>o. 154, Dinsdag 31 December 1907. Derde Jaargang. Verschijnt eiken MAAIOAG-, WRERSDAG- tn VRIJDAMVOMD. FEU1LLET0H, KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN. Het Geheim van het Paleis. UIT DE PERS. Abonn«me»t«prfa por »m«Am voor Goe* (0.76, daarbuiten f 0.96 Afzonderlik iM.ni.ni k ceitiat ,0.05 GEÏLLUSTREERD ZOSDAGSBLAD voor aboneé't f 0.371/» voor niet-abonné's,046 BureauLANGE VORSTSTRAAT, GOES. Advertentiën van 16 regels (0.50; iedere regel meer 10 Ct Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 3 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels root 85 Ct. I wmUnt. Reclameberichten 8S Ct. p. r. Bij abonnement speciale prigs. „#v Set oude spelletje. 'tls weer begonnen. Evenals bij de crisis ten vorigen jare wordt ook nu weer van Links beweerd, dat de Rechterzijde verplicht zijn zou de Kabinetsformatie op zich te ne men en daarmee het bewind te aanvaar den. Die voorstelling is geheel onjuist Bij de drie Rechtsche partijen was geen „geconcerteerde actie", bestond geen af spraak om het ministerie omver te ke gelen. Overduidelijk werd dit bewezen door het feit, dat de leider der Christ.-Hist., de Savornin Lobman, vóór de Oorlogsbe- grooting heeft gestemd, en dat vele vrij zinnigen ia t de Rechterzijdie tegen stemden. Men had zelfs onder 't stemmen niet eens verwacht, dat 'tzoo'n vaart zou loopen. Het votum was uitsluitend gericht te gen den minister van Oorlog, en aan dat afkeurende votum hadden ook verschil lende vrijzinnigen deel. De Rechterzijde kan eischen, mede uit hoofde van de anti-liberale minderheid in de Tweede Kamer, dat Links den wagen uit het moeras haalt, waar Goeman Bor- gesius hem inbracht. Eerst d h n, indien Links verklaart zich tot regeeren onbekwaamte gevoe len, dhn pas is het oogenblik voor Rechts gekomen, om to overwegen, of het aan 't tot haar gericht verzoek het bewind over te nemen, zal voldoen. En dan zal Rechts in hot Landsbe lang wel te vinden zgn. In het landsbelang; want eral benijdens waardige positie zullen de nu, volgende ministers allerminst hebben. Zoo al niet onmiddellijk, zou toch later Kamerontbinding noodzakelijk zijn; im mers met bet oog op de minderheid van 49 heeft de oppositie het leven van het Kabinet in haar macht En bij 'teerste ernstig conflict was het oogenblik daar om door ontbin ding der Kamer het volk te laten uitspraak doen, in welken geest het wrnscht, dat ons land zal worden be stuurd. Want dat men een Zakenkabinet zal kunnen samenstellen golooren we en ook hopen we hot niet principieele politiek Daarvan geeft de (vrijz.) „Arnhem se he Crt." een frappant staaltje. Dat blad schrijft o. a. naar aanleiding van de verwerping der Ooriogs-begroo- ting: „Waren de sociaal-democraten en de vrijzinnig-democraten gewaarschuwd ge weest, allicht zouden de eersten vóór de stemming de zaal hebben verlaten, gelijk zij juist vóór een jaar voornemens waren te doen toen het met de begroo- ting van Minister Staal dreigde spaak te loopen, terwijl de laatsten, wegens de verwerping van hun principieel amendement op de Vestingbegrooting tot tegenstemmen besloten, waarschijn lijk als één man voor het Kabinet zou den gestemd hebben, als zij hadden kun nen vermoeden, wat hun nu te laat bleek, n.l. dat de rechterzijde van de stemming over de Oorlogsbegrooting een politiek votum zou maken". Dus om nu van de soc.-dem. maar te zwijgen de vrijzinnig-democraten waren besloten tot tegenstemmen, evenals het meerendeel der Rechterzijde deed. Een gedeelte hunner, niet vermoedende, dat de begrooting gevaar liep, stemde ook tegen. Een ander gedeelte, beter den toe stand overziende, stemde vóór. En toch de „Arnh. Crt." zegt het moesten zij om principieele rede nen hebben tegengestemd. Dat is beginsellooze politiek. Men is tégen, maar stemt voor, om het. ministerie te redden. 'tls de laatste twee jaar meer gezien. .*4 Weer een slachtoffer Het „Dagblad van Noord-Bra bant" schrijft; De „Maasbode" heeft een nieuw slachtoffer gevonden. Weer 'n modernist Nou, 'n modernist op 't kantje af. En hoe denkt ge, dat bet nieuwe slacht offer heet? Ge raadt het in geen tienen; het is... „De Tgd". Och, och, wat maakt die „M aasbode" door haar onbesuisde ketterjagerij zich toch lekker belachelijk 1 Het is geen Schadenfreude die ons zoo doet schrijven. Maar eerlijke en oprechte vreugde, wijl de Rotterdamsche ketterjager nu zich zelf voor goed onschadelijk heeft gemaakt. Zoolang er kans was, dat zijn vonnissen door fanatieke volgelingen in ernst wer den opgenomen, bleef de vervolgingszucht van het blad min of meer .gevaarlijk. Van laster of leugen blijft altijd wat hangen. Nu echter is alle gevaar voorbij. Het jongste slachtoffer „De Tijd", lacht zelf het hardst om den banvloek, welke hem trof. Onder het opschrift „Nu ook wij verketterd" drukt het blad ten vermaak zijner lezers een groote brok van een Msb.-artikel over, en schrijft daaronder; „Onder den diepen indruk van den ons hier toegebrachten genadeslag, moeten wij zeggen „Ja, het is toch maar zool „In ons land bestaat maar één blad, dat over het modernisme en over pause lijke encyclieken kan oordeelen en dat wezenlijk orthodox is. „Dat is „De Maasbode!" De „Maasbode" doet in haar num mer van Zaterdag amende honorable aan „de Tijd". Wel op haar eigenaardige manier, maar het blad zegt dan toch, dat het in dit debat niet .ging „over de orthodoxie van „de Tijd". Deze bekentenis maakt weer iets goed, voegt de „Nieuwe Koerier" erbij. Booze tongen. Onder dit opschrift lezen we in het „Zondagsbl. v. h. Katholiek Huisgezin" „Ik heb geluisterd ©n goed acht gegeven, maar er was niemand, die goed sprak van zijn evenmensch". Zoo verklaarde de groote profeet Jero mias reèds eeuwen voor de komst van Christus, daar ook reeds in dien tijd de booze tongén al zoo algemeen waren, dat men bijna geen goed meer hoorde zeggen. Wat zou echter die profeet wel hebben getuigd van onzen liedendaagschen tijd, nu de eerrooverij zoo groot en zoo alge meen is, niet alleen onder heidenen en ongeloovigen, maar zelfs onder christe nen, die met elkaar als broeders moeten leven. Christenen die volgens het eerste en voornaamste gebod hun evenmenschem moeten beminnen als hun zeiven, maar die dag op dag en (bij elke gelegenheid zijn naam en faam ontstelen met hun booze kwaadsprekende tong. Met roemt onzen tijd als een tijd van vooruitgang, verlichting en beschaving; men prjjst hem als ©en tijd van vrijheid, gelijkheid en broederschap; men verheft hem hemelhoog als een tijd van nieuwe uitvindingen o.p intellectueel en technisch gebied. Al is deze schilderij wel al te mooi van koloriet en teekening, ik heb er vrede mee. Maar, en dat is een leelijke schaduwzijde van dat mooi tableau, met nog veel meer recht en waarheid moet men uit den treure bekennen't Is eveneens een tijd van liefdeloosheid, een tijd van nijd en afgunst, een tijd waarop de booze ton gen zich steeds en overal doen hooien. Ja, zelfs vele zoogenaamde brave chris tenen, die zich wel zullen wachten voor alles wat met de eerbaarheid in strijd is, die zich zelfs zouden schamen de hand uit te steken naar andermans geld of goed, ontzien zich niet dag op dag den goeden naam van hun evenmensch te ontstelen door hunne booze, venijnige tong. Wordt men op een feestmaaltijd uitge- noodigd, dan hooit men niet een aange naam, onderhoudend gesprek, maar de ge wone conversatie loopt over de fouten en gebreken van anderen. Men zou zeg gen dat die pikante en onchristelijke saus bij alle spijzen een hoofdvereischte is. Bg een thee- of koffievisite, dan is het schering en inslag, anderen over den he- u „Juist, zoo donk ik er ook over", zeide ik opspringend. „Daarom versmaadde ik ook Danieli's vriendelijk aanbod, een der moderne kamers te betrekken. Nu heb ik er zelfs twee, wat eigenlijk onbescheiden is. Heerlijke oude kamers, docter, vlak bij den ingang van den corridor van den zoogenaamden ouden vleugel gelegen". „Ik weet het Danieli heeft het mij verteld", viel hij mij in de rede. „Gij hebt de Stanza d'Oro en de Stanza della Doga- ressa". „Della Dogaressa?" „Zoo .genoemd, omdat de weduwe van den eersten Doge uit bet huis Spada het bewoonde. Dat was in de tweede helft van de vijftiende eeuw. Na haar heeft nog slechts een persoon, de gemalin van ha ren kleinzoon Michele Spada, deze ka mers bewoond en sedert dien slechts af en toe ©en gast, en wel eerst in deze eeuw. Zij behooren bepaald tot de mooiste vertrekken van bat paleis, maar zij zijn helaas afgelegen en worden gemeden zoo als de geheel© oude vleugel". „En het gehoste paleis", vulde ik aan, en daar docter Marino hierop niets zeide voegde ik er bij: „Dus de della Spada zijn ook een Dogengeslacht?" „Drie uit hun huis hebben op een Do- gentroon gezeten twee, door Titiaan geschilderd, zult gij beneden zien", ant woordde hg, de deur voor mij openend. Buiten op den gang vonden wij den ouden Danieli, wien dokter Marino de sleutels vroeg, welke mijn begeleider met een dienstgver overhandigd werden, welke be wees in welk aanzien hij bij den marebese en bij het gebeele huis in het algemeen moest staan. Toen ik deze opmerking onder woorden bracht, lachte hij op zijn aangename wijze en zeide: „Dat is niet mijne verdienste, maar alleen de gewoonte. Ik ben met den marchese opgegroeid en niet meer van hem te scheiden in het begrip dier lieden". Voor hen, die de Venetiaansche ge schiedenis kennen, merk ik op, dat ik heel goed weet, dat Venetië nooit een Doge uit een huis Spada had. Daarmede is meteen gezegd, dat de naam slechts ©en gefin geerde is, di© den workol ijken naam dek ken moet, „O, dan is uwe positie ook ©en heel andere, dan ik gedacht had", zeide ik, bijna teleurgesteld. „Ik had mij u zoo on geveer als lotgenoot voorgesteld, maar dat was ©en verkeerde voorstelling, want ik ben de betaalde voorlezeres die ontsla gen kan worden, en gij zgt de huisvriend, de onafhankelijke metgezel van den beer des huizes". „Wie is geheel onafhankelijk in dit le ven?" vroeg docter Marino. „Onafhanke lijkheid beteekent niet altijd geluk," heeft koningin Natalie van Servië gezegd, en zg heeft gelijk, geloof ik. Het waarom ligt genoeg voor de hand. Overigens zult gij in de marchesa een zeer lieve vtouw vin den, van wie afhankelijk te zijn u niet zoo heel hard zal vallen. Natuurlijk een kleine ruk aan den ketting zal wel af en toe voelbaar zijn, maar Zulk een ruk voelt ook de koning op zijn troon misschien vaker dan gij hem voelen zult. Treedt haar zonder vooroordeel tegemoet, zij be hoort tot de weinig© vrouwen die geen vooroordeel kennen, die noch in het haar toekomende purper poseert, noch er zich op laat voorstaan, maar integendeel hare hooge positie opvat als ©en plicht, die zij zich waardig moet toonen". „Dan moet de marchesa ©ene zeldzame, beminlijke vrouw zijn", riep ik uit, moe ke! te haten en al hun doen en laten fijn uit te pluizen. Hij of zij, die het best de tong over anderen kan roeren en het meest pikante nieuwtjes weet op te haten, o die heeft bij uitstek het gezelschap aange naam bezig gehouden. Zij die zoo erg loslippig zijn en voort durend over anderen willen babbelen, mee- nen zich interessant te maken, als zij ver borgen ondeugden en fouten van hun even mensch in de nauwste bizonderheden kun nen bekend maken. Doch meestal blijkt het, dat zij die zich zoo gaarne met anderen bemoeien, zelfs hun huishouden en familieleven op de straat brengen, gewoonlijk groote en ge wichtige redenen hebben om zich met zich zeiven te bemoeien. Den splinter in het oog van hun evenmensch zien ze direct, maar hun eigen balk gaan ze ongemerkt voorbij. Zij deden echter vrij wat beter eens goed op te letten of in hun eigen levenswijze niet veel valt te verbeteren, voordat zij zich met anderen willen be moeien. Uit deze enkele grepen in het dage- lijksch teven blijkt hoe gemakkelijk en lichtvaardig de menscben hun tong droe gen over het doen en laten van anderen, zonder eerst goed te bedenken dat zij zich aldus aan dat ongelukkig en hatelijk kwaadspreken schuldig maken". De Crisis. De Tijd schrijft: Zooals wel niet anders te verwachten was, heeft het Kabinet collectief ontslag aangevraagd aan H. M. de Koningin. De kans, dat het zal gaan als bij de Staalcrisis en dat op ©enigerlei grond door de betrokken ministers op het besluit van aftreding zal worden teruggekomen, ach ten wij gering. Te zeer werd het Kabinet door het ge beurde eerst met minister Staal, daarna met minister Cohen Stuart, thans met minister Van Rappard, verzwakt; boven dien is de tweespalt tusschen de verschil lende groepen der Linkerzijde, niet slechts omtrent legerzaken, maar ook omtrent de groote zaak van kiesrecht- en grondwets herziening, te duidelijk reeds aan het licht getreden, dan dat aan ©en aanvulling of reconstructie op den vicieuzen grondslag van 1905 ernstig zou kunnen worden ge dacht. Wij kunnen dus verwachten, eerstdaags de leiders en woordvoerders der onder scheiden politieke partijen door de Kroon geroepen te zien, allereerst tot het die nen van advies, maar vervolgens ook tot het verleenen van meer actieve hulp, om het schip van Staat, dat op ondiepten is vast geloopen, weder vlot te maken. Het blad zegt verder, dat het bij: die stemming over de begrooting van oorlog niet de toeleg der rechterzijde is geweest, om het Kabinet te doen vallen. Dit neemt echter niet weg, dat, naar haar oordeel, thans de rechterzijde, indien zij daartoe geroepen wordt, volgens goede constitu- tioneele zeden, de overneming van het be wind niet mag weigeren. gesleept door de warme woorden van mijn begeleider. „Dat is zij", zeide hij ernstig, maar vriendelgk. „En de marchese?" vroeg ik belangstel lend. „Naar h-ern moet gij niet vragen ïk ben te na met hem bevriend, om niet. partgdig te zijn", antwoordde docter Ma rino lachend. „Ik ontdek, wel is waar, dikwijls zijne fouten, maar ik ben ook altijd weer ge neigd hem op ©ene of andere wijze te verontschuldigen". „God, dat is roerend", zeide ik ©enigs zins spottend. „Zoo iets is sedert Orestes en Pylades geloof ik nog niet voorgeko men. En waar woont de marchese dan, als hij toch nooit hier is?" „In den winter is hij gewoonlijk in Ro me, als hij niet ergens anders is. „Dank u voor die afdoende ophelde ring. „Ah, pardon ik wilde niet schertsen. De marchese heeft namelijk in Rome ook een huis ©en paleis, wanneer gij' vilt, te midden van ©en groeten tuin aan den voet van den Janiculus. Een erfstuk van zijn grootvader, den laatsten vorst van Roccasanta. Maar de marchese is een vriend van historische studiën, en snuf- Het geval ligt thans, zegt het blad, ge heel anders dan bij de Staalcrisis. De regeering, die zich bij de Staalcrisis tegenover bet verwerpend votum der Eer ste Kamer kon beroepen op het gunstig votum der Tweede, staat thans naar vei lig mag worden aangenomen, tegenover de Volksvertegenwoordiging in haar ge heel. Verzwakt, als zij is, kan van haar niet langer 'verwacht worden, dat zij andere quaestiën, die even dringend ais het be langrijke vraagstuk der landsdefensie, op lossing en regeling vorderen, die oplos sing en regeling in 's lands belang zal schenken. Niet het partijbelang, doch de plicht, door vaderlandsliefde en constitutionee- len zin opgelegd, moet derhalve de lei ders der Rechterzijde ertoe nopen, als bet verzoek tot overneming van de teugels van het bewind tot hen komt, dit ver zoek niet af te slaan. Dat een regeering, die in de Tweed© Ka mer ©ene meerderheid zij het ook de kleinst-mogelijke tegen zich heeft haar program niet kan verwezenlijken, is dui delijk. Een Kabinet, hetwelk iets anders en iets meer wil wezen, dan louter een cabinet d'affaires, kan met ©ene meerder heid, welke niet met zijn hoofd-beginset- len instemt, onmogelijk regeeren. Nu kan men van gevoelen zijn, dat een nieuw opgetreden regeering in dergelijk geval niet onmiddellijk tot Kamerontbin ding behoeft over te gaan, doch, als d© periodieke verkiezingen in zicht zijn, deze verkiezingen kan afwachten, indien haar inmiddels het regeeren door har© tegen standers in het Parlement niet onmogelijk wordt gemaakt. Er zou dan, zoo schrijft „De Tijd" ver der, tusschen de tegenpartij en d© regee ring een compromis moeten worden aan gegaan, om gedurende ©en al of niet be paalden tijd principieele quaestiën te la ten rusten. „De Standaard" acht de crisis thans alleszins serieus. Er zal ©en ander Kabinet te zoeken zgn. „Begeerlijk zijn de negen portefeuilles op dit oogenblik zeker niet. Van Links zal men aarzelen, ©n, als is men, met het oog op de samenstelling der Kamer, bet eerst aan het bod, zich door die pijnlijk© ervaring van het nu aftredend Kabinet, eer afgeschrikt gevoelen. En van Rechts stuit men op ©en Kamermeerderheid, die, kr-achtens de stembus van 1905, nog al toos een scherp tegen Rechts gekeerd ka rakter vertoont". Gemakkelijk zal een oplossing dus niet zijn. „Maar, ook al komt men in Januari ■gereed, dan nog kan men bij' de Eerste Kamer reeds einde Januari in moeilijk heden geraken met een of meer Begroo tingen. „Er is heel wat in de Begrootings-ont- werpen, dat stellig niet in den smaak van de Eerste Kamer valt. Wilde nu het ge val, dat ook de nieuw-opgetreden Minis ters gelijksoortige bedenkingen hadden, dan zou of intrekking van ©en ontwerp, feit daarom dikwijls in de groote biblio theken en archieven van Europa. In den zomer is hij graag in de Alpen, want op het. landgoed der Spada aan het strand der Adriatische zee is het hem eensdeels te warm, anderdeels te vol met gasten, die zijne moeder gaarne om zich heen ziet. „Dan is de marchese zeker iets van een zonderling en misanthroop zeide ik. „Neen, neen, werkelijk, dat is hij niet, geen van beiden! In het geheel niet1" be ijverde docter Marino zich te antwoorden. „Hij heeft alleen maar vreeselijk het land aan vervelende en oppervlakkige men- schen, en dan is hij ontzettend bang om uitgehuwelijkt te worden". Ik kon bet niet hielpen, maar ik moest hartelijk lachen, ©n mijn metgezel lachte mee, en wij lachten te zamen een vroo- lijk duet, zooals de oude muren zeker in lang niet gehoord hadden. Ik moest ten slotte de tranen droogen, die mij langs de wangen Hepen. „Neen, maar dat is ©enig! Uw marchiese moet een verrukkelijke baby zijn, die bang is om uitgehuwelijkt te worden". Docter Marino had het ook met zijne oogen te kwaad. „Gij hebt misschien wel niet zoo'n groot ongelijk", zeide hij toen. „Maar stel u nu eens ©en mensc.h voor,

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1907 | | pagina 1