NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
Het geheim van Gabriêl.
FEUILLETON
BIJVOEGSEL
UIT DE PERS.
BUITENLAND.
BINNENLAND
behoorende bij de
van Zaterdag !8 December 1908.
De Stembusstrijd van 1909.
Aan alle zijden is men bezig zich op de
komende worsteling voor te bereiden en
gissingen te maken over den veimoedelijken
atloop van den strijd. Over bet geheel
genomen kan men zeggen dat er Links
niet veel hoop op een Vrijzinnige meer
derheid bestaat, en dat ter Rechterzijde
de moed er vrij aardig in zit Het „Cen
trum" bijv. is goedsmoeds Tn een tweetal
artikelen: „Vooruitzichten', waagt het zich
aan een kansrekening en zegt
Het getuigt niet van een vermetel ver
trouwen, wanneer men onzerzijds de meening
uitspreekt, dat de Rechterzijde bij de ver
kiezingen van 't volgend jaar verreweg de
beste kansen heeft. De wijze, waarop Links
iu 1905 do meerderheid verwierf in de
Kamer, is bekend En evenzeer, dat deze
Pyrrhusoverwinning bevochten werd ten
koste van de meerderheid der kiezers, die
Rechts had gestemd. Aan het toeval, dat
der Linkerzijde gunstiger gezind Meek dan
ons, en aan de nog altijd onvolmaakte
indeeling der kiesdistricten had de oppositie
mede haar zegepraal te danken. Immers,
op de Rechtsche candidaten werden, over
het geheele land genomen, tienduizenden
stemmen meer uitgebracht dan op de can
didaten van Links en ware er proportio-
neele vertegenwoordiging geweest, dan had
liet ministerie van 1901 niet behoeven af
te treden.
De Rechtsche coalitie is beslist de sterk
ste, dat is na 1905 zeer duidelijk gebleken.
Al wat Rechts heeft te vermijden is onder
linge verdeeldheid.
De groepen der Rechterzijde hebben iets
anders te doen, dan elkander den voet
dwars te zetten, of vliegen af te vangen.
Wat voor 1901 gold en voor 1905, geldt
evenzeer voor 1909. Het is niet de voor
naamste vraag, welke partij in een bepaald
geval en voor een bepaalden ztiel de
meeste aanspraken zou kunnen doen gelden,
maar wél, of die zetel voor de Rechterzijde
behouden blijft. Het mag toch F.iet voor
komen, dat een district als Kampen opnieuw
voor de Rechterzijde verloren gaat. Kn zoo
zou men ook elders wel met veel fierheid
en groot vertoon van zelfstandigheid kunnen
optreden, maar zonder dat daardoor ver
kregen werd, wat voor de verovering eener
krachtige Rechtsche meerderheid nood
zakelijk is.
De Roomsche groep, zoo redeneert Het
Centrum", is er, wat de organisatie betreft,
weer op vooiuit gegaan al te maal teekenen
die er op wijzen, dat de Rechtschen er in
1909 wel komen kunnen.
In een derde artikel over de stembus
vooruitzichten van 1909 merkt „Het Cen
trum" op, dat het Ministerie-Heemskerk,
om tot doortastenden arbeid bekwaam te
zijn, op een aangesloft n rechterzijde moet
kunnen rekenen.
„Men kan daafvoor veel doen, maar
ook het een en ander laten In de
politiek is de kunst van zwijgen dikwerf
grooter, dan die van spreken. Zeker, de
Rechterzijde heeft allerminst behoefte aan
een doofpot, en terecht maakte „De Stan
daard" dezer dagen de opmerking, dat
elke partij der coalitie haar eigen beginsel
en haar eigen vrijheid heeft te bewaren.
Waar echter de coalitie noodzakelijk is,
om het land voor staatkundige machteloos
heid te hoeden, waar bovendien op de
voornaamste punten van staatsbeleid tus-
schen hare groepen overeenstemming
bestaat, dringt de samenwerking zich als
vanzelf op, wordt zij een gebiedende eiseh,
en dient het zwaarst te wegen, wat inder
daad het zwaarste is
De samenwerking der Rechtsche partijen
ligt in onze politieke traditie en de ervaring
heeft geleerd, dat, mogen buiten de Kamer
al eens moeilijkheden en twistgedingen
(Door ons vrij bewerkt naar liet Engelsch).
13
Gabriël begreep do reden, doch hij was
nog ie diep ontroerd oin «enig antwoord
Ie kunnen geven.
„Ik moei. u mijn beweegreden zeggen",
hernam vader Paulus. „Eerst moei. gij
weien dat ik aan niemand verteld had
waai" en door wien de aanslag 'op mijn
leven gepleegd was; ik hield het vo-or
iedereen geheim, ik mag zeggen dal ik
het uit Christelijke liefde deed.
Toen ik in de -eerste- dagen van mijn
herstelling, mijn hart onderzocht en hij
mifzelven overlegd© hoe ik mijn plicht, zou
betrachten in betrekking lol. uw vader,
kwam ik op ©en gedachte, die mij kalmte
gal' en mij vertroostte.
ik zeide tot mij zeiven: Binnen weinige
maanden zal ik worden opgeroepen om
een van de uilverkoren dienaars Gods te
zich voordoen speciaal met de Christelijk-
historischen in de Kamer de samen
werking doorgaans weinig te wenschen
overlaat.
Het zou daarom dubbel te betreuren
zijn, indien men de laatste ondergeschikt
maakte aan de eerste. Het berouw komt
dan, als in 1905, te laat."
Ook „De Maasbode" is aan 't rekenen
geweest, en komt tot deze conclusie
Overzien wij het strijdperk nog eens in
zijn geheel, dan vinden wij links
lo. De socialisten van Troelstra en Van
der Zwaag-Havers met de leuze: algemeen
kiesrecht
2o. De vrijzinnig democraten, een troep
aanvoerders zonder veel krijgsvolk, met de
leuze algemeen kiesrecht
3o. De unie-liberalen met de leuze
algemeen stemrecht
4o. De oud-liberalen zonder leuze. Om
hen mee te troonen, zal het noodig zijn,
zoo wat ouden kost op te warmen als
p.nti-clericalisme, vrijhandel, enz.
5o. Wellicht de christen democraten, een
handje vol, die alleen uit antipathie aan
den linkschen kant mee vechten zullen.
En aan de Rechterzijde ziet het blad:
lo. De christelijk-historischen.
'2o De anti-revolutionairen.
3o De katholieken, door ééne leuze
behoud van het Ministerie-Heemskerk iü
ééne coalitie nauw verbonden.
Mogelijk, dat de nationaal-historischen
vrijwillig onze gelederen komen versterken.
Waaruit oljjkt, dat men bezig is met
de wapenschouwing. Maar de wapenschou
wing is de strijd zelf nog niet
1TMNKRI.IU.
De zaak-Steinheil.
De arts Lafèvre die den morgen na den
moord de slachtoffers kwam ónderzoeken,
heeft nu den rechter van instruktie ver
klaard, dat hij op grond van zijn toenmalig
onderzoek overtuigd is, dat mevrouw Stein-
heil slechts in schijn gebonden was
De onderwijzer van Viévigne
(Cute d'Or, Frankrijk) is dezer dagen op
aanklacht van den vader van een zijner
leerlingen voor het Hof van Appèl versche
nen Deze zaak is reeds 13 Maart 1907 voor
de rechtbank te Dijon begonnen, die den
onderwijzer vrijsprak, omdat zij medeging
met de bewering van Morizot, zee heet deze
openbare onderwijzer, dat hij alleen verant
woording schuldig is aan de school-autori-
teiten. Maar de zaak is voortgezet voor het
gerechtshof, dat den onderwijzer schuldig,
verklaarde, en deze is nu in borger beroep
gegaan bij het Hof van Appèl.
Moiizot vertelde, volgens de getuigenver
klaringen, aan zijn leerlingen het volgende
De Fransche soldaten zijn schoften en
lafaards; de Duitschers hebben in 1870 er
goed aan gedaan, de kinderen in de wieg
te dooden(?zij, die aan God gelooven,
zijn stumpersmen moet niet biechten bij
een geestelijke, doch bij hen, wien men
kwaad heeft aangedaan de lieve God is
een goed gespekte portemonnaie er is geen
verschil tusschen een mensch en een koè
De vader van den leerling eiseht nu 2000
fr. schadevergoeding veroordeeling van den
onderwijzer en plaatsing van het vonnis in
drie bladen naar zijn keuze.
k are I. A ar
Schadelijke lectuur.
Flink treedt men in Engeland op tegen
onzedelijke boeken.
Er is daar een roman uitgekomen, die
aanstootelijke dingen bevat. Do secretaris
nu van een vereeniging tegen onzedelijke
litteratuur, kocht bij een boekhandelaar een
exemplaar van dat boek, diende tegen hem
een aanklacht in wegens het verkoopen van
een sebotschrift en liet de andere exempla
ren, die er nog in den winkel waren, in
beslag nemen. De boekhandelaar werd daar
op voor den rechter gedaagd om zich tegen
de beschuldiging te verdedigen en verder om
worden. Als ik mijn bediening waardig
ben, moei mijn eerste wiensch voor dien
man, die mij heeft willen vermoorden,
wezen, niet dat de m-e-nschtelijke gerechtig
heid hem achtervolg©, maar te weten, dat
hij waarachtig en vol berouw zijni misdaad
heeft geboet. Laat ik het als mijii plicht
beschouwen, hem daartoe te roepen; zoo
hij weigert aan mijn roepstem gevolg te
geven en hij zich nog moer liegen mij
verhardt, omdat ik hem zijn schuld heb
Vergeven, zal hel altijd nog lijd genoeg
wezen om hem bij zijn in-edenuensohe-n
aan te klagen.
Zieker, hel kan niet anders dan goed
voor mij zijn, hier, en hiernamaals, als
ik mijn priesterlijke loopbaan begin, mei
Ie trachten de ziel van den man, die mij
zoo wreed heeft behandeld, Ie redden,
'Om die roden, Gabriêl - omdat il;
gaarne dadelijk na mijn beterschap naar
uw vaders huisje zou gegaan zijn, om hem
op ie eischen, nadat hij mij gestorven
waande heb ik mijn geheim bewaard
en mijn supérieuren gebeden, mij paar
Brelagne te zenden.
Maar dat mocht in het begin niet we-
redenen op te geven, waarom de in beslag
genomen exemplaren niet moesten worden
vernietigd. De aanklacht werd thans voor
den rechter teruggetrokken, nadat de boek
handelaar zich verbonden had, het boek niet
meer in Engeland te verkoopen. De rechter
beval daarop vernietiging van de,boeken,
indien de boekhandelaar niet binnen de week
hiertegen in verzet Was gekomen.
AlHIlKIKl.
E r g e r i ij k e luxe. Amerikaanscbe
novellisten zijn in den laatsten tijd tegen
de groote verkwisting van Amerikaansche
millionairs opgetreden, maar geen van hen
heeft er ook maar een vermoeden van gehad,
dat de luxe zoo ver gedreven kon worden
Het nieuwste hotel in de Firth Avenue te
New-York levert daar een sterk bewijs van.
Het hotel heeft 25 goudsmeden geëngageerd,
die de opdracht hebben gekregen om gouden
tafelgereedschap, zilveren kandelaars en zelfs
zilveren deurklinken te vervaardigen. Ze
werken op het oogenblik aan gouden borden
en schotels, die talrijk genoeg moeten zijn
voor 75 personen gedurende het opdienen
van acht en meer verschillende gerechten
De schotels -vorden van geslagen goud ver
vaardigd Iedere schotel beeft een waarde
van 70 pd st en ieder gerecht verschijnt
op een gouden schotel, die 150 pd. st. kost.
Tedere gast krijgt zoo'n schotel als bord.
Te New-York leven 200 000 rijke Ameri
kanen, op wier bezoek het hotel rekent.
Van de dames wordt verlangd dat ze aan
tafel kleeren dragen, die van veeren en
bloemen gemaakt zijn; de kleur der japon
nen moet in overeenstemming zijn met de
toonaangevende kleur der eetzaal
De Koningin
De Haagsche Kouter der „N. Gron. Ct.'
schrijft o. a.
De Koningin is zeer wel en neemt dage
lijks beweging Als alle voorteekens niet
bedriegen, dan is er ditmaal geen bizonder
gevaar voor nieuwe teleurstellingen. Het
is zeer waarschijnlijk (zoo is mij verzekerd)
dat de Prins der Nederlanden, die met
H. M. de Koningin-Moeder de Nieuwjaars
receptie namens de Koningin zal houden,
ik bedoel de raout of het hofbal, dat
op Maandag 4 Jan plaats vindt en tevens
ais Nieuwjaars-receptie dienst doet, bij
die gelegenheid min of meer officieel de
blijde tijding zal bekend maken, waarnaar
algemeen met zooveel verlangen en vreugde
wordt uitgezien.
Tweede Kamer.
W ate r staats beg rooiing. Hoofd
zakelijk kwamen districtbelangen tersprake.
De heer Ruys stelde een motie voor in het
belang van de bevaarbaarmaking van de
Maas boven Venlo. De minister wees af
een verzoek van den heer Patijn om rijks-
steun voor verbetering van de haven van
Brouwershaven, aangezien de gemeente in
de havengelden voldoende middelen heeft
voor het onderhoud van de beschoeiing.
Nederland en Venezuela
Volgens een telegram uit Washington,
opgenomen in de avondbladen, heeft de ge
zant van Columbië aldaar bericht ontvangen,
dat Venezuela Nederland den oorlog
beeft verklaard in verband met de
inbeslagneming der Veneznlaansche regee-
ringsvaartuigen.
Renter seint uit Willemstad
Brieven uit Maracaibo melden, dat een
groote menigte deel heeft genomen aan de
tegen Nederland gerichte betooging aldaar
14 dezer gehouden. De beweging werd
geleid door leden van den gemeenteraad.
Alle Duitsche winkels in Maracaibo zijn
gesloten.
Uit Berlijn wordt geseind
Ook hier handelt Castro volgens zijn oude
stelsel, door datgene wat hem niet in zijn
kraam te pas komt, eenvoudig te loochenen.
De berichten van opstand uit Venezuela zijn,
naar men beweert, niet waar, omdat hij er
nog geene telegrammen over ontvangen zou
hebben.
Over de betoging van de Nederlandsche
zen leti toen mijn verzoek mij1 werd toege
staan, werd mijn plaats mij aangewezen
in een dorp, ver van hier. Daarop brak
do vervolging uil, waaronder wij nog lij
den, mijn levensdoel veranderde, ik mocht
mij niet langer door mijn eigen wil laten,
leiden. Doch, na droefheid en lijden, ge
vaar en vervolging, werd ik nU na einkeie|
dagen geroepen lot de volvoering van het
vooi'nemen, dat ik altijd zoo gaarne had
ten 'uitvoer gebracht. Gabriêl, nu ik u alles
Verteld heb, moei gij mij naar uw vaders
huis geleiden"; toen opende vader Paulus
de deur der kajuit en loen hij door Ga
briêl gevolgd de trap opklom, zagen zij
Rerrin© met haar ouders, die, al dien lijd
op hen haddon gewacht. Dei priester trad
op vader Bonin toe en zeide hem, dat
Gabriêl om dringende 'roden hen hu niet
kon vergezellen, doch dat hij zijn jonge
vrouw aan luinne hoede loevertrouwdie
en dat hij binnen eanige' uiten weer in
hun midden hoopte te zijn.
Toen Gahriël en de priester te zamen
op het pad liepen, dat naar da visschers-
woning leidde, sprak vader Paulus geen
woord, doch keek liij een oogenblik om
vloot heeft Gastro door bemiddeling van zijn
zaakgelastigde Goiticoa aan een medewerker
van de Lokal-Anzeiger het volgende laten
zeggen „Op uwe vraag, wat ik (Goiticoa, na
mggespraak met president Castro) van het
optieden van Nederland denk, moet ik u
antwoorden, dat ik aan de juistheid van de
berichten in de pers twijfel. Ik geloof niet,
dat Nederland aanvallend tegen Venezuela
is optreden, want er bestaat geen oorlogs
verklaring en evenmin is een blokkade afge
kondigd of ingesteld. Een overweldiging van
de kleine Venezolaansche oorlogschepen is
niet alleen ergerlijk, maar niets anders dan
zeeroof, die een beschaafd en verlicht volk
onwaardig is. Daarbij komt, dat een derge
lijke handelwijze de sluiting van een overeen
komst bemoeielijken zal, welke de Venezo:
laansehe regeering door hare vertrouwde
agenten voorgesteld heeft De heele toestand
wordt er veel erstiger door, want Venezuela
zelf betaald Nederland (uit) de 30 pet van de
invoerrechten, een betaling die het dadelijk
staken. Anders zouden wij immers Nederland
rechtstreeks voortrekken bij andere volken
in een zaak, waarin Nederland geen reden
heeft, om bevoorrecht te worden, allerminst
na zijne tegenwoordige handelwijze. In dien
geest heeft ook de Venezolaansche regeering
aan het diplomatieke corps te Caracas een
mededeeling gedaan Zij wacht nu op het
antwoord."
Goiticoa sprak wel voor zichzelf, maar in
werkelijkheid als spreekbuis van Oastrode
president had den verslaggever vooi af laten
weten, dat hij enkel als particulier te Berlijn
te gast was en dat daarom Goiticoa, die een
ambtelijke positie inneemt in zijn plaats
moest antwoorden.
(Castro, de man, die in vollen vredestijd
koopvaardijschepen onder de Nederlandsche
vlag door zffn oorlogsvaartuigen heeft laten
opbrengen en de bemanning in de gevangenis
werpen, treedt,bljkens het boven weergegeven
verslag, weer eens op als pleitbezorger van de
beleedigde regelen van het volkenrecht Wjj
kennen die taal uit de artikelen van zffn Ijjlbad
Co.istitucional en uit vroegere mani'esten van
hem.
In December 1902 vaardigde hij b.v. na de
beschieting van het fort te Puerto Cabello een
proclamatie uit, waarin hij zeide: „Opnieuw
nebben de boosaardige vreemdelingen een
schanddaad begaan, nu tegen de stad Puerto
Cabello. De beschieting van deze haven plaats
door de gezamenlijke vloten vaD Duitschland
en Engeland, zonder voorafgaande oorlogsver
klaring en zonder dat een der formaliteiten
vervuld was, die door de internationale wetten
worden verei cht bij de tenuitvoerlegging van
een dwangmaatregel staat gelijk met een
aanslag, niet enkel tegen de grondbeginse
len der beschaving, tegen de natiën die eigen
dommen bezitten in die haven, en het meest
volstrekte recht hadden, dat men de in zulke
gevallen noodige vormen tegenover hen in
acnt nam.")
In een telegram uit New York aan de
KölnischeZcitung over de onlusten te Caracas
lezen wij nog, dat Maandag het was trou
wens bekend, dat vreemdelingen geen over
last hadden ondervonden alleen goed en
geld van Venezolanen gestolen zijn. Maan
dagavond zijn tal van mensehen in hechtenis
genomen. Na den dag van Dinsdag, die
rustig was, heeft, volgens de laatste berichten
het woedende volk de betoogingen tegen
Castro en Gomez voortgezet. Het gaat voort
met de eigendommen van Castro en van zijne
politieke vrienden te vernielen.
Onlusten in Venezuela.
Dio bevolking van Caracas is 14 dezer
legen Castro in opstand gekomen. He t woe
dende gepeupel kon niet door de politie
in toom gehouden worden. Als een' storm
wind overweldigde de menigte de straten
der' stad en sloeg aan het plunderen van
particuliere eigendommen. Die leiders der
opstandelingen namen beelden en schil
derijen, Castro voorstellende, die- zich in
de sociëteiten en andere gebouwen be
vonden, weg. Vervolgens verbrandde het
gepeupel don buit op het Bolivarptein.
Men heeft hier deii indruk gekregen, dat
het uit is met. de regelering van Castro
in Venezuela. Er heeft gieen he too
ging tegen Nederlanders plaats
gehad. Alle betoogingen waren tegen
Castro ien Gomez, den vice-president, ge
richt.
Later
Tengevolge van de onlusten op 14 dezer
tó Cjafcaoas, heeft men daar dien dag d«
zich heen, hij hield de oogen strak voor
zich uitgericht en klemde zijn ivoren
crucifix tegen de borst. Zoo kwamen zij
hij de deur.
„Klop", fluisterde de priester tot Ga
briêl, „en wacht hier mei mij".
De deur ging open. In een lieflijken
nacht had Framjods Sarzieau op dien; drem
pel gestaan met een bloedig lichaam in
zijn armen. En nu stoind hij daar weder
tegenover den man op wiens teven' hij' hiel
had toegelegd, en hij kende hem niet.
Y ader Paulus trad ©enige schreden jha-
djer, zoodat het volle daglicht op zijn ge
laat viel en nam zijn hoed af.
Francois Sarzieau keek, .schrikte, liep
'een stap achteruit on bleef loen slom en
onbeweeglijk staan, terwijl alle uitdruk
king uit zijn gelaat verdwenen was. Toen.
klonk de heldere, kalme stem van den
priester in de -doodscho slilte:
„Ik bïleng ©en boodschap van, vrede en
vergiffenis van een geesl uit vroeger da
gen", zeide hij', en wees, terwijl hij sprak,
naar de plek in zijn hals, waar hij ge
wond was geworden.
Een oogenblik zag Gabriêl zijn vader
krijgswet moeten afkondigen om het op
roer en de plundering te onderdrukken.
Het gepeupel had, voor' de overheid tus-
schienbeid© kon komen, Weds een aanval
gedaan op eenig© particuliere eigendom
men. Geen enkel© vreemdeling werd ovea"-
last aangedaan. Gisteren (15 dezer) wieöjd
die toestand weer normaal.
Het gepeupel heeft, ook het gebouw van
het lote'rijinonopolie aangevallen en daar
die meubels stuk geslagen en op- straat
geworpen; duizenden loterij'biljelten zijn
vernietigd. De opstandelingen hebben ver-
dur verschillende drogistenwinkels, aan
den schoonzoon van Castro toebehooren-
de, leeggehaald. Beelden en schilderijten,
den president voorstellende, werden in een
vreugdevuur op het Bolivarplein verbrand.
De kantoren van het blad El ConSt'.tucio-
nal zijn geheel leeggeplunderd. Een aan
tal opschriften, de deugden van deni presi
dent vermeldende en zijn macht verheer
lijkende, op openbare monumenten gegra
veerd, werden weggekrabd en onleesbaar
gemaakt.
Van bet aanbreken van. dein dag tot
1 uur n.m., was het gepeupel meiester' van
de stad, maar er ontbrak een leider. Een
aldeeling troepen werd ter hulp geroepen'.
Generaal Gomez vaardigde een manifest
uit, waarop die bevolking ras tig werd en
zich verstrooide. Vóór de kantox-en van
El Constitutional zijn verscheidene dooden
gevallen. Een strafrechtelijk geding is in
gesteld legen Rivas, den hoofdredacteur
en andere beambten van dat blad. Zij' woi'.
don beschuldigd verantwoordelijk te zijn
vioor hiet schieten, daar zij' zelf, naar be
weerd wondt, het -eerst op het gepeupel
geschoten hebben. D© verschijning van El
Constitutional is geschorst. In Caracas ver
schijnen op het oogenblik geen bladen.
Een ontzaggelijke menigte beweegt zich
in de straten, men verwacht nieuwe on
lusten.
In leen derde telegram, dat hoofdzakelijk
©en herhaling is van het tweede hierboven
weeigegeiven bericht, staat nog, dat de
onlusten to Caracas het gevolg zijn van
de oorlogshandelingen der Nederlandsche
oorlogsschepen. En verder, dat er ver
scheidene personen in hechtenis zijn ge
nomen en dat er -eigenlijk geen hotsing
tusschen volk en politie heeft plaats giahad.
De correspondent van. do „N. R. Ct," te
Darijs seint:
Naar aanleiding van de berichten uit.
Venezuela zal dei Petit Parisi-en een korte
beschouwing geven, waaraan het volgend©
is ontleendTerwijl Castro zijn gewel
digen eetlust in Beirlijnsche restaurants
botviert, komen zijn onderdanen van
gisteren, het woord is niet te sterk, in
opstand'. Karakteristiek is het dat de volks
woede geenszins tegen Nedei-land gericht
is, maar tegen Caslro'-s vrienden. Naar te
voorzien is zal Castro's dictatuur te mid
den van die algemeen© vijandigheid ineen
storten. Het zal de revanche- van Europa
-en van hei ïieehl op den tyra-n-niekien poten
taat zijn.
Castro.
Toen aan president Castro werd gemeld,
dat de Hollanders weer een vaD zijn sehepea
hadden opgebracht zoo meldt de Ber-
lijnsche correspondent van de N.Y. Herald
liet hij een van zijn gevolg aan de verslag
gevers zeggen, dat indien het in beslag
nemen van die schepen waar was, waaraan
hij zeer twijfelde, het volkenrecht er door
geschonden is.
Dezelfde berichtgever meldt, dat presi
dent Castro, als te Berlijn de behandeling
van zijn ziekte is afgeloopen, naar de Bi
viera wil gaan.
De correspondent van de Daily Express
te Berlijn, zegt uit goéde bron te hebben
vernomen, dat president Castro Duitschlands
diplomatieken steun tegen zijn wederpar-
tijders verlangt en tevens in Duitschland
voor Venezuela geld wil leenen. In ruil
daarvoor biedt hjj aau Duitsche kapitalisten
de gelegenheid aan om in Venezuela veel
geld te verdienen. Volgens den correspon
dent is er bij de Duitsche regeering ge
neigdheid om in president Castro's voor
stellen te treden. Met den ambtenaar van
het ministerie van buitenlandsche zaken,
die des president is komen bezoeken, is
zoo meldt de berichtgever voorts
een regeling getroffen, voor een bezoek
van von Bülow en von Schön aan den
president, die -daarbij alle eer zou krij gen
die hem als staatshoofd (nog) toekomt Dat
lievig sidderen, doch terstond ging dat
bevén voorbij en hij stond weer onbeweeg
lijk als door ©en beroerte- getroffen. Hij
opiend-o zijn lippen, doch kón miet spate-
ken; zijn oog-en staarden, alsof zij niets
zagen; het heldere daglicht scheen akelig
en afschuwelijk op zijn door schrik mis
vormd" gelaat,
'Gabliël wendde vol ontzetting zijn hoofd
af. Daarop hoorde hij nogmaals de stem
van vader Paulus tot hem zeggen: „Wacht
hier tot ik terug kom". Toon was alles
weer doodstil als tevoren.
Benige oogcnblikken daarna hoorde Ga
briêl toon kermend geluid-de stem: was ge
heel andere dan die zijns vaders; andere
dan hij ooit ©en menschelijke stom had ge
hoord. Eindelijk hoorde Gabriêl een deur
dicht slaan, hij keek op en zag dat hij
alleen voor de hut stond.
(Wordt vervolgd.)