No. 8é Dinsdag 20 Juli 1909 Vijfde Jaargang. EGEN. F- EH GLASHANDEL. VBAV91L ESMELK, Verschijnt eiken MAANDAG-, MG- en VRUÜhGtVDND. Tegen het „poffen". FEUiLLETOü DE JAGUAR. BUITENLAND. DU LACT R IJ S. Familie pension, IAN VIJVEN G*., iiikerziekte. N „UBBERGEN" la Promenade. gezellig Familie-Hotel, delpark, ruime Kamers kamers, electrische Halte Tram. Wed. LA RIVIÈRE. ssingen-Middelburg v.v. n4.40f 5.50f 7.55* 12.30* 1.15§ 2.—* 5.—* 5.50§ 6.55* 10.25§ n de Remise, n de Zeilmaïkt. n het Badhuis, rg: 5.15f 6.25f 8.40* 1.15* 2.—2.45* 5 50* 6.55§ 7.50* ll.lOf der dan tc»t de Remise, e Zeilmarkt. et Badhuis. vertokken tot nader "huis. he Havendienst. vm. 6.—, 6.20, 6.45, 30, 10.—, 10.20, 10.40, 2.—, 12.30, 1—, 1.30*, 3.55, 4.30, 4.50, 5.20, .20, 7.40, 8.20. sluisvm. 6.10, 6.30, .15, 9.50, 10.10, 10.30, 50. Nm. 12.10, 12.45, 3.10* 3.40, 4.10, 4.40, 0, 7.10, 7.30, 8.—, 8.30. vallen des Zondags uit. TEN RANG, t MEER en 't SPOOR. 300 Bedden. Bad- t. Grooten tuin. en alle soorten Baden. ANN SICKERT. M HOTEL 11 WE W-Y O K li. Op 2 minuten afstand onFriedrichstrasse, „Komische*. Opkb". ater gelegen Hotel van 1 Berlijn. m. 2.50. Alle Comfort. 1LH. SCHULZE, Prop. nnnef (Rne Maubeuge) en Ooststation. Moderne verwarming, Electrisch afzonderlijke tafels, nes. Kamers 3 a 8 francs. RESERVE f21.246.87. ui m rijgbaar in stukken 3ank, alsmede by H. WORST Jr. taakte Verf in bussen voor en buitenwerk, or Oliejassen, Ledersmeer Machine- en Centrifuge- olineum, Carboizuur, Carbol- olin voor ontsmetting en dierte. GOES. ALBÜBTS Lz, A Co. »SBfcBtira<GB. igsziekte te 's Gravenliage. ailing teWeenen 1906 1IA" te ZOETERMEER Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes f 0.75, daarbuiten f 0.95 Afzonderlijke nummers k contant-0.05 Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór half drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags. Kantoor v. d. Administratie: Ganzepoortstraat C 209, GOES. Reclameberiehten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. Advertentiën van 15 regels f 0.50iedere regel meer 10 Ct. Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, w-ordt 2 X nerefcend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 CL A coHtant. Op het 6e Congres van den Midden standsbond, dat gehouden wordt te Am sterdam, werd Woensdag het gewichtig vraagstuk behandeld betreffende het kre diet. Alles overnemen laat onze plaatsruimte niet toe. Maar het onderwerp is voor onzen Middenstand van te groot belang om er niet wat meer van te vermelden dan de bloote mededeeling. Wij laten daarom het praeadvies volgen van dr. J. Nouwens te Heeswijk, 't welk een Voldoenden kijk geeft op het crediet- vraagstuk en op de middelen die gewenscht worden ter verbetering. Dr. Nouwens schetst in zyn praeadvies uivoerig de nadeelige gevolgen van het kredietgeven door winkelier en kleinen nyvere aan hun klanten, en zegt aan het einde daarvan WanEeer ik ten slotte naga, door welke middelen het kwaad van lang kredietgeven kan woiden bestreden, dan gevoel ik hoe machteloos wy staan tegenover hen, die het kredietgoven niet als een kwaad beschouwen. Zy zullen natuurlijk niet bereid werden gevonden, om middelen tot wijziging van den toestand toe to passen En dan gevoel ik juist, hoe gevaarlijk huu leer is. Want doordat zy aeze stellingen verkondigen, geven zij een wapen in de hand aan degenen, die huu rekeningen niet op tyd betalen willen. Het is immers in het belang van den winkelier zelf, zoo zullen zy redeneeren. Daarenboven verplichten zy vaak hun con currenten, om ook langer jrediet to geven dan dezen dragen kunuen. Tegen hen moet dus een krachtig protest uitgaan van den middenstand, opdat zy tot een ander en beter inzicht worden gebracht, zy het dan ook niet in hun eigen belang, dan toch in het belang van het algemeen. Ook van de Regeering verwacht ik in dezen niet veel. Wij zullen voorloopig al tevreden zyn, indien de openbare lichamen een goed voorbeeld geven in het betalen der rekeningen. Maar de winkeliers en nijveren moeten steeds worden aangespoord, om toch by- tyds de reken ngen te verzenden. Maar daarvoor is ook noodig, dat heel de middenstand grondig worde onderwezen in handelskenuisen vooral in 't boekhouden. Het is diep treurig, dat de boekhouding, op het platteland vooral, maar ook wel in de grootere steden, nog zooveel te wenseheu overlaat. En zuolang dit zoo blyft, blyt'i men ook op den ouden trant voortleven, en zal het geven van lang krediet wel blyven voortbestaan. Daarenboven moeten de particulieren, die tot dusver hun iukoopen doen op lan goren termjjn, worden aa gespoord om op korteren termjjn ot contant te koopeu. Het wenschelijke en het noodzakelyke hiervan moet huu herhaaldelijk onder het oog, en zoo mogelijk, aan het verstand worden gebracht. Ook hier kunnen de vereeuigiugen veel bjjdragen, om die idee iugaug te doen vinden. In België bestaau er zelfs ver- 26. De zaak was gek genoeg; en hoe meer mijn flauwe vermoedens tegen de See- marshes zekerheid werden, des te las tiger werd de oplossing van het raad sel. Maar één ding stond vast: ik zou hen in het vervolg uit den weg blijven. Ik kon aan het geval niet denken, zon der het vermoeden te gaan koesteren van een misdadigen toeleg. Ik nam mij1 echter voor er niet over te spreken. Von Linidheim en Szalay waren toch al zenuw- achtig genoeg. Maar de professor en zijn zoolang ik er was. dochter zouden niet weer in huis komen Zoo waren mijn gedachten, terwijl ik uit de rotsvallei naar huis wandelde. Het pad leidde, zooals men zich herinneren zal, langs de herberg. Toen ik den hoek Van dat huis omsloeg keek ik, louter hij toeval, door het venster van de gelag kamer. Rr was een man in, die half met zijn rug naar het licht, de courant zat te lezen. Die vluchtige blik was voldoen de voor mij om hem te herkennen en ik sprang terug, uit zijn gezicht, toen hij eenigingen van particulieren, die zich ver plichten tot contante betaling. Maar dan moeten ook zy, die contant of op korten termijn betalen, niet gelyk wor den gesteld met degenen, die maandeu en soms jaren op het geld laten wachten. En daarom acht ik het geven van korting of rabatzegels zeer gewenscht. Zoolang de contante betaling nog niet algemeen regel is, en wanneer zal dat zijn! moet men de contante betaling aanmoedigen, en men doet dit bet best, door aan degenen, die contant willen betalen, een billijke korting toe te staan. Dit is niet meer dan bitljjk. En de op richting van verbruiksvereeuigingen woidt tegengehouden daar, waar er geen behoefte aan bestaat; wantderabatzegelvereenigingen verschaffen den consumenten dezelfde voor- deelen als de verbruiksvereeuigingen. Er bestaan dan ook niet minder dan 450 rabat- zegelvereeuigiugen in Duitschland. En als geneesmiddel, voor hen, die reeds de nadeeleu van kredietgeven hebben onder vonden, die gebukt gaan ouder de zg. „kwade schulden", zou ik de schuidinvor- deringsbureau's willen aanbevelen. Het is verbazend, met welk succes die werken, vooral die, welke door de vereenigingen zijn opgericht. Het is gebleken dat ge middeld meer dan 50 der vorderingen nog terecht komt. Het is dus een uitstekend geneesmiddel, hetwelk aanbeveling verdient. Maar beter ware het de ziekte te voorkomen. De conclusie waartoe deze piseidviseur komt is de volgende „Het door dea mid denstand te geven crediet moet worden beperkt binnen de grenzen van het redelijke, en alleen by uitzondering mag een lang crediet worden toegestaan. „Allen moeten samenwerken, maar voora de middenstanders zelf, om aan de mis bruiken van het credietgeven ten spoedigste een einde te maken." Na de behandeling ook der overige preadviezen en het daarop gevolgd zaak rijk debat stelde dr. Nouwens de vol- motie voor Het congres, gehoord de besprekingen, besluit, dat het door den middenstand te geven crediet moet worden beperkt binnen de grenzen van het redeljjke ea alleen bjj uitzondering een lang crediet mag worden toegestaan dat allen moeten samenwerken, en de middenstanders zich in vakgroepen moeten organiseeren om met des te meer succes aan de misbruiken van het credietgeven ten spoedigste een einde te kunnen maken draagt verder het hoofdbestuur op te onderzoeken iu hoeverre door maatregelen van wetgeving dit doel kan worden be vorderd. Deze motie werd met algemeene stemmen aangenomen. Een nieuwe onthulling. Het Handelsblad heeft een nieuw schandaal .ontdekt, dat natuurlijk an dei's zou 't niet voldoen aan de mode- smaak van het publiek met dr. Kuy- per in verband staat. Het betreft het lang vacant gebleven op het punt was om te kijken. Hef .was graal Fureilo. XVI. Een slat Het verbaasde mij niet erg, den Graaf in het dorp a|an te treffen. De vraag, die mijn geest het overige gedeelte van den weg bezig hield was, of hij iets uit staande zou hebben met professor See- marsh. Gaarne had ik den sluwen man in het oog gehouden, maar het scheen noodiger, geen tijd te verliezen om mijn vrienden op de hoogte te stellen, daar de tegen woordigheid van dien kerel slechts ge vaar kon beteekenen. Toen ik de gebeur tenissen van "dien middag nog eens over dacht, was ik half en half geneigd, den professor vrij te spreken van booze be doelingen. Het vallen van den steen kon een louter toeval zijn, dat niemand had kunnen voorzien; zulke verplaatsingen ko men nu en dan voor en mijn ongelukkig gesternte had mij juist op dat oogenblik op die plek gebracht. Wat de blijkbare hardvochtigheid van den professor betreft, och, misschien kan men het gedrag van die eenzelvige geleerden niet beoordeelen naar dat van ambt van Commissaris Üer Koningin in Gelderland, waartoe ten slotte de heer Van Citters werd benoemd. Men herinnert zich, dat eerst als de meest daarvoor in aanmerking komende werd genoemd de burgemeester van 'sGravenhage, baron SweertsdeLan- das Wyborgh. Nu .werd er evenwel in de rechtsche pers op aangedrongen, dat toch in dit volstrekt niet liberaal gewest een man van Rechts zou worden benoemd en kwam alzoo de vraag te berde, welke politieke gevoelens baron Swcerts was toegedaan. Daarover liepen de meeningen uiteen. Of liever: men scheen het eerst er vrij wel algemeen ,o(ver eens te wezen, dat hij tot de conservatief-liberalen behoorde en als zoodanig ook voor den Haagschen Burgemeesterezetel in aanmerking geko men was, tofdat plotseling de „Standaard,, verklaarde: „De heer Baron S weer ts de Land as is niet liberaal, noch con servatief, maar staat politiek zeer beslist tegen deze groepen over." Hiertegen .werd geprotesteerd. Het „Handelsblad" schreef o.m. „Wij moeten wel gelooven, dat de zegslieden van „De Standaard" thans zich vergist hebben. „Immers het politiek verleden van den heer Svveerts de Landas gaat verder terug dan tot 1904. Op aan dringen van den liberalen wethou der van Arnhem is vóór dien tijd in 1899 de heer Sweerts tot burge meester yan Arnhem benoemd omdat hij liberaal was, terwijl een andere candidaat, de tegenwoordige burgemeester van Utrecht, werd voor bijgegaan. Deze partijbenoeming ge schiedde indertijd op aandringen van het liberale gemeentebestuur, omdat juist in het naburige Nijmegen een ka tholiek burgemeester benoemd was ten genoege van het katholieke ge meentebestuur. Intusschen bleef de „Standaard" naar het scheen voorstander van de candida- tuur Sweerts voor het Geldersch Com missariaat, en werd zeer luid gefluis terd, dat dr. Kuyper op deze benoeming met kracht aandrong. Het „Handelsblad" meent nu in zijn nummer van Vrijidagavond te kunnen ver klaren, .waarolm deze dat deed: Baron Sweerts de Landas was om dezelfde reden „persona gratissima" als de heer Rudolf Lehmann. De Haagsche burgemeester had gelden gezonden voor de partijkas! Toen >vij de zekerheid hadden ge kregen, dat leidende personen der rechterzijde in hun kring die be schuldiging hadden uitgesproken, zijn wij ook op kondschap uitgegaan. En wij hebben de vaste overtuiging ge kregen, dat die mededeeling omtrent den partij-fondssteun volkomen juist is. Dat is inderdaad van zeer zware be schuldigingtegen den Haagschen bux- andere menschen. In het belang van hun onderzoekingen geven zij niet veel om het leven, van mensch noch dier, van henzelf noch van een ander. Ik was dus niet zeker van den professor, toen ik het huis bereikte. Ik vertelde den vrienden, dat. ik Fu reilo gezien had. Zij toonden niet zoo veel ontsteltenis als men had kunnen denken, misschien omdat zij zich op het ergste voorbereid hadden. „Het is altijd een verlichting in dit soort gevallen, als men weet, wat de tegenstander uitvoert. Nu wij gewaar schuwd zijn, kunnen wij onze maatrege len nemen." „Ik veronderstel, dat wij nu ieder oogenblik een bezoek van den Graaf kunnen verwachten," merkte Von Lind heim op. „Ik ben nieuwsgierig welk voorwend sel hij daartoe te baat zou nemen," sprak Szalay. „De handlangers van den Jaguar hebben geen voorwendsel noodig," antwoordde de ander somber. „Je moest den graaf maar aan mij1 over laten," opperde ik. „Als hij ten minste kotmt. Jij bent te ziek, om hem te ont vangen en ik zal mijn best doen, hemt zand in de oogen te strooien. Het is twijfelachtig of hij weet, dat. Szalay gemeester, teekent het „Centr." aan. Die zou dus, hoewsl liberaal van over tuiging, aan de anti-revolutionaire partij kas bijdragen hebben gegeven om daar door dr. Kuypers invloed te winnen en Commissaris te worden der Koningin. Hij zou zich derhalve aan dezelfde prak tijk hebben schuldig gemaakt als waar van de heer Lehmann wotrdt beticht, met wien het „Hbl." hem dan ook in een zin noemt. Wij kunnen het niet gelooven. Ook niet van een liberaal man. Evenmin als wij gelooven dat dr. K u y- per iemand, dien hij minder geschikt acht, toch zou aanbevelen voor een hoo- gen post omdat hij1 geld gaf aan de kas zijner partij. En .we wachten van beide beweringen het b e w ij S'. Of zal dat bewijs wanneer het Hbl. de consequenties van zijn „onthulling" inziet, maai' liever niet warden geleverd All I.KIK A Taft oyer Paus L©o XIII. Ziehier de juiste woorden, door President Taft gesproken bij zijn bezoek aan hiel Congres der Katholieke Missionarissen te Drookland, over Paus Leo XIII z.g. „Ik had gedacht, dat Leo XIII, toen ter lijd 92 jaar oud, meer een bloot®' figuur dan wel het werkelijke Hoofd der Kerft zou zijn en dat ik mij wel zou moeten wenden tot de Kardinalen, die zonder twijfel feitelijk de zaken der Kerk regel den; maar ik kwam spoedig tot een andere meening. Toen ik in de tegenwoordigheid van den Paus kwam, vond ik een levendi- gen grijsaard, vlug in zijn bewegingen, onmiddellijk begrijpende, wat men hem zeidie en ^te het levendigste belang stelde in het onderwerp, dat ik de eer en de opdracht had, hem, uiteen te zetten. Ik las hem een adres voor, dat ongeveer een half uur duurde; hij antwoordde ge durende een klein hak uur in het Fransch en bewees my, dat hij al de punten, welke ik hem had aangeduid, ten volle begreep, dat hij het geheele gewicht der zaak er kend© en dat hij mij veel had te zeggen over de wijze, waarop de quaesti© zou worden geregeld". Verder over den persoon des grooten Pausen spiekende, zeide President Taft nog, dat Leo Xili was „een der groot ste Pausen, die ooit op den Stoel van Petnis zetelden, (een man, van een zóó hoog intellectueel karakter on van zulk een breedheid van geest, dat ik mij steeds zal geluk wenschen, hem te hebben ont moet en in zijn tegenwoordigheid tg zijn toegelaten". Het doet een goed katholiek vreugde vol aan, een dea- leidende staatslieden en president der machtige Noord-Amerikaan- sche Republiek in zoo bewonderende ter men te hooien spreken ov©r den grooten Paus Leo. hier is." „De Kanselier weet alles." „In dat geval zal het onze schuld niet zijn. Deze beminnelijke moordenaar zal onzen vriend niet zien, als er een schuil plaats in het heele huis is." Wij bespraken ons plan van verdedi ging ,en daar ik een sterk verlangen ge voelde, den Graaf in het oog te houden, begaf ik mij weer naar het dorp. Hen weg vermijdend, sloeg ik een met boomen beplant pad in mij zooveel mogelijk in de schaduw houdend. Toen ik omtrent halverwege het dorp was, zag ik een welbekende gestalte een akker over gaan. Fureilo. Hij liep snel, in grooten haast naar het scheen en rookte een sigaar. Van .uit mijn schuilplaats aan [den zoom van ,een boschje kon ik hem goed zien, zonder zelf opgemerkt te worden. De grond, waar hij overging was golvend. Hij' snelde de kleine heuvels over en een of twee malen hield hij op den top van een hoogte stil, om rond te zien. Toen hij ver genoeg verwijderd was, kwam ik uit mijn schuilhoek, om hem te volgen. Omdat ik de landstreek waarschijnlijk be ter kende dan hij', kon ik hem op klei nen afstand volgen, terwijl ik hem aan de overzijde van een heg gadesloeg. Weldra kwam hij in 't gezicht van on Lindheim's huis, dat op é'en heuvel FRANKRIJK. Fransche Baantjesjager ij. Het is bekend dat een groot deel der finauci- eele misère in Frankrijk te wijten is aan het feit, dat er duizenden en duizenden vette eerepostjes zijn geschapen, waarin Ministers, Senatoren en Kamerleden hun goede vriendjes onderbrengen. In de Fran sche bladen staan nu large artikelen over een pas ontdekt schandaal. Het gaat over een zekeren meneer Pancrasi, die door be middeling van den heer Arène, Senator van Corsica, bij het departement van Marine werd geplaatst, aanhoudend als gedelegeerde naar allerhande binnen- en buitenlandsche tentoonstellingen werd gedirigeerd, maar nooit een voet buitenslands zette en rustig zijn studiën als rechtsgeleerde of zoo iets afmaakte, terwijl hij alle maanden een schit terend salaris opstreek. Dat is op zich zelf al mooi genoeg. Maar nu is meteen ge bleken, dat dezelfde Senator Arène er een heel leger van protégés op nahield en dat door hem alleen in de centrale werkplaatsen der marine te Toulon zijn ondergebracht, vijf en twintig honderd Heusch en echtvijf-en twintig-honderd Men kan het cijfer vinden in het Fransche Staatsblad. Men vraagt zich, bij het lezen van zulke dingen, af, waar zóó iets ongelooflijks op aarde kan geschieden tenzij in Frankrijk. Nl'ANJK De Madrileensche corr. der „N. R. C." geeft eenige mededeelingen over den jongen koning Aliens. Een brokstuk zyner beschouwingen dat overigens onder beneficie van inventaris te aanvaarden is, geven we hier weer. Het heet dan Een mooie trek in des Konings karakter is zijn moed. Vrees heeft iemand nog nooit van hem gezien. Toen, den Sisten Mei 19U6, de verraderlijke bom naar zijn bruid stoet geworpen werd, bleef hy kalm, en zijn eerste zorg was de Koningin uit het ver nielde rijtuig te helpen, te zien of zy niet gewond was. Natuurlijk vroeg in den beginne niemand, uit kieschheid, welke op dat oogenblik zijn indrukken geweest waren. Kort daarop, toen bij het duivenschieten een geweer uiteensprong, zonder den schutter te kwet sen zei hij lachend Maak u niet ongerust, 't is de bom van de Calle Mayor niet 1 Later zei hij tot een vriend Bommen Dat is precies als bjj een onweer als je den slag hoort, en je voelt nog niets, is het gevaar al voorbij. Hij weet er van mee te praten, de arme jongen heeft al een museum van aanslag herinneringen aangelegd, dat hij graag aan bezoekers laat zien. Is dit niet een bewjjs van moed, dat hjj die voorwerpen, die herinneringen aan doodsgevaar met gierige verzamelaarswoede bijeenhoudt En de verzameling is heusch compleet. De eerste herinnering aan zijn jeugd is daarde speen van een zuigflesch, die vergiftigd was, numero twee, de stok, waar mee hem bijna eens een oog werd uitge- stonid en boven de boomen uitstak. Hij stand eenige oogenblikken stil, om er naar te kijken, keek toen om zich heen, maakte toen een beweging als van tevre denheid, terwijl hij zijn hand naar het, huis uitstak en liep snel verder. „Hij gaat naar het station," zeide ik bij mijzelf. En zoo was het ook. Ik volgde hem zoo dicht, als ik maar durfde en was juist op tijd, om hem in den trein te zien gaan en hem in de richting van Buyda te zien vertrekken. „Tot zoover gaat het goed!" riep ik uit en keerde terug. „Het is net zoo goed, of ik mijn man weg heb gebracht; an ders zouden wij ons nog met de gedachte geplaagd hebben, wat er met hem gebeurd 'kon zijn. Maar- wat heeft hij hier uit gevoerd?" Gissingen daaromtrent te doen, was valkomen vruchteloos. De twee vrienden waren verlicht, toen zij van zijn vertrek hoorden, hoewel ze zich ongerust maak ten, om te weten te komen, welke bood schap hij achter gelaten had. Wij dineer- jden en maakten ons zoo vroolijk, als de omstandigheden dat toelieten. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1909 | | pagina 1