zijn ontdekt.
Subsidie Waterleiding Zuid-
Be v e 1 a n d
Bjj suppletoire begrooting wordt een
memoriepost uitgetrokken voor subsidie
aa» de naamlooza vennootschap Waterlei
ding-Maarschappij „Zuid-Beveland".
Na herinnerd te hebben aan de plannen
voor een waterleiding in Zuid-Beveland,
die leidden tot de opricuting van genoemde
Vennootschap, merkj de Minister op, dat in
een door deskundigen uitgebracht rapport
wordt verklaard dat en waarom die des
kundigen van meeniug zijn, dat de onder
neming naar menscheljjke berekening zal
Ondanks deze verklaring, die ook aan,
„Mijn vriend", zeide hij, „gij zijt een
Pool."
„Ja, mijnheer; wat wilt gij van mij?"
„Dan zijt gij zeker hier tengevolge van
den laatsten opstand."
„Opstand! Noemt gij zoo de heldhaf
tige pogingen van een volk om zijn ge
schonden recht te verdedigen?"
„Gij hebt gelijk", antwoordde Raphael,
„maar in een land als dit wilde ik mij
eerst er van vergewissen met wien ik
spreek. Thans ben ik zeker, dat gij een
man van eer zijt. Ik ben een Pool even
als gij. Zoudt gij mij: misschien iets kun
nen mededeeien omtrent graaf Bialewski,
van wien gij ongetwijfeld hebt hooren
spreken."
„Binnen een paar dagen kan ik u met
juistheid het huis wijzen, waar de graaf
een betrekking heeft gevonden. Eenigen
mijner lijdensgenopten, die hem kennen,
hadden gelegenheid hem te zien."
„Zeg mij zoo spoedig mogelijk waar
hij zich bevindt, en gij zult mij een grooten
dienst bewijzen. Hoe kan ik u mijn dank
betuigen?"
„Door uwe hoogachting."
(Slot volgt.)