laterialen
izelü
PUTTER,
Het geheim van Gabriël.
No. 137
Donderdag 19 November 1908.
Vierde Jaargang.
ÏDER,Goes
Jdel in
Utrecht.
ttlMNt
FEUILLETON.
BUITENLAND,
:olaas Etalage
IEN ELSHOUT,
en Muurtegels.
LZuid-Bbveland".
KENDE
AT
KK,
KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN.
Verschijnt eiken MAANDAG- JOEISDti- en VRIJDAGAVOND.
De Coalitie.
lies prima kwaliteit tegen
prijzen.
nderenstraat D 33 Goes
VLISS1NGEN.
Steensoiirten.
che en Machinale Steen,
aste- en Hardsteen,
lollanische en Belgische
en Vorsten (i
10ETEERING
franco op aanvrage.
Lijksche dienst.
tterdam-Gouda-Amsterdam
rit tusschenliggende plaatsen.
vim (JOES
[middag 12 uur.
AHSTEItlUM
imorgen 5 uur.
kan HUITEKOA.U
[gavond 8 uur.
Amsterdam bij W. DE
rERSCHURE, Kloveniers-
erdam bij de Directie J. en
[IJT, te Dordrecht bjj S.
en te Goes bg den Agext
JS.
LIJK VAN SMAAK,
roote Markt, GOES.
1.65, bg 10 Kilo f0.64, by
10 Kilo f0.68, bij 25 tot
EUZEL "90
lo a f 0.66 per Kilo.
7.20 per bus.
en rembours,
ting toegestaan.
IKK
loedarmoede.
efgeestig, ontmoedigd,
en, zooals: ruischen in
oofdzeer, reumathische
het water, vroegtijdige
ol droomen, gevoel van
stonden, gevolgen van
van zenuwzwakte,
jn door het gebruik van
nkingen en gelukvien-
dochter volkomen ge-
twee jaar leed zij aan
rikkelijke pijnen in ae
los. Zg had reeds ver-
oed gevolg, en nu, met
EK, is z(j, God dank,
rouw RAVERT.
ijkstr. 54,3, Mechelen
>ns f 6.90.
eker-speoialist, Zelzate.
Middelburgen verder
HELER en BENIEST;
RAAS: te Rilland bg
endijke bg DE COCK.
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
Abonnementsprijs p. 3 maanden voor Goes 0.75, daarbuiten 0.95
Afzonderlijke nummers A contant- 0.05
Advertentiën worden ingewacht op Maandag en Woensdag vóór
half drie en Vrijdag vóór een uur 's namiddags.
BureauLANGE VORSTSTRAAT, GOES.
Advertentiën van 1—5 regels £0.50; iedere regel meer 10 Ct.
Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend.
Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. A contant.
Reclameberichten 25 CL p. r. Bij abonnement speciale prijs.
Degenen onder ons, die reeds eerder
een 'verkiezingscampagne Rebben meeger
maakt, kennen ,het verschijnsel, dat zich
geregeld voordoet bij eiken verkiezing-
strijd der laatste tijdenhet feit n.l., dat
tegen komende „Juni-gebeurtenissen" ier
iemand opstaat, die verklaart hoegenaamd
heelemaal niets tegen „Rome" te hebben,
maar die tevens het samengaan, de coali
tie tusschen Roomschen en geloovige Pro
testanten als schrikwekkend en ongehoord
brandmerkt.
Het spelletje is wel zoo doorzichtig als
netwerk; maai" er zijn nog onervarenen,
die in dat verleidelijk gespannen netwerk
blijven hangen.
Het is nu een zekere m r. S. v a n R u y s-
s o v e 11, die het oude spelletje weer speelt
op nieuwe wijs.
Deze heer heeft dezer dagen ©en poli
tiek vlugschrift, het licht doen zien, waar-
van de strekking feitelijk hierop moet
neerkopien, dal hij het samengaan van
„Rome en Dondt" verwerpelijk oordeelt.
Tegen het samengaan van Katholieken
en geloovige Protestanten is al zooveel
geschreven, en de gronden, waarop deze
geloovige partijen zich als n man
gezamenlijk opmaken tegen het on,-
geloovige liberalisme en radicalisme, zijn
bereids zoo duidelijk uitgelegd en meester
lijk verdedigd, dat we voor het oogen-
blik niet diep behoeven in te gaan op
hetgeen, in deze nieuwe brochure van
mi. R u y s s e v e i t aan antieks wordt
ten beste gegeven.
De heer Ruyssevelt is iemand van
het tamme ras, naar hij beweert.
Hij is geen fel anti-papistisch Broms-
veldiaan; hij aanvaardt niet de qualifica-
tie van „Monsterverbond"; hij verwerpt
volstrekt niet de tegenstelling tusscbemi
geloof en ongeloof.
Neen, volstrekt niet.
Mr. van Ruyssevelt (pseudony-
mus?) gaat nog veel verder.
Hij erkent, hetgeen vervat is in de vol
gende vijf punten:
„I. In erkenning van de Heilige
Schrift als bijzondere Openbaring
Gods, in de belijdenis van de sou-
vereiniteit Gods, in de belijdenis van
denzelfden Christus, zijn Rome en
wij één in getuigenis.
II. Op tal van punten wacht oms
van de zijde van het ongeloof dezelfde
spot en hoon.
III. Waar men van de zijde van
het ongeloof de bestaande Christe
lijke grondslagen der maatschappij in
huwelijkswetgeving of anderszins wil
aantasten, zullen wij schouder aan
schouder' staan.
IV. Indien men al op punten van
politiek tot dezelfde meening is ge
komen, kan het niet anders dan win
st© zijn, dat deze onderscheiden po
litieke beginselen zijn afgeleid uit de
zelfde grondbeginselen.
V. Waar op politiek terrein geza
menlijk spontaan gehandeld moet wor
den, is een aanvaarding van eenzelfde
(Door ons vrij bewerkt naai' het Engelsch).
2.
Gabriël werd bleek als een lijk, doch
hij gaf een teeken dat hij zou gehoor
zamen. Hij kon de deur haast niet tegen
den wind in open houden, terwijl hij naar
buiten keek.
„Ziet gij haar, Gabriël 1" riep de oude
man.
„Ik zie niets dan 'n stikdonkerim nacht"
antwoordde Gabriël, terwijl hij de deur
weer sloot.
„O, weel wee!" kermde de oude man,
„zijt zijn verdronkenBid voor hunne zie
len, Gabriël, ik zie de witte vrouwen, bid
voor hen".
De jonge man keerde tiaar den haard
terug, waar Periine met do kinderen zat.
„Dezen avond is grootvader hard ziek
en ijlt hij", fluisterde hij, „ge moest nu
maar gezamelijk naar het slaapvertrek
gaan en mij alleen bij hem laten waken I"
De meisjes gehoorzaamden, deden hun
avondgebed, gaven Gabriël een kus en
liepen zacht naar het apdere vertrek. Ga-
bijzoindere Openbaring Gods een on
miskenbaar voorrecht".
Elk logisch denkend mensch zal ge
zien deze punten toch tot de conclusie
moeten komen, dat ©en samengaan van
„Rome en Dordt", een samengaan van de
gezamenlijke Christelijke partijen niet al
leen gewenscht, maar noodzakelijk is voor
het optreden en de bestendiging van ©en
Christelijk ministerie.
Maar de heer R u y s s e v e 11 blijkt een
andere meening ,te zijn toegedaan; zijn
gevolgtrekking is omgekeerd evenredig aan
dit zijn betoog.
De schrijver van bedoeld vlugschrift
heeft bezwaren tegen het „samengaan
met Rome".
Hij geeft er drie ten beste, n.l.
Ten eerste, dat in de gewone
maatschappelijke verhoudingen van
de eenheid tusschen Roomschen en
geloovige protestanten weinig is te
bespeuren, zoodat zij bijv. niet gere
geld bij elkander op visite komen.
T en t w e e d e, dat het samengaan
met Rome met geestelijke schade
dreigt door „Rome's zedelijke opvat
tingen", als hoedanig de vlugschrift-
auteur o.a. noemt het schenken van
drank bij verkiezingen in Roomsohe
streken, terwijl hij beweert, dat van
Zondagsrusten Zondagshei
liging bij de Roomschen al heel
weinig gevonden wordt en de Room
schen misbruik maken van Gods
naam;
En ten derde, dat door het sa
mengaan „Rome's valsche geruststel
ling der zielen door ons wordt ge
steund".
„Is er geen gevaar", vraagt hg,
„wanneer vrij voortdurend met Rome
optrekken als met onze mede-Chris-
tusbelijders, wij toch feitelijk alleen
maar ©en kerkelijk verschil gaan er
kennen tusschen onderscheiden Evan
geliebelijders zooals dit in het Pro
testantisme zelf het geval is?"
Aldus het betoog en de vraag van den
heer v. Ruyssevelt.
De insinuatie, als zou het schenken van
sterken drank bij verkiezingen en de an
dere genoemde verkwikkelijkhoden behoo-
ren tot „Rome's zedelijke opvattingen",
kunnen gevoeglijk onbesproken blijven.
Maar waar we ten slotte nog wel eens
op willen wijzen is: dat Katholieken en
geloovige Protestanten samengaan bij ver
kiezingen, omdat zij hebben gesloten een
staatkundig© coalitie.
En dit is juist de begripsverwar
ring, waarvan de heer Ruyssevelt in
zijn brochure blijk geeft, dat hij het sa
mengaan van Katholieken en geloovige
Protestanten afkeurt op kerkelijke
gronden en onzekere overwegingen van
maatschappelijken aard.
Katholieken en anti-revolutionairen
staan in kerkelijke zaken zeer ver van
elkaar.
Maar daar gaat het niet om:
Wij hebben een staatkundige coa
litie gesloten, omdat in de staatkunde onze
wederzijidsche belangen het nauwst met
elkaar verbonden zijn.
briöl bleef achter en zag dat zijn groot
vader nu stil lag, alsof hij sliep. Hij gooide
nog eenige blokken op het vuur en zette
zich neer om te- waken, tot dion morgen
zou. aanbreken.
De stom hield aan, doch het kon buiten
niet somberder zijn, dan de gedachten
die den jonkman in d© eenzaamheid be-
slonnden. Sedert den dood zijner moeder
had hij gebukt gegaan onder de meaning,
dat Gods zegen hen niet meer beschermde,
en dat er een vloek over zijne familie
hing. Vroeger waren zij welvarende lieden
geweest, zij verdienden goed geld en had
den een kleinigheid geërfd. Maar de for
tuin had hen slechts kort begunstigd, de
eene ramp had op zonderling© wijze de
andere opgevolgd. Verliezen, ongelukken,
armoede, ja gebrek hadden zij geledenhet
humeur van zijn vader was zoo verbitterd
geworden, dat zijn oudste vrienden ver
klaarden de Francois 'Sarzeau van vroe
ger* niet meer te herkennen. En nu wanen
al die tegenspoed en ongelukken, einde
lijk uitgeloopen op hei droevigst ongeluk
van allen op den dood. Gabriël twij
felde niet langer aan het lot, dat zijn vader
en broeder zou zijn overkomen. Hij wist uit
eigen ervaring hoe groot de gevaren pp
zee zijn, bij zulk noodweer. En nu zou
De „bekrompen" Paus.
Bij een beoordeeling van Z. H. Paus
Pius X schrijft de M'idd. Crt. o. a.
i „En Pius X is ook bovenal een
religieus Paus geweest, maar naar
veler oordeel een te bekrompen ortho
doxe Paus, getuige zijn strijd 'tegen
het modernisme".
„Naar veler oordeel"!
Slechts naar het oordeel der modernis
ten zelve, en diegenen, die het moder
nisme prijzen, waaronder ook de M i d d.
Crt. behoort.
Overigens is de qualificatie van bekrom
pen al zoo oud oud I
ITALIË
Het Pauselijk Jubelfeest te Rome.
Met. groote plechtigheid droeg Maandag
morgen Z. H. de Paus, in tegenwoordigheid
van de meeste kardinalen, het pauselijk
hof, de gewone en bijzondere gezantschap
pen, de pontificale Mis op ter gelegenheid
van zijn vijftig-jarig priesterfeest. De St.
Pieter, waar alleen officieels tribunes wa
ren opgericht achter het altaar der Con
fessie, waar Z. H. officieerde, was ge
vuld met pelgrims uit Nederland, Frank
rijk, Spanje, Fremont, Argentinië en alle
steden, waar Faus Pius X eenige kerke
lijke waardigheid heeft uitgeoefend. Ook
de familie van Z. H. woonde de plech
tige Mis bij, die door het zangkoor der
Sixtijnsche kapel, onder leiding van don
Perosi, werd opgeluisterd met de Missa
Papa© Maroelli van Pales tr*ina. Voor*'de
eerste maai bij een pauselijk jubilee ont
brak een officieel© vertegenwoordiger van
Frankrijk.
Tegen negen uur kwam de H. Vader
uit het Vaticaan naar de St. Pieter, waar
hij bij de H. Sacramentskapel werd ont
vangen door kardinaal Rampolla. Na zich
met de kerkelijke gewaden te hebben be
kleed in, de kapel der Piëta, nam Z. H.
plaats op den sedia gestatoria. Vergezeld
van de kardinalen, de bisschoppen en de
hofhouding trok de pauselijke stoet, be
groet door het Tu es Petrus, door de
stampvolle kerk, naar den achter de Con
fessie gelegen troon, waar Z. H. plaats
nam. Na de Terts, Sext en Noon begon
de plechtige Mis. Twee koren, een onder
leiding van Perosi, het tweede onder lei
ding van Bella, voerden de kerkelijke ge
zangen uit. Elk koor telde ongeveer twee
honderd leden, voor een groot deel ge-
recruteerd uit de seminariën. Na de H.
Mis gaf de H. Vader den zegen van ©en
anderen troon, ter zijde van het met bloe
men gesierde Confessie-altaar.
De geestdrift onder de pelgrims was on
beschrijfelijk. De H. Vader was tot tranen
toe bewogen.
Nog seint men aan „de Tijd", dat jhr.
Van de Poll met zijne beide dochters,
welke op verlangen van Hare Majesteit
de Koningin het buitengewoon gezant
schap vergezellen door Z. H. den Paus
iu particuliere audiëntie zijn ontvangen.
Jhr. van de Poll is door Z. H. begiftigd
met het Grootkruis der Orde van den H.
die dubbele dood juist gekomen zijn in ©en
tijd, dat zijn huwelijk met Pennine aan
staande was, juist nu de ramp zoo moei
lijk te di'agen zou zijn. Voorgevoelens be
gonnen zich in zijn hart te mengen len
toen hij daar zoo> eenzaam zat, van tijd
tot tijd gebeden prevelend voor de rust
der dooden, mengde hij ook ©en gebed
daarin, voor het behoud der levenden,
voor het jonge meisje, dat zijn grootste
schat op aarde was; voor de moederlooz©
kinderen, die nu geen anderen beschermer
meer zouden hebben, dan hem.
Zoo had Gabriël langen tijd bij het vuur
gezeten, zonder naar bet ledikant te kij
ken, t°en hij1 wederom opschrikte op het
hooren van zijn grootvaders stem.
„Gabriël", zeide de oude man, met
zwakke stem, „hoort ge dat water vtjel
op den'grond druipen, aan het voeteneinde
van mijn bed?"
„Ik hoor nie!s grootvader, dan het knap
pende vuur en den loeienden wind".
„Hoor dan, drup, drup; drup, al gauwer
en duidelijker*. Nciem den toorts Gabriël
'eu kijk op den grond".
Gabriël nam met bevende hand den
toorts om te kijken.
„Is de grond nat, antwoord mij', ik be
veel het u", herhaald© d© oude man,
Gregorius, en graaf Dumonoeau, is be
noemd tot Commandeur derzelfde orde.
Dinsdagavond gaf Zijne Eminentie de
staatssecretaris, kardinaal Merry del Val,
een diner aan de vreemde gezantschappen,
welke den Paus kwamen complimenteeren
ter gelegenheid van zijn gouden priester
feest.
Het Nederlandsche gezantschap gaf
Maandagavond in 't hotel du Qujrinal een
diner, waarbij o>. a. Mgr. graaf Grabinsky,
secretaris van het pauselijk ceremonieel,
en markies Mac Swincy, geheim-kamer
heer, aanzaten.
Jhr. Van de Poll en graaf Dumonoeau
zullen Donderdagmorgen over Genua naar
het vaderland terugkeeren.
Fit 1 A' li 14 IJ K
De dood van een Bloc-man.
Een zekere Henri Lapart, beambte van
den „onteigenaar" der kerkelijke goederen
te Castres, is dezer dagen gestorven. Hij
stond bekend als een verwoed papiemvreter.
Zijn doodsbericht bevatte desniettegen
staande de volgende woorden„Overle
den.... na voorzien'te zijn va,n de laatste
H. Sacramenten der stervenden". Lapart
heeft, in werkelijkheid, ©en godsdienstig
uiteinde gehad.
De „Express du Midi" deelt er nog
het volgende over mede
Nadat hij den ernst van zijn ziekte had
ingezien, liet hij den pastoor zijner pa
rochie roepen, en, acht dagen voor zijn
'dood, in het volle bezit van zijn ver
stand, ontving hij de Sacramenten der
Kerk. Sedert dat oogenblik was het be
zoek van den priester voor hem even mood-
zakelijk als dat van den geneesheer en
voor hij hem liet gaan, bad hij met hem.
Voor 't overige kan men zeggen, dat hij
niet ophield te bidden; en de rozenkrans
en de liefde van zijn moeder schonken
hem slechts afleiding in zijn lichamelijk-
en zielelijden.
Voor hij de heilige Hostie ontvangen
had, schreef hij' het volgend briefje met
het bevel het te publiceeren
„Ik betreur het kwaad, dat ik, als be
ambte van den onteigenaar, de Kerk heb
kunnen aandoen.
Henri Lapart.
Castres, 6 Nov. 1908".
Schrikbarend is 't aantal nachtelijke
kerkdief stellen, dat dn Frankrijk gepleegd
wondt. Nu weer heeft de politie te Toulon
een drietal dieven aangehouden, die de
kerken in den omtrek „bewerkten"! De
regeering ondervindt hetvoorbeelden
trekken.
IJ IX 8 H I, A K I».
Aan den vooravond der beslissing, welke
gister in het paleis te Berlijn bij het onder
houd. tusschen den Keizer en den rijks
kanselier is gevallen, nemen de bladen van
alle burgerlijke partijen nogmaals het
woord, om op de dringendste wijze den
Keizer te overtreden; hierbij blijft ook de
conservatieve pers niet achter den Kei-
schier ademloos.
Gabriël ging naar het ledikant en zeide
zacht, dat er* geen druppel regen in huis
was gevallen. Onderwijl was het gezicht
zijns grootvaders veranderd, de gespannen
bhk werd dof en doodsch, ook was de
slem niet meer* ruw, maar zonderling zacht
en plechlig, toen de oud© man weer* begon
te spreken.
„Ik hoor' het nog altijd", zeide hij, „drup,
drup. Dat spookachtig lekken van het wa
ter' is het laatste van de noodlottige teeke-
nen, die ons den dood van uw vader* en
broeder verkondigen, en ik wiaet, dat het
ook mijn naderenden dood voorspelt. Ik
word geroepen daar waar* mijn zoon en
kleinzoon mij zijn voorgegaan, mijn droe
vige tijd op deze wereld is voorbij. Laat
Portin© en de kinderen, indien zij moch
ten ontwaken, niet hier komen".
Gabriël voelde dat de hand van zijn
grootvader ijskoud was en wist dat er*
mijlen ver* in den omtrek van hun huisje
geen hulp te krijgen was. Doch ondanks
den storm, de donkerheid en den afstand,
dacht hij ei" zelfs geen oogenblik aan te
verzuimen wat zijn plicht was, namelijk
het roepen van een priester bij zijn zieken
grootvader.
„Ik moet Perrin© roepen", zeide hij,
ze:r' te wij'zen: op den grooten leftist van
zijn toestand.-
De niet-conservatiieve bladen drukken
Billow op het hart, om zonder schroom
voor eigen persoon en ambt geien blad vopr
den mond te nemen.
De Ger'mania, orgaan van het centrum,
eischt, dat Bülow er den nadruk op zal
leggen, dat het jongste interview in de
Daily Telegraph niets anders geweest is
dan de laatste druppel, die den sedert
jaren overvollen emmer deed overloopen.
De 'Vossische Zeitung zegt, dat sedert
de stichting van het Duitsche rijk men nog
nimmer voor een zoo gewichtige beslis
sing als die heeft gestaan. De Vossische
Zeitung meldt, dat de oude groothertogin-
weduwe van Baden, een zuster van den
ouden Keizer, zich persoonlijk op wieg
heeft begeven om een onderhoud met haar
keizerlijken achterneef te hebben, waar
aan politieke beteefcenis wordt toegekend.
Van de mogelijkheid, dat d© Rijksdag we
gens de jongste debatten over den Kei
zer ontbonden zou kunnen worden, wil
de Vossische Zeitung niets wieten. Daar
toe is de toestemming van den Bondsraad
noodig en dit is uitgesloten. Buitendien
zouden nieuwe verkiezingen een toene
ming van het aantel der sociaal-demo-
tratrsche stemmen bebeekenen.
Keizer en kanselier. Niet te Kiel,
waar Wilhelm ter besediging van reenden
heen zou reizen, doch te Berlijn beeft
gister het door Bülow den Keizer voor
te leggen exposé over die crisis, na het
in de „Daily Telegraph" gepubliceerde in
terview ontstaan, plaats.
De „Reichsanzeiger" meldt: In het hem
gisteren verleende gehoor, schil derde von
Bülow de stemming van het volk naar
aanleiding van de medadeelingcn van de
„Daily Telegraph" en lichtte zijn houding
bij de debatten in den Rijksdag over den
Keizer toe.
De Keizer hoorde die mededeeljngen
met grooten ernst aan en uitte zijn wil
in dien zin, dat, zonder zich van de wijs
te laten brongen door overdrijvingen, die
hij onbillijk achtte, zijn voornaamste taak
was de standvastigheid van de rijksstaat-
kundo met inachtneming van de constitu-
tioneele verantwoordelijkheden. De Keizer
keurde de verklaringen van den rijkskan
selier in den Rijksdag goed, en gaf hem
de verzekering van zijn voortdurend ver
trouwen.
C'HIA A
De dood der Keizerin.
De dood der Keizerin-weduwe heeft te
Peking diepen indruk gamaakt op d© be
volking. Een rouwtijd van 3 jaren is voor
geschreven.
De Engelsche gezantschapswacht is met
50 man nit Tiensin versterkt.
De uitroeping van prins Poe.-I tot troon
opvolger, onder het regentschap van prins
Tsjoen, wordt bevestigd.
Volgens berichten uit Tsingtau en Sjap-
toeng loopen er onder de Chimeezen ge
ruchten dat de keizerin-weduwe gestorven
zoude zijn tengevolge van een moord door
„daal* zij waken moet, als ik weg ben".
„Blijf! Gabriël", riep de oude man in
wilden angst, ik smeek u mij' niet te ver
laten I"
„Grootvader, ik wilde een priester gaan
halen".
„Neen, Gabriël, ga nu niet van' mij weg,
in dezen stikdonkeren nacht, bij zulk ©en
orkaan kan niemand den weg over de
heide vinden, wacht dan tot de morgen is
aangebroken, ik zal den tijd korten met
u mijn vreeselijk geheim t© vertellen, dat
ik aa;n iemand moet mede 'doelen, alvorens
God mij tot Zich roept".
Toen de oude man die laatste woorden
sprak, hoorde Gabriël ©en licht gedruisch
in het andere vertrek, dis deur ging half
open en Perrine keek verschrikt in d©
kamer. De waakzame oogen van dlan ouden
man zagen haar onmiddellijk.
„Ga weg", riep hij, eer Benin© nog leen
woord kon zeggen. „Ga weg, duw haar
teiug, Gabriël, als zij niet vrijwillig heen
gaat".
„Lieve Perrinte! ga w«er te bed", smeek
te Gabriël, ,,ga weer heen en zorg dat de
kinderen ons niet storen, gij1 kunt hier
toch niet van dienst zijn".
(Wordt vervolgd.)