De gevangenen van den Czaar. No. 37 Zaterdag 26 Maart 1910 Zesde Jaargang. PASCHEN. fEUILLETGB. WE ZEEUWS» COUW Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes 10.75, daarbuiten f0.95 Afzonderlijke nummers h contant-0.05 Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór halt' drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags. Verschijnt ilkan MAAN0AC-. WUEHSiAt- m HUMHNID. Kantoor v. d. Administratie: Gaiuepoorfsfraaf C 209, GOES. Reclameberiehten 25 CL p. r. Bij abonnement speciale prqs, Advertentiën van 15 rebels f 0.50iedere regel meer 10 Ct. Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 x eereiend, Dienstaanbiedingen regels voor 25 Ct* contant. 1 M it i 8 M; eerste blad. Wegens het hoogfeest van'Paschen verschijnt Maandag geen nummer van dit blad. Telken jare, als in de hooge torens de klokken met haar feestelijk gebeier het blijde Paaschfeest inluiden, gaat een tril ling van vreugde over de Christenwereld. Dan herdenkt het geloovige volk met blijdschap in het harte, hoe de gekruisig de Heiland de boeien des grafs verbrak en als overwinnaar van Dood en Hel door eene glorievolle opstanding zijn ver lossingswerk bekroonde. Terecht juicht en jubelt de Kerk, zijn bare tempels in feestgewaad! Want zij viert een groot, een heerlijk feest, het feest der overwinning! Zij heeft met Christus, haar Koning, getreurd en ge leden, Hem gevolgd op Zijn bitteren lij densweg, met Maria en Johannes gestaan onder het kruis, het hart van weedom vol. Doch heden ziet zij Hem als triompha- tor, van goddelijken glans omstraald, op stijgen uit het graf én wachters èn zegel van den Hoogen Raad ten spijt. Het is haai', als hoort zij' het woord, dat de engel tot de vrouwen sprak„Non est hie, surrexit!" „Hij is niet hier, Hij is ver rezen!" En, haar vreugde niet meer mach tig, stort de Kerk ze uit in jubelzangen en het blijde „Alleluja", dra door al hare kinderen aangeheven, klinkt van Noord tot Zuid, van Oost tot West tot aan der wereld grenzenI En terecht! Want zoo ooit, dan is er op den Paaschdag voor den christen stof tot juichen! Christus' verrijzenis toch is niet alleen de bekroning van het verlossingswerk en een zalig onderpand van onze toekomstige opstan ding, het is ook het groote, het historische bewjjs van Christus' godheid en van de waarachtigheid van ons geloof. Reeds Paulus schreef in een zijner on sterfelijke brieven: „indien Christus niet verrezen is, is ons geloof jjdel" en ont zenuwde daarmede reeds vantevoren al wat in later tijden tegen Christus' op standing zon worden aangevoerd. Allen toch, die in Jezus van Nazareth niets Hisioiiscbe Nuveliu Van ASMiNIUS AR CRI ER. 11) „Vader," antwoordde Rosa geheel ver legen, „wat zegt gijl ervan?" „Wat miji betreft, kindlief, ik denk aan niets anders dan aan uw geluk, en ik wil het middel om u daartoe te doen komen, thans van u vernemen." „Dat isja, dat is", antwoordde Rosa peinzend, „een moeilijke zaak." „Zeker, zeer moeilijk", antwoordde de graaf; „luister daarom, mijn kind, denk er van avond nog 'eens goed over na, bid tot God en dan .sipreken wijl mor gen vroeg verder. Gij behoeft u niet aan stonds voor het altaar ;te binden door den onoplosbaren huwelijksband doch het geldt voorloopig slechts een keuze tus- schen de beide mededingers. Goeden nacht, myn kind! ik laat u over aan uw eigen gedachten." „Neen, lieve vader, neenl verlaat mij niet"; sprak Rosa verward, haren va der omarmende; „help mij toch in de zen moeilijken toestand'; ik wil u gaarno ■ïjfn hart apenbaren," anders willen zien als een gewóón mensch, trachten op allerlei wijze de verrijzenis des Heeren tot eene legende of eene fic tieve gebeurtenis te herleiden. Doch, hoe ook aangevochten door de corryphaeën des .ongeloofs, hoe ook op z.g. weten schappelijke gronden bestreden door een Strauss, een Renan e tutti quanti, het feit van Christus' opstanding staat histo risch vastgescliiedvorschers van een we reldreputatie als Gfrörer hebben zulks als onomstootelijk erkend. Wij echter, die gelooven, hebben deze getuigenissen, hoe gewichtig ook, niet noo- dig; wij: weten uit het woord der H. Schrift dat Christus van de dooden is opgestaan en „dat hij het is, die door God tot rechter van levenden en dooden is gesteld." Zoo mogen wij dan in blijde gerustheid onze vreugde uitstorten en Gode verheer lijken voor hetgeen op dezen dag is ge schied. Waarlijk, dit is de dag, dien de Heer gemaakt heeft, „haec dies quam fecit Dominus I" Hij is verrezen, gelijk Hij gezegd heeft, alleluja! Moge die Paaschvreugde, door onze werken geadeld en bevrucht, ons het gansche leven door vergezellen, ons beschijnen in den nacht v,an kommer en droefenis als de hoop;- yolle sterre, die ons wijst naar den blij den P;aaschmorgen, welke eenmaal voor allen zal gloren, die in Christus' Naam gelooven en daarna leven! Onzen lezers een Zalig Paaschfeestl Handel. X 42. UITZEELANP. Goes. Ofschoon het onze gewoonte niet is herhaaldelijk op eene zaak terug te ko men, meenen wij echter ditmaal omwille van het steunen der goede zaak de katholieke drankbestrijding en ook om de groote verdiensten van het te spelen stuk nog eens uitdrukkelijk den tooneel- avond te moeten aanbevelen, dien de iooneelvereeniging „Vriendenkring' van Zierikzee hier zal geven op den 2en Paaschdag in de zaal van V. O. V. Zooals de lezer weet staat als hoofdat tractie van den avond op het program het boeiende drama: „Een van beide wegen", geschreven door den capucijnerpater Ser- vatius van Enschede en alierwege in ons land met groote ingenomenheid ontvan gen. In dit tooneelstuk treden verschil lende personen op, van den geheel-ont houder tot den tot delirium vervallen alcoholist. Op een aanschouwelijke wijze wordt de ellende geschilderd, die het „O, ik weet het, mijta kind," antwoordde deze getroffen, „dat gij nooit iets voor mijl verborgen hebt genouden. Hoe zon ik u nu in dit gewichtig oogenblik mijln raad kunnen weigeren 1 Ik wensch mets liever dan v,an mijn jonge vrienden den- gene te leereu kennen, die uwe genegen heid heeft weten te winnen. Daarom ontsluit uw hart voor mij." „Ik moet erkennen, lieve vader, dat ik, ondanks uw bevel om tegenover allen, die op een verbintenis met onze familie aanspraak konden maken, de grootste te rughouding in acht te nemen, toch steeds gaarne in het gezelschap van Stanislaus Dewello ben geweest; hij is altijd zoo vol geest en vol goed humeur; hij heeft er zoo uitnemend slag van die soort ge sprekken aan te knoopen en voort to zet ten, die in den grond weliswaar niets beteekenen, maar door levendigheid van inkleeding en fijnheid van vorm aantrek kelijk zijn. Zijn manier om zich aange naam te maken heeft tusschen ons een zekere vertrouwelijkheid doen ontstaan, die in de oogen der wereld, welke zoo spoedig naar het uiterlijke oordeelt, mis schien niet zonder beteekenis kan schijL nen. Ja hij heeft zelfsmeer en meer een zekere macht over mij verkregen, zoodat Rosa werd geheel verlegen en een blos kleurde haar wangen. „Zoodat", zeide haar vader op ge- overmatig gebruik van sterken drank na zich sleept. Hein Schole, verpersoonlijkt den dronkaard, die door zijn drankzucht niet alleen zijn positie verspeelt, maar tevens zich schuldig maakt aan diefstal en moord. Den diefstal pleegt hij op zoo danige wijze, dat een onschuldige, ver dacht van het misdrijf, gevangen wordt gezet. Hij moet boeten voor zijn misdaden in den kerker, na zijn gezin in de diep ste ellende te hebben gedompeld. De meesterknecht der fabriek, waarin Schole werkzaam was, een geheelonthou der, zorgt, dat het gezin van den onge lukkige zooveel mogelijk gered wordt. Po gingen, om hem zelf tot inkeer te bren gen falen. Andere knechts der fabriek, getuigen van de geschetste ellende en den rampzaligen dood van den drank zuchtige, worden door het aangrijpende dezer tooneelen er toe aangespoord, ge heelonthouders te worden. Ziedaar den korten inhoud, waarom heen zich verschillende personen groe- peeren. De opvoering van bovengemeld too neelstuk door de leden van „Vrienden kring" op 6 Februari j.l. te Zierikzee werd als hoogst verdienstelijk geroemd. Om van andere persstemmen te zwijgen, zij hier het onverdachte getuigenis aange haald van de „Zierikzeesche iNieuwsboUe" van 8 Februari 1910, waar hij- het be wuste treurspel bespreekt: „Wat het spel van het stuk betreft, er bleek uit, dat de verschillende rollen goed waren ingestudeerd, zoodat men rolvast was, en dat de voor te stellen personen op uitnemende wijze getypeerd werden. Dit geldt niet slechts voor de hoofdrollen uit het drama, den fabrikant, die door den heer Fr. ldeler, den meesterknecht, die door den heer F. Wijsman, en den dronk aard, Scheele Hein, die door den heer G. Koevoets werd voorgesteld, maar dit geldt ook voor de overige rollen, die al len in goede handen waren, zoodat het samenspel niets te wenschen overliet. Een bizonder pluimpje komt toe aan de jonge- heeren Vv. Gudde en A. Schoenmakers, die de zoontjes van den dronkaard op voortreffelijke en aangrijpende wijze voor stelden. Met een daverend, dikwerf her haald applaus betoonde het talrijk pu bliek, dat de Concertzaal vulde, de spe lers. Vermeiden wij nog, dat de regie van het stuk de heer J. VV. Gudde had, die zich op een verdienstelijke wijize van zijn taak heeft gekweten". Na de pauze zullen komische voordrach ten het verdere gedeelte van den avond aangenaam aanvullen. Naar wij vernemen zal de Goesche Harmonie „Euphoniaden 2en Paasch dag een c'oncert geven in „De Prins van Uranje". Een viertal nieuwe nummers, afgewisseld door voordrachten en comedie- stukj.ss, zullen ten gehoore worden ge bracht. Vlissingen. In de Woensdagavond al hier gehouden aJgemeene vergadering van dempten toon, „zoodat ge Stanislaus kiest." „Neen, vader, neenl" viel zij hem le vendig in de rede, nieuwen moed schep pende en blij door een openlijke beken tenis tegenover haar vader verlost te worden van een genegenheid, die sinds kort haar hart was binnengeslopen en haar gemoed ietwat verontrustte. „Neen, dat bedoel ik niet", ging zijl b.p meer beslisten toon voort; „ik wilde u alles precies zeggen zooals het is, opdat giji mij des te beter rapd zoudt kunnen ge ven. „Terwijl Stanislaus mij zijn hoffelijk!»- den opdrong, heb ik zeer goed bemerkt, hoe terughoudend en hoe delicaat Ra phael was. Wel had het den schijin, alsof hij voor alles wat den lichtzinnigen Sta nislaus tot hoogere geestdrift stemde, groote minachting koesterde, doch daar tegenover staat, dat hij bij elke gelegen heid de schoone eigenschappen van Zijti edel karakter, van zijn fijn ontwikkelden geest wist te doen blijken met een waar digheid en een bescheidenheid, die mij op buitengewone wijize tot hem trokken; toch hield de hoogachting, welke hijl mij inboezemde, mijl steeds terug. Het ge beurde zelfs meermalen, dat ik mijl in zijn tegenwoordigheid over de lichtzinnigheid van Stanislaus schaamde, en terwijl deze herhaaldelijk voor mij de oogen moest neerslaan, kan dunkt mijl een meisje Eigen Hulp werd de balans en winst en verliesrekening over 19o9 goedgekeurd. Van de 3e geldleening werden uitgeloot de aandeelen no. 84, 54 en 148. Een langdurige discussie ontspon zich over het aanwenden van middelen om het dividendcijfer te doen stijgen, ter wijl door verschillende leien ernstig werd aangedrongen o.p het brengen van ver andering in de exploitatie van de af- deeling „Schoenmakerijl." In overweging werd gegeven het op richten van een filiaal in de nieuwe buurt om z.g. „verloren boodschappen" voor de Vereeniging te behouden. M. Ct. Naar men z-egt bestaat het plan om bij het Beilamypark een groot ho tel te doen verrij'zen. Een naamlooze ven nootschap moet reeds aan het onderhan delen zijn met de eigenaars van het Ho tel du Commerce, het Hotel Goes, met den heer Van Schaick, den eigenaar van een meubelmagazijin, en den heer De Haan, eigenaar van een bierhuis. De vier panden zijn gelegen op den hoek Nieu- wendijkBeilamypark. M. Ct. Woensdagavond vergaderde ten hui ze van -een der bewoners van de Pa lingstraat een commissie, met het oog op den eersten verjaardag van Prinses Juliana. Hierop werd besloten om ge noemde straat bijl die gelegenheid een feestelijk aanzien te geven. De bedoe ling is, dat die straat met lampions zal worden versierd en 's avonds verlicht. Tevens zal de jeugd der Palingstraat, waar het in 't bijzonder een kinderfeest is, worden onthaald. Een lijst zal daar toe spoedig den bewoners ter teekening worden aangeboden. Staande de verga dering werd door de aanwezige commis sieleden al voor een flink bedrag getee- kend. Vinde dit algemeene navolging I (Vh Crt.) De mailboot „Prinses Jul.ana welke te Rotterdam in het dok is opgenomen geweest, is heden hier teruggekeerd. De tram, die gisterenavond te 9.40 van hier moest vererekaen, heeft meer dan een half uur oponthoud genad door een defect aan de machine. De laatste tram van hier en de beide laatste uit Middelburg hadden hierdoor ook vertra ging. Gemeente, aad van Vlissingen. In de Donderdagmiddag gehouden ver gadering w,as eerst de heer Merckens af wezig, doch later was de vergadering voltallig. Mededeeling werd gedaan van de vol gende ingekomen stukken Eene dankbetuiging van den gemeente- bouwmeester voor de hem toegekende gratificatie. Een verzoek van den coneierge-ama- nuensis van de H. B. School, om zijh salaris in overeenstemming te brengen met dat van een concierge-amanuensis van een Rijks Hoogere Burgerschool met 3-jarigen cursus. met volkomen vertrouwen steunen op den arm van een zoo ernstigen jongeman als Raphael is, en zal ook een vrouw wel op zijin goedheid en toewijding ten volle kunnen rekenen en op zijn deugden trots kunnen zijn i „Dus, Rosarlief", onderbrak de graaf haar, zeer verheugd over de wending welke het gesprek had genomen, „wan neer ge, naar glijl mij zooeven gezegd hebt, voor Stanislaus geen bijzondere voorbelde gevoelt, maar daaremegen wel hooge achting koestert voor het voortref felijke karakter v.an Raphael, dan kan uw keus niet twijfelachtig zijn; zij zal dan vallen op Raphael." „0, vader! Giji neemt mij het woord uit den mond", sprak Rosa. „En waarom spreekt ge het dan zelf niet uit?" „Ik meende, dat ik hem niet wiaardig was; ik vreesde 'mijl te veel met Stanislaus te hebben ingelaten, zonder het te wil len." „Hebl ge hem op eenigerlei wijize een belofte gedaan?" vroeg de graaf snel. „Nooit of nimmer, vader! Zelfs geen schijn van beloite! Maar ik verwijt mij- zelve, dat ik mijl meer met hem heb beziggehouden dan hiji verdient, en het is mogelijk, dat hij, naar aanleiding daar van, verwachtingen is gaan koesteren, wajartoe ik hem volstrekt geen recht gaf." „Wees gerust, mijln kind", antwoordde B. en W'. zullen te dezer zake ter gelegenertijd een voorstel doen. Een adres van de Vereeniging van Ne- derlandsche Loodwitfabrikanlen, waarin verzocht wordt om in afwachting van Rijksvoorschriften te dezen opzichte, het gebruik van loodwit en zinkwit te laten zooals het tot dusver is geweest. Dit adres werd voor kennisgeving aan genomen. Eveneens werd voor kennisgeving aan genomen een adres van de firma van Rijswijk en Co te Zutphen, waarin den Raad verzocht wordt bet besluit te ne men, dat voor werken, uitgevoerd onder beheer van of namens de gemeente uit sluitend Nederlandse!» cement zaJ wor den verwerkt, indien n.l. de prijs en de kwaliteit daartoe geen beletsel blijkt te zijh. Van D. Engels, vertegenwoordiger der Aachener en Münchener Brandverzeke ring-Maatschappij1, was een adres inge komen, waarin hij1 uiteenzet dat zijn maat schappij1 de minste inseürijister was voor de verzekering der gemeente-gebouwen en wel voor een totaal van f3o4.9d5, het welk een bedrag aangeeft van f 47.12 be neden de inschrijlving icler beide maat schappijen aan w» de verzekering is op gedragen. Hij. .verzoekt den raad alsnog de verzekering aan hen te gunnen. Na eenige discussie besloot de raad ook dit adres voor kennisgeving aan te nemen. Overgelegd werd een door B. en ,Wi. opgemaakte concept-verordening voor een gemeentelijk Werkloozenfonds. Deze concept-verordening zal gedrukt en aan de leden toegezonuen worden, ln het concept is o.a. opgenomen, dat de toeslag uit het fonds nooit meer mag zijn, dan de uitkeering uit de werkeloo- zenkas eener aangesloten vereeniging en in geen geval meer dan f0.50 per dag. Deze hijslag wordt gegeven voor hoog stens 60 werkdagen per jaar. Verder werd overgelegd de rekening der gezondheidscommissie over 1909, be dragende in ontvangst f lbl0.3o en in uitgaal f 1215.76, sluitende alzoo met een goed slot van f394.59. Eervol ontslag werd verleend aan den heer J. Beijers als lid van de oommissie van toezicht op het lager onderwijs en in zijn plaats benoemd de heer ar. A. van Maanen, met wien was aanbevolen de heer A. Staverman. Tot onderwijzer aan school C werd be noemd de heer S. P. Reijne te Viane. Hierna ging de openbare vergadering over in eene met gesloten deuren, en bleef dit ongeveer zeven kwartier. Na. heropening werd besloten tot den verkoop van zeven perceelen gemeente grond, w.o. één gelegen aan de Van Dis- hoeckstraat aan het Roomsch Katholiek weesbestuur, ter uitbreiding van het R. K. Weeshuis. Dit perceel is groot 8ol.83 M2. en brengt o-p f2129.576 pms f208.20 voor trottoirkosten. Aan J. Th. Roland werd voor den trjld de graaf met zachten ernst; „ge hebt u door de zwakheid van de vrouwelijke natuur laten meesleepen en door den uiterlijken schijn ietwat laten verblinden, btanisiaus is inderdaad een charmant edelman; maar hij is te verzot op ver maken en daarom zal hiji hoogstens een middelmatig man worden; de omstandig heden beheersclien hem geheel en al, zoodat hiji willoos tot het goede, maar nog gemakkelijker tot het kwade gedreven wordt. Doch Raphael zal ik ben blij' dat gij-zelve het inziet in alle omL standigheden des levens toonen een man van eer, ja van bijzondere gaven te zijn. Wat mij betreft, ik aarzel niet hem het dierbaarste toe te vertrouwen, dat ik op aarde bezit. Gij staat mij dus toe hem een gunstig antwoord over te brengen?" „Gijl weet, vader, dat wij zijn overeen gekomen, dat ik u nooit zal verlaten"1, sprak Rosa, hem om den hals vallende. „Ja., natuurlijk, onder die voorwaar de, Goeden nacht, kindlief 1 God bescher- me ul" Eerst de middernachtklok deed Rosa haar gebed staken en maande haar aan tot het nemen van rust, ten einde zich door den slaap ook lichamelijk voor. den volgenden dag te versterken. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1910 | | pagina 1