lieren I I No. 29. RS! - G Donderdag 7 Maart 1907. Derde Jaargang. lor onvoorziene HELD. SOES. LLING. N. op zicht. J. EGBERTS. Kraag) Goes. KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN. erdam", Verschijn! eiken MUIDU-, WOENSDAG- en VRUBAGAVOHD. FEUILLETON, SLAVENKETENEN. BUITENLAND HET BESTUUR. CS: en 4 uur, ut. per kilo. f 0.60 - 0.58 - 0.68 - 0.66 - 0.63 - 0.62 per bng - 6.50 1.15 - 0.95 - 0.90 i niet, manden en ours. j 3 stuks gezonden. tere. 519. rijk, K (N.B.), id, <e Cointre, Goes. NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT dhoven. Staten te Hulst. an verzekering op het s, berekende premiën. leiding van Dr N. gging en verzekering en bij heeren Agenten Abonnementsprijs per 3 maanden voor Goes 0.75, daarbuiten f 0.95 Afzonderlijke nummers h contant 5 „0.05 GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor abonné's f 0.371/2, voor niet-abonné's„045 Bureau LANGE VORSTSTRAAT, GOES. Advertentiën van 15 regels f 0.50; iedere regel meer 10 Ct Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. a contant. Reclameberickten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. Sprekers en bezoldiging Voor cenige dagen is door 't diocesaan [comité van (le Kalh. Soc. Actie in het lisdom Utrecht een circulaire verspreid, bericht aan de pastoors, als aansporing [tot de oprichting van plaatselijke comité's. In die circulaire komt de volgende zin- isnede voor: ,,'tls genoegzaam algemeen bekend dat men te Leiden, waar het Algemeen Secetariaat van de Katholieke Sociale Actie is gevestigd, over eenige uitste kende sprekers beschikt. Hun aantal is tot heden niet bizondei' groot, vooral niet in verhouding tot. het aantal aan vragen om een spreker. Evenwel heeft men tot nu toe nog steeds aan alle aanvragen kunnen voldoen. Natuurlijk moeten die sprekers bezoldigd worden en moeten hunne reis- en verblijfkosten vergoed worden". Terecht is men van meening, dat. spre kers, die, om een spreekbeurt te vervul len, in den regel een geheelen dag kwijt zijn, en die soms meermalen per week optreden, moeten bezoldigd worden die menschen toch moeten oolc leven. Maar „Het Volk" denkt hier anders over. Dat blad wijst er op met trots, dat in de soc. dem. partij propaganda-redevoe- ringen niet bezoldigd worden, en bewijst daarmee niet bijzonder op de hoogte te zijn met de kwestie. Zeker, in de S. D. A. P. zullen, evenals bij ons, heel veel propaganda-redevo-erin- gen worden afgedraaid, die niet bezoldigd worden; en vermoedelijk in de vele geval len, dat S. D. A. P.ërs met vette baantjes of met kapitaal die speeches afsteken. Wanneer Troelstra, VVibaut, Schaper, van der Goes, Tak, Gorter, Polak, Sannes, enz. enz. allemaal menschen, die niet onbemiddeld zijn zich nog extra voor hun redevoeringen zouden laten „bezol digen", dan zou d,aar spoedig aanmerking op worden gemaakt. Maar toch zullen dezen heeren de reis- en verblijfkosten wel vergoed worden. Dan is er nog wat anders. De S. D. A. P. verheugt zich in bezit van meerdere bezoldigde propagan disten; menschen, die jaarlijks voor pro paganda in de partij een bepaalde som ontvangen. En onder die propaganda valt ook het houden van redevoeringen. Zoo is er een bezoldigd propagan dist, die den naam draagt van Jos. Loopuit, den citaten-fabrikant, die voor propaganda- rnaken (redevoeringen inbegrepen) jaarlijks „bezoldigd" wordt met, als we 'twel heb ben, zoo om en om f 12001 De trots dus, waarmee „Het Volk" verklaart„o n z e propaganda,-redevoerin gen worden niet bezoldigd", is geheel misplaatst, omdat het feit onwaar is. Altijd verkeerd voorstellen. 'tls ons niet doenlijk aanhoudend de leugens te weerleggen, die de vrijzinnige pers over de toestanden in Frankrijk uit strooit. Nu weer lezen we in de „Goesche Couran t" „De onderhandelingen lusschen den bisschop van Parijs en de Fransche ro- geering zijn op bevel uit Rome afge broken. Ieder, behalve de Hei lige Stoel, begrijpt dat een dergelijke handelwijze het reeds geschokte aanzien van de kerk in Frankrijk nog meer moet doen dalen bij de bevolking. De Fransche regeoring heeft zich reeds zoo tegemoetkomend m o g e 1 ij k getoond, en kan nu niet meer aan de eischen der kerk toe geven. Loopt de s trij d in F r a n k r ij k n o o d z a k e 1 ij k uit op een neder laag der kerk, in Spanje heeft de geestelijkheid een overwinning behaald". Wie hebben in deze fraaie regels eenige uitdrukkingen en woorden gespatieerd. De Fransche regeering bezit weer de tegemoetkomende", de „toegevende" houding Maar nu is 't zelfs reeds zoover, dat de H. Stoel het „geschokte aanzien"(!) der Kerk in Frankrijk nog meer doet dalenen dat ieder zulks begrijpt behalve de H. Stoel Dat ligt zeker hierin, dat de H. Stoel het in wijsheid en geleerdheid en be gripsvermogen niet kan halen bij de re dactie van dit Goesche blad. Overigens is er o. a. nog iemand als dr. Kuyper maar die is ook veel dommer dan de „Goesche Courant" die van oordeel is, dat de Paus het aanzien der Kerk hoog houdt. En uit de voorspelling, dat de strijd in Frankrijk noodzakelijk uitloopt op een nederlaag der Kerk, blijkt, dat er ook pro feten bestaan met narrenkappen. 58) Op dat oogenblik echter, zag ik een politieragent uit een der zoldervensters te voorschijn kruipen. Siegfried bemerkte hem niet eens, maar schreed verder, en eene seconde later knalde er een schot. Onze arme vriend wankelde, poogde zich nog vast te grijpen, maar te vergeefs. Hij viel voorover, sloeg over den den voor gevel heen en kwam als eene verminkte op straat neder. Alle levensgeesten wa ren reeds bij hem uitgedoofd. Maar dit is niet alles. Hij schijnt de onvoorzichtigheid gehad te hebben zich dikwijls in dezelfde restaurant te hebben vertoond, althans de eigenaar herkende hem, toen hij in de Morgue rustte en g het signalement op van Paul en Gia, die daar somtijds met hem kwamen. Zij wer den beide in hechtenis genomen, en al zullen zij ook niet spreken, ik blijf hier alleen over, en dat is ontoereikend om over alles te waken. Zend mij dus spoedig andere broeders. In uwe omgeving ont breekt het daar niet aan". De brief was ongeteekend. O'Connell moest den schrijver bijzonder goed gekend hebben. Voorts was er een telegram, dat slechts de woorden behelsde: Dat is niet waar. Zooals onzen lezers bekend is, werd den 27slen Augustus 1906 in Spanje be paald, dat personen, die geen verklaring omtrent, hun geloof aflegden, bevoegd waren om een burgerlijk huwelijk aan te gaan. „Zij heeft ons verlaten en is voort vluchtig. Wat te doen?" Paul. Het pak bevatte allerlei documenten, documenten, welke duidelijk bewezen dat den bond over alle oorden der wereld zijne vertakkingen had, doch Silvian mom pelde hoofdschuddend: „Ik word niet wijteer door dit alles, die lieden zijn geslepen vosjes; zij' noemen slechts doopnamen, en geven geen enkel adres op. Zou er dan geen hunneT ooit tot spreken zijn gebracht?" HOOFDSTUK XIV. Een gebroken Leven. Voor het geopende venster eener villa te Nizza zat een jongmensch geleund. Hij staarde met droomerige blikken naar bui ten op het in sombere avondkleuren hulde landschap da,t zich voor zijne oogen ontrolde. Er was onweer aan de lucht en men zag reeds dat het niet lang zou duren of de eerste bliksemstraal zou de wolken doorklieven, toen de deur van het vertrek geopend werd, en een onverwacht bezoeker de mijmeringen van den eenza men man kwam verstoren. „Het heeft moeite gekost u uit te vin den", riep de binnentredende lachend uit: „Eerst aan het postkantoor wist men mij uw adres te zeggen.. Geen onzer; kameraden die nog vernomen had dat gij' u hier be vondt, en had ik niet van uzelf vernomen dat gij voornemens waart u hierheen te Onder die personen, „die geen verkla ring omtrent hun geloof wilden afleggen", konden ook Katholieken zijn. En zoo kon het voorkomen, dat de man en de vrouw, die een huwelijk wilden aangaan, bei den Katholiek waren. Welnu, een louter burgerlijk huwelijk tusschen Katholieken is geen huwelijk, maar een onwettige samenleving. Terecht kwamen dus de Spaansche bis schoppen tegen vermelde bepaling in ver zet, en ondervond deze levendige tegen kanting van de zijde van het Katholieke volk van Spanje. Nu is dezer dagen die bepaling bij ko ninklijk besluit nietig verklaard. Daarover schrijft nu de „Goesche Courant": „In Spanje heeft de geestelijkheid een overwinning behaald. Eenige maanden geleden bepaalde de toenmalige liberale regeering, dat twee personen van verschillenden godsdienst een uitsluitend burgerlijk huwelijk kon den sluiten. Een bepaling dus, die ieder in Nederland wel heel logisch zal vinden. Korten tijd geleden trad een conser vatief Kabinet onder den bekenden Mau ra op, en dit heeft de bepaling van zijn liberalen voorganger betreffende het burgerlijk huwelijk weer ongedaan ge maakt." Wij vesligen de aandacht op de woor den: „twee personen van VERSCHILLEN- „DEN godsdienst". Dit is eene „vergissing" van het liberale bladwant dat heeft die „toenmalige libe rale regeering" niet bepaald. Zooals wij boven zeiden, konden die twee personen, die het huwelijk wilden sluiten, heel goed van denzelfden godsdienst zijn: en daarin zat juist het hatelijke voor Katholieken. Zoo schrijft men geschiedenis Jules. FRANKRIJK. De regeering heeft, handelend in lage wraakzucht, een ploertige daad bedreven, die bij alle eerlijke lieden walging zal wek ken. Aan een socialistisch blad heeft zij papieren uitgeleverd, in beslag genomen bij de wederrechtelijke huiszoeking, ver richt in het gebouw der voormalige nun- ciatuur. Deze week werden aan den Oostenrijk- schen gezant, die zijn bemiddeling had aangeboden, de archieven, loopende tot 30 Juli 1904, teruggegeven. Alle stukken, die sedert genoemden datum waarop de betrekkingen tusschen Frankrijk en den begeven om er eenige maanden te blijven, dan had ik u eerder in Palestina geloofd". De toegesprokene was opgestaan en drukte zijn bezoeker vol hartelijkheid de hand. „Ik ben blij u weer te zien", verklaarde hij„Voor het overige behoeft gij mij niets te verwijtengij' weet dat ik liefst buiten de wereld leef, en toch kan men zich daar niet geheel en al aan onttrekken. Het be wijs daarvoor is dat gij mij gekleed vindt om heden avond een bezoek af te leggen aan prinses d'Istria, die mij gisteren in mijn tuin ontdekte en aanstonds her kende". „De hemel richtte haar schreden langs uwe muren", lachte de onbekende: „Met een talent als het uwe heeft men geen recht de rol van een menschenhater te spelen". „Gij vergeet dat het leven zelf mij daar toe aanleiding gaf". De bezoeker, een man van omstreeks dertigjarigen leeftijd, met een gul en op geruimd gelaat, haalde de schouders op en antwoordde „Waarde vriend ,als wij allen wilden voorttreuren over hetgeen ons jaren ge leden gebeurd is, dan konden wij ons ge rust zonder uitzondering gaan begraven in de een of andere woestenij. Ieder onzer heeft zijn eigenaardig levensdrama gehad; maar na verloop van eenigen tijd denkt men daar niet meer aan; men is er wijzer door geworden, dat is alles". H. Stoel officieel werden afgebroken door mgr. Montagnini gewisseld zijn, heeft de Regeering behouden om er het geheim van te schenden en tot lage doeleinden te exploiteeren. Z. Em, Kardinaal Merry del Vel deed de Oostenrijksche regeering een dankbe tuiging toekomen voor haar interventie in de quaestie van het Archief derParijsche nunciatuur. Hjj deed voorts o.a. het corps diplomatique weten, dat de H. Stoel geen schifting kon toelaten tusschen de officieele bescheiden der nunciatuur en Montagnini's particuliere brieven. Aan de mogendheden zou een nota worden gezonden om te pro testeeren tegen de herhaalde schending van het immuniteitsrecht der diplomaten en om hun bemiddeling in te roepen tot voorkoming daarvan. Volgens een particulier telegram van den „Matin" zou Pius X naar aanleiding van Frankrijks optreden hebben gezegd, dat Clemenceau en Briand het niet zouden hebben gewaagd op te treden tegenover een eenvoudig Duitsch burger zooals zij thans deden tegen den vertegenwoordiger van den Paus. De teruggave van de papieren heeft met zekere plechtigheid plaats gevonden in tegenwoordigheid van een vertegen woordiger van het ministerie van Buiten- iandsche Zaken en een vertegenwoordiger van den Oostenrijksch-Hongaarschen ge zant. De kisten, die geborgen waren, in een door de politie geborgen kast werden voorzien van zegels van het ministerie en die van het gezantschap en daarop over gebracht naar het gezantschap, van waar ze overgaan in het beheer van den rechts kundigen vertegenwoordiger van mgr. Montagnini, die ze óf naar het Vaticaan óf naar den nuntius te Brussel brengt De correspondent van de „Echo de Paris" verklaart van een hooggeplaatst persoon aan het Vaticaan het volgende vernomen te hebbenMen kan de geruchten als zou het Vatikaan de ongeregeldheden bij de inventarisatie goedgekeurd hebben, gerust tegen spreken ook is er nooit sprake van geweest het bezoek van den koning van Spanje aan Parijs te verhinderen. Hoed af! zegt het H. v. A. Bij de verpleging van zieke matrozen hebben twee gasthuisnonnen te Duinkerken de zwarte of pestpokken opgedaan. Zooiets zal nooit overkomen aan 't gemeen gespuis, dat allerwege in Frankrijk de meest teugel- looze vrijheid geniet, terwijl men de nonnen verjaagt en vervolgt en beschimpt, en de laatste nu uit de gasthuizen zullen gezet worden. Ook die laatste weten nog te sterven op het veld van eer, van toewijding en plicht. Verjaagt ze maar, heeren vrijden kers en godsdiensthaters; wat ge niet zult uitroeien, is de christen heldenmoed, aan wiens eeuwige gloed het menschdom zich steeds zal komen verwarmen. Onze groet aan de Zusters van Duin kerken; de uitdrukking van ons diep „Zijt gij van plan hier lang te blijven?" vroeg de jonge man, blijkbaar met het doel eene andere richting aan het gesprek te geven. „Neen! Niet langer dan een paar we ken; zij willen mij niet missen aan onze courant". „Gij blijft in elk geval bij mij! logeeren". „Hartelijk dankl" riep de ander: „Ik kom hier om van den ochtend tot den avond pleizier te maken en niet om in de eenzaamheid met u te zitten voort- treuren over het onherroepelijke. Neen mijn waarde Edgar, ik stel uw gezelschap op hoogen prijs, niets is mij aangenamer dan met u over kunstzaken te spreken, maar indien ik den ganschen dag met u doorbracht, zouden wij als van zelf weder om tot uwe levensbeschouwingen verval len, en eenmaal op dat gebied, worden wij het aanstonds oneens, dat weet gij wel. Het is zeer goed mogelijk dat gij gelijk hebt. en dat al onze medestervelingen monsters zijn; ik wensch ze echter niet als zoodanig te leeren kennen, en vraag niets anders van hen dan mij te helpen mij zooveel mogelijk te vermaken. Daartoe zijn zij 'altijd bereid". „Met andere woorden, gij blijft steeds de oude, en verlangt boven alles het leven lachend door te gaan. Ik raad u dan pok aan mij naar mevrouw d' Islria, te vol gen. Zij is als gewoonlijk omringd van tal van gasten en gij zult er verscheiden vrienden aantreffen, die het geluk hebben medelijden voor die verdwaalden, welke deze heilige vrouwen in Frankrijk ver vol gen. DU1TSCHLAND. De Rijkskanselier en het Centrum. De „Köln. Volkztg." zegt na een bespreking van Bülow's optreden: Wij staan nu weder, waar Windthorst stond. Consideraties be hoeven wij niet meer te gebruiken, noch tegenover de regeering, noch tegenover de partijen. In de bewustheid onzer zuivere bedoelingen en in 't zelfvertrouwen van 'n langjarige, beproefde politieke geschoold heid nemen wij den strijd op. Wij zullen toonen, dat wij onzen politieken invloed kunnen handhaven, terwijl wij het Vader land zoowel als zijne burgers zullen geven, wat hun toebehoort. Deze kloeke taal, die de taal des harten, en de bezegeling van een ruim dertig jaren historie is, verdient onze bewondering en onze hulde Want 'n optreden ais dat van Bülow is zoo beschamend voor z'n eigen partij als hansworstachtig tegenover zijn tegen standers. Al de hervormingen misschien op éen na waarmee Bülow als in nog ver verwijderde voorstellen komt aandragen, als zijne gaven, zijn de vruchten van de zelf gedreven of krachtig gesteunde politiek van het Centrum RUSLAND. Een akelige oDtdekking is gedaan in een der zalen van de Ingenieursschool te Petersburg. Door een geheime deur kwam men daar in een onderaardseh gewelf, waar men een geraamte vond dat met een ketting aan den muur was vastgeklonken. Vermoedelijk is dat echter een heel oude geschiedenis. De school is gevestigd in een gebouw dat vroeger, als 't Roode Paleis, soms door de tsaren werd bewoond. Pau- lus I hield er verblijf op het oogenblik dat hij vermoord werd. Als iets van meer „actueele" beteekenis zij voorts melding gemaakt van het sprin gen van een bom in een der groote kachels van een geestelijk seminarie te Moskou. De bom was blijkbaar kort te voren in de kachel geplaatst toen deze uit was, en ontplofte toen men er weer vuur in aan legde. Gelukkig werd er niemand gekwetst, hoewel de slag zeer hevig was. De dader is onbekend. Te Sebastopol hebben zeven mannen bij het station een kassier aangevallen, die door twee mannen vergezeld werd. Deze laatsten werden beiden ernstig gekwetst. Over het geld wordt niets gezegd, maar dit is naar allen schijn meegenomen. Te Tiflis werd op straat het hoofd der gendarmerie door een onbekende doodge schoten. Het lid van den Rijksraad Budberg, gewezen adelsmaarschalk van Estland, is door zes onbekenden gedood, die hem aan vielen toen hij met eenige bedienden naar zijn landgoed reed. Aan het station Berdiansk werd Zaterdag iemand gearresteerd die in een trein had even vroolijk te zijn als gij". „Dan ga ik stellig mede. Parijs is op het oogenblik allervervelendst. Geen enkele dwaasheid om u te vertellen; de menschen worden er al te verstandig", klonk het met een zucht. Edgar glimlachte en schudde ongeloovig het hoofd. „Stel u gerust, Emile, die toestand is al te ongewoon om lang te duren. Maar vertel mij eens wat gij in den laatsten tijd hebt uitgevoerd. Steek een sigaar op en maak u hier zoo gezellig alsof gij er tehuis behoordet. Naast u, op tafel, staat cognac en al wat gij maar kunt verlangen". Emile Delfosse, een der meest beleende dagbladschrijvers van Frankrijk, wierp zich in een gemakkelijken leuningstoel neder, schonk zichzelf een glas cognac met spuit water in en antwoordde: „Ik heb zoo goed als niets gewerkt de laatste maanden; het schrijven begint mij hoe langer zoo> meer te vervelen, en be halve voor de artikels, die ik jwel ge dwongen ben voor de courant gereed te maken, zette ik geen pen meer op het papier. Als ik morgen het groote lot uit de loterij trok zou ik voor goed mijn Inktkoker in het vuur werpen. Ik hen overtuigd dat gij juist het tegendeel hebt gedaan en dat wij weer binnen kort het een of ander boek van Edgar de Bonal zullen zien ver schijnen, waarover hij minstens eene halve bibliotheek zal hebben geraadpleegd". (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1907 | | pagina 1