SMOS"
aletots.
1EN - GOES.
No. 79
Zaterdag 3 Juli 1909
Vijfde Jaargang.
ill
GOES.
verkrijgbaar bij
lïtBF- !H CUSmmtL
VAN VIJVEN Qz-,
'MS -pf
jome Rijwielen
del, Zwolle.
ENDING
Verschijnt eiken MAANDAG-. JENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
TWEEDE BLAD.
WEST-BORSSELE.
FEUILLETON,
DE JAGUAR.
BUITENLAND.
VOLKSSIGAAR.
igemaakte Vorf in bussen voor
'non- en buitenwerk
voor Oliejassen, Ledersmeer,
uur, Machine- en Centrifuge-
[larbolineum, Carbolzuur, Carbol-
j Creolin voor ontsmetting en
Jngedierte.
GOES.
jl duizenden
gevraagd wordt. Het
b, waardoor houderdeu
eregeld iu voorraad te
penen. gj .j
ptig streven om steeds
billijke {prijzen.
ÏJ
nd van 8—12 en 2—7.
volgende agenten
ij Goes); P. J. AAR-
KLOET, Bruinisse;
K,Burgh; F. WEE-
)ede; P. J. KIKT,
srsekeC. DE GOF-
iendijke en Waarde;
laren in Nederland.
Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes f 0.75, daarbuiten f 0.95
Afzonderlijke nummers h contant-0.05
Advertentiën worden ingewaeht op Maandag en Woensdag vóór
half drie en Vrijdag vó6r een uur 's namiddags.
Kanfoor v. d. Administratie: Ganxepoorfsfraaf C 209. GOES.
Reclaraeberiekten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs.
Advertentiën van 1—5 regels f 0.50; iedere regel meer 10 Ct.
Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 x nerefcend.
Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct A contant.
(Vervolg.)
Tot 1324 is er voortdurend strijd ge
weest tusschen de Hollandschie graven en
die van Vlaanderen over Zeeland Be
westen Scheld. Met de misnoegde edelen
huldigde Flaris in 1289 den Vkuimschen
Graaf, maar reeds het volgende jaar ver
zoende hij zich met Floris V en werd
Raad van diens hof.
Naar men .weet, brachten ©enige edelen
in 1296 den door den minderen man zoo
zeer beminden graaf Floris V in bet Gooi
jammerlijk om het leven. Hij liet een nog
minderjarigen zoon jut, die reeds in 1299
kinderloos overleed.
De naaste erfgenaam was de graaf van
Henegouwen, Jan van Avenues, wiens
moeder een zuster was van graaf Floris,
maar niet zonder strijd zou hij Holland
en Zieelanjd bekomen. Na het ombrengen
van den Zandijkschen burchtheer in
1298 was Flaris van Borssele hoofd van
het geslacht. Hij verbond zich met eeni-
ge andiere edelen tegen Jan van Aven
ues. maar dat bekwam hem slecht. Ter
wijl hij met de verbondenen te Nijmegen
vertoefde, om den keizer op tie wachten,
dein leenheer dezer landen, liet graaf Jan
door Boudewijn van lersek-e de laeneni
bezetten van Flaris van Borssele. Wel
poogde deze edelman in 1301 het Goeschd
slot te hernemen, maar het mislukte, en
hij week nu uit naar Vlaanderen.
In 1315 beleende de graaf zijn zoon
Jan (van Beaumont) met de bezittingen,
in Borssele en in 1356 werden ze over
geschreven ten name van diens klein
zoon Jan van Bloys. Niet lang daarna
keerden ze weer terug tot het geslacht van
Borssele, na het kinderlqos sterven n.l.
van Guy van Bloys, broeder van Jan, in
1397 en .wel door aankoop.
Neg stonden ten jaxe 1331 in Westkerk»
412 gemeten, ten name van Bqudewijin
van Rinzinghe. Negen jaar later wordt als
eigenaar van dit grondbezit, fin nog,
blijkbaar door jbuitendijking, 374 gemeten
en 75 roeden groot, vermeld Hugo van
Rinzinghe. Heer Hug© Bouictewijn's (waar
schijnlijk eenige) zoon, had de priester
lijke wijding .ontvangen en stierf in 1361
als pastoor van 's Heer Arendskerk©. Pas
toor Hugo's neven, Hendrik Wisse e|n-
Floris, kleinzonen van Raas van Bors
sele, den Oude, erfden zijn bezittingen.
Toen Jacoba van Beieren in 1433 ook
afstand moest doen van haar titel als
gravin, weiden haar eenige goederen toe-
beschikt, om daarvan de inkomsten te ge
nieten, o.a. Borssele, toen nog niet aan,
Zuid-Beveland gehecht." In het volgende*
jaar huwde zij met Frank van Barsselel
van St. Maartensdijk, die ook Kortgene in
leen bekomen had. Iedereen weet, dat
dit huwelijk reeds spoedig door dien dood
van Jacoba ontbonden werd ©n sindsdien,
was Frank van B. heer van het geboete
19.
Ik vroeg wat voor «en man die hof-
dokter was.
„Hij is ©en oude schurk: als dokter
niéts waard, maar lang niet gek", ant
woordde Luidheim. „En hij is handig ge
noeg, om een wenk te begrijpen, en te
diagnoseeren, dat ik niets ter wereld
mankeer. Natuurlijk lijdt het geen twij
fel, waarvoor hij gezonden wordt. Hij is
een van llallenstein's handlangers, of
schoon deze hem zelf niet laat komen, als
hij ziek is."
„Wij moeten het zoo goed mogelijk
met hem zien klaar te speten," spralc
.'f1, lnÜ'n geest reeds daartoe allerlei
middelen daartoe beramend.
„Wij kunnen hem niet beletten, je te
komen zien en onderzoeken en natuurlij--
wijze zal hg dan ontdekken, dat je
hi uitstekenden welstand verkeert."
„Maar zij weten toch niet beter, of
ik drank dat vergif".
„Ja; dat is in ,ons voordeel. En daar
van moeten .we een uitgangspunt maten.
eiland Borssele. In 1452 vergund© Filips
de Goede aan Frank over bat eiland te
beschikken als eigen erfgoed en 20 jaar
daarna keurde Karei de Stoute de tenaam
stelling van Borssele op Jasper van Cu-
lemborg goed.
Frank's huwelijk was kinderloos ge
bleven, maar hij had een zuster El-ea-
nara, Idie als weduwe van Gijsbrecht van
Nijenrode, in den echt trad miet Jan van
Buren. Uit dit huwelijk werd geboren
Elizabeth, die haar hand schonk aan Ge
rard van Culemborg. Jasper, Gerard's
zoon, huwde in Febr. 1470, in hetzelfde
jaar, dat Frank fvjan Borssele stierf, te
Brugge met Johanna, een dochter van
Anthanio van Bourgondië. En zoo kwam
Borssele aan het geslacht .Culiemborg.
Deze echt werd gezegend (1475) met isen
dochter Elizabeth, die aan het Hof van
Maximiliaan van Oostenrijk en Maria van
Bourgonjdië werd opgevoed, tegelijk met
den drie jaar ouderen Filips, later den
Schoone bijgenaamd. Toen Filips huwde
met de eenige dochter van den Koning
en Koningin van Spanje, werd zij een van
Johanna's staatsjuffers. De jonkvrouw©
wordt geroemd als schoon, zachtmoedig-
en miet veel talenten begaafd. Zij was
de trots van het Hof.
Tenzelfden dage 24 Oct. 1501 dat
zij voor het altaar trad met den Vliesridder
Jan van Luxemburg, een boezemvriend
van Filips den Schoone, werd Borssele op
Elizabeth verleid. Bij die gelegenheid
schonk de graaf haar onderscheiden)3!
voorrechten. Zoo zou het ambacht, na
haar afsterven, ook ovengaan op haar
dochters of haar zusters zonder lossing,
zander lextrarbetaling aan den graaf.
Geen voQle zievien jaren mocht Eliza
beth zich in haar echtvriend verheugen.
Zij hertrouwde later met Anthonte van
Lalaing, die 11 Juli 1514 Borssele
in lijftocht bekwam.
Zooals we gezien hebben, had het
eiland zeer vetel te lijden van stormvloe
den en gingen herhaaldelijk joelen ver
loren. Was Borssele in 1351 nog slechts
ruim 6000 gemeten groot, een kwarteeuw
later, Ina den tweeden St. Dionysius-vloed,
scheen het gedurende 3 jaren als ten
onder gegaan, toen bet toch weer als één
gemeenschappelijke watering herrees.
Wat beteekemdie dit alles echter bij 't
geen in 1530 geschiedde? Het was op1
Zaterdag 5 Nov. volle maan, dus er ging
een gier-, geen springtij, 's Morgens tus
schen 8 en 9 uren waaide die wind bij
laag water uit het Westen. Wie zou iets
verschrikkelijks vermoaden? En toch, de
wind wakkerde aan en liep door naar
het Noorden, en nog vóór bet water het
hoogste punt bereikt had, was het ge
beurd. Tot omuitsprekelijken schrik van da
bewoners verbrak het door den stormwind
'opgezweepte water alle belemmeringen en
maakte bet .werk van eeuwen in enkele
oogenblikten ongedaan. In wilde vlucht
holden de mensch-en in da richting van
Coudorpe, den ©enigen uitgang. Daar von
den zij een tijdelijk© schuilplaats in het
kerkgebouw. Ongetwijfeld zullen niet alten
het geluk gehad hebben zich in veilig
heid te stellen.
De dosis is te klein geweest en de wer
king was dientengevolge slechts onvol
ledig. De physiake gevolgen zijn nu over,
maar je hebt er een hersenaanjdoening
uit gehouden en je zenuwen zijn in de
war. De heer HcSjdokter B-eckmeister is
waarschijnlijk geen specialiteit in krank
zinnigheid en ,ook geen authoriteit wat
de uitwerking betreft van zekere vergif
ten. Zijn stethaskoop en thermometer zul
len hem niets vertellen, dat in strijd is
met ons verhaal; 'hij kan twijfel koes
teren, maar dat is alles.
Zoo bepaalden wij onze gedragslijn
voor het bezoek, en ik althans verwachtte
met een zekere vroolijke nieuwsgierigheid
de komst van heer Beckmeister.
Hij kwam den volgenden morgen in
een huurrijtuig van het station. Hij was
een goed gekfaed-cte en opgeborstelde
schobbejak, met diamanten ringen, hiemd-
knoopjes en dasspeld, e©n zwaar gou
den horlogeketting, gouden lorgnet en
wandelstok miet gouden knop. Een slim,
zinnelijk gelaat, en een scherp oog. „Aha,"
dacht ik, hem ziende, „je hebt "je in
structies gehad, dat is duidelijk." Maar
ik ontving hem met alle respect dat hem
verschuldigd zou zijn, als hij de man
geweest was, dien hij voorgaf t© zijn,
en misschien ook wel geloofd© te zijn.
Onze Zeeuwen wanen er de mannen niet
naar, het water maar eenvoudig vrij spel
te laten. Het Luctar et Emergo staat niet
zonder reden in ons gewestelijk wapen.
Aanstonds de zeeweringen zooveel moge
lijk in arde gebracht, maai' de stormvloed
van 30 Nov. vernielde de herstellingen-
Was Borssele ten ondergang gedoemd?
De onkosten werden nu den ambachts
heer te bezwaarlijk. Ifiet volgende jaar
gaf hij aaindeelen uit op 3000 gemeten, het
overige hield hij voor zich. Ook van el
ders wist hij geldelijke hulp te hekamen.
Weer aan den arbeid en de gaten ge
dicht. In het najaar van 1532 lag liet
eiland - weer veilig achter de dijken,
meende menmaar op Allerzielen stormde
het andermaal en het herstellingswerk
bleek vergeefsch geweest te zijn.
Thans kon het water hot vernielings
werk voltooien. Het bleef ongehinderd
stroomen over de -eenmaal aan haar baren,
met noesten arbeid ontwoekerde gronden.
Klachten van Eltewoutsdij-k, dat nu niet
veilig meer lag achter Borssele. Op last
van keizer Karei V, clie sinds den dood
van zijn vader, Filips den Schoone, heer
was over de Nederlanden, ging do dijk
graaf van Üe Breed-e Watering Bewesten
lerseke, Comelis Janszoon miet Adriaan
Carneliszoon dien stand van zaken op
nemen. Een gevolg had dit bezoek niet.
Anthanie van Lalaing was in 1540 ge-
starven. Ten jare 1553 beschikte zijn we
duwe, Elizabeth, over het drijvende Bors
sele met 's keizers toestemming ten be
hoeve van Filips van Lalaing, gehuwd
met een dochter har-er overleden zuster,
Anna van Rennenberg. Op Driekoningen,
1556, werd Anthanie II van Lalaing,
Filips' zoon, heer van Borssele.
Deze Anthonie verwisselde het tijdelijke
met bet eeuwige in. Nov. of Dec. 1568, het
jaar, waarin de „tachtigjarige oorlog" is
begonnen, de opstand tegen Spanje. Alva,
des konings landvoogd, beschuldigd©
hem, dat hij hulp verleend had aan den
Prins van Oranje, bij diens overtocht over
de Maas, toen hij mot oen leger, in
Duitschland geworven, door Limburg en
Brabant naar België trok. Het gevolg was,
dat Borssele verbeurd verklaard werd;
De ontvanger te Goes, Cornells Antho-
nisse, kreeg het gqed te beheeren. Even
wel in Nov. 1576 ontving Leonora de
Montmorency, Anthonie's .weduwe, die be
zittingen terug, ook Borssele.
Terwijl het water maar altoos door
ging met het uitwisschen der sporen van
menschelijke vlijt ,op het eiland, thans
een geliefkoosd verblijf voor die water
vogels en waar de zeehonden zich mis
schien lagen te koesteren in de zon, bleef
de „heerlijkheid" in het bezit der La-
laings. De laatste bezitter wild© hij1
misschien er gaarne af zijn? - droeg
Borssele op „aan de leenmannen van Zee
land" de Staten „ten behoeve van
een verlei op Goes". .Wierkiel ijk kwamen
de scharren aan de stad en zij wielden
11 Mei 1615 gesteld tem name van burge
meester Cornelis Soetwater. Nochtans
toen de gronden het jaar daarna tot be
dijking werden uitgegeven, verscheen er
een protest van Prins Mauxits.
Zijne Majesteit had hem de ©er gedaan,
hem te gelasten mijn vriend te biezoe-
ken. Heer Van Lindheim .was vandaag
wat beter, hoopte hij.
Ik beschreef daarop de ziekte, mis
schien ©enigszins anders dan d© bezoe
ker verwacht had. Mijln vriend en ik had
den op dien en dien avond gesoupeerd,
tein huiz© van een damie te Buyda;
den heer Hofarts misschien wel be
kend, Barones Fornbach. De heer Hof
arts gaf met een, buiging en een glim
lach te bennen, dat hij tot den kring
van die dame behoorde. „Op den weg
maar huis-," vervolgde ik, „werd mijn
vriend zorgwekkend ziek. Ik kroeg hem
met moeite thuis, waar hij te bed gelegd
werd." Ik beschreef ook die verschijn
selen. „Maar hij werd zooveel erger, dat
wij vreesden, dat hij den dag niet halen,
zou en dit was ook de meening van den
dokter, dien wij lieten rompen."
„Wie was dat?"
„Dakter Rothmer."
De heer Hofarts mompelde iets en haal
de de schouders op.
,,'s Morgens echter gevoelde mijn vriend
zich iets beter, doch hij leed aan een
beklemmende vrees voor den dood. Zijn
idee-fix© werd, zijin tehuis- te bereiken,
en hier te sterven. Dit verlangen scheen
Uit hoofde van zijn verdienste in don
strijd tegen Spanje-, hadden d© Staten van
Zeeland in 1397 eenige rechten verleend
op het verdronken land aan den Prins-,
maar hij had er zich weinig aan gelegen
laten liggen. Nu er evenwel sprake was
van bedijking, veranderde de zaak. Er
werden onderhandelingen gevoerd, en die
stad betaalde jllaurits in. 1620 de som
van 32000 ponden van 40 grooten.
Gedurende 85 jaar lag Borssele dus
ten prooi van het water. Veten zullen,
aan -den overkant of in Brabant een goted
heenkomen gezocht hebben, evenals later
menigeen h-et .wapengeweld ontweek. De
heugenis aan vroegere dagen ging geheel
verloren, vooral ook door de opvolgend©
gebeurtenissen, zoo droevig voor d-e
trauwgeblevea Katholieken. Slechts eiy
kele aan.wijzigingen in oude documenten;'
verspreid en jnet vlijt hijeen gezocht, too-
nen nog, hoe het eenmaal most geweest
zijn.
Er werden in 1616 ingepolderd 3318
gemeten, bijna 3000 gemeten waren sinds
1340 verloren gegaan. Goes bleef in het
bezit der heerlijkheid tot het midden der
18e eeuw. Jhr. Jam, van Barss-ele, eerste
edele van .Zeeland en schepen© (wethou
der) van Middelburg, kocht 8 Maart 1750
het ambacht van de stad. Zijn zoon, Jhr:
Willem Zeeland us van Borssele, was in
1795 nog ambachtsheer. Zooals men zich
herinneren zal, heeft Jhr. A. W. van Bors
sele in 1904 de ambachtsheerlijke rech
ten gelegateerd aan d© burgerlijke ge
meente, aan d-e Hervormd© Kerk en het
Diaconie-Armbestuur.
In de 15e eeuw, taan men d© Borssel-
sche dorpen reeds te voet van Hoede-
'kemskerke ©n Baarland kon bezoeken, was
het Avezand al ingedijkt. Het eilandje
bevatte -drie polders: Oud-Ovezand, Ver-
lorenkost en het Mariapol-dertje. Ruim een
eeuw daarna Borssele was toen drij
vende was Oveizand Zuid-, Oost- en
Noordoostwaarts -door nieuwe polders met
het overige Zuid-B-cvelamd verhouden.
Maar hiervan zal nog wiel nader gespro
ken warden. L.
FKAMtKlJH.
De bisschop van Bayunne, mgr. Gieure, is
Maandag voor den rechter verschenen, be
schuldigd dat hij in een herderlijk schrijven
over de toewijziging der kerkelijke goederen
tot ongehoorzaamheid aan die voorschriften
heeft opgewekt, door ze in strijd met recht
en godsdienst te verklaren en den banvloek
te bedreigen tegen ieder die zou medewerken
om bedoelde goederen aan een ander in
eigendom toe te wijzen.
Nadat twee getuigen hadden verklaard
dien brief den 10 Januari j. 1. van den
kansel te hebben hooren voorlezen, werd de
bisschop gehoord, die verklaarde, dat, wan
neer de Staat de inmenging van de Kerk
in zaken van zuiver burgerlijken aard ver
werpt, de Kerk eveneens recht heeft zich
te verzetten tegen de inmenging van den
zoo sterk, dat ik haastig een rijtuig liet
komem en h-em hierheen bracht, in de
hoop, -dat een verandering hem op zou
knappen."
„En is dit gebeurd?" vroeg hij vol
verwachting."
„lïi zeer groote mate. D© onrustwek
kende lichamelijke verschijnselen zijn ver
dwenen, maar, heer Dokter h-et schijnt,
als of ons een groot onheil overkomen is."
„Inderdaad?" Hij Jteek mij nieuwsgie
rig aan, maar ik geloof niet, dat hij iets-
kan opmaken uit mijn onschuldig, be
zorgd voorkomen.
„Ja. Ik vrees dat zij'n verstand gelei-
iden heeft. Hij is hoogst zenuwachtig en
onder den indruk, dat hij opzettelijk ver
giftigd is. Hij praat verward over vijanden,
-die liet op zijn lev-en toegelegd hebben
en al mijn redeneeringen kunnen hem niet
van zijn dwaling overtuigen."
Weer keek heer Beckmeister mij op-
lattend aan, zoo oplettend, dat ik mij
afvroeg, i-n hoeverre hij van de zaak op
de hoogte zou zijn. Toen stond hij op
en zijn horloge uitlLalend, juist -een hor
loge 'zooals ik mij verbeeldde, dat bij
dragen zou, een opzichtig ding met een
zinspreuk in email op d-e kast, v-erzocht
hij, daar hij met den trein van zoo en zoo
laaf terug wilde, den patiënt te ziiefa.
Staat op haar terrein, terwijl hij voorts aan
geen menschelijke justitie het recht toekent,
censuur uit te oefenen over het onderwijs
dat hij geeft, aangezien hij alleen verant
woordelijk is aan den Paus en aan God.
De bisschop erkende gezegd te hebben, dat
er wetten zijn aan welke men verplicht is
gehoorzaamheid te weigeren, omdat ze in
strijd zijn met de Goddelijke wet. Het 0. M.
eischte tegen hem toepassing van de art.
59 en 60 der strafwet, die gevangenisstraf
van 3 maanden en tot 2 jaar bedreigen.
Een Parijsch blad komt met een zonder
ling verhaal, dat een zeer eigenaardig licht
werpt op den toestand in de Fransche straf
kolonies.
De gedeporteerden van Guyana hebben
ergens in een bijna ontoegankelijke streek
van het binnenland een goudmijn ontdekt,
welke zij reeds geruiuien tijd volgens alle
regelen van de kunst ontginnen. Het lot
beslist, wie tijdelijke mijnwerkers zullen
zijn de aangewezenen breken uit, arbeiden
een bepaalden tijd in de mijn en keeren met
een hoeveelheid goud terug, waarna andere
lotgenooten hun plaats ginds innemen.
Het gedolven goud weten zij om te zetten
en koopen er eet- en drinkwaren vncr, zoodat
zij dikwijls wekenlang in overdaad leven. De
directie en het personeel weten wat er
geschiedt, en trachten het uitbreken te voor
komen, maar steeds tevergeefs. Niettegen
staande de ijverigste en nauwkeurigste na
sporingen kan men er niet in slagen, de
ligging van de goudmijn te ontdekken.
Sectarisme.
Reeds meermalen hebben wij staaltjes
verhaald van den sectarischen-geest, waar
mee de onderwijzers der openbare school
in Frankrijk bezield zijn. Vol gloeienden
haat tegen den godsdienst en haar bedienaren
trachten zij het werken der geestelijken te
vernietigen en iedere kiem van godsdienst
gevoel in de harten der kinderen te ver
stikken Vandaar dat de onderwijzer der
openbare school op de kleine gemeenten
niet onjuist den „anti-curé' genoegd
wordt.
Thans moeten wij melding maken van een
feit, dat nog toe alle anderen overtroffen
heeft schrijft de „Msb."
Den 17en Juni bemerkte een inwoner
van het plaatsje Mazal twee individuen, die
juist bezig waren om het kruis aan den
ingang van het dorp aan stukken te slaan.
Terstond riep hij twee zijner buren en alle
drie gingen zij de vandalen achterna. Nau
welijks 100 M verder troffen zij de beide
laffe sujetten bij een ander kruis aan, dat
zij juist omver wilden halen.
Niet weinig stonden zij verbaasd „toen
zij in één dier heiligschenners de onder
wijzer van het dorp herkenden Zij maak
ten hem over zijn gedrag ernstige verwijten,
maar de modern-verlichte onderwijzer ant
woordde: Dit is niet het eerste en ook
niet het laatste. En op dienzelfden dag
wierpen de woestelingen nog een prachtig
steenen kruis omver.
Dit voorval dat aan de tijden der groote
revolutie herinnert, veroorzaakte in den
geheelen omtrek, zooals te begrijpen is,
groot opzien.
Daar dit onvermijdelijk was-, ging ik hem
voor met veel vertoon van bereidvaar
digheid, zelfs van dankbaarheid, en na,
hem Van Lindheim's kamer te hebben
gewezen, liet ik hem alleen.
Wij had-den afgesproken dat Von
Lin,dheim in vage bewoordingen, maar
toch met nadruk, als ©en gek doet, den
dokter in zijn vertrouwen zou nomien en
hem Idoor ©efn, lang verhaal van veronder
steld gevaar, van een al te nauwkeurig
onderzoek zou weerhouden. Of het ge
lukte of niet, zijn wij nooit te weten ge
komen. Toen Beckmeister na een mi
nuut of twintig de kamer verliet, wikte
hij niets loslaten.
„Uw vriend," sprak hij, „schjjnt in
verwonderlijk goeden lichamielijkjen wel
stand na hetgeen wjj van zijn aanval
gehoord hebben. U zult echter begrijpen,
-dat mijn mededeelingen bestemd zijn voor
het oor van Zijn© Majesteit, en -dat ik
niets vooruit zeggen kan, zelfs nieit
aan u."
En nqgmaals zijn afschuwelijk horloge
uithalend stapte hij buigend in zijn rij
tuig, mompelde ©enige onsamenhangend©
woorden van sympathie en reted naar het
station.