BINNENLAND.
Sociale Berichten.
GEMENGD NIEUWS.
den er nog Iterecht op, dat de vrijheid
in Spanje niet zoo geknecht wordt als
in den laatsten tijd wel beweerd werd.
En hij vraagt en antwoordt:
In welke monarchie kunnen belijders
van republdkeinsche en onvermomde re-
volutionnaire beginselen door tden Staat
bezoldigde professoren en zelfs senato
ren zijn? In Spanje. Welk katholiek rijk
duldt atheïstische scholen en een door
roode republikeinen bestuurde vrije uni
versiteit? Spanje. Waar kan een anar
chistisch agitator straffeloos tegen ko
ning en kerk, ministers en legerhoofden
dreigende toespraken houden? In Spanje.
Waar laat de gevangenisdirectie brie
ven doorgaan als die van Ferrer, waarin
hij aan zijn beminde schrijft over do
schandelijke infame daden der regeering?
In Spanje. De vrijheid in Spanje is heel
wat grooter, dan o.a. in Duitschland.
Op meetings zijn andere dingen ver
teld: men wist er weinig van, en wat
wij wenschen gelooven wij gaarne. Nu
is een kleine afrekening noodig en het
ex-kennen van het feit, dat velen zich
geweldig geblameerd hebben. Hierna si-
lentium maar „voor de laatste maal
Ferrer" was even noodig.
Juweelendiefstal te Rotterdam.
Willem de Vos opnieuw gevat.
Over deze arrestatie (zie laatste berich
ten in ons vorig nummer) bevat },de
Maasbode" het volgende:
't Was ongeveer 9 uur in den morgen.
Drie heeren wij herkendon ze terstond
als rechercheurs wandelden op-en-neer,
op het station D. P., heel kalm' mei el
kander pratend, doch iedereen met hun
ai-gus-oogen scherp aankijkend. Plots wa
ren ze verdwenen. Elk volgde zijns weegs.
De stationsklok wees 10 uur. De trein
naar Parijs rolde het station binnen. Een
gewirwar van menscben krioelde over het
station. De politie was op zijn qui-vive.
Een heer, klein van postuur, met git-
zwax-te, scherpe oogen, een zwart, vin
nig snorretje, een christy-hat op, gekleed
in lichtgrijze jas en in zijn hand een
groote, gele city bag stapte heel deftig-
doend in een le klas coupé. Hij was
vergezeld van twee dames, die met ele-
ganten zwaai eveneens de le klas coupé
inwipten.
Nauwelijks was het drietal gezeten, o£
er klonk„In naam der wet, ik arresteer
u". Do heer en de dames moesten met
al hun bagage den trein verlaten.
Willem de Vos was door de politie
gearresteerd. Hel drietal was voorzien van
een reisbiljet voor Frankrijks hoofdstad.
In de eerste klasse-wachtkamer der D. P.
moest het chicgekleede heertje in gezel
schap van de twee dames onder bewaking
der drie rechercheurs en eenige agenten
de komst van den politiewagen afwachten.
Vóór het station stonden vele nieuws
gierigen te hunkeren naar de kom|sl van
de gearresteerden. Iedereen was in inpor
of minder zenuwachtigen toestand. De po
litiewagen kwam| voor. Aan weerszijden
van den uitgang stond politie. De drie
rechercheurs volgden de aangehoudenen
op den voet. Uiterlijk, heel kalmi en de
nieuwsgierigen met brutaal-uitdagenden
blik aankijkend, stapte hij, gevolgd dooi
de twee dames, don politiewagen in. Het
portier werd door één der rechercheurs
dichtgeslagen, en de wagen reed weg
De menscben mompelden onder elkaar,
dat in die groote city-bng de gestolen
voorwerpen zich bevonden. Een heertje,
met gele schoenen aan, 'n dikke wandel
stok en geplakt haar verzekerde, dat het
gestolene reeds over de grenzen was.
Het zal voior velen vreemd schijnen,
dat Willem: de Vols, na op vrije voeten
te zijn gesteld, wederom door de poli
tie geknipt is. Daarom ter opheldering
het volgende
In verband met «ten diefstal met in
braak eenige weken geleden gepleegd hij
den juwelier, den heer Adr. Murks, in
de Weezenstraat, vond de politie het raad
zamer, daar Willem de Vos naar Parijs
wilde uitwijken, henï in ons dierbare Hol
landje nog eenigen tijd te houden. In
verband met deze zelfde zaak uit de Wee
zenstraat is de inspecteur, de heer C. G.
van Gulden naar Parijs vertrokken, onr
een bezoek af te leggen hij den heer
Maurits de Vos, die te Parijs woonach
tig is.
De twee dames, die Willem de Vos
vergezelden, om het reisje naar Parijs
mede te maken waren zijn zuster Marga-
retha en mej. Stiitte, met wie Johan de
Vos, die zooals het praatje gaat, in Berlijn
zou verblijven, samenleeft. De dames met
heel-onschuldige gezichtjes waren wel
eenigszins verslagen toen ze den politie
wagen moesten instappen. Doch wie zou
dat ook niet zijn? Zich eerst verkneuke
len van genoegen een heel onschuldig
pleizierreisje naar Parijs met d'r broer
te mogen maken en dan als men .goed
en wel in de kussens van gen eerste
klasse coupé zich behagelijk heeft, neer
gevleid, door den sterken arm' der politie
te worden gegrepen.
Of ze hebben er zoo misnoegd uitge
zien omdat hun oudere broer, Marinus
B. de Vos nog in het poli tie-bureau in
de Lange Torenstraat is opgesloten, 't Is
ook 'n onaangenaam gevoel en vooral
voor dames, dje toch al zoo teergevoelig
zijn, een broer in de hak te hebben. Do
nxenschen praten toch ul genoeg van el
kaar AVij hopen voor de dames en ook
tooi- den lieer Willem de Vos, dat hun
reisje naar Parijs niet al te lange ver
traging hebben mag.
Doch het reelxt moet zijn beloop hebben.
Na den nacht in het bureau Pauwen-
steeg te hebben doorgebracht is W. de
Vos met zijne twee gezellinnen Donder
dagmorgen op vrije voeten gesteld.
EERSTE KAMER.
Zitting van Donderdag.
Onderzoek naar het Vaderschap
Het nieuwgekozen lid voor Drente Pelinck
werd heden geïnstalleerd.
Aangevangen is de behandeling van het
wetsontwerp betrekkelijk het onderzoek
naar het Vaderschap.
Het lid Hovy verdedigde het ontwerp,
dat een einde maakt aan de onbillijkheid
van tweeërlei moraal, berustend op zinne
lijkheid en zelfzucht.
De opgelegde onderhoudsplicht jegens het
natuurlijk kind is rechtvaardig ook in het
belang der maatschappij en bevorderlijk
aan de heiligheid van het huwelijk.
Het lid Van den Biesen is in beginsel
voor hulp aan onechte kinderen, maar het
door den minister daartoe voorgesteld mid
del voorkomt niet, dat de kinderen een
erkenden vader krijgen en doet afbreuk
aan het christelijk huwelijk.
Men komt er toe het onecht kind dezelfde
rechten te geven als het echte.
Beter is het de moeder een actie te geven
tot schadevergoeding die bij overlijden dor
moeder door het kind wordt geërfd.
Het lid Van Lans weerde sprak in den
geest als het lid Van den Biesen.
Het lid Franssen adhaereercL het hillijk-
heidshetoog van het lid Hovy.
TWEEDE KAMER
Zitting van Woensdag.
Indische Begrooting.
De heer De Monto Verloren, het nieuw
gekozen lid voor Breukelen, heeft na eeds
aflegging zitting genomen.
Aangevangen is heden de behandeling
der Indische Begrooting.
Het algemeen debat werd geopend door
het lid Bos, die zich bepaalde tot bespre
king van eenige belangrijke aangelegen
heden van het regeeringsbeleid.
Allereerst behandelde hij de wisseling
van het hoofd van het departement en het
optreden van de nieuwe gouverneuren.
Onder normale omstandigheid, zou >.pr.
het optreden van den heer Id-nburg als
gouverneur-generaal zeer zeker hebben
goedgekeurd, thans is echter een verkeerd
precedent geschapen.
We staan betrekkelijk ïndië voor groots
vragen o. a de geleidelijke zelfstandig
making van Indië
Noodig is aan het hoofd \an het depar
tement van koloniën een krachtig man,
die de Indische zaken zeer goed kent.
Daarom achttf? spreker onder de gegeven
omstandigheden Idenburg's optreden als
gouverneur generaal ongerechtvaardigd
Hiermede bedoelde spreker niet in 't
minst geringschatting van minister De Waal
Malefijt
De critiek in de pers over dezen bewinds
man uitgeoefend heeft spr. zelfs gehinderd.
Van spreker kan de minister rekenen
op een welwillende opbouwende critiek, ja,
spreker meende, dat de minister, ter afwering
van den lansstoot op zijn ministerieële leven,
eer zijn schild naar rechts dan naar links
zal moeten wenden.
Spreker had hierbij 't oog op 's ministers
standpunt inzake de zending, een stand
punt dat spreker als volkomen correct be
schouwde.
Spreker drong voorts aan op krachtiger
en sneller ter hand-neming van de irrigatie,
onderwijshervorming, regeling dei rechts
positie van vreemde oosterlingen, regeling
van landrente en verkeerspolitiek.
Deze hervormingen mogen niet afstuiten
op financieele overwegingen, want de finan-
cieele toestand is zoo slecht niet.
De benoeming van dhr. Lovink aan het
hoofd van het landbouwdepartement in
Indië had spreker voor Nederland met
leedwezen, voor Indië met genoegen gezien.
De regeering moet echter zorgen, dat
's lands inrichtingen te Buitenzorg haar
hoog wetenschappelijk karakter blijven be
houden.
Wat de Atjeh politiek aangaat, heeft de
nota van Lieftinek spreker met teleurstelling
over de toestanden op Atjeh vervuld.
Lieftinck wijst er op, dat in de laatste
jaren ons gezag door veroveringen zeer is
uitgebreid welnu, laten wij, merkte spreker
op, alles doen om die veroveringen te laten
opvolgen door consolidatie van rust en orde.
Spreker had in den aanvang zijner rede
een woord van waardeering gewijd aan de
Indische specialiteiten, die aan de Kamer
zijn ontvallen.
Het Jid Troelstra wees ook in het be
gin zijner rede op het gemis in de Kamer
aan voorlichting van die Indische speci
aliteiten.
In het bijzonder bracht hg een eeresaluut
aan den heer Van Kol, wiens koloniaal
politiek program de soc. dem. fractie zal
voortzetten.
Breedvoerig critiseerde spreker vervol
gens den aard van ons gezag, bestuur en
gevolgde koloniale politiek, als z. i. geheel
beheerscht door kapitalistische belangen,
waarvan ook het imperialisme en de indo
lente geest der inlandsche bevolking het
gevolg is.
Ook de financieele politiek, de iinan
cieele verhouding tusschen Indië en Neder
land gaat gebukt onder totaie miskenning
der ethiek.
Zonder scheiding tusschen de Neder-
landsche en Indische financiën is een
goeie financieele politiek niet mogelijk.
In tusschen wordt Indië weer bedreigd
door een nieuwe leening, maar deze zal
Nederland, zoolang door splitsing de finan
cieele politiek nog niet goed geregeld is,
voor eigen rekening moeten nemen.
Het optreden van den heer De Waal
Malefijt als miuister is voor spreker een
raadsel geweest.
Hij leidde er uit af, dat de regeering
niet van plan is in de eerste jaren de
hervormingspolitiek op koloniaal gebied
ter hand te nemen, ja, veeleer laat 't zich
aanzien, dat men het koloniaal vraagstuk
meer en meer op den achtergrond wil
schuiven.
In 't algemeen oordeelde spreker, dat er
als 't ware in den laatsten tijd een stille
kracht aan 't werken is.
Van waar anders dat drijven door den
„Standaard'' nu weer van den minister naar
een punt, waar men vroeger zelf niet heeft
gestaan
WTil men soms hebben, dat „ons" chris
telijk volk zal zeggen, dat eigenlijk de
groote leider aan het bewind behoort te
zijn
Wel doet „De Standaard" cf zij den
minister in zake zijn uitlatiugeu betreffende
de zending wil verdedigen, maar dit ge
schiedt op een wijze, dat de minister voor
zyne eigen waardigheid verplicht zal zijn
om de hand, door „l)e Standaard hem
beschermend toegestoken, met breed gebaar
af te wyzrn.
Het rapport van Lieftinck is, volgens
spreker, niet geschikt om het vertrouwen
in ons bestuur te versteiken
Het rapport leidt tot de sobere conclusie,
dat wij wat Atjeh betreft nog staan voor
een onzekere toekomst.
Zitting van Donderdag.
Minister De Waal Malefijt dankte voor
de woorden van vertrouwen jegens hein
gespr ken door de leden De Visser, Boogaard
en Van de Velde
De Minister dankte ook voor de critiek
van het lid Bos
Ernstig zal hij er naar streven, om het
vertrouwen van dien afgevaardigde, dat hij
nog niet bezit, te verwerven
Wat het lid Troelstra s critiek betreft,
oordeelde de minister, dat diens rede niet
vrij was van overdrijving en die rede proef
ondervindelijk eigenlijk heeft bewezen, dat
Troelstra's fractie door het verlies van zijn
Indische specialiteit een ernstig verlies heeft
geleden.
De minister trad vervolgens in beant
woording der verschillende sprekers.
Met bekwamen spoed zal de regeering
werkzaam zijn op onderwijsgebied en ten
opzichte der regeling der rechtspositie der
vreemde oosterlingen.
Naar verbetering van den financieelen
toestand zal gestreefd worden o a door eene
poging tot vermeerdering der inkomsten uit
de mijnen.
Het lid Boogaardts denkbeeld, om voor
de buitenbezittingen een leening aan te
gaan voor de aanleg van wegen en derge
lijke zaken, wil de minister overwegen.
Echter merkte hij als bezwaar op, dat
rente en aflossing ook Java zouden drukken
daarom kunnen de door het lid Boogaardt
bedoelde zaken beter uit de landschapskassen
bestreden worden.
Met nadruk kwam de minister op tegen
het lid Troelstra's critiek op het ambtenaars
korps, dat eer een woord van lof verdient
Velen keeren na verlof met moed en
illusie naar Indië terug.
Wat de plannen aangaat betreffende de
financieele zelfstandigheid van Indië, merkte
de minister op, dat in de bedoeling ligt
den invloed van de Staten-Generaal op de
Indische tekorten voorloopig onverzwakt te
handhaven.
Er moet wel gestreefd worden naar ont
voogding, maar de bestuursorganisatie moet
uit 't geheel opkomen.
Met het lid Bos was de minister 't eens,
dat het hoog wetenschappelijk karakter
van de landbouwinstellingen te Buitenzorg
niet mag worden prijsgeven, maar daar
naast is ook voor Indië noodig, dat men
den inlander leert op welke wijze hij 't
meest productief zijn land kan bebouwen
Van decentralisatie had den minister
goede verwachtingen. Men bedenke, 't is
een nieuw instituut.
De minister stemde in met 't lid Bogaart's
huldiging van gouverneur generaal Van
Heutz, overtuigd, dat de geheele Kamer
't er over eens zal zijn, dat die bewindsman
zich verdienstelijk heeft gemaakt.
Wat Atjeh betreft, oordeelde de minister,
dat de geheele Kamer, ook het lid Troelstra
zal erkennen, dat wij op den goeden weg zijn.
Men moet niet vergelijken de stemming
van de Atjehsche bevolking met die in
andere streken, maar men moet vergelijken
de stemming van de Atjehsche bevolking
van nu en vroeger. Dan is wel degelijk
vooruitgang merkbaar.
In 't algemeen meende de minister, dat
men niet te kwistig moet zijn met het publi-
ceeren van ambtelijke rapporten.
Tegen het drukken van Lieftinck's rap
port had de minister formeel geen bezwaar.
Wat de zending betreft verzekerde de
minister, dat hij voor de paragraaf in de
memorie van antwoord de volle verant
woordelijkheid op zich neemt.
De voorstelling, als zou hij maar klakke
loos hebben onderteekend wat een liberaal
ambtenaar had opgemaakt, is onjuist.
Van zijn ambtenaren heeft de minister
sedert zijn optreden de meest loyale mede
werking ondervonden.
Trouwens de critiek van sommige dag
bladen was gericht tegen een extract uit
bedoelde paragraaf.
De minister heeft in die paragraaf alleen
willen opkomen tegen de in het voorl
verslag uitgedrukte vrees, dat men van
hem een agressieve houding tegenover den
Islam zou zijn beducht.
Daarbij heeft de minister de woorden ge
kozen, ook door minister Idenburg gebezigd
alleen heeft hij er nog eenige warme uit
drukkingen aan toegevoegd.
Volstrekt heeft de minister zijn begin
selen niet willen verloochenen.
Als hij geen Christen meer was, zou hij
ook als minister heengaan.
De grondslag racet zijn, dat aan dezen-
ding steun woidt verleent, waar zij zich
beweegt op economisch gebied.
De koers waarin 's ministers beleid zich
zal bewegen, is verleden jaar door 's ministers
ambtsvoorgangers voldoende uiteengezet
Wel heeft spreker Indië niet door eigen
aanschouwing gezien, maar met een ernstig
willen bezield, met medewerking en met
Gods hulp hoopte spr zijn doel te bereiken.
(Rechts applaus).
Het lid Troelstra, repliceerende, meende,
dat de heer Van Heutz niet verdient een
hulde als aan zijn adres o.a door het lid
Boogaardt gebracht.
Wat Atjeh betreft kan men thans nog
niet de oindbalans opmaken.
Later zal eerst zijn na te gaan of ons
geweld goede resultaten beeft opgeleverd.
Spreker huldigde den minister voor zijn
flink en kloek antwoord in zake de zending,
waardoor hij blijk heeft gegeven, dat hij
niet naar twistappelen zoekt
Na nog eenige discussie werd het alge
meen debat gesloten. (P. H C.;
De Kamerverkiezing te Gulpen.
Sommige liberale bladen doen het voorko
men alsof de met 39 tegen 36 stemmen ge
nomen beslissing der 2de Kamer tot het niet
toelaten van den heer Jhr. Oh. lluijs de
Beerenbrouck tevens eene erkenning is van
de door de Limburgsche heeren Thomas en
Caselli beweerde knoeierijen bij de jongste
Kamerverkiezing.
Dit is niet zoo. Het voorstel Jaunink
beoogde niet-toelatiug van den heer Ruijs,
wijl door het gebi uik van verkeerde stem
briefjes tegen de voorschriften
der wet is gehandeld. Dit voorstel nu
werd aangenomen en geen ander.
Onaangetast staat alzoo de meening van
de meerdeiheid der commissie tot onder
zoek der geloofsbrieven van den heer Ruijs,
waar zij zegt
De meerderheid der commissie acht
een nader onderzoek ouuoodig, omdat
reeds bij een eerste onderzoek de vol
komen onjuistheid is gebleken van de
twee der hoofdbezwaren van adres
santen (Thomas en Caselli); óf de
heeren hebben een groote mate van
lichtgeloovigheid, óf zij wisteu, dat
hetgeen zij aanvoerden onjuist was.
lu beide gevallen legt (de commissie)
het door de heeren Thomas en Caselli
aangevoerde naast zich neder.
Oud-minister Seijffardt f.
De oud minister van oorlog, gepens.
generaal-majoor Segffardt is onverwacht te
's Hage overleden.
Generaal-majoor A. L. W. Segffardt nam
van 21 Aug. 1891 tot 9 Mei 1894 de
functie van minister van oorlog waar
Tweemaal was hij afgevaardigde voor
Utrecht.
De overledene was commandeur in de
Oranje-Nassau-orde.
Stranding.
Uit IJmuiden meldt men aan de „Haarl.
Ct.,M dat de gestrande schoener „Ida"
gistermiddag veel water maakte en In-oger
het strand op is geslagen. De sleepbooten
zijn vertrokken, nadat vaststond dat het
schip verloren was Men zal er dan ook
nog af hal» n, wat geborgen kan worden.
Nu de wind tot stormsterkte aanwakkert
verwacht men, dat het ijzeren schip wel
uit elkaar zal slaan. Het dek moet reeds
gescheurd zijn. Van de lading zal niets te
bergen zijn, daar de grauietblokken een
zwaarte hebben van 5 tot 7 ton. Naar
men zegt, was het graniet bestemd voor
het Vredespaleis.
De doodstraf.
De antir „Rotterdammer" vindt in de
opmerking van eenige leden in het Voorloopig
Verslag betreffende de wenschel ijk heid der
wederinvoering van de doodstraf aanleiding
tot volgende opmerking
Met eenige belangstelling mag worden
afgewacht, welk antwoord door minister
Nelissen straks op de opmerking in het ver
slag zal worden gegeven. Zoo men weet, was
de roomsch-katholieke minister Loeft in het
kabinet-Kuyper practisch tegen de doodstraf.
Doch lang niet alle roomschen stonden aan
zijn zijde. Lait ©ns zien, welk standpunt
door minister Nelissen zal worden ingenomen.
Intusschen, hoe zijn houding ook moge
zijn, de zaak blijft de aandacht bestendig
vorderen.
Sociale Week 1910.
Naar wij vernemea zal, met goedkeuring
van Z D. H. den Bisschop van Haarlem,
de 5e Sociale Week in 1910 te Amsterdam
worden gehouden Het ligt in het voor
nemen om zoo eel mogelijk met hehoud
van het karakter der Sociale Week, haar
toch zóó in te richten, dat de avondver
gaderingen tezamen óók één geheel zullen
vormen, terwijl er naar gestreefd zal worden
de in deze vergaderingen te houden voor
drachten naar vor:n en inhoud voor een
grooter publiek geschikt te maken.
Het programma zal ill 't begin van 1910
worden gepubliceerd.
Gekanteld. De boot van Surhuister-
veen op Groningen is Dinsdagmiddag Jdoor
te zwaren deklast gekanteld nabij het punt
van afvaart in de Westerhaven,
Zeven personen, die in de eerste klasse
kajuit zaten, werden, nadat men een gat in
het rechtopstaande dek had gezaagd één
voor één gered Het waren 2 mannen, 4 vrou
wen en een kind In de tweede klasse ka
juit was men bij de afzending van dit be
richt nog bezig te zoeken, maar men hoopte,
dal daarin niemand was, hoewel men het
niet zeker wist.
Nader meldt inen aan de „N. R. Ct.":
Toen de stoomboot Achtkarspelen",
varende van Groningen naarSurhuistarveen
en omgekeerd, in de Westerhaven tot ver
trek gereed, van wal stiet, is, naar vermoed
wordt, de deklast in beweging geraakt. De
dekknecht wilde nog trachten den deklast
vast te sjorren, doch het was niet meer
mogelijk Zijn eigen leven bedreigd wanend,
sprong hij van de boot op den wal, terwijl
de boot onmiddellijk daarna kantelde,
gelukkig naar den walkant, want door de
betrekkelijk geringe diepte aan die zijde
bleef de boot nog een eind boven water.
Er waren 14 personen, mannen, vrouwen
en een kind in de kajuit, onder wie eene
kleine paniek on9tond, doordien de boot
water maakte. Men schreeuwde om hulp,
die weldra van alle kanten geboden werd.
Het kostte intusschen vrij wat moeite, om
de menscben uit hunne hachelijke positie
te bevrijden. De brandweer moest er inet
bijleu en zagen bij te pas komen om den
passagiers een uitweg te verschaffen, wat
haar gelukt is, zonder dat er menschen-
levens zijn te betreuren. Inmiddels waren
doctoren, verpleegsters en verplegers van
bet academisch ziekenhuis, met zuurstof
apparaten, brancards, den ziekenwagen en
de ziekentransport-auto ter plaatse om de
geiedden bij te staan. Zij allen werden
naar bet ziekenhuis overgebracht, waar zij
een warm bad, droge kleeren en een scheutje
cognac kregen, terwijl zij daarna naar bed
werden gebracht
Enkelen hadder. eene onbeduidende ver
wonding, uiaar alle waren opgewonden. Zij
b'pven dien nacht in bet ziekenhuis, hunne
families waren daarvan telegrafisch ver
wittigd. Het laat zich aanzien, dat niemand
voor zijne gezondheid nadeelige gevolgen
van het ongeval zal hebben.
Volgens het rapport van den inspecteur
der scheepvaart had de „Achtkarspelen'',
kapitein jB. Hulshofi', een deklast van
1000 K.G terwijl in het ruim geborgen
waren 7000 K.G benevens 800 K.G. steen
kolen, zoodat de deklast niet te zwaar kan
geweest zijn. De boot is 31 ton groot.
De consternatie in de stad was aanvan
kelijk groot De eerste geruchten spraken
van dooden, wier getal zelfs booger dan
dat der passagiers werd opgegeven.
Kreeften. Wij meklden reeds, dat
le. Bergen op Zoom, in het kreeftenpairk.
„Willielmina" 2300 kreeften zijn aange
voerd. In ide 18e eeuw kwamen er in
Zeeland elk jaar 40 tot 50 ladingen aan,
elk van (i tot 12 duizend stuks.
Het (Joel is niet een kunstmatige kreef
tenteelt in bet leven te roepen, wat vrij
wel onmogelijk is, doch liet in voor
raad houden van kreeften, waar de lief
hebber volop keuze kan vinden. I-ater
zal wellicht beproefd worden de Schelde
kreeften -te veredelen en te vermenig
vuldigen. De Kreeften in de Schelde zijn
afkomstig van vluchtelingen uit putten
te Wemeldinge en te Bruinisse, die eens
bij onstuimig weer uit de bakken, waarin
zij opgesloten waren, zijn ontkomen.
Prins Hendrik als Doolhof-
gids Op den eersten Zondag van elke
maand hebben de employe's aan het Kon.
Palei6 en Staldepartement verlof, om met
hun gezin in het Kon. Park te gaan wan
delen.
Geen wonder, dat met het prachtige
najaarsweer van jl. Zondag velen van dit
voorrecht gebruik maakten.
't Was ongeveer 5 uur in den middag,
toen een tweetal koetsiers, de een van zjjn
echtgenoote vergezeld, alvorens het Park
te verlaten, nog even een bezoek aan den
„Doolhof'' bracht.
Er in te gaan, ging gemakkelijk genoeg,
doch er weer uit te komen bleek met geen
praatje gedaan. Inmiddels begon het te
schemeren en reeds maakte men zieli
ongerust, toen, tot aller verademing, een
wielrjjder naderde.
De redding was nabjj
Dichterbij gekomen, bleek bet Z. K. H.
de Prins te zjjn, die zich niet weinig ver
kneukelde in de veil
het drietal bevond.
De Prins, die denl
kent, wees zeer goel
die men kon inslaan/
„Maar, Koninklijk
antwoord, „dien kaj
uit geweest!"
..O, dat is nog lad
's Prinsen wederwoorl
nog dienst vanavond|
„Ja, K H., c
voederen
„Nu, dan heb juli
uur tijd om te wauq
Piinsen verwijderde
Een eindje verdi
een collega van de I
Prins gaf deze in ove
uit den nood te lid
Prins zeker gezien,
sprokene ook in de|
deze was echter zoo 1
kant te houden.
Na lang zoeken
behulp van hun colli
dolenden eindelijk e|
Nog lang zullen
dit avontuurtje terd
vooral de goede voorj
niet vergeten.
De zieke dame
overkwam aan twee
Brussel.
In de rue Saint Gé
in een gesloten kufliel
de kelderkeuken held
De herbergierster s
Wat gebeurt b
de agenten.
Och meneer, e
passelijk geworden; d
wij wachten den pas
hem af te wachten.
Drommels, zeid
soms gekwetst?
Neen, neen, ml
ziek. Neen, mijnheere
dat zou haar te sterk
Maar de agenten
steen en, eer de vrou.
zagen zij de zieke .1
rond een tiental heerej
speelden
Heel het troepje wj
bureau geleid en de zl
in beslag genomenj
Vreeselijk d
Anna. Gisteren heb|
het „H. v. A luit
zonderheden het vreesa
dat zulke opschuddinj
gehucht Sinte Anna. I
was, dat de 16 jarige
wandelende zijne inoedl
hebben, en elkeen bek ij
jongen", die zonder he
raoedermoorder was
Het onderzoek, dat
dag duurde werd vocj
klaarte te brengen in
beeft het een en ail
gebracht, dat een geheelj
in de zaak voor wat
den 16 jarigen Albert
Ziehier hoe de zake
voorgedaan
Verleden Zondag wat
en zijne vrouw Delfina
en 's avonds thuiskom
niets buitengewoons ai
zoon Albert, die thuis
Deze had nochtans ee
gekregen van zijnen
verleden Zaterdag te laaj
Hij was met andere
ouderdom uitgeweest
dronken
Van dit oogenblik af
en scheen te droomen
hij nog een woord, h
wilde niet meer uitgai
's avonds thuis kwacne
eetkamer aan 't teeki
huisgezin behalve een
in de stad was geblevel
10 ure ter rust.
In den nacbt, rond
Ceulenmns opgeschrikt
schot in zijn kamer gek
zijn bed, zonder nog g
er gaande wasbij het
bij voor zich op twee st
zijnen zoon Albert, die
naar de keel greep en z
Een hevige worsteling
vader en zoon, waarbij i
stukken werd geslagei
gebroken, en er zelfs re
brand ontstond, totdat
zijnen zoon kon overiui
hem nu aan een stoel
eerst rekenschap geven
was geschied. Hij zag
het bed ten gronde ligg.
bloed. Het jachtgeweer
stonds nevens bet bed
waren tegelijk gelost, of
drie meters; de lading
het afschieten bal gevor
Het parket van
dadelijk verwittigd v
ter plaatse gekomen,
*';t,sd^er M- Gemet.
MM. chram, procureur
doen, onderzoeksrechter
M. van Vlimmeren
De jonge moordenaai
gehandeld te hebben
van bet slaapwandelen