lAPft ;n ~i itant Het geheimzinnige teelten. No. 7 IE. Verschijnt eiken MAANDAG-, WOENSDAG- en VfHJOAGAÏONO. I Zaterdag 15 Januari 11)10 Zesde Jaargang. ;MIDDEL, AST. keukenmeid, weede Meid, KLINKERS bestrating. H Bovenrokken. Pantalons. id a f 2,50. GOES. I b u r ZAAK TWEEDE BLAD Een merkwaardig Beleg. FEUILLETON- UIT DE PERS. eming is voorby. lt een vertrouw- iet gemakkelijk iaardat was vóór Beecham's Pil ing van dit wun- ïneestniddel isde laagste punt ge- kkelijke en aan- ordt u aangebo- Just zeggen, dat hiddel zoo popu- jeheel te danken Jiug in gevalleu [Sn verbaud staan sver, de nieren en in de beginsta- lechts lichte aan- Izij in verergerde uitstel en veron- in beide geval- fillen hoogst waar- terken de maag, ^wanden, werken (ver en nieren en vormen. In één LBORG VOO EZONDHEID .r by Apothekers oozen van f'0.7ö t 1 75 (168 pillen). ;elyk t 4 25 en 1' 10 gen woord iger van ertoom 311, Am Manufacturen Maga- ge Delft B 155, Mid- 1 Mei a s. en waschgeld f26 en eld f26. - WOERDEN. 1, ;elf op te lossen, te plakken, per ig plakmiddel, KOEKLIJM, elft H 2. KOOP zjju ingevoerde ie\en aan W. P. TEN 11 i)\\\ Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes f 0.75, daarbuiten f 0.95 Afzonderlijke nummers h contant-0.05 Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór half drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags. Kanfoor v. d. Administratie: Ganzepoorfsfraat C 209, GOES. Reclameberiehten 26 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. Advertentiën van 15 regels ffl.50; iedere regel meer 10 Ct. Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 x Berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. k contant. (Vervolg.) Op den terugtocht deden de Watergeu zen een aanval op het door Middelburg in bedwang gehouden „Ermuyen", maar zij bekwam-en alweer „klopaccyse". Het leek niet het minst op een triomftocht, de terugkomst van Tseraarts te Vlissin- »,eu op 24 Oct. Hij zag zich verplicht, om het bestuur in andere handen o-ver te geven en begaf zich naar den Prins, die over Kampen, Enkhuizen, Haarlem juist dezer dagen te Delft was aangekomen, waar hij zijh intrek genomen had in het St. Aagtenklooster bij de St. Hippolyters, de hoofdkerk. Alva had gezegevierd, Oranje's volge lingen moesten afdeinzen, maar het volk was het slachtoffer van dien onzaligen strijd, de landman, wiens oogst vertrapt, wiens goederen geroofd werden; de bur ger, die zijn nijverheid zag te niet gaan, zichzelf aan plundering, de zijnen aan geweld prijsgegeven. En zoowel degenen, die zeiden hen te verdedigen tegen rebel len, ftls%ij, die voorgaven hun de „vrij heid" te komen brengen, zöowel de eersten als de laatsten behandelden hen even meedoogenloos. De strijd is gevoerd van de eene zijde, om een nieuwen gods dienst, waarvan de groote meerderheid niets weten wilde, aan het volk op te dringen; van den anderen kant, om het gezag te schragen van een vorst, die, ofschoon de zoon en de wettige opvol ger van Keizer Karei V, den weg naar het hart zijner Onderdanen nooit had we ten te vinden en in plaats van zelf te komen, hierheen een Alva zond, toen in 1566 niet den Beeldenstorm de opstand tegen Kerk' en. Staat een aanvang nam. En hoeveel ellende was er al niet ge leden door de overstroomingenGeheel Borsele 6 parochies was en bleef nog veel jaren drijvende en het oosteinde was veranderd in „het verdronken land", een uitgestrekte slijikvlakte. De kerken had men ontheiligd, de priesters vermoord of verdreven: de troost van den godsdienst was hun -ontnomen, den bewoners van het -Goesche land, wien nog een donkere wolk boven het hoofd hing. Alva, van jongsaf soldaat, was een hard vochtig man, die onverbiddelijk strafte en daarbij1 maar al te dikwijls geen on derscheid maakte tusschen schuldigen en onsehuldigen. Onderscheidene dorpelingen hadden den Nassauschen bij het beleg de behulpzame hand geboden. Al de om standigheden in -aanmerking genomen, mo gen we gerust besluiten, dat de land lieden slechts gedwongen de belegeraars hadden bijgestaan, mlaar toch, er dien den stappen gedaan te worden bijl den Landvoogd, om zijn wraak te voorko men. Nadat het Zuiden tot rust gebracht en Mechelen wegens vermeende ontrouw, 35. „Hangt dit ook al weer samen met die geschiedenis „Natuurlijk. Maar ik zo-u liever voor- loopig daar geen verdere verklaringen van wenschen te gev-en". „Het zij- zoo. Ik wil u help-en, zooveel in mijne macht staat. U zal den aanbe velingsbrief voor „uw vri-end" hebben. Maar wees voorzichtig, besta doctor. Denk aan het ernstige gevaar, dat u bedreigt, wanneer u zich in dergelijke aangelegen- heden miengt". „Q, ik zal me wel in acht nemen", antwoordde Hamilton met een vroolijken lach, omi -de bezorgdheid van den ander weg te nemen. Tien minuten later keerde, hij m-et den brief an den zak' naar Carlotta terug. „Kom!" zeide hij tegen haar, „ik wil u nu dat prachtige gebouw, d-e Westmin ster Abdij laten zien. Den ldeinen afstand daarheen kunnen wij wel te voet afleg gen". Met deze woorden hielp hij haal bij 't uitstappen. Hij voerde het jonge meisje in de be door zijn soldatenvolk op de afgrijselijk ste manier dagenlang geplunderd was, had Alva zich naar Antwerpen begeven, ten einde met M-ondragon, d'Avila en Seroos- kërke maatregelen te beramen tot het ontzet van Goes. Daarna was hij het gros van zijn leger naar het Noorden gevolgd en werd nu te Nijmegen opge houden, lijdend aan rheumatiek. Een groot gezelschap Bevelanders be vond zich op den 16en Nov. in de aloude keizersstad(le dijkgraven en gezworenen van al de polders met Jan Adr. Blancx en zijn zoon Mr. Nicolaas aan hot hoofd. Zij' kwamen vergiffenis vragen voor de landzaten, die de Watergeuzen hadden geholpen om op voorspraak van kapi tein don Pedro Gonzales en kolonel Mon- dragon werd inderdaad vergeving geschon ken. Des anderen daags ten hove afscheid nemende, mocht de dijkgraaf van de Breede Watering vernemen, dat er scha devergoeding zou verleend worden en hoe goed gezind Alva. de stad was. Daar had men inmiddels reeds de hand aan het werk geslagen, om de sporen van het doorgestane lijden zooveel too. gelijk te doen verdwijnen en zich voor te bereiden tot het afweren van nieuwe aanslagen. De compagnieën van Juliaan Romero en Antonio Gourman, meestal zie ken zouden de stad verlaten. De schansen en borstweringen der Watergeuzen werden geslecht, de vestingwerken hersteld. Geen ingezetene mocht buiten de stad Yeij- nachten en van Wolfertsdijk niemand zon der paspoort binnenkomen. Velen waren van dit eiland naar Goes gevlucht, want hier vooral hadden de Nassauschen schan dalig huisgehouden. Zij hadden zelfs het plan geopperd het eiland te berooVen en aan de golven prijs te geven. Do stedelijke regeering had do verdediging van stad en land gaarne opgedragen gezien aan gewapende inwoners, maar Pacheco werk te het tegen; eerst in 1576 zou zij haai" zin krijgen. Eindelijk toch zouden de Nederlanden, een anderen Landvoogd krijgen. De secre taris van den Raad van Beroerten, de Bisschoppen uit het Zuiden des lands en de professoren van de Katholieke Hooge school te Leuven hadden den Ko ning met kracht en klem voorgehouden, dat verandering dringend noodig was en ook 's Konings raad oordeelde hot in het belang dezer gewesten, da,t men zachter; en bedaarder te werk ging. Den 17en Nov. 1573 kwam te Brussel een man van hoog aanzien, 50 jaar oud, don Louis de Requesens. Ook hij w-as een oud soldaat, die zich door moed en krijgsbeleid onderscheiden had, maar hij was daarom, evenmin als Mondragon, geenszins onverbiddelijk streng geworden en ha-rdvochtig. Met zachtheid en recht vaardigheid wenschte hiji deze landen te besturen, niet met ijzeren hand. Omzich tig zou hij zijn in de administratie, tel kens -'s Konings goedvinden vragende, en zijn lastbrieven zou hij in niets te bui ten gaan. Hij was een man, onberispelijk van zeden, die zijn godsdienstplichten trouw waarnam'. Om de 14 dagen, soms roemlde abdij 'ronid en toonde haar alle bezienswaardigheden. Na ongeveer een half uur kijken en bewonderen, hamen zij plaats in een hoek,- en nu b-egoln Hamilton voor Carlotta zijne plannen uiteen te zet ten. „Carlotta", ving hij aan het scheen heul heel natuurlijk, dat hij haar thans nooit meer dan bij den voornaam noem de „iki verlaat Lond-en nog heden-en zal niet eer terugkeeren, voor mijn plan volvoerd is". „U wil weg daarheen, waar die man zich ophoudt?" stamelde zij; „Ja. Ik weet op 'toogenblik nog niet precies, hoe ik 't zal aanleggen. Het beste zaj 't wel zijn, dat ik 'tvan het toeval laat afhangen. Ik- hoop, dat u nu alles, wat ik Keggen zal, goed in uw geheugen zal prenten. Caradini is d-eze week in 'tslot anstone aan 't werkt Iliel" is een yisite- kaartje van me; ik schrijf er liet adres op en den naam! van het naaste spoorweg; station, Staines, Die plaats ligt eenige mij len van hier, aan den overkant van de Theems". Het jonge meisje luisterde aandachtig naar hetgeen hij zei en viel hem met geen enkel woord in de rede. „Caradini werkt in een nieuw manuso- leiun van de familie Vanstone. Ik zal eenige veranderingen maken inl mijn voor- elke week naderde hij' tot de H. Tafel.- Natuurlijk ging hem de kerkelijke toe stand zeer ter harte en iom hun tucht en geleerdheid 'stonden vooral de Jezr- ieten hij hem hoog in aanzien. Dagelijks hield hij bijeenkomsten met zij-n voorganger, die hem inwijdde in de geheimen van het bestuur, maar over de geldmiddelen, die allerdeerlijkst in de "war waren, werd bijna niet gerept. Voor het krijgsvolk waren iedere maand 600.000 kronen noodig en aan achterstallige soldij bestond er een schuld van 6 millioen- kronen. Die verwarde staat der finantiën was het, welke Requesens belette de be vrediging dezer gewesten op aanmerke lijke wijze te bevorderen. Nog vóór de reis van Alva, op den 4en Dec., kwamen dijkgraaf Blancx en de burgemeester Polderman met vier an dere hoeren Requesens te Brussel ver welkomen. Goes en Tholen bleven met Amster dam en het heroverde Haarlem des Ko nings zaak getrouw, 'maar Middelburg zou weldra de poorten moeten openen. L. Van de andere zijde bezien. I)e rede van den heer Ossendorp, den voorzitter van den Bond van Nederlandsche Onderwijzers, heeft nogal opspraak verwekt, en dat vooral aan de linkerzijde. Da „Nieuwe Courant" schreef er over; de „N. R. Ot." nam ingezonden stukken op, eu liet verder de zaak door haar Amsterdam- tchen correspondent behandelen. Verschei dene openbare onderwijzers, zelfs Bonds leden kwamen vertellen, dat de Boud de o;enbare school vernielde, de openbare schoulhoofden lieten zich afkeurend hooren, enz enz. Maar nu is Zaterdagavond „Het Volk" de zaak eens van de andere zijde gaan bezien, en vertelt, dat het na den „zwijmel der Julianafeesten" noodig was, dat de openbare onderwijzers eens flink van zich lieten hooren Toen heeft, in de jaarvergadering van den Bond van Nederlandsche On derwijzers de voorzitter, namens het hoofdbestuur, en met instemming van de honderden, die vele duizenden ver tegenwoordigden, het bedreigde vaan del met beide handen, trotsch en krachtig omhoog geheven, en de stel ling herhaald, die voor het grootste en beste deel der onderwijzerswereld een rotsvaste waarheid ishet openbaar onderwijs moet vry zijn van elk staatkundig en godsdienstig dogma! Dat was een daad van mannenmoed waarvoor ieder die karakter verlangt bij de opvoeders der jeugd, dankkaar moet zijn. Een daad, die den band nauwer aantrekt tusschen de arbeiders klasse en de onderwijzers barer kin deren. Het was de belofte, dat bij het onderwijs eerst naar de behoefte van het kind zal worden gevraagd, en niet ko|m,en en met behulp van St. John ein zijne beambten mij uit Londen latein smok kelen, want de spionneln van Macropalo zullen oofc' nu niet rusten. In liet slot Vanstone zal ik gemeenschappelijk met Caradini wcrkien. Ik heb van den baron van Ravendale een aanbevelingsbrief ge kregen, di-e mij toegang zal verschaffen tot de bezitting, onder het voorwendsel, dat ik voor een literarisch weric de inscrip ties op de beroemde familiegraven der Vanstones wil copiëeren. Kan u mijn plan volgen?" „Zeker, zeker, ik begrijp alles". „Voor alles- en op elke mogelijke wijze, wil ik! er toe zj-en te komen, Caradini's arm te zien. Draagt hij h-et getatouëerdo teeken, dat wij kennen, dan lijdt het g-een twijfeldal Caradini Poiteau is. Hoe ik (lat doel bereiken zal, weet ik op 't oogen- bl-ik nog niet. 't Is wel mijn voornemen, zoolang ik kan, zonder ©enigen hijstand te werken. Zal ik 'toch hulp noodig heb ben, dan wend ik mij onmiddellijk tot de politie,, want Poiteau mag ons. niet weer ontsnappen, voordat niet ook de „engel' 'en Macropolo onschadelijk zijn gemaakt". „Maar wanneer nu werkelijk ernstig ge vaar dreigt?" „Ook dat willen we bespreken, zooals ik gisteren al zeiIk schrijf u ièderen eerst naar de behoefte dergenen wier brood de onderwijzers eten. Het is wel vermakelijk ook te zien hoe „Het Volk" uit zijn slof schiet tegen hen, die het niet niet den Bond eens zijn. Die krijgen er van langs op deze manier Over deze aanmatiging van het corps, dat zij straffeloos meenen te mogen belasteren, zijn de duisterlingen der klerikale pers buiten zichzelf geraakt van woede. Hun vervaarlijk gekras vervult de lucht. Het vroorn gespuis vergat er zijn traditioneelen oudejaars avondplicht van de hani in eigen boezem steken, en den nieuwen tijd kring ingaan met een gelouterd hart. liet zet zijn vervolging van „Je doch ter van de bijzit" zonder verpoozing voort, en het krijgt het gezelschap van een paar paedagogen van hoogeren rang, leeraren van hoogere burger school en gymnasium, die aan de arro gante meesters van de lage-e school eens zullen leeren, hoe men het lakeien pak der heerschende klasse kan dragen als ware het de professorale toga der anschelijk ongerepte Wetenschap. Op een enkele zwakke ziel heeft het kabaal zulk een indruk gemaakt, dat hij als X., of „een bondslid"_een stukje schreef aan de „Nieuwe Rotterdammer" om te verklaren, dat het corps der openbare onderwijzers nog meer zoete jongens en buigzame karakters kent dan de schreeuwende handlangers van de bourgeoisie wel willen doen gelooven. Niet waar, dat is óók een wijze van de zaak te bezien. Maar van welke zijde ook bekeken, de openbare school wordt stellig en zeker het kind van de rekening. Het Nederlandsch Paviljoen op de (komende) Wereldtentoonstelling te Brussel. Wij lezen in de „Nieuwe Courant" Denkt men zich het gansche tentoon stellingsterrein als één geheel, als één lap van paralellopipedumvorm, dus zonder en claves van particulieren grond, dan ligt Nederlandsch paviljoen er ongeveer midden in, met front naar het noordoosten. Het oppervlak zal zoo ongeveer 125 ]X[ 60 passen bedragen. In tegenstelling met bijna alle andere gehouwen bestaat het geheel uit houtconstructie, rustend op een gemet seld fundament, dat op twee plaatsen daar waar de hoofdtoren oprijst en daar waar de uiteiaard nogal „zwaarwichtige'! inzending van de brandkasten firma Lips komt te staan eenigermate versterkt is. Menig vakman reeds heeft met belangstel ling die soliede en toch schynbaar luchtige constructie gadegeslagen. Hoewel pas een deel van het hoofddak en het dak van eenige uitspringende ge deelten is bekleed met leibedekking, ge voelt men nu reeds wat machtigen indruk het kolossale bouwwerk zal maken, wanneer da wanden een bedriegelijke nabootsing zullen te zien geven van ons baksteen materiaal, afgezet met banden, lijsten, draag stukken en hoeken van zandsteen. Eerst daags, zoodra de loodgieters en leidekkers avond eene- korte mededeeling, zander mijn naam of mijn adres, te noemen. Om echter ieder gevaar voor ontdekking te ontgaan, moogl u mij niet schrijven. Als i;k aan u schrijf, zal ik dat doen onder den naam van een ouden studievrieind, Frank Middleton. Zal u dezen naam ont houden?" „Zeker I" „U kunt dus stelliig iederen molrgen met -de -eerste post op een brief van mij rekenen. Mocht er eens een uiilblijvein., ma,alk li dan niet dadelijk ongerus-t; wacht dan voor 't minst tot tien uur op die tw-e-ede post. Ka.n ik door onvoorziene omstandig heden 's avonds niet schrijven, dalnl zend ■ik ptellig den and-eren morgen vroeg e©n telegram". „En als er geen telegram komt?" „Dan weet u, dat ik schrijven noch tel-egrafeeren kon. In. dat geval moogt ge geen minuut verliezen, ma,air onmiddellijk' den baron alles omtrent mijne reis mee- 'deelen. Hij zal zich rlan wel met St. John dn verbinding stellen, en die weet dan wel, wat liem te doen staat". „Maar wanneer het reeds, te laat zal zijn?" vroeg het meisje met sidderende stem. „Daaraan willen we nu niet denken, Carlotta", antwoordde hij met een vraolijk lachje. „Ik heb all-es zoo rijpelijk over- gereed zijn, zal met die bekleeding worden aangevangen. De straks genoemde hoofd toren, die zich ruim vijftig meter boven den beganen groud zal verheffen, is hier te lande pasklaar gemaakt on werd dezer dagen verwacht. Alleen voor het vervoer der te monteeren deelen van het torenge raamte waren twee spoorwagens noodig. Dan worden ook binnenkort de vensters verwacht ruim tien duizend stuks, zoodat het onzen uitstallingen zeer zeker niet aan licht zal ontbreken. Vijf en zeventig man, op enkelen na allen Hollanders, zijn dage lijks aan den bouw bezig. Omtrent het uiterlijk van ons gebouw kunnen weinig woorden volstaan, wijl hier over vroeger reeds 't een en ander is mede gedeeld. Het geeft een rij origineele trap gevels te zien, waarvan de middelste, hooger dan de andere, den hoofdingang bekroont. Links wanneer men met 't gelaat naar het front staat gekeerd verheft zich op oen uitbouw een luchtige toren, met twee rondgangen, en bekroond met een knopspits in den vorm van een omgekeer den peer. Ook rechts oteekt een geestig torentje omhoog. En achter dat geheel verheft zich het met leien bekleede hoofd dak, waaruit, is de rechterhelft, de kolos sale toren omhoog klimt, welks vlaggestok over het gansche terrein 't rood, wit, blauw zal doen zichtbaar zijü. Dit wat den voorgevel betreft. De rech terzijgevel, die in denzeifden stijl weer een gansch ander lijnenspel te zien geeft, bevat een tweeden ingang, welke naar de Indische afdeeling voert. En nu de rech terzijgevel, dus die waarboven zich de groote toreu verheft. Deze gevel sluit zich wonder wel aan bjj de terreingesteldheid aan die zyde. Om dit eenigszins duidelijk te maken, zonder teekening, is wat omschrijving noodig. Men denke zich een gewoon hoefijzermag neet, op tafel liggende met de opening naar rechts gekeerd. Zooals die magneet daar ligt, is op het terrein een zware dijk op geworpen. De ruimte tusschen de beide magneetbeenen is ongeveer 175 passen, de lengte van het onderste been circa twee maal zoo lang Dit zou met het bovenste been ook 't geval moeten zijn, ware het niet dat door de natuurlijke helling van het terrein dat bovenste been geleidelijk ver loopt in het maaiveld, dus in de natuurlijke grondkorst. In de ruimte, door de magneet omsloten, is het terrein waterpas gemaakt om te dienen voor deD aanleg van den „Tuin van Ixelles". Ons Hollandsch paviljoen nu sluit aau by is alzoo gelegen precies in 't verlengde van den ondersten magneet- arm. Die dijk zou dus, bij verlenging, dwars door de lengteas van dat gebouw heen- loopen. Doch vlak erby eindigt ze, met natuurlijk talud; talud van één op één, of van 45 graden. De opening, welke daardoor ontstaat, tusschen dijk en gebouw, wordt overbrugd, zoodat vanaf dien dijk een derde toegang deze naar de Nederland sche afdeeling wordt geschapen, welke uitkomt op de breede galerjj, die in ons paviljoen langs den ganschen omtrek loopt. De achterzijde der Nederlandsche afdeeling bezit nog een nooduitgang. wogen, kiat zoo iets bijna niet voorkomen kan". Het scheen wel, of de jonge Italiaani- sche nog meer wou zeggen, maar hij liet haai- niet aan 't woord komen. „Overigens is h-et ook geheel doelloos, 't een of and-er gevaar te bed-enken. Wij hebben ons voorgenomen, het plan, dat we op itouw gezet hebben, gezamenlijk ten uitvoer te brengen, en dan.' moeten we de zwarigheden ook moedig tegengaan. Ik ben als een zwemmer, die zich in dien stroom werpt; gij staat aan den oever en houdt de boot gereed, die mij in vei ligheid brengt, als d-ei golven mij te mach tig worden". „Wat is u dapper I Moedig als een held Owl zegenen", fluisterde het jonge meisje. „Nog iets, Carlotta. Wilt ge mij d<en antieken ring, dien ge -draagt, en die ook aan de hand van 'tbeeld is, meegeven?" „Waartoe?" vroeg zij, terwijl zij den ring 'reeds afdeed. „Ik weet eigenlijk niet, waartoe", ant woordde hij. „Zoowel Cairaldini| als Poiteau mo-et dienjriing herkennen, als zij hem zien. Misschien kan hij mij van dienst zijn, om achter de waarheid ta komen". (Wordt vervolgd). /ifl f,

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1910 | | pagina 5