BINNENLAND. Sociale Berichten. GEMENGD NIEUWS. den er nog Iterecht op, dat de vrijheid in Spanje niet zoo geknecht wordt als in den laatsten tijd wel beweerd werd. En hij vraagt en antwoordt: In welke monarchie kunnen belijders van republdkeinsche en onvermomde re- volutionnaire beginselen door tden Staat bezoldigde professoren en zelfs senato ren zijn? In Spanje. Welk katholiek rijk duldt atheïstische scholen en een door roode republikeinen bestuurde vrije uni versiteit? Spanje. Waar kan een anar chistisch agitator straffeloos tegen ko ning en kerk, ministers en legerhoofden dreigende toespraken houden? In Spanje. Waar laat de gevangenisdirectie brie ven doorgaan als die van Ferrer, waarin hij aan zijn beminde schrijft over do schandelijke infame daden der regeering? In Spanje. De vrijheid in Spanje is heel wat grooter, dan o.a. in Duitschland. Op meetings zijn andere dingen ver teld: men wist er weinig van, en wat wij wenschen gelooven wij gaarne. Nu is een kleine afrekening noodig en het ex-kennen van het feit, dat velen zich geweldig geblameerd hebben. Hierna si- lentium maar „voor de laatste maal Ferrer" was even noodig. Juweelendiefstal te Rotterdam. Willem de Vos opnieuw gevat. Over deze arrestatie (zie laatste berich ten in ons vorig nummer) bevat },de Maasbode" het volgende: 't Was ongeveer 9 uur in den morgen. Drie heeren wij herkendon ze terstond als rechercheurs wandelden op-en-neer, op het station D. P., heel kalm' mei el kander pratend, doch iedereen met hun ai-gus-oogen scherp aankijkend. Plots wa ren ze verdwenen. Elk volgde zijns weegs. De stationsklok wees 10 uur. De trein naar Parijs rolde het station binnen. Een gewirwar van menscben krioelde over het station. De politie was op zijn qui-vive. Een heer, klein van postuur, met git- zwax-te, scherpe oogen, een zwart, vin nig snorretje, een christy-hat op, gekleed in lichtgrijze jas en in zijn hand een groote, gele city bag stapte heel deftig- doend in een le klas coupé. Hij was vergezeld van twee dames, die met ele- ganten zwaai eveneens de le klas coupé inwipten. Nauwelijks was het drietal gezeten, o£ er klonk„In naam der wet, ik arresteer u". Do heer en de dames moesten met al hun bagage den trein verlaten. Willem de Vos was door de politie gearresteerd. Hel drietal was voorzien van een reisbiljet voor Frankrijks hoofdstad. In de eerste klasse-wachtkamer der D. P. moest het chicgekleede heertje in gezel schap van de twee dames onder bewaking der drie rechercheurs en eenige agenten de komst van den politiewagen afwachten. Vóór het station stonden vele nieuws gierigen te hunkeren naar de kom|sl van de gearresteerden. Iedereen was in inpor of minder zenuwachtigen toestand. De po litiewagen kwam| voor. Aan weerszijden van den uitgang stond politie. De drie rechercheurs volgden de aangehoudenen op den voet. Uiterlijk, heel kalmi en de nieuwsgierigen met brutaal-uitdagenden blik aankijkend, stapte hij, gevolgd dooi de twee dames, don politiewagen in. Het portier werd door één der rechercheurs dichtgeslagen, en de wagen reed weg De menscben mompelden onder elkaar, dat in die groote city-bng de gestolen voorwerpen zich bevonden. Een heertje, met gele schoenen aan, 'n dikke wandel stok en geplakt haar verzekerde, dat het gestolene reeds over de grenzen was. Het zal voior velen vreemd schijnen, dat Willem: de Vols, na op vrije voeten te zijn gesteld, wederom door de poli tie geknipt is. Daarom ter opheldering het volgende In verband met «ten diefstal met in braak eenige weken geleden gepleegd hij den juwelier, den heer Adr. Murks, in de Weezenstraat, vond de politie het raad zamer, daar Willem de Vos naar Parijs wilde uitwijken, henï in ons dierbare Hol landje nog eenigen tijd te houden. In verband met deze zelfde zaak uit de Wee zenstraat is de inspecteur, de heer C. G. van Gulden naar Parijs vertrokken, onr een bezoek af te leggen hij den heer Maurits de Vos, die te Parijs woonach tig is. De twee dames, die Willem de Vos vergezelden, om het reisje naar Parijs mede te maken waren zijn zuster Marga- retha en mej. Stiitte, met wie Johan de Vos, die zooals het praatje gaat, in Berlijn zou verblijven, samenleeft. De dames met heel-onschuldige gezichtjes waren wel eenigszins verslagen toen ze den politie wagen moesten instappen. Doch wie zou dat ook niet zijn? Zich eerst verkneuke len van genoegen een heel onschuldig pleizierreisje naar Parijs met d'r broer te mogen maken en dan als men .goed en wel in de kussens van gen eerste klasse coupé zich behagelijk heeft, neer gevleid, door den sterken arm' der politie te worden gegrepen. Of ze hebben er zoo misnoegd uitge zien omdat hun oudere broer, Marinus B. de Vos nog in het poli tie-bureau in de Lange Torenstraat is opgesloten, 't Is ook 'n onaangenaam gevoel en vooral voor dames, dje toch al zoo teergevoelig zijn, een broer in de hak te hebben. Do nxenschen praten toch ul genoeg van el kaar AVij hopen voor de dames en ook tooi- den lieer Willem de Vos, dat hun reisje naar Parijs niet al te lange ver traging hebben mag. Doch het reelxt moet zijn beloop hebben. Na den nacht in het bureau Pauwen- steeg te hebben doorgebracht is W. de Vos met zijne twee gezellinnen Donder dagmorgen op vrije voeten gesteld. EERSTE KAMER. Zitting van Donderdag. Onderzoek naar het Vaderschap Het nieuwgekozen lid voor Drente Pelinck werd heden geïnstalleerd. Aangevangen is de behandeling van het wetsontwerp betrekkelijk het onderzoek naar het Vaderschap. Het lid Hovy verdedigde het ontwerp, dat een einde maakt aan de onbillijkheid van tweeërlei moraal, berustend op zinne lijkheid en zelfzucht. De opgelegde onderhoudsplicht jegens het natuurlijk kind is rechtvaardig ook in het belang der maatschappij en bevorderlijk aan de heiligheid van het huwelijk. Het lid Van den Biesen is in beginsel voor hulp aan onechte kinderen, maar het door den minister daartoe voorgesteld mid del voorkomt niet, dat de kinderen een erkenden vader krijgen en doet afbreuk aan het christelijk huwelijk. Men komt er toe het onecht kind dezelfde rechten te geven als het echte. Beter is het de moeder een actie te geven tot schadevergoeding die bij overlijden dor moeder door het kind wordt geërfd. Het lid Van Lans weerde sprak in den geest als het lid Van den Biesen. Het lid Franssen adhaereercL het hillijk- heidshetoog van het lid Hovy. TWEEDE KAMER Zitting van Woensdag. Indische Begrooting. De heer De Monto Verloren, het nieuw gekozen lid voor Breukelen, heeft na eeds aflegging zitting genomen. Aangevangen is heden de behandeling der Indische Begrooting. Het algemeen debat werd geopend door het lid Bos, die zich bepaalde tot bespre king van eenige belangrijke aangelegen heden van het regeeringsbeleid. Allereerst behandelde hij de wisseling van het hoofd van het departement en het optreden van de nieuwe gouverneuren. Onder normale omstandigheid, zou >.pr. het optreden van den heer Id-nburg als gouverneur-generaal zeer zeker hebben goedgekeurd, thans is echter een verkeerd precedent geschapen. We staan betrekkelijk ïndië voor groots vragen o. a de geleidelijke zelfstandig making van Indië Noodig is aan het hoofd \an het depar tement van koloniën een krachtig man, die de Indische zaken zeer goed kent. Daarom achttf? spreker onder de gegeven omstandigheden Idenburg's optreden als gouverneur generaal ongerechtvaardigd Hiermede bedoelde spreker niet in 't minst geringschatting van minister De Waal Malefijt De critiek in de pers over dezen bewinds man uitgeoefend heeft spr. zelfs gehinderd. Van spreker kan de minister rekenen op een welwillende opbouwende critiek, ja, spreker meende, dat de minister, ter afwering van den lansstoot op zijn ministerieële leven, eer zijn schild naar rechts dan naar links zal moeten wenden. Spreker had hierbij 't oog op 's ministers standpunt inzake de zending, een stand punt dat spreker als volkomen correct be schouwde. Spreker drong voorts aan op krachtiger en sneller ter hand-neming van de irrigatie, onderwijshervorming, regeling dei rechts positie van vreemde oosterlingen, regeling van landrente en verkeerspolitiek. Deze hervormingen mogen niet afstuiten op financieele overwegingen, want de finan- cieele toestand is zoo slecht niet. De benoeming van dhr. Lovink aan het hoofd van het landbouwdepartement in Indië had spreker voor Nederland met leedwezen, voor Indië met genoegen gezien. De regeering moet echter zorgen, dat 's lands inrichtingen te Buitenzorg haar hoog wetenschappelijk karakter blijven be houden. Wat de Atjeh politiek aangaat, heeft de nota van Lieftinek spreker met teleurstelling over de toestanden op Atjeh vervuld. Lieftinck wijst er op, dat in de laatste jaren ons gezag door veroveringen zeer is uitgebreid welnu, laten wij, merkte spreker op, alles doen om die veroveringen te laten opvolgen door consolidatie van rust en orde. Spreker had in den aanvang zijner rede een woord van waardeering gewijd aan de Indische specialiteiten, die aan de Kamer zijn ontvallen. Het Jid Troelstra wees ook in het be gin zijner rede op het gemis in de Kamer aan voorlichting van die Indische speci aliteiten. In het bijzonder bracht hg een eeresaluut aan den heer Van Kol, wiens koloniaal politiek program de soc. dem. fractie zal voortzetten. Breedvoerig critiseerde spreker vervol gens den aard van ons gezag, bestuur en gevolgde koloniale politiek, als z. i. geheel beheerscht door kapitalistische belangen, waarvan ook het imperialisme en de indo lente geest der inlandsche bevolking het gevolg is. Ook de financieele politiek, de iinan cieele verhouding tusschen Indië en Neder land gaat gebukt onder totaie miskenning der ethiek. Zonder scheiding tusschen de Neder- landsche en Indische financiën is een goeie financieele politiek niet mogelijk. In tusschen wordt Indië weer bedreigd door een nieuwe leening, maar deze zal Nederland, zoolang door splitsing de finan cieele politiek nog niet goed geregeld is, voor eigen rekening moeten nemen. Het optreden van den heer De Waal Malefijt als miuister is voor spreker een raadsel geweest. Hij leidde er uit af, dat de regeering niet van plan is in de eerste jaren de hervormingspolitiek op koloniaal gebied ter hand te nemen, ja, veeleer laat 't zich aanzien, dat men het koloniaal vraagstuk meer en meer op den achtergrond wil schuiven. In 't algemeen oordeelde spreker, dat er als 't ware in den laatsten tijd een stille kracht aan 't werken is. Van waar anders dat drijven door den „Standaard'' nu weer van den minister naar een punt, waar men vroeger zelf niet heeft gestaan WTil men soms hebben, dat „ons" chris telijk volk zal zeggen, dat eigenlijk de groote leider aan het bewind behoort te zijn Wel doet „De Standaard" cf zij den minister in zake zijn uitlatiugeu betreffende de zending wil verdedigen, maar dit ge schiedt op een wijze, dat de minister voor zyne eigen waardigheid verplicht zal zijn om de hand, door „l)e Standaard hem beschermend toegestoken, met breed gebaar af te wyzrn. Het rapport van Lieftinck is, volgens spreker, niet geschikt om het vertrouwen in ons bestuur te versteiken Het rapport leidt tot de sobere conclusie, dat wij wat Atjeh betreft nog staan voor een onzekere toekomst. Zitting van Donderdag. Minister De Waal Malefijt dankte voor de woorden van vertrouwen jegens hein gespr ken door de leden De Visser, Boogaard en Van de Velde De Minister dankte ook voor de critiek van het lid Bos Ernstig zal hij er naar streven, om het vertrouwen van dien afgevaardigde, dat hij nog niet bezit, te verwerven Wat het lid Troelstra s critiek betreft, oordeelde de minister, dat diens rede niet vrij was van overdrijving en die rede proef ondervindelijk eigenlijk heeft bewezen, dat Troelstra's fractie door het verlies van zijn Indische specialiteit een ernstig verlies heeft geleden. De minister trad vervolgens in beant woording der verschillende sprekers. Met bekwamen spoed zal de regeering werkzaam zijn op onderwijsgebied en ten opzichte der regeling der rechtspositie der vreemde oosterlingen. Naar verbetering van den financieelen toestand zal gestreefd worden o a door eene poging tot vermeerdering der inkomsten uit de mijnen. Het lid Boogaardts denkbeeld, om voor de buitenbezittingen een leening aan te gaan voor de aanleg van wegen en derge lijke zaken, wil de minister overwegen. Echter merkte hij als bezwaar op, dat rente en aflossing ook Java zouden drukken daarom kunnen de door het lid Boogaardt bedoelde zaken beter uit de landschapskassen bestreden worden. Met nadruk kwam de minister op tegen het lid Troelstra's critiek op het ambtenaars korps, dat eer een woord van lof verdient Velen keeren na verlof met moed en illusie naar Indië terug. Wat de plannen aangaat betreffende de financieele zelfstandigheid van Indië, merkte de minister op, dat in de bedoeling ligt den invloed van de Staten-Generaal op de Indische tekorten voorloopig onverzwakt te handhaven. Er moet wel gestreefd worden naar ont voogding, maar de bestuursorganisatie moet uit 't geheel opkomen. Met het lid Bos was de minister 't eens, dat het hoog wetenschappelijk karakter van de landbouwinstellingen te Buitenzorg niet mag worden prijsgeven, maar daar naast is ook voor Indië noodig, dat men den inlander leert op welke wijze hij 't meest productief zijn land kan bebouwen Van decentralisatie had den minister goede verwachtingen. Men bedenke, 't is een nieuw instituut. De minister stemde in met 't lid Bogaart's huldiging van gouverneur generaal Van Heutz, overtuigd, dat de geheele Kamer 't er over eens zal zijn, dat die bewindsman zich verdienstelijk heeft gemaakt. Wat Atjeh betreft, oordeelde de minister, dat de geheele Kamer, ook het lid Troelstra zal erkennen, dat wij op den goeden weg zijn. Men moet niet vergelijken de stemming van de Atjehsche bevolking met die in andere streken, maar men moet vergelijken de stemming van de Atjehsche bevolking van nu en vroeger. Dan is wel degelijk vooruitgang merkbaar. In 't algemeen meende de minister, dat men niet te kwistig moet zijn met het publi- ceeren van ambtelijke rapporten. Tegen het drukken van Lieftinck's rap port had de minister formeel geen bezwaar. Wat de zending betreft verzekerde de minister, dat hij voor de paragraaf in de memorie van antwoord de volle verant woordelijkheid op zich neemt. De voorstelling, als zou hij maar klakke loos hebben onderteekend wat een liberaal ambtenaar had opgemaakt, is onjuist. Van zijn ambtenaren heeft de minister sedert zijn optreden de meest loyale mede werking ondervonden. Trouwens de critiek van sommige dag bladen was gericht tegen een extract uit bedoelde paragraaf. De minister heeft in die paragraaf alleen willen opkomen tegen de in het voorl verslag uitgedrukte vrees, dat men van hem een agressieve houding tegenover den Islam zou zijn beducht. Daarbij heeft de minister de woorden ge kozen, ook door minister Idenburg gebezigd alleen heeft hij er nog eenige warme uit drukkingen aan toegevoegd. Volstrekt heeft de minister zijn begin selen niet willen verloochenen. Als hij geen Christen meer was, zou hij ook als minister heengaan. De grondslag racet zijn, dat aan dezen- ding steun woidt verleent, waar zij zich beweegt op economisch gebied. De koers waarin 's ministers beleid zich zal bewegen, is verleden jaar door 's ministers ambtsvoorgangers voldoende uiteengezet Wel heeft spreker Indië niet door eigen aanschouwing gezien, maar met een ernstig willen bezield, met medewerking en met Gods hulp hoopte spr zijn doel te bereiken. (Rechts applaus). Het lid Troelstra, repliceerende, meende, dat de heer Van Heutz niet verdient een hulde als aan zijn adres o.a door het lid Boogaardt gebracht. Wat Atjeh betreft kan men thans nog niet de oindbalans opmaken. Later zal eerst zijn na te gaan of ons geweld goede resultaten beeft opgeleverd. Spreker huldigde den minister voor zijn flink en kloek antwoord in zake de zending, waardoor hij blijk heeft gegeven, dat hij niet naar twistappelen zoekt Na nog eenige discussie werd het alge meen debat gesloten. (P. H C.; De Kamerverkiezing te Gulpen. Sommige liberale bladen doen het voorko men alsof de met 39 tegen 36 stemmen ge nomen beslissing der 2de Kamer tot het niet toelaten van den heer Jhr. Oh. lluijs de Beerenbrouck tevens eene erkenning is van de door de Limburgsche heeren Thomas en Caselli beweerde knoeierijen bij de jongste Kamerverkiezing. Dit is niet zoo. Het voorstel Jaunink beoogde niet-toelatiug van den heer Ruijs, wijl door het gebi uik van verkeerde stem briefjes tegen de voorschriften der wet is gehandeld. Dit voorstel nu werd aangenomen en geen ander. Onaangetast staat alzoo de meening van de meerdeiheid der commissie tot onder zoek der geloofsbrieven van den heer Ruijs, waar zij zegt De meerderheid der commissie acht een nader onderzoek ouuoodig, omdat reeds bij een eerste onderzoek de vol komen onjuistheid is gebleken van de twee der hoofdbezwaren van adres santen (Thomas en Caselli); óf de heeren hebben een groote mate van lichtgeloovigheid, óf zij wisteu, dat hetgeen zij aanvoerden onjuist was. lu beide gevallen legt (de commissie) het door de heeren Thomas en Caselli aangevoerde naast zich neder. Oud-minister Seijffardt f. De oud minister van oorlog, gepens. generaal-majoor Segffardt is onverwacht te 's Hage overleden. Generaal-majoor A. L. W. Segffardt nam van 21 Aug. 1891 tot 9 Mei 1894 de functie van minister van oorlog waar Tweemaal was hij afgevaardigde voor Utrecht. De overledene was commandeur in de Oranje-Nassau-orde. Stranding. Uit IJmuiden meldt men aan de „Haarl. Ct.,M dat de gestrande schoener „Ida" gistermiddag veel water maakte en In-oger het strand op is geslagen. De sleepbooten zijn vertrokken, nadat vaststond dat het schip verloren was Men zal er dan ook nog af hal» n, wat geborgen kan worden. Nu de wind tot stormsterkte aanwakkert verwacht men, dat het ijzeren schip wel uit elkaar zal slaan. Het dek moet reeds gescheurd zijn. Van de lading zal niets te bergen zijn, daar de grauietblokken een zwaarte hebben van 5 tot 7 ton. Naar men zegt, was het graniet bestemd voor het Vredespaleis. De doodstraf. De antir „Rotterdammer" vindt in de opmerking van eenige leden in het Voorloopig Verslag betreffende de wenschel ijk heid der wederinvoering van de doodstraf aanleiding tot volgende opmerking Met eenige belangstelling mag worden afgewacht, welk antwoord door minister Nelissen straks op de opmerking in het ver slag zal worden gegeven. Zoo men weet, was de roomsch-katholieke minister Loeft in het kabinet-Kuyper practisch tegen de doodstraf. Doch lang niet alle roomschen stonden aan zijn zijde. Lait ©ns zien, welk standpunt door minister Nelissen zal worden ingenomen. Intusschen, hoe zijn houding ook moge zijn, de zaak blijft de aandacht bestendig vorderen. Sociale Week 1910. Naar wij vernemea zal, met goedkeuring van Z D. H. den Bisschop van Haarlem, de 5e Sociale Week in 1910 te Amsterdam worden gehouden Het ligt in het voor nemen om zoo eel mogelijk met hehoud van het karakter der Sociale Week, haar toch zóó in te richten, dat de avondver gaderingen tezamen óók één geheel zullen vormen, terwijl er naar gestreefd zal worden de in deze vergaderingen te houden voor drachten naar vor:n en inhoud voor een grooter publiek geschikt te maken. Het programma zal ill 't begin van 1910 worden gepubliceerd. Gekanteld. De boot van Surhuister- veen op Groningen is Dinsdagmiddag Jdoor te zwaren deklast gekanteld nabij het punt van afvaart in de Westerhaven, Zeven personen, die in de eerste klasse kajuit zaten, werden, nadat men een gat in het rechtopstaande dek had gezaagd één voor één gered Het waren 2 mannen, 4 vrou wen en een kind In de tweede klasse ka juit was men bij de afzending van dit be richt nog bezig te zoeken, maar men hoopte, dal daarin niemand was, hoewel men het niet zeker wist. Nader meldt inen aan de „N. R. Ct.": Toen de stoomboot Achtkarspelen", varende van Groningen naarSurhuistarveen en omgekeerd, in de Westerhaven tot ver trek gereed, van wal stiet, is, naar vermoed wordt, de deklast in beweging geraakt. De dekknecht wilde nog trachten den deklast vast te sjorren, doch het was niet meer mogelijk Zijn eigen leven bedreigd wanend, sprong hij van de boot op den wal, terwijl de boot onmiddellijk daarna kantelde, gelukkig naar den walkant, want door de betrekkelijk geringe diepte aan die zijde bleef de boot nog een eind boven water. Er waren 14 personen, mannen, vrouwen en een kind in de kajuit, onder wie eene kleine paniek on9tond, doordien de boot water maakte. Men schreeuwde om hulp, die weldra van alle kanten geboden werd. Het kostte intusschen vrij wat moeite, om de menscben uit hunne hachelijke positie te bevrijden. De brandweer moest er inet bijleu en zagen bij te pas komen om den passagiers een uitweg te verschaffen, wat haar gelukt is, zonder dat er menschen- levens zijn te betreuren. Inmiddels waren doctoren, verpleegsters en verplegers van bet academisch ziekenhuis, met zuurstof apparaten, brancards, den ziekenwagen en de ziekentransport-auto ter plaatse om de geiedden bij te staan. Zij allen werden naar bet ziekenhuis overgebracht, waar zij een warm bad, droge kleeren en een scheutje cognac kregen, terwijl zij daarna naar bed werden gebracht Enkelen hadder. eene onbeduidende ver wonding, uiaar alle waren opgewonden. Zij b'pven dien nacht in bet ziekenhuis, hunne families waren daarvan telegrafisch ver wittigd. Het laat zich aanzien, dat niemand voor zijne gezondheid nadeelige gevolgen van het ongeval zal hebben. Volgens het rapport van den inspecteur der scheepvaart had de „Achtkarspelen'', kapitein jB. Hulshofi', een deklast van 1000 K.G terwijl in het ruim geborgen waren 7000 K.G benevens 800 K.G. steen kolen, zoodat de deklast niet te zwaar kan geweest zijn. De boot is 31 ton groot. De consternatie in de stad was aanvan kelijk groot De eerste geruchten spraken van dooden, wier getal zelfs booger dan dat der passagiers werd opgegeven. Kreeften. Wij meklden reeds, dat le. Bergen op Zoom, in het kreeftenpairk. „Willielmina" 2300 kreeften zijn aange voerd. In ide 18e eeuw kwamen er in Zeeland elk jaar 40 tot 50 ladingen aan, elk van (i tot 12 duizend stuks. Het (Joel is niet een kunstmatige kreef tenteelt in bet leven te roepen, wat vrij wel onmogelijk is, doch liet in voor raad houden van kreeften, waar de lief hebber volop keuze kan vinden. I-ater zal wellicht beproefd worden de Schelde kreeften -te veredelen en te vermenig vuldigen. De Kreeften in de Schelde zijn afkomstig van vluchtelingen uit putten te Wemeldinge en te Bruinisse, die eens bij onstuimig weer uit de bakken, waarin zij opgesloten waren, zijn ontkomen. Prins Hendrik als Doolhof- gids Op den eersten Zondag van elke maand hebben de employe's aan het Kon. Palei6 en Staldepartement verlof, om met hun gezin in het Kon. Park te gaan wan delen. Geen wonder, dat met het prachtige najaarsweer van jl. Zondag velen van dit voorrecht gebruik maakten. 't Was ongeveer 5 uur in den middag, toen een tweetal koetsiers, de een van zjjn echtgenoote vergezeld, alvorens het Park te verlaten, nog even een bezoek aan den „Doolhof'' bracht. Er in te gaan, ging gemakkelijk genoeg, doch er weer uit te komen bleek met geen praatje gedaan. Inmiddels begon het te schemeren en reeds maakte men zieli ongerust, toen, tot aller verademing, een wielrjjder naderde. De redding was nabjj Dichterbij gekomen, bleek bet Z. K. H. de Prins te zjjn, die zich niet weinig ver kneukelde in de veil het drietal bevond. De Prins, die denl kent, wees zeer goel die men kon inslaan/ „Maar, Koninklijk antwoord, „dien kaj uit geweest!" ..O, dat is nog lad 's Prinsen wederwoorl nog dienst vanavond| „Ja, K H., c voederen „Nu, dan heb juli uur tijd om te wauq Piinsen verwijderde Een eindje verdi een collega van de I Prins gaf deze in ove uit den nood te lid Prins zeker gezien, sprokene ook in de| deze was echter zoo 1 kant te houden. Na lang zoeken behulp van hun colli dolenden eindelijk e| Nog lang zullen dit avontuurtje terd vooral de goede voorj niet vergeten. De zieke dame overkwam aan twee Brussel. In de rue Saint Gé in een gesloten kufliel de kelderkeuken held De herbergierster s Wat gebeurt b de agenten. Och meneer, e passelijk geworden; d wij wachten den pas hem af te wachten. Drommels, zeid soms gekwetst? Neen, neen, ml ziek. Neen, mijnheere dat zou haar te sterk Maar de agenten steen en, eer de vrou. zagen zij de zieke .1 rond een tiental heerej speelden Heel het troepje wj bureau geleid en de zl in beslag genomenj Vreeselijk d Anna. Gisteren heb| het „H. v. A luit zonderheden het vreesa dat zulke opschuddinj gehucht Sinte Anna. I was, dat de 16 jarige wandelende zijne inoedl hebben, en elkeen bek ij jongen", die zonder he raoedermoorder was Het onderzoek, dat dag duurde werd vocj klaarte te brengen in beeft het een en ail gebracht, dat een geheelj in de zaak voor wat den 16 jarigen Albert Ziehier hoe de zake voorgedaan Verleden Zondag wat en zijne vrouw Delfina en 's avonds thuiskom niets buitengewoons ai zoon Albert, die thuis Deze had nochtans ee gekregen van zijnen verleden Zaterdag te laaj Hij was met andere ouderdom uitgeweest dronken Van dit oogenblik af en scheen te droomen hij nog een woord, h wilde niet meer uitgai 's avonds thuis kwacne eetkamer aan 't teeki huisgezin behalve een in de stad was geblevel 10 ure ter rust. In den nacbt, rond Ceulenmns opgeschrikt schot in zijn kamer gek zijn bed, zonder nog g er gaande wasbij het bij voor zich op twee st zijnen zoon Albert, die naar de keel greep en z Een hevige worsteling vader en zoon, waarbij i stukken werd geslagei gebroken, en er zelfs re brand ontstond, totdat zijnen zoon kon overiui hem nu aan een stoel eerst rekenschap geven was geschied. Hij zag het bed ten gronde ligg. bloed. Het jachtgeweer stonds nevens bet bed waren tegelijk gelost, of drie meters; de lading het afschieten bal gevor Het parket van dadelijk verwittigd v ter plaatse gekomen, *';t,sd^er M- Gemet. MM. chram, procureur doen, onderzoeksrechter M. van Vlimmeren De jonge moordenaai gehandeld te hebben van bet slaapwandelen

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1909 | | pagina 6