No. 46
Dinsdag 20 April 1909
Vijfde Jaargang
R W IJ S.
J>xamens lager onder-
Is heeren, geslaagd J.
ling, F. A. Roscndaal
|n te M i d d e 1 b u g
h o len, en P. v. d.
trsscmeer.
tberichfen.
te
KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN.
Minister-pensioen.
BUITENLAND.
BINNENLAND
a. Ofschoon hij 30
ad hij nog de kracht
ar <te voordeur Ie
openen. Toen nam
urhl. I.ater ging hij
geven. De jongen is
n<ten overleden na-
va u den overval en
lanle had nwdeoe-
lon dierenluin is een
Jlorven, die 250 jaren
nu nog oen die 200
Slolk, .1. IJzerman en
te M i d d e 1 h u r g
Pie St. Ma at tens-
le Zicrikzee en
1 o o r t v 1 i ie t.
Uo De Ruytetschool is
porloopig diploma voor
1.1. V. Wasch.
Imlvingen het verslag
(Zeevaartschool alhier
lm het volgende:
jan hel van regeerings-
fii ©en examen voor
Isl" werd besloten jun
ior dal examen weiil-
Éi, toe Ie laten in de
tien, stufte?rende voor
Ivoor de jongelui een
Ie vormen, doch de
toe daarvoor «en tec-
slielten, terwijl van de
Iraren geen grooler?
Imag gevergd worden,
■bezocht door 147 leer-
|-elHet grootste getal,
de school bezocht,
ligen werd vergund de
Inwi legen verminderd
jfiurlieden en. aspiranl-
sidiool bezochten, wa-
kunrlieden, 9 derde en
7 s t.ii i i r ril a.ns 1 eer 1 ingon
Irs en matrozen en 2(i
li.
Ichinisten en aspirant-
school bezochten, had-
|13 A, 17 geen of alteen
waren onbevaren raa-
voor de rijkscommissie
ftan stuurlieden en ma?
Ideel 70 adspiranten en
In grooto stoomvaart. 11.
lagden, 2en stuurman 6,
Iden, 3?ii stuurman 22,
Iden, 3on stuurman voor
lit 3, die alten slaagden
voor tien sleepdienst 1
■ten.
Tosten was de uitslag 2
l(', die heiden slaagden.
Tan er 7- slaagden, 12
er 11 slaagden en 5
lachinist, die allen slaag-
I ii ran len slaagden er 53
(gewezen,
teerlingen wenden laal-
ten overstaan van een
bestuur der school.
Ion 14 diploma's: 11 voor
ior Duilsche en Franse he
afgeloopen jaar verlieten
examen Ie doen: van
cursus 111 en van den
is 4.
des jaars hieven hunne
37 teerlingen in de
ing en IS in dien voor
dezer slaagde voor hel
examen I? Utrecht, Mej.
leerlinge van hel Pan-
•rden
Bij liet gehouden cxa-
?ger ia ook geslaagd te.
ding „Bloemendaal", dhr.
nkenszand; diploma, met
uitgereikt.
d d e I b n r g, 15 April,
kt van heden was wederom
Tarwe 76 cent hooger,
onveranderd.
.ren als volgt:
f 0.— A f 0—
f 9.25 f 9 50
ooneu
d.
f 6.
f 0.-
f 5.50
f 3.50
f 7.75
f 11 -
f 0.-
f13.25
i' 0-
f --
6 25
0
5.75
4.-
8.—
11.50
0.—
13.75
f 0.64, part. fü.66p. l/2 kilo
tor part. f4.-— per 100 gtu ka-
Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes f 0.75, daarbuiten f 0.95
Afzonderlijke nummers A contant-0.05
Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór
half drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags.
Advertentiën van 15 regels f 0.50iedere regel meer 10 Ct
Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend.
Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. h contant.
Reelameberiehten 25 CL p. r. Bij abonnement speciale prjjs.
„Het Volk" is onlangs begonnen er
zijn verbazing over uit te drukken, hoe
het tier wereld mogelijk zijn kan, dat eetn
minister, die na een 4-jarige zittings
periode zelf f 4000 pensioen geniet, hoe
zoo iemand tegen Staatspensioneering zijn
kan!
De kleine liberale pers legde dadelijk
beslag op deze schoon© vondst, en zoo
kon men hetzelfde verhaal van „het. Volk"
lezen in het. vrijzinnig orgaan van Goes,
terwijl nu de „Zier i k zee s che
Nieuwsb." op hetzelfde chapiter terug
komt.
Zoo schrijft de „Z. N." o. a.
„Een minister, die vier jaren aan
het bewind is gebleven, krijgt levens
lang f4000 staatspensioen, terwijl hij'
daarvoo/' in de pensioenskas slechts
het luttele bedrag van f2400 gestort
heeft.
l)it bedrag is natuurlijk in verhou
ding tot de aanzienlijke som, die de
minister in ruste tot zijn dood toe
jaarlijks uit 's lands kas trekt, een
peulschilletje.
En nu vragen wij, of dr. Kuyper,
die voor de f4000 staatspensioen bij
kans geen premie betaald heeft, het
recht heeft aldus over de staatspensio
neering voor de arme ouden van
dagen te spreken.
Men moet maar durven".
In de komende verkiezingsdagen zal
men ongetwijfeld soortgelijke beweringen
kunnen vernemen.
Het kan daarom zijn. nut hebben hiet
dwaze van bovenstaande redeneering even
in het. licht te stellen.
De „Zierik. Nsb." begint mat over
het hoofd te zien, dat een minister geen
„arbeider" is in den engeren zin des
woords.
Een minister is Staatsambtenaar.
En voor ambtenaren geldt, die veelbe
sproken Staatspensioneering niet.
De vergelijking gaat alzoo niet op.
Daar komt bij, dat Staatsambtenaren,
die pensioen trekken, wel degelijk onder
worpen zijn aan de „ver p i i c ti te" ver-
zekeri ng.
Immers: zij betalen premie aan den
Staat: óf direct óf in dien vorm van in
gehouden salaris.
Zoo ook een minister.
Een minister betaalt maandelijks aan pre
mie f 50, dat is f 600 per jaar, of zooals
de „Zierikz. Nsb." goed heeft jiitge-
rekend, in 4 jaar f2400.
\oor die premie krijgt een minister in
ruste inderdaad zijn verder leven f 4000
jaarlijks pensioen.
Toegevend, dat een totale premie van
f 2400 „een peulschilletje" is, in vergelij
king met een jaarlijksch pensioen van
f 4000, moeten wij onmiddellijk de opmer
king doen volgen, dal hier een buiten
gewoon geval aanwezig is.
En in dit bijzonder geval „is" deze
premie, die door de ministers wordt ge
offerd, werkelijk geen „peulschilletje",
maar 1 ij k t zij maai- een bagatel te zijn.
Een minister is nu eenmaal niet pen
gewoon Staatsambtenaar.
Een minister is, althans behoort iemand
te zijn van meer dan buitengewone capa
citeiten; iemand van talent; iemand, die
zijn vele kundigheden en bekwaamheden,
vaak door noeste vlijt en spannende,
lichaamverzwakkende studie verworven,
met zijn geheele persoonlijkheid in |dein
zwanen dienst stelt van den Slaat en het
algemeen belang.
Een minister is iemand, die tegenover
den Staat den last eener zware verant
woordelijkheid dTaagt, als geen
ander in den lande.
Een minister is iemand, die inderdaad
in hooge mate zenuwslijténden arbeid te
verrichten heeft.
Maar een minister is nog iemand
anders.
En wat nu volgt weegt het zwaarste.
Een minister dan is iemand, die men
kan het als regel aannemen toen hij
Z1jn portefeuille aannam, esn zeer goed
gesalarieerd ambt of betrekking had.
Dit ambt, deze functie, die betrekking
moeten bij de aanvaarding der ministers-
portefeuille in den steek worden gelaten.
En nu weet men toch, hoe het ministers-
teven in ons land aan een zijden draad
Langer dan 4 jaar is in Nederland nooit
iemand minister geweest.
En voor zoo kort een tijdperk moet. een
benoemd ministor afzien van een góed-
gesalarieerde functie.
Nieein b.v. een generaal van den Staf,
die minister van Oorlog wordt.
Na een kortstondig ministerschap is zijn
vorig ambt aan een ander vergeven.
Neem een lid van den Hoogen Raad,
die minister van Justitie wordt.
Na zijn ministerschap is zijn vroegere
jilaats in den H. R. door een ander inge
nomen.
Neem een Gouverneur van een onzer
Koloniale bezittingen, die minister van
Koloniën wordt.
Daarmede vervalt zijn Gouverneurschap
en het blijft zeer de vraag, of hij nog
ooit denzelfden hoogen rang bereikt.
Neem een Directeur eener grootie ver
zekeringsmaatschappij, eene bv. als waar
van mr. Goeman Borg csius mede
directeur is, en biedt hem een minister
portefeuille aan -ge hebt kans, dat hij
om louter finantieel© redenen weigert!
Neen,- wie tot de hooge eer van. het
ministerschap geroepen wordt, rekent niet
allereerst miet zijn geldbeurs!
Integendeel, hij offert in den regel zijn
positie en met haar zijn geldelijk voor
deel op aan datgene, wat hij zich geroepen,
voelt te kunnen doen in het belang des
Lands.
Onder deze omstandigheden is een
ministerpensioen, zooals dit nu geregeld
is, eerder te laag dan te hoog.
En in geen geval is bet ook maar te Ver
gelijken met Staatspensioneering van den
ouden arbeider.
Verkiezingsbrochure.
De heer H. A. vanDalsumteHulst
heeft een geschriftje het licht doen zien,
getiteld:a „de Kamer-candidatuur van H.
A. van Dalsum voor het district Hontc-
nisse."
Daarin schetst de heer van Dalsum
zijn werkzaamheid voor de publieke zaak,
sedert hij te Hulst als notaris werd be
noemd.
Daar komen verschillend© „kwesties"
bij te pas, die in het geschriftje worden
belicht.
Maar gesteld nu, dat de heer van Dal
sum in alles en alles, wat hij in zijn
38 pagina's schrijft, volkomen gelijk'
had'do, dan blijft hij steeds ongel ijl k heb
ben in één (ding: dat hij n.l. in strijd
met de bestaande Katholieke organisatie
een Tweede Kamer-candidatuur aan
vaardt, en daardoor de mogelijkheid opent,
dat de Katholieken een zetel in de Twee
de Kamer verliezen I
Dat wascht het water van de zee niet af.
En dfri noemen yvij een zoo onver
antwoordelijk drijven, dat „de goede wil"
van dezen Kaïner-candidaat, die niet de
minste kans van slagen heeft, en dit
moet hij zelf weten hij ons in dis
credit geraakt.
De heer van Dalsum noemt, zich in dat
werkje zoo ongeveer „candidaat van de
volksziel."
Dan was de organisatorische weg de
volgende geweest:
Hij had moeten zorgdragen, dat die
„volksziel" in ruime mate in de verschil
lend© kiesverenigingen ware beland, zóó
dat bij meerderheid van stemmen de heer
van Dalsum als candidaat zou zijn ge
proclameerd.
We hadden hem dan con amoxe ge
steund I
De fout van den heer van Dalsum is,
dat hij de „volksziel" niet in de kies-
vereenigingen heeft weten te brengen.
Wat toch een, klein kunstje beteekent,
indien bet waar is, wat in de brochure
te lezen staat.: „dat achter van Dalsum
staat de bevolking."
Nog schrijft de- heer van Dalsum, dat
men hem verzekerd heeft, „dat in het
district boven de Schelde (bedoeld zijn
de Zuid-Bevelandsche dorpen, ressort e:e-
rende onder Hontenisse) het getal mijner
vrienden niet zal tegenvallen."
I)e „men", die dit „verzekerde," heeft
zich vergist.
Wij kunnen dit weten, trouwens, de
uitkomst zal 't leeren.
Op Z u i d-B e v e 1 a n d kan de heer van
Dalsum niet rekenen.
Ten slotte: bet geschriftje heva.t pun
ten, waarmee wij accoord gaan, maar
over '1 algemeen maakt het op ons geen
sympathieken indruk.
Er ligt o.i. iets charlatan-ach tigs in;
iets vankijk, hoeren, burgers en buiten
lui, dat heb i k nou gedaan, wat zeg
je me daar vaal
Met machtiging van iden schrijver A.
Merjntjens, boerenwerkman en... dichter,
resideerende te Graauw in Zeeland, laat.
de heer van Dalsum nog een blaadje
voldru.kken met een hartroerend gelicht,
eau samenflans©! van puren onzin.
En id a a ma volgen, na den dichter
A. Meijntjes, de ontroerende regels van
Schaepman, waarvan we de eerste vier
ei toere n
„God van arbeid, God van eer©,
God van liefde, God van recht,
Dal uw vrede triomfeere,
Voor den meester, voor den knecht."
Is 't niet ergerlijk Schaepman's „God van,
arbeid" gedrukt te zien op eenzelfde blad,
waar de „boerenwerkman" Meijntjes ge
legenheid krijgt zijn koeterwaalsch uit
te kramen, om Van Dalsum een pluim
op den hoed te steken?
ITALIË
De Vincentianen bij den Paus.
Z H. do Paus ontviüg Vrijdag in plech
tige audiëntie een internationale afvaardi
ging der Conferentiën van de St. Vincentius-
vereeniging. De pelgrims werden voorgesteld
door kardinaal Vincenzo Vannutelli. De heer
Colon, algemeen voorzitter der Vereeniging,
las een adres van hulde voor en gaf een
overzicht der liefdewerken. Niet minder dan
200 nieuwe conferentiën werden het vorig
jaar gesticht en voor ruim 14 millioen francs
is aan allerlei liefdewerken '-esteed
Pater Bailly las vervolgens het antwoord
des Pausen voor, waarin Z H o. m. ver
klaarde, dat het werk, door den H Vin-
centius Paulo begonnen, wordt voortgezet
door Ozanams stichting en door de Lazaris
ten. De Paus herinnerde ook aan bet feit,
dat door wijlen Pias IX in 1855 de eerste
algemeene vergadering der St. Vincentius-
vereeniging werd voorgezeten Vervolgens
zegende Z H. de aanwezige leden, die uit
alle deelen der wereld waren samengekomen,
en onderhield hij zich minzaam met hen.
Bij het heengaan juichten de pelgrims
hartelyk den Paus en kardinaal Vannutelli
toe
Na de audiëntie van den Algemeenen
Raad in de kleine Troonzaal, waar de leden
aan Z H. werden voorgesteld door kardinaal
Vincenzo Vannutelli, beschermheer der St
Vincentius-vereeniging, volgde de groote
audiëntie in de zaal van het consistorie. Een
in het Italiaansch gesteld adres van hulde
en gelukwensch werd voorgelezen door
kardinaal Vannutelli, waarna een in het
Prausch gesteld adres werd voorgelezen
door den Algemeer.en Voorzitter Colon,
door Z H. aangehoord zittend op den troon.
De Paus antwoordde met een prachtige
toespraak, voorgelezen door Pater Bailly,
Generaal der Paters Assomptionisten. De
Algemeene Voorzitter, de heer Colon, bood
daarra de jubelgift der Vincentianen aan
in een couvert. Tot die gift hebben de
Nederlandsche Vincentianen ongeveer 7000
francs bijgedragen. De Paus zong vervolgens
den pauselijken zegen. Er beerschte groote
geestdrift.
Uit Rome.
Het aantal Pransche pelgrims, dat in
aantocht is. wordt reeds op 40.000 geraamd.
Er zijn niet minder dan 60 Bisschoppen
onder, die a s. Dinsdag, na de groote nati
onale audiëntie in Sint Pieter, door Z. H.
worden ontvangen in de particuliere biblio
theekzaal, omdat op den zelfden dag in de
Troonzaal wordt vergaderd door de Congre
gatie der Riten, die alsdan haar laatste
uitspraak doet over de mirakelen, noodig
voor de heiligverklaring van den H. Clement
Maria Hofbauer.
Donderdag 29 April heeft een Consistorie
plaats, waarin ongeveer 30 nieuwbenoemde
Bisscnoppen, zoowel voor Italië als voor het
buitenland, zullen gepreconiscerd worden.
FR AA KRIJK.
De zaligverklaring van Jeanne d'Arc
heeft gister met groote plechtigheid plaats
gehad. Nu vooral doet zich weer de vraag,
op, of er van haar ook reliquioën beslaan.
Er is een bokaal, welke zich bevindt
in het museum te Orleans en welke, vol
gens een opschrift, bevatten zou paikefe
fragmenten van beenderen, welke uit. iden
brandstapel gered zijn.
Een nauwleltend onderzoek heeft daar
omtrent echter geen zekerheid gegeven en
tenzij een mirakel de echtheid bevestigt,
kunnen deze beenderen niet als echt wor
den vereerd.
Jeanne d'Arc zal dus voorloopig een
zalig© zijn zonder reliquieën. De brand
stapel heeft in ©en vuurgloed van drie
uren geheel haar lichaam verteerd en wat
daarvan overbleef is door de beulsknech
ten in de Seine, geworpen.
Er blijft van haar niets over dan enkele
hoofdharen, in zegelafdrukken besloten,
©n een drietal handteekeningen.
TURKIJE.
Volgens de bladen zijn er door het groote
aantal verdwaalde kogels van het geweer
vuur op Dinsdag en Woensdag te Konstan-
tinopel per ongeluk 514 personen gewond
en 17 gedood. Het aantal officieren, dat
opzettelijk gedood werd, is nog niet bekeDd.
Volgens de tot middernacht bij de con
sulaten ingekomen berichten wordt het aan
tal dooden te Adana op verscheidene
honderden geBchatvelen zijn dakloos.
Majoor DaughtyWylie, deEngelscheconsul-
te Mersina, die naar Adana is vertrokken,
werd in den arm gewond terwijl hij poogde
schorsing van de vijandelijkheden tekrjjgen.
Driehonderd met geweren gewapende mos
lems zijn uit Adana naar Tarsus vertrokken
De gemeenschap met Tarsus is sinds dien
verbroken. Men maakt zich zeer bevreesd.
De mooi den te Adana.
De sombere berichten uit Adana houden
aan. Er moet verschrikkelijk gemoord zijn
en een gedeelte der stad moet in brand
gestoken zijn. Er is geschoten op een trein
van de lijn Adana—Mersina. De Duitsche
kolonie heelt de bescherming der Duitsche
regeering ingeroepen. De Duitsche gezant
heeft zich tot den grootvizier gewend en
deze heeft daarop krachtige maatregelen
toegezegd
Andere berichten zeggen, dat de troepen
onmachtig zijn om de orde te herstellen.
De soldaten zijn zeiven aan het plunderen
geslagen.
Een bepaald verband tusschen de inoord-
tooneelen in Adana eu den jongsten staats
greep is er niet. Men zou in zooverre een
verwijderd verband kunnen zoeken als het
gezag der regeering in de Aziatische pro
vincies door den jongsten staatsgreep na
tuurlijk geleden had.
Adana is de hoofdstad van het Klein
Aziatische wilajet van dien naam, dat de
streken ten zuiden van den Taurus omvat,
en telt ongeveer 40 000 inwoners Met de
kust is Adana verbonden door een lyu naar
Mersina. Tusschen de Mohammedanen en
de Armeniërs heeft in die streek altjjd een
verbitterde vjjandschap bestaan.
Een telegram uit Adana meldt, dat 60
Armeniërs omgebracht, tal van huizen ge
plunderd en verbrand, een Duitscher en een
tolk van het Engelsche gezantschap gewond
zjjn.
Arif Bey, commandant van een kruiser,
lid van het comité van eenheid en vooruit
gang, die bevel gaf de kanonnen op Yil-
dizkiosk te richten, werd door mariniers
gelyncht.
Een bewijs voor eene nieuwe krachts
inspanning van het Jong-Turksch comité
geeft het „Berl. Tag." Zooals aan het.
blad uit Saloniki gemeld wordt, heeft het
centraal-comité der Jong-Turken aan Ali
Djewad Bei, den secretaris van tien Sul
tan, een ultimatum gezonden, dat aldus
eindigt
„Wij weten te sterven. Een terugkwren
komt niet in ons op; de voorbereidingen
tot den opmarsch naar Constantinopel
worden derhalve voortgezet".
Ondertusschen ontvangt het comité van
alle kanten uit de provincie de verzeke
ring, dat allen tot den optocht tegen Con
stantinopel bereid zijn. Uit Diakowa, in
Albanië, zullen 20.000 vrijwilligers op
dagen en overal staan talrijke andere vrij
willigers gereed om zich bij hen aan te
sluiten.
Ook de afdeelingem va.n het Jong-Turk-
sehe comité in de havens van Klein-Azië
hebben laten weten, dat zij alles zullen
aanwenden om eene, door den Sultan ver
langde zending va,n regeeringsgezind© troe
pen naar Constantinopel té verhinderen.
Volgens een telegram uit Constantinopel
aan d© „Neue Freie Press?" rukken
200,000 man, die trouw zijn aan de Jong-
Turken, op die hoofdstad aan.
Oostersche verkwisting. Met
de invoering van bet nieuwe regime in
Turkije werden verschillende bezuinigingen
ingevoerd en ook de uitgaven voer de hof
houding des sultans werden eenigszins
ingekrompen. Erkend moet worden, dat
daarvoor wel aanleiding was, want er werd
op schromelijke wijze huisgehouden en op
ergerlijke wijze met geld gemorst, zoodat
het dringend noodig was, dat aan dien
toestand een einde werd gemaakt.
Een enkel voorbeeld slechts
In de keuken van bet paleis waren 240
koks werkzaam en 360 keukenjongens. In
die keukens, die verdeeld zrjn in drie
categorieën, werden, zoowel 's middags als
's avonds, 3400 „tablas" gereed gemaakt.
Elk dezer „tablas" bevatte 10 verschillende
soorten van spijzen.
De „tablas" zijn groote, ronde, houten
bladen, die door uitsluitend daarvoor ge
bruikt personeel, de „aïvaz", (300 man)
naar de particulate vertrekken van den
sultan en de verschillende dépendances van
Jildez Kiosk werden gebracht.
Daarbij bleef het echter niet Ook naar
de familieleden van den sultan, naar voor
name sjerifs en sjeiks begaven de „aivaz"
zich tweemaal daags met hun smakelijke
vrachtjes. Daar de porties van de paleis
beambten veel te rijkelijk waren, zoodat
deze ze onmogelijk alleen kunnen opeten,
werd er met het overgeschoten eten een
drukke winstgevende handel gedreven,
vooral met de bevolking van de voorstad,
Basjiktasj.
De blijde verwachting.
LK' Haagsche correspondent van de
„Tel." seint:
Naar ik zoo juist verneem heeft prof.
Kouwer, door ©enige bekende staatslie
den gevraagd naar den toestand van II.
M. de Koningin, verzekerd, dat H. M.
kerngezond is. Dit zal ongetwijfeld met
groote vreugde worden begroet.
De Haagsche correspondent van de
„Times" beweert, uit goede heem te heb
ben vernomen, dat, indien H. M. de Ko
ningin aan een zoon hel. leven schenkt
vier vorstelijke personen waaronder de
Duitsche kroonprins ©n de groothertog
van Mecklenburg, zullen worden uitge-
noodigd het peetschap te aanvaarden. Z.
K. H. de Prins zal het bericht der ge
boorte zelf aan de vreemde hoven mede-
deelen.
Nederland en Venezuela.
Het Haagsche correspondentie-bureau
meldt
Volgens mededeelingen van den Vene-
zolaanscheu afgezant dr Paul zal het pro
tocol tot herstel van de goede verstand-
houding tusschen Holland en Venezuela
uiterlijk Maandag geteekend worden. In
dit protocol heeft de Venezolaansche regee
ring geenerlei toezegging gedaan omtrent
eventuoele wjjziging in hare wetgeving,
met name niet ten aanzien van de dertig
procent additioneele rechten op goederen
uit de koloniale Antillen. Bepaald is, dat
onmiddellijk na het in werking treden van
het protocol de welerzjjdscbe gezantschap
pen zullen worden hersteld. En voorts dat
later, waarschijnlijk te Caracas, door ge
volmachtigden van beide landen een han
dels- en scheepvaartverdrag in studie zal
worden genomen en geteekend, wanneer
men tot overeenstemming zal zjjn gekomen.
Dr. Paul verklaarde, dat hjj zeer getroffen
was door de welwillende wijze, waarop de
minister ven buitenlandsche zaken. jhr. De
Marees van Swinderen, de onderhandelingen
heeft gevoerd. Dit die onderhandelingen
bleek wederzijdsch van oprecht verlangen
om te komen tot een overeenkomen, welke
in de toekomst de bron zou kunnen worden
van de beste verstandhoudingen. Dr. Paul
is voornemens in ons land te vertoeven
tot na de bigde gebeurtenis, teneinde