feüTlleton.
buitenland.
No. 25.
Donderdag 27 Februari 1908
Vierde Jaargang.
Mijit ilkn MUIIM-. INHU- u MUM).
KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUVISCHE EILANDEN.
DE BALANS.
Het Geheim van het Paleis.
Abonnementsprijs per 3 maanden voor 'Joes tO.75. daarbuiten f 0.96
Afzonderlek» nummers contant a »0.W
Bart»LANGE VORSTSTRAAT, GOES.
Advertent»* ran 1—6 nfdi f 0.86; Mm iapA
EennUG* advertentie 3 X gapkaatat, wrttt X
Dienstaanbiedingen 5 »g«l» root 85 Ct Jt Mtw
Reclameberichton 2i Ct. p. r. Bïj speoiA? Jpfc.
Het „Handelsblad" laat 'theenge
gane kabinet nog eens de revue passeeren.
Zij noemt minister Fock den gelukkigste,
dewijl hij een negental wetsontwerpen in
't „Staatsblad" kreeg, onder welke de
herziening van de rechtsbedoeling over
inlanders (o. a. inlandsche christenen. Dit
ontwerp was echter nog van zijn voor
ganger); en aanmoediging der bananen-
cultuur.
Minister Veegens bracht alleen tot stand
het Bathpolder-subsidie (voor min. Kraus),
de keuring van uitvoervleesch, de af
schaffing der tienden, het voor-
schot aan de Zuid-Amerikalijn, voortzet
ting der mijn-exploitatie en exploratie.
Dit resultaat is zegt het vrijz. blad
niet groot.
Minister Kraus - zoo vervolgt het
heeft nagenoeg geen belangrijke wettelijke;
maatregelen tot stand kunnen brengen.
Alleen de tramlijnen in de Haarlemmer
meer beteekenen nog wat.
Minister Van Raalte bracht het arbeids
contract van zjjn voorgangers. Dat
het nog nieL wordt uitgevoerd, komt door
dien 't „aanvuilingswetje" door de Eerste
Kamer gevraagd, nog niet door die Kamer
is behandeld.
„Overigens bleven ook de belangrijke
ontwerpen van Justitie onafgedaan. Noch
de wijziging van, de rechterlijke organisatie
noch de invoering van de administratieve
rechtspraak, noch de vereenvoudiging van
do Kantongerechtsprocedure, noch de her
ziening van het bewijsrecht in burgerlijks
zaken alle onderwerpen van groot be
lang, waarover wetsontwerpen, deels zelfs
nog van 't ministorie-Kuyper afkomstig,
aanhangig zijn gemaakt brachten hot
tot openbare behandeling".
Iets meer succes had minister Rink.
„Twee kleine partieele Drankwetwijzi
gingen, de aankoop van de collectie-Six,
de Brabantsche paardenbelasting, de on-
derwjjzeirssalarissenwet ziedaar min of
meer beduidende wettelijke maatregelen;
die tot stand kwamen onder zijn leiding";.
Na opsomming van zijn nalatenschap,
verzucht „Het. Handelsblad":
„Schoon dus minister Rink niet zonder
eenig legislatief succes gearbeid heeft,
meegeloopen is 't ook hem niet".
Dan wjjst het blad er op dat. Marine
twee ministers hadde eerste Cohen
Stuart veroverd© slechts een pantser-
schip voor Indië; de tweede VVentholt
is nog te kort minister.
Ook Oorlog had twee ministers. Van
den eerste (Staal) zegt het blad, is al
leen veel herinnering geble
ven; de tweede liet slechts een, en dan
nog onbehandeld, ontwerp na: dat be
treffende de hoogere bevelvoering.
Minister Van Tets bracht slechts ©enige
verdragen fat stand, waaronder een be
treffende internationaal privaatrecht, doch
waarvan de maker niet in 't departement
van buitenlandsche zaken zetelt.
Minister de Meester slaagde in de goed
keuring der herziening van de Suiker
conventie; de invoering van den nikkelen
stuiver en van Staatsschuldboekjes; en de
wijziging der wet omtrent de heffing van
het invoerrecht naar de waarde der goe-
25
ZUH niet doen, Jacopo, mijn
vriend luidde zijn koel bijna hoonend
antwoord op mijn opgewonden rede, en
toen ik daardoor geprikkeld, nog heftiger
uitvoer, zeide hij„Luister eens goed naar
mijMijne grootmoeder, de Dogaressa
heeft van uit dit huis intriges gesponnen
tegen den raad van Drie, omdat zij, mis
schien zeer terecht, onder hem den per
soonlijken vjjand vermoedde, die haar
zoon, mijn vader, den weg tot den Doge-
troon heeft versperd. Ik heb den Raad
van Tien genoeg bewijzen gegeven dat
ik van al deze intriges niets geweten heb
maar ik weet, dat jjj Jacopo Nani, den
tusschenpersoon voor mijne grootmoeder
waart, en van hare plannen geweten hebt.
Nu, dezen tusschenpersoon zoekt de Raad
van Drie nog heden met onafgebroken,
ijver, en meer dan twee of drie onschul-
digen hebben als verdacht dien tusschen
persoon te zjjn den drempel van do doods-
poort van het Dogen pa leis overschreden!
delen.
Maar noch het instellen van een consig
natiekas, noch de zoo noodige herziening
van hot Personeel, noch de belasting
wetten brachten hef tot openbare be
handeling.
De totaalindruk is dan ook povertjes.
„Hat Handelsblad" erkent en vergoelijkt
'tin de volgende woorden:
„En zoo kan men dus, aks men riet
wat ingediend werd en daarnaast wat tot
stand kwam en als men ook nog
eens zou kijken naar wat in drie achter
eenvolgende troonreden bovendien nog
werd in uitzicht gesteld alleen van
den heer Fock constateeren dat hij
goeddeels bereikt heeft wat hij zich had
voorgesteld. De andere ministers kon
den het voornaamste deel van hun voor
nemens niet of slechts in geringe mate
verwezenlijken (met uitzondering van
wat Minister Van Raalte behaalde, doch
alleen in zake hel Arbeidscontract, dat
niet van hem was). Blijkens de lijst
van Waf nog liggen bleef is dit m a n c o
hoofdzakelijk te wijten aan twee om
standigheden: dat aan het Kabinet
slechts een leven van amper twee en
een half jaar werd gelaten en dat de
Tweede Kamer langzaam werkt".
Werkelijk: de Parlementaire, molen
maalt langzaam.
Maar onder het kabinet-Kuyper werkte
hij n g 1 a n g z a mer, dank zij de einde!
looze debatten, o. a. bij de Onderwjjs-
novelle, die zelfs naar obstructie
rieken.
Overigens is het, verklaarbaar, dat het
kabinet-de Meester weinig in het Staats
blad deed verschijnen.
Maar waar zijn de ingediende ge
wichtige wetsontwerpen dan
Onder K u y p e r werden: ontwerpen van
gewicht en grooten omvang, ongeveer de
heele Sociale .Wetgeving betreffende, in
gediend, waarvan minister Veegens nog al
gemak had.
Waar zijn die ontwerpen van het pas
overleden Kabinet
Zeker, zijn levensduur was nog geen
drie jaar; maar gedurende dien tijd had
men er met rede meer van mogen ver
wachten.
De vrijzinnigen immers zelf hadden die
verwachtingen hoog opgeblazen.
Na Kuyper zouden zij eens toonen, hoe;
't moest gaan; zouden rij het be tor
doenl
En 'tresultaat?
Het Kamerdistrict Oostburg.
Afgevaardigde van dit district is de heer
Mr. P. C. J. Hennequin, die reeds zeer
geruimen tijd wegens ziekte zijn mandaat
niet kon vervullen.
Al dikwerf is er over gesproken dat dei
mogelqkheid groot scheen op een verkie
zing in het district Oostburg, maar dusver
trad de heer H. niet af.
Toch schijnt het dat er aan dit aftreden
ernstiger gedacht wordt dan voorheen; in
de laatste weken wordt het gerucht wear
besproken, en wij hebben als onze mee
ning uitgesproken, dat, dit district dan wel
naar de rechterzijde kon worden overge
bracht, want Mr. Hemnequin heeft zijn
ja, op één heb ik zelfs de aandacht
gevestigd, om jou voor de straf of de
wraak van den Raad van Drie te be
veiligen. Je ziet dus vriend en neef Jacopo,
dat je met je domme aanklacht, die bo
vendien geen mensch gelooven zou, niets
verder bereiken zou, dan dat ik je ge
lijktijdig den raad van Drie zou overle
veren aLs den lang gezochten tusschen
persoon mijner grootmoeder. Dan heb je
je laatsten beker wijn gedronken, mijn
schat, en kan je daar beneden bij de vis
schcn met je voorgangers overleggen wat
beter is: Michele Spada zijn weg te laten
gaan of hem daarin te verhinderen. Wat
ik ook voornemens ben, het geschiedt on
der alle omstandigheden en is reeds in
alle details uitgewerkt, en nu ik weet,
hoe je hart daarbij in het spel is, zal je ook
de eer hebben het slottableau te zian".
Ellendig naar lichaam en ziel, ziek van
afschuw en angst heb ik Michele Spada
na dit onderhoud verlaten. Wat ik dus
gedaan had, om mijne weldoenster, de
oude Dogaressa, mijne dankbaarheid te
bewijzen, werd mij nu tot keten, zooals
het omgekeerd mijn strop was geweest.
Zweeg ik ©n liet ik Michele begaan, dan
het ik een© misdaad toe, en trachtte ik
verkiezing vooral te danken aan zijn groote
populariteit.
Daartegen komt een inzender in de „N.
Ct." op; zeker, Mr. H. is wel populair,
maar het district is vrijzinnig. Wat de
schrijver uitvoerig uitrekent met de cij
fers der jongste Statenverkiezingen. ,Hij
komt daarbij tot deze conclusie
„Nu hadden bjj de Sta ten-verkiezingen in
1907 in Westelijk Z.-Vlaanderen!
de liberale candidaten resp. 2167, 2156
en 2085 stemmende anti-liberale candi
daten, gesteund door ka.th. en anti-rev.
resp. 989, 850 en 835 stemmen. In Weste
lijk Zeenwsch Vlaanderen hebben de li
beralen dus een grooten voorsprong, trou
wens dit gedeelte van Zeeland is van
oudsher overwegend vrijzinnig.
In de in Oostelijk Zeenwsch
Vlaanderen gelegen gemeenten, be-
hoore-nde tot het Kame'rdistrict Oostburg,
echter behaalden de liberale candidaten in
1907 resp. 1282, 1017, 1000 en 829 stem
men. De anti-liberale candidaten verwier
ven 1629, 994, 904 en 994 stemmen. Een
zuivere afspiegeling van de gemeenten in
Oostelijk Zeeuwsch Vlaanderen voor wat
het district Oostburg betreft, vindt men
voor de anti-liberale partijen in dit cijfer
1629. Dit aantal stommen werd n.l. be
haald in 1907 door den anti-rev. candi-
daat die tevens door de katholieken gei»
steund werd.
Neemt men dus de ongunstigste,
cijfers voor do liberalen in het heele di
strict, dan verkrijgt me-i voor Westelijk
Zeeuwsch Vlaanderen 2085 en voor Oos
telijk 829 of totaal 2914 (de gunstigste
2167 1282 3449); voegt men daar
entegen de gunstigste cijfers voor de
anti-liberalen bijeen dan ziet men voor
Oostelijk Zeeuwsch Vlaanderen 1629 en
voor Westelijk 989 of totaal 2618 stemmen.
Deze cijfers bewijzen' dus voldoende dat
het district Oostburg voor de vrijzinni
gen volstrekt niet als verloren is te be
schouwen als de heer Hennequin zijn man
daat mocht neerleggen, want wij hebben
nu voor de' vrijzinnigen d© ongunstig
st© en voor do rechter-partijen de gun
stigste stemmen-cijfers genoemd, en bij
de verkiezing voor de Staten in 1907 was
de heer Hennequin niet betrokken".
Ongetwijfeld leerzame cijfers, die men
in het district óók wel kent.
Maar al bewijzen zjj dat het district
volstrekt niet voor de vrijzinnigheid als
verloren is te beschouwen, het is toch
ook in 't geheel niet voor rechts tot de
onneembare te rekenen; een flinke orga,-
nisatie en wat practisch werk doen stem-
mencijfers wel eensl belangrijk wijzigen.
ITALIË.
De jonge leeuwen door keizer Menelik
aan Z. H. den Paus gezonden, hebben den
gezant pater Bernard in groot gevaar ge
bracht.
De jonge leeuwen werden in hokken
door kameelen gedragen. Gedurende vjjf
en twintig dagen reisde men in de woestjjn.
's Avonds gaf men den leeuwen schapen
en geiten als voedsel. Ia den Kerstnacht
stond de karavaan een uur lang vresse
lijken angst uit.
Een verschrikkelijk gebrul werd ge
hoord, niet ver van de legerplaats bevond
zich de „koning der dieren". Als de jon
gen op het gebrul hadden geantwoord,
zou het geweldige dier naderbij gekomen
zijn en de karavaan in gevaar gebracht
hebben.
Maar alles ging goed en de leeuwen
zijn thans in het Vaticaan.
BELGIË.
Zeer zeker is het een meldingwaardig
feit, wanneer uit een of ander land de
heugelijke tjjding kan worden bericht, dat
meerdere Katholieke bladen, het „v i s
unita fortior" voor oogen, zich ineen
smelten tot een groot Kath. Dagblad.
Uit de „N T. 0." (is dat de N
Twentscbe C r t, of de N. T i 1-
burgsche Crt? enz.,) meldtde Tjjd",
dat het officieuze „J o u r n a 1 de Bruxel-
les", de „XXe Siècle" en de .Petit
Beige" gaan „ingezwolgen" worden door
één blad, de „XXe Siècle".
Uitgaande van de waarheid van het feit
dezer combinatie, spelt de „N. T. 0."
daaraan eenige politieke beschouwingen
vast.
Die inderdaad van belang zouden zijn.
indien haar punt van uitgang waarheid
bevatte.
Wat het geval niet is.
Reeds voor eenige dagen
heeft de „XXe Siècle" verklaard, dat
er Tan een combinatie, zooals door ,N. T. C."
voorgesteld, niets waar is.
Tusschen bedoelde bladen is slechts een
administratieve overeenkomst
gesloten.
Elk orgaan behoudt alzoo volkomen zjjn
redactioneele zelfstandigheid.
De „XX e Siècle" verklaarde zelfs
onomwonden door „o f i c i e u s-h e id"
zijn zelfstandigheid niet te willen
verliezen, en onafhankelijk te willen
bljjven ook tegenover vrienden in
de uiting zijner meening.
Zoodat om kort te gaan van de
beweringen en conolusiën der ,,N. T. C."
weinig overblijft
DLITSLHLASD.
In Duitschland is het de Poolsche wet
geving in verband met de blocpolitiek en
de positie van den rijkskanselier, die nog
steeds de aandacht vraagt, schrijft het „Ctr.":
Thans hebben honderdzeventig Duitsche
grondeigenaars uit Posen aan het Pruisische
Hoerenhuis een protest gezonden tegen de
Poolsche onteigeningswet. Zjj verklaren
daarin, dat zij tegen elk voorstel tot ont
eigening zjjn, onverschillig van welke zjjde,
omdat een dergelijke maatregel den solieden
grondslag van den huidigen maatschappe-
ljjken verm en derhalve ook van den Staat
ondermijnt en omdat zjj vast overtuigd zjjn,
dat het ontwerp het beoogde doel, om nl.
de positie der Duitschers de Oostmarken
te versterken, niet zal bereiken, maar dat
integendeel de Duitsche belangen er zeer
door zullen worden geschaad. Zjj verzoeken
daarom het Heerenhuis het ontwerp niet
aan te nemen in het belang van de Oost
mark en van den geheelen Staat
Tweedens heeft de Commissie van het
Heerenkuis, belast met onderzoek van het
ontwerp, den tekst en den inhoud zeer in
grjjpend gewjjzigd. Aan par. 13 wordt na-
die te verhinderen, dan was het mijn
dood. En ik ellendige koos de laatste
niet, maar trachtte mijn lafheid te ver
ontschuldigen door de uitvlucht, dat een
doode vriend in het geheel geen vriend
meer was en ik dan Donna Yolanta ook
niet redden kon. Plannen haar en voor
alles mij zelf nog te redden, doorkruis
ten wild mijn hoofd toen ik na dit on
derhoud op mijn bed lag, en mijn arme
hersenen tevergeefs om een uitweg pij
nigde. Tegen den nacht kwam ik tot het
besluit om op reis te gaan, om ten minste
niet behoeven te zien, wat gebeurde
ik wist het. was een laffe vlucht, maar
wat bleef mij over, als ik toch niet be
sluiten kon, mjjn beetje leven to wagen?
Middernacht was verstreken, het scheen,
alsof de slaap mij voor eenige uren van
deze zielefolteringen zou bevrijden, toen
mijne deur openging: Michele Spada trad
binnen en zette zich in den stoel naast
mijn bed.
„Jacopo, mijn vriend", begon hij met
zijn uitdagende kalmte, die dezelfde uit
werking heeft als een zweepslag, „je
voortdurende jjver heeft mijne plannen!
eerder tot rijpheid gebracht, dan ik eigen
lijk wilde. Niet. omdat ik hang voor je
ben, want ik geloof dat j© handen zoo
vastgebonden zijn als maar ©enigszins
mogelijk is, maar je hebt mij tot naden
ken gebracht, beste jongen, en mij die
onbewuste maar zeer goede les gegeven,
dat sterk gespannen snaren licht sprin
gen kunnen. Allereerst dus: de Griek is
verdwenen".
„Hoezoo? Afgereisd?" vroeg ik met
spanning.
„Afgereisd naar de andere wereld",
antwoordde Michele, alsof hij vertelde dat
Don Giorgios naar Chioggia gegaan was.
Ik sloeg de handen in een. „God in den
Hemel I" zeide ik onwillekeurig zachter.
„Waarom?"
„Omdat dit bij mijne plannen behoort",
was liet koele antwoord. „En Dohna
Yolanta zal van nacht afreizen en morgen
zal heel Venetië weten, dat die twee ge
vlucht zijn, en iedereen zal den armen
Messer Michele Spada beklagen, wien zulk
een ongeluk onverdiend treffen moest. Zie
je Jacopo, mijn vriend, zoo kan op je
dierbaren Michele zelfs niet een schaduw
van verdenking vallen, wat toch zeker
gebeurd zou zijn, als hij het ongeluk had
gehad, zijne vrouw door eene beroerte
of koorts te verliezen. Je weet, het is
meljjk een par. 13s toegevoegd, welke in
6 gevallen de onteigening verbiedt: a.
kerkgebouwen en kerkhovenb. grondei
gendom van kerken en godsdienstige ver-
eenigingen welke rechtspersoonlijkheid heb
ben. c. Eigendom van liefdadige stichtingen.
d. Grondstukken van een familie fidei com-
mis, mits dit reeds 10 jaar bestaat «.Grond
stukken reeds meer dan IC) jaar in handen
van een eigenaar of geërfd van ouders of
echtgenoot.
Zou de regeering ook ten deze moeten
eapituleeren. En kan Von Biilow dan nóg
aanblijven?
Men zegt, dat hjj al lang zjjn ontslag
gekregen zou hebben, als er maar een goed
opvolger voor hem was te vinden. De pers
is druk bezig met het noemen van namen:
freiherr Von Marschail; fiirst Hatzfeld en
freiherr Von Fürstenberg. Ook vooral schijnt
generaal freiherr Von der Goltz kans te
hebben.
Er moet verandering komen want het
bloc blijft niet bij elkaar; er is niets waar
over de linker het met de rechterhelft van
dit partg-.,verband" eens is; alles wat de
conservatieven begeeren, wordt door de
liberalen verafschuwd eri omgekeerd.
En het centrum wacht en lacht.
FORTU0AL.
Wederom een bsricht. over het ontdek
ken van een samenzwering tegen het vor
stenhuis. De correspondent van de Obser
ver meldt, dat de moordenaars van 1
Februari leden waren van de „Vereeni-
ging het Zwarte Kruis", die vertakkingen
zou hebben in de hoogste kringen, welke
vereeniging, naar de politie vermoedt, totj
doel zou hebben de uitroeiing van het
vorstenhuis. Om de vereeniging te) Vèrnin;
dereD, haar Dobel doel te bereiken, wor
den de leden der koninklijke familie streng
bewaakt. Officieren nemen zelf de wacht
posten in het paleis waar. Er wordt nie
mand in het paleis toegelaten, die er niet
te maken heeft
De Koning, zegt de Observer, is mis
moedig door de vele dreigbrieven die hjj
ontvangt, en die hem dreigen met den
dood als hjj niet aftreedt.
MAROKKO
De zaken nemen nu een zeer bedenkeljjke
wending Tot nu toe was de vraag alleen
of Frankrjjk zou willen optredon tegen
de Marokkanen, of het niet rekening moest
houden met allerlei conventies en tradities,
met geprikkelde gevoelens en wantrouwige
blikken, maar het stond vast dat in den
greoten strijd tusschen Moor en Europeëer
de eerste vaor den laatsten wjjken moest.
A 1 s het noodig werd en mogeljjk bleek,
kon Frankrjjk optredende moeiljjkheden
waren enkel van diplomatieken niet van
militairen aard.
Maar nu gaat het anders staan. Reeds
de vorige week kwamen er een paar over-
winningsberichten, die er een beetje vreemd
uitzagen en die ook door officieele bewe
ringen niet tot gunstige tjjdingen konden
worden gemaakt.
En nu seint Reuter uit Tanger:
Een colonne was uit Bouznika in zuide-
ljjke richting vertrokken met opdracht,
gemeenschappeljjk op ts treden met de
colonne van Tirs, de kust en de colonne-
Brul a r d. Op het oogenblik, dat zjj den
altijd mjjn principe geweest, onnoodige
drukte te vermijden. En sta nu op mjjn
jongen en volg mij, want ik wil je toe
staan de afreis van Donna Yolanta bij
te wonen omdat je zooveel van haar
houdt. Nu, Jacopo, op! Waarom aar
zel je nog?"
Ik beproefde een geluid uit mijn droge
keel te voorschjjn te brengen, maar er
kwam niets dan een paar ongearticu
leerd© klanken, en ik voelde dat iedere
droppel bloed uit mijn gelaat geweken
was. Het monster, dat ik tot nu toe
vriend genoemd had, was opgestaan en
stond voor mij met een glimlach, waar
mee hij zic.h in mijn lijden verheugde,
schoon als Lucifer, sterk aLs Mars, prach-
tig om aan te zien in zijn zwart fluwee-
len buis, welks knoopien en gespen van
robijnen fonkelden. Op zjjn baret stak een
adelaarsveer, bijeengehouden door een
gesp, schitterend van juweelen, en over
de schouders had hij een prachtigen man
tel geworpen, van zwart, gedamasseerd
fluweel, gevoerd met bloedrooden atlas,
en omzoomd met het kostbare pelswerk
van den blauwvos.
(Wordt vervolgd).