Donderdag 21 Februari 1907. Derde Jaargang. Verschijnt uiten IUHU-JKIMH- en VRIIDtGtVOHD. FE UI LLËTÖN SLAVENKETENEN. E N, N, r Ji. J. EGBERTS. KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN. A JJo. 23. onds 8 uur in het M I ijk Comité van c. Actie. - ut o "i1 o J g iD 1=i m. O U P1 cg t =1 UI O l i—i UJ C£ J XI OP er Ui 1 EE—i EE—h j t —i P3 l i C/2 m per bns bij 3 stuks. den niet, manden en mbours. toegezonden. Intere. 519. i oogenblik zeer aanverwante bedrijven •nder werkgevers Directie te Zwolle- Abonnementsprijs per 3 maanden voor Goes f 0.75, daarbuiten f 0.95 Afzonderlijke nummers a contant 0.05 GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor abonné's f0.377s, voor niet-abonné's„045 Bureau LANGE VORSTSTRAAT, GOES. Advertentiën van 15 regels f 0.50; iedere regel meer 10 Ct Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. k contant. Reclameberichten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prjjs. De Crisis in frankrijk. Op bet oogenblik, dat wij dit schrijven is er vermoedelijk in de Fransche Kamer een belangrijke beslissing gevallen over de „soheidingspoiitiek". Het gaat tussohen den onverzoenlijken eerste-minister Clémenceau en zijn mede-minister-leerling Briand, welke laatste in meer verzoenenden geest schijnt te willen optreden, dan degene, die hem in het minister-zadel hief. Reeds lang liepen er geruchten, dat Briand zijn ambt zou neerleggen; andere berichten weer maken melding van een „entente cordiale", van een verzoening. Luistert Briand naar de woedende stem men der geloofs-, kerk- en priesterhateren, zeker, dan zal hij afstand moeten doen van heel zijn „verzoeningsgezindheid" en zijn toegevendheid, die beide niet onwaar schijnlijk voortvloeien uit het in zijn be sef en overtuiging geboren bewustzijn, dat zonder toegeven een verpletterende neder laag, in niet. te ver verwijderd verschiet, onontwijkbaar is. De rots van Petrus!.... Maar de partij, bij welke nu ook Clémen ceau-zich heeft aangesloten, wil niet weten van eenige toegevendheidzij wenscht te gen de Kerk den strijd op leven en dood. iWaarom die strijd dan nu weer loopt? In een enkel Fransch blad en in „de Tijd" vinden wij dit, in 'tkort, medege deeld; en met het oog op de petualiteit der zaak nemen wij te dezer plaatse die uit eenzetting over. De strijd loopt op het oogenblik over drie stelsels, wat betreft de contracten- quaestie, het in huur-geven der kerken. Allereerst het stelsel der sectarissen: de burgemeester onderhandelt met den pas toor en onkel en alleen met dezen. Zoo dra. de pastoor ophoudt herder der paro chie te zijn, herkrijgt de gemeenteraad zijn volledige vrijheid. De burgemeester kan, naar willekeur, het contract met. den op volger van den vorigen pastoor vernieu wen of niet. Ziedaar een stelsel, geheel in strijd met het beginsel-zelf der Schcidingswet, wijl "daardoor het concordaat van 1801 vervan gen zou worden door.-36.000 nieuwe concordances, d. w. z. door evenveel als er in Frankrijk gemeenten zijn. Vervolgens het stelsel van het hoogwaar dig episcopaatde burgemeester onderhan delt met den pastoor niet als individu, maar als pastoor. Deze onderhan- deling verplicht hem dus „ipso facto" i, Le Cointre, Goes. 55). De justitie hield zich onde'rtusschen druk met de zaak bezig, en zoowel hijzelf als de heer Holm werden herhaaldelijk gehoord; maar Anna zag thans in hoezeer de ziieke in hare voorspelling gelijk had gehadwat men ook beproeven mocht, welke strikvragen men hem ook mocht stellen, de gevangene bewaarde een min achtend stilzwijgen, en had reeds twee of driemaal verklaard dat men niet wijzer door hem zou worden. Men had hem tegenover zijn dooden kameraad gebracht, en al wat hij gezegd had, was: „Ik beklaag hem niet, hij is voor de goede zaak gevallen". „Voor welke goede zaak?" vroeg men hem, meenende dat hij zich eindelijk ver raden zou. n *s aan u om ontdekken", klonk het spottend„maar bespaart uzelve die moeite. Gij komt er toch niet achter". „Daaromtrent vergist gij u", sprak de rechter van instructie bedaard: „gii zijt met de eenige persoon, die ©ns inlich- trngen kan verschaffen. Gij vergeet een slachtoffer; eene vrouw, die men tot twee maal toe naar het leven stond, zal geen (door het. feit. zelf) ook tegenover des pas toors opvolger, die bij zijn benoeming zon der eenige tusschenkomst van den burge meester treedt in de volle rechten en ver plichtingen van zijn voorganger. Ziedaar een officiëele en volstrekte erkenning der hiërarchie, waarvoor Briand evenmin le vinden schijnt te zijn als de Clemenceau- partij. Ten slotte 't stelsel van minister Briand het contract tusschen pastoor en burge meester is een particulier huurcontract, zoodat de opvolger van den pastoor tot het vervullen der door zijn voorganger aanvaarde verplichtingen niet kan worden gedwongen zonder deze verplichtingen ook zelf op zich te hebben genomen. Hij moet dus het contract niet den burgemeester vernieuwen. Doch van den anderen kant: daar de kerk is toegewezen aan den katholieken eere dienst, kan de burgemeester niet naar willekeur de uitoefening van den katholieken eeredienst verhinderen door de weigering van het vernieuwing van het contract, zooda t dus de b e n o e- m i n g v an een pastoor ing e e n e n d e e I e afhankelijk wordt g e- maakt van de goedkeuring des burgemeesters. Zooals men ziet, is het voorstel-Briand een bemiddelingsvoorstel, hetwelk inde practijk de rechten der kerke lijke hiërarchie eerbiedigt. Doch nu is het woord aan het ministerie. Briand kan niet handelen zonder de goed keuring zijner ambtgenooten en zonder die der Kamer, welke zijn voorstel zal moeten sanotionneeren tot een wet. Clemencoau en de bende kerkvervolgers begrijpen zeer goed dat door Briand's stelsel het hnnne inderdaad vernietigd wordt.; dat, mocht Briand's voorstel worden aangenomen, hun sectarische politiek, die er slechts op berekend is der Kerk in alle 36,000 ge meenten van Frankrijk moeilijkheden te berokkenen en haar te kwellen, schipbreuk lijdt. Vandaar de oppositie! De Katholieken kunnen het resultaat van de botsing der meeningen in de Kamer afwachten in alle kalmte. Delven de on verzoenlijke priestervreters het onderspit kies te beter. De Kerk zal dan ten koste van al haar stoffelijk© goederen, die zij heeft opgeofferd, verzekerd hebbende eerbiediging van hel beginsel en van de rechten harer hiërarchie alsmede de voort- moeite hebben te zeggen wie en wat hare vijanden zijn". Voor ©an oogenblik las men eene hevige aandoening op het gelaat van den ge vangene. „Ik meende dat zij dood was", pre velde hij. „Neen, men redde haar uit de vlam men". „Dat weet ikde stationschef had haar in de armen; maa,r ik zag haar aan en zij scheen mij stervend toe". „Zij zal integendeel herstellen". De man stiet een ruwen spotlach uit en antwoordde „Als zij nog niet beter is, zullen de broeders zich wel belasten met (le taak haar voor goed het stilzwijgen op te leg gen". Dat was alles wat. men uit hem krijgen kon ,en aangezien de dokter nog ten strengste verbood de kranke te ondervra gen, meende men voorloopig geen schrede verder te zulten komen, toen op zekeren morgen dat die trein uit Vlissingen te Polderdijk stilhield, een man van om streeks veertigjarigen leeftijd daaruit stapte, en aanstonds op den stationschef toetrad. Hij was goed gekleed, en had een ernstig gelaat, dat aanstonds vertrouwen inboe zemde, ofschoon men hem bij den eersten oogopslag geen bijzonder ontwikkeld ver stand zou hebben toegeschreven en hij aan een welgesteld koopman deed denken. during der ongestoorde uitoefening van den openbaren eeredienst; zij zal uit dezen strijd, materiëel verzwakt en in Frank rijk schier tot den bedelstaf gebracht maar wat zedelijke kracht betreft, glorieus en zegevierend te voorschijn treden. Wordt echter Briand's voorstel verworpen, dan zal het voor iederen onpartijdige, voor el- ken rechtschapen en eerlijk denkenden geest ter wereld overduidelijk blijken wie in deze kerkelijk-staatkundige krisis naar vrede en wie naar oorlog gezocht heeft,; dan zal men openlijk kunnen conslateeren het ongehoorde feit, dat dieven de verzoe nende hand van bestolenen hebben afge wezen! Hoe dan ook de beslissing valle, ook bij de meest verfoeilijke en hatelijke ver volging ten slotte zal blijken, da.t de Kerk pal staat als een rots; dat. zij nog „palier" staat dan een rots, omdat de gestadig op haar neervallende droppels van laster en haat de steenrots van Petrus niet vermogen uit te hollen. Inderdaad, hel „g u 1.1 a, c a v e t lap i- dem" iis niet toepasselijk op Christus' Kerk, en volgens Zijn woord zullen zelfs de machten der hel niets tegen Haar ver mogen. „De Nieuwe Koerier" maakt mel ding van ernstige misstanden bij het Lim- burgsche spoorwegpersoneel. Zoo vermeldt het blad o. a. „Een dezer dagen heeft een machinist 24 uren, zegge vier en twin tig uren achtereenvolgens dienst gedaan. En een hoofdconductou r, aan wien evengoed als aan den machi nist, de zorg voor de veiligheid is op gedragen, had een diensttijd van zes en twintig uren". Wij zouden er aan twijfelen, als het blad niet. stellig verzekerde, dat, hare mede- deeling volkomen vertrouwbaar is. Maar da,n ook is de houding der be trokken Spoorwegmaatschappij volkomen onhoudbaar. Bij een zóó inspannenden en afmatten- den arbeid als deze machinisten en con ducteurs hebben te verrichten, is het reeds, in het algemeen, niet alleen wenschelijk, maar ook noodzakelijk, dat dezen men- schen, moer dan anderen, een ruime rust tijd zij gegeven. Ten eerste: om het algemeen belang. Want. een spoorwegmaatschap pij, die karig is in het verteenen van vol- „Ik heb de eer den heer Hendriksen te spreken, niet. waar?" vroeg hij in het Engelsch. De toegesprokene zag hem verbaasd aan, maar antwoordde toestemmend. „Dan zou ik gaarne een onderhoud met u hebben". De stationschef, die nog altijd op zijne hoede was tegen al wie uit Engeland schenen te komen, aarzelde even; maar de vreemdeling scheen dit te bemerken en haalde een kaartje uit zijn zakboek te voorschijn. „Kent gij dezen naam?" vroeg hij. „Ernst Nieuwenheim". las Hendriksen: „zeer zeker, mijnheer". „Wil dan kennis nemen van hetgeen de heer Nieuwenheim achter op zijn kaartje geschreven heeft". En inderdaad. Ernst had op het stukje karton geschreven „Waaide heer, ik beveel u den over brenger dezer woorden aan, en hem in alles behulpzaam te zijn. Ik weet welk een onwaar.-!eerbaren dienst gij aan mijne ongelukkige vrienden hebt bewezen, en ik twijfel er niet aan of deze main zal de zaak helpen ophelderen. Hij heet Mait- land, en is een der slimste engelsche detectives". Hendriksen's gelaat - werd door eene uitdrukking van blijdschap verhelderd, en hij haastte zich Maitland uit te noodigen bij hem binnen te treden. „Ik durfde niet hopen da.t gij voor deze (loenden rusttijd aan ondergeschikten met zulk een groote verantwoordelijkheid, han delt niet. alleen in strijd ten opzichte harer werklieden met de Christelijke beginselen van rechtvaardigheid en naastenliefde, maar brengt tevens veler leven in gevaar. Zij neemt weg eiken waarborg voor vei lig verkeer. Maar ze doet nog meer! Een spoorwegmaatschappij, die een machinist zegge vier en twintig uur achtereen doet dienst doen, en een hoofdconducteur zes en twintig uur bij 'l neerschrijven kunnen we 't.haast niet gelooven, maar de „N. K." verzekert het pertinent brengt, heiaas terecht, onder de spoorwegbeambten den geest van verbittering en van verzet. En wat een zoodanige geest, eenmaal doorgedrongen in veter gemoed, zou kun nen uitwerken? we behoeven slechts de spoorwegstaking in 1903 in herinnering te brengen, om het treurige antwoord schuldig te blijven. Om deze drie reden dan ook èn om het rechtvaardige voor den ondergeschikte; èn om de veiligheid van verkeer; èn voor de zekerheid van dat ver keer bij binnenlandsche troebelen, waar mede handel, nijverheid en industrie ten nauwste zijn gemoeid, is het. ten hoogste gevvenscht, is het. dringend noodzakelijk, dat. er spoedig een einde worde gemaakt, aan eiken misstand, die er heerschen moge bij hel, spoorwegpersoneel welken dan ook. Het personeel, (le 'reizigers en inder daad ook despoorwegmaatschappijen kunnen er slechts wel bij varen! FRANKRIJK. De gemeenteraad van Roche (dep. Pas de Calais) moet. besloten hebben den 102- jarigen pastoor Cardine, die sedert 70 jaar zijn functie vervult, uit zijn parochie te zetten, als hij niet, de 240 francs, ver schuldigd wegens huur van de kerk, be taalt. DUITSCHLAND. Een katholiek Duitscher van aanzien gaf aan een korrespondent van de „Echo de Paris" de volgende verklaring van de over winning des Centrums bij de verkiezingen voor den Rijksdag. „In Duitschland hebben wij een leven dig, gezond en vast vertrouwen in den triomf onzer ideeënelke overwinning, die wij behalen, geeft ons nieuwen moed en gewichtige zaak waart gekomen", zeide hij, na den Éngelschman gevraagd te hebben of hij eenig ontbijt wilde gebruiken, wat deze afsloeg aangezien hij reeds te Vlis singen dat maal genuttigd had, „wij tas ten hier nog altijd op betreurenswaardige wijze in den blinde rond, en ik begon al te vreezen dat de justitie geen stap verder zou komen". „Te Londen stuitten wij ook op groote moeielijkheden", antwoordde de man die rustig een pijpje opstak„maar wij zullen er daarom toch wel komen. De schelmen hebben eene groote onvoorzichtigheid be gaan, door den boer Nieuwenheim aan te vallen, hij was hun te sterk fii, en toen wij maar eenmaal het. portret van den door hem gedooden schurk hadden, waren wij een heel eind verder". Hendriksen was door een brief van Nieuwenheim aan Lodewijk Holm op de hoogte van al hetgeen den jongeling se dert zijn vertrek overkomen was, en luis terde dus met de grootste belangstelling toe. „Ik kan allereerst ook de photographie zijner 'beide handlangers van hier nemen", vervolgde de detective: „misschien kent men hen daarna, wel te Scotland-Yard of elders. En daarenboven heb ik nog een gewichtige opdracht te vervullen. Is de jonge vrouw, die blijkbaar door de bondge- nooten ter dood was veroordeeld, nog al tijd bij u?" „Zeer zeker, mijnheer. Haar leven ver- prikkelt ons tot verhoogde krachtsinspan ning; maar om haar (de overwinning) te behalen, steunen wij op het volk. „De boeren en de arbeiders en werk lieden, wier belangen wij verdedigen, weten dat zij op ons kunnen rekenen. Het is uit het domein van het volk, dat wij onze kracht, trekken. Aan de boeren bezorgen wij beschermende rechten; voor de werklieden maken wij sociale wetten. Trimborn (Keulen's afgevaardigde) iaat de regeering geen rust met zijn protectie- 'wet ten gunste van weduwen en weezen, welke men tracht te ontkomen, doch zal moeten aanvaarden, graag of niet graag, omdat de katholieken ze oprerht en vast willen. „Zoolang als in Frankrijk boeren en werklieden niet een flinke macht aan de katholieke partij zullen leveren, zal het mogelijk zijn, dat. gij vervolgingen lijdt, zonder u op stevigen weerstand te kunnen verwachten. „V erlaat uwen toren va# ivoor en bouwt in brikken en cement een goeden en ster ken volkstoren; dan zult gij met ons kunnen zingen„Het moge bliksemen en donderen, de katholieke toren blijft hecht en recht." De Duitsche socialisten geven telkens en ook thans weer lessen in de praktijk van den toekomststaat. In sommige fabrieken te Leipzig moeten de werklui hun boterhammen in een vel van het daar verschijnende socialistische blad meebrengen, en dat vel moet telkens afkomstig zijn van het nummer va,n den vorigen dag. Een man die door het partij bestuur daartoe is aangewezen en in de fabriek werkt, gaat eiken dag na, of dit voorschrift opgevolgd wordt. Inderdaad, de gewone vrijheid is niets bij de heerlijke ongebondenheid der roodo :samenlevingdaar moet een nieuw woord voor uitgevonden worden. Evenais wij deden, wijst nu „de Stand." er op, dat de socialisten in Duitschland wel meer dan een derde van hun zetels verloren, maar dat hun stenimencijfer toont, hoe weinig hot aanlal door hen be zette zetels met hun werkelijke kracht on der de kiezers in overeenstemming is. Uit do volledig bekend geworden cijfers blijkt Ihans niet alleen, dat ze, vergeleken bij 1903, nog een 250.000 stemmen voor uitgingen, maar dat ze nog altoos de sterk ste partij in heel Duitschland zijn. Het Centrum haalde 2.183.381 stemmen, zij 3.258.968. Gevolg is dan ook, dat. elk sociaal-demo craat ruim 75.000 kiezers vertegenwoor digt, elk Centrumlid slechts 20.000. In het Oosten van Duitschland is het in de laatste week nog geducht koud ge weest. In Oost-Pruisen zijn 12, in West- Pruisen 7 en in Posen 5 menschen, meest op straat of onderweg, doodgevroren. Het wild in de bosschen, heeft schrikbarend geleden. De beesten konden niet voldoende gevoerd worden, en dientengevolge zijn keert nog in gevaar, ofschoon er sedert gisteren weer meer hoop op behoud is gekomen. Zij was nog doodelijk zwak toen de brand uitbrak en haar ge stel werd door dat nieuwe onheil niet weinig geschokt". „Dat zal de zaak vertragen", mompelde Maitland: „Wij rekenen vooral op haar om licht over alles te verspreiden". „De heer Nieuwenheim schreef ons dat die O'Connell een Ier was; gelooft gij niet dat. wij hier met een aanslag van Fenians te doen hebben?" vroeg de stationschef. De Engelschman schudde het hoofd. „Daaraan valt, volgens mij niet te den ken. De Iersche samenzweerders trekken te velde Kegen de grondbezitters of de mannen van hel Gouvernement; maar het zou de eerste maal wezen dat zij zoo hardnekkig een vrouw vervolgden, die geen hunner aan de politie overleverde; want wij hebben de processen nagezien in de laatste tien jaren tegen de Fenians gevoerd. Zoo er vrouwen in gemoeid wa ren ,dan was het integendeel om de schul digen tot het eind toe terzijde te staan, en deze is een afvallige, daaraan behoeft men niet te twijfelen. Kon de Engelsche justitie haar slechts iu handen krijgen, dan was alles gewonnen, maar- ik zie voorloopig niet in hoe dit te bereiken zal zijn. En toch. „Mag ik weten welke gedachte u daar invalt?" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1907 | | pagina 1