isblad
De Nieuwe Zeeuwsche Courant
laldwijk,
>iit op het
No. 147.
Donderdag 13 December 1906.
Tweede Jaargang.
FEUILLETON,
SLAVENKETENEN.
RELLER,
ttoomhouf
Zagerij
alifeif
[t KACHElKBim
FOKKE, Goes,
ad-Scbelvisch,
ICHOL,
Co., IJmuiden.
5uid-Beveland".
Vl2 cent
lestland,
geld
>p van Effecten.
borgtocht.
HENDRIKSE.
rtraaf, Goes.
KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN.
Vtrschijnl eiken MAANDAG-, WOENSDAG- te VRIJDAGAVSHD.
Nieuwe Abonné's,
De Nieuwe Zeeuwsche Couraut
voor Goes slechts f0,75
daar buiten fO,95.
prachtig Geïllustreerd Zondagsblad.
BUITENLAND,
HAABHOEUEHI
satijn omboord.
imetjes van 5 tot
5H Ct. Prachtige
van tot 8 18 zwaar,
net minder als 2 stuks,
120 ct kosten bij.
Utrecht, Singel.
i Schaverij.
ekomen
vrij aan huis
jicurrent".
Kilo 11.20
Kilo 11.25
lil Nederland, na ont
(el ot' rembours 10 cent
koop bij 25 kilo lager.
sche dienst.
rdam-Gouda-A msterdam
tutschenliggende pliltten.
I van O O ES
iddag 12 uur.
I AMSTERDAM
orgen 5 uur.
1 ROTTERDAM
vond 8 uur.
(msterdam bij W. DE
jtSCHURE, Kloveniers-
im bij de Directie J. en
I, te Dordrecht bij S.
te Goes bij den Agent
el nieuws en illu
S>EDKOOP is.
DE DIRECTIE.
jnicanessen.
leeren en Oames.
lelijk.
I Heer L. M. J. VAN
|et Gesticht.
het hotel de Kinderen
NIEUW! ZEEUWS» COURANT
Abonnementsprijs per 3 maanden voor Goes £0.75, daarbuiten f 0.95
Afzonderlijke nummers a contant0.05
GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD
voor abonné's f voor niet-abonné's045
Bureau LANGE VORSTSTRAAT, GOES.
Advertentiën van 15 regels f 0.50; iedere regel meer 10 Ct
Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend.
Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. contant.
Reclameberichten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prjjs.
voor het volgende kwartaal, ontvangen de
nog voor Jan. verschijnende nrs. van heden
af gratis.
is het moest gelezen R.K. blad in Zeeland.
Het heeft zijn lezers in grooten getale
hier, in de omstreken, in de geheele provincie,
in vele plaatsen buiten de provincie.
verschijnt driemaal 's weeks en kost per
kwartaal
Tegen den geringen prijs van STH cent
per kwartaal ontvangen de abonné's er bij het
Men kan zich abonneeren bij de
Agenten, Boekhandelaars en Brievengaarders.
Alweer een twistpunt?
In de Kamerzitting van 28 November
heeft de voorzitter der Katholieke Kamer-
club, mr. Kolkman, mede uit naain zijner
politieke vrienden, verklaard, dat hij .was
vóór een definitieve kiesrecht
regeling.
Het kan jnoeielijk anders, of dusdanige
regeling van het kiesrecht-vraagstuk moet
ook de Katholieke Staatspartij nauw aan 't
hart liggenimmers in de Troonrede treft
men dezen passus aan:
„Ten einde den gewonen wetgever
Vrijheid te geven bij de regeling der kies
bevoegdheid, zal een herziening worden
voorgesteld van de daarover handelende
bepalingen in d® Grondwet".
Hoe men dus ook over de regeling van
het kiesrecht .moge denken, feit moet toch
wel zijn, dat deze zaak bij elke staats
partij een .onderwerp qitmake van ernstige
overweging en studie.
Niet aldus deelt de „Maasbode" dit in
zicht.
Immers, dit Rotterdamsch Katholiek or
gaan schrijft ,o. a. over hetgeen door den
heer Kolkman in zake het kiesrecht-
vraagstuk gezegd werd:
„Want men diene toch wel te weten,
dat wij> (katholieken, in onafzienbaren
tijds niets piet het 'kiesrecht uitstaande
hebben.
De quaestie is alleen gemoveerd onder
de zweep van Troelstra.
41).
„Ik had daartoe nog geen tijd", stot
terde de jongeling; „maar acht gij het
noodig
„Volkomen onmisbaar".
„Zal de bende op het oogenblik wel
aan iets anders denken dan aan haar ge
vallen aanvoerder?"
„O! Ik ben overtuigd da,t, hoezeer zij
wellicht, ook ;aan hem verkleefd waren,
hunne persoonlijke veiligheid voor ben
verre boven hun leed, om zijn verlies
gaat. en die veiligheid zullen zij aller
eerst bedreigd achten door de mogelijke
onthullingen van de jonge vrouw, die door
u gered werd. Hun belang brengt mee dat
zij zoo spoedig mogelijk verdwijme."
„Goede Hemel 1 En ik zelf ka,n niet naar
haar toesnellen!"
„In elk geval moet gij zorg dragen dat
haar tegenwoordig verblijf nacht en dag
bewaakt worde."
„Hoe wilt gij dat dit geschieden zal?
Buiten, op vrij verren afstand van een
dorp waar men een of twee veldwachters
heeft, die niets van politietoezicht af-
I weten
„Hoe het ook zij, gij moet er nog heden
avond den officier van justitie der naastbij-
liggende stad over schrijven, en hem alle
Daar zijn immers voor ons in de toe
komst heel .andere zaken aan de orde,
die opperbest zonder kieswetwijziging of
grondwetsherziening zijn af te doen".
Deze opinie is dus in flagranten strijd
met de verklaring van mr. Kolkman, den
voorzitter der Kath. Kamerclub.
Wij, Katholieken, (hebben in afzienbaren
tijd wel degelijk „iets" met de oplos
sing van bet kiesrechtvraagstuk uitstaande.
Niet alleen „iets"; maar, naar onze be
scheiden meening, zelfs zeer veel.
En dit hebben wij, met uitvoerige rede
nen reeds betoogd in ons nummer van 19
April jl.
De UnieJiberale partij nam vóór lang het
vraagstuk in studie; de antirevolutionaire
partij heeft dit voorbeeld gevolgd; de vrij
zinnig- en sociaal-democraten dienden
voorstellen in tot grondwet-herziening, in
verband met de regeling van ,het kiesrecht.
De Katholieken zijn toen achteraan
gekomen,... hoe is 't toch mogelijkI
Maar gekomen zijn ze dan toch, al
schijnt dit aan de „Maasbode" onbekend
te zijn.
Want de Katholieke Kamerclub heefL on
geveer een jaar geleden uit haar midden
gekozen een commissie, die tot taak had
het kiesrechtvraagstuk te .bestudeeren, en
rapport uit te brengen omtrent hare be
vindingen.
Ook de Algemeene Bond van R. K. kies
verenigingen heeft een commissie be
noemd, die haar oordeel omtrent dit vraag
stuk zou uitbrengen.
Alzoo de Kath. Kamerclub, en de alg-
Bond van R. K. kiesverenigingen zeker
wel twee niet te wraken corporaties zijn
van oordeel, en wij zijn het met haar,
dat ook voor de Katholieke partij eeni
goede oplossing van ,de kiesrecht-quaesüe
gewenscht is niet alleen, maar op afdoe
ning wacht.
He|t is dan ook onbegrijpelijk, hoe
de „Maasbode" schrijven kan, dat de
Katholieken „in onafzienbaren tijd niets
met het kiesrecht uitstaande hebben".
Uit deze verklaring van het Rotter-
damsch blad heeft het vrijz.-dem. orgaan
„Land en Volk" reeds munt geslagen, toen
het schreef dat men aan de „rechterzijde"
met het kiesrecht verlegen zou fitten.
Maar ten slotte staat vast dit: dat, ten
spijt van de „Maasbode", de Katholieke
Staatspartij een goede, definitieve oplos
sing van het kiesrechtvraagstuk pn
zulks binnen ,zoo kort mogelijk tijdverloop
inwacht, en met geestdrift zal be
groeten.
mogelijke bewijzen leveren hoe onmisbaar
het is dat men die hoeve streng bewafe.
Ik geloof van u vernomen te hebben, dat
die vtouw bijzonder schoon is, niet waar?"
„Ik heb zelden iemand gezien die haar
daaromtrent nabij kan komen."
„En is zij nog jong?"
„Bij oogenblikken geeft zij den indruk
nog slechts een kind te zijn; o(p andere
uren drukt haar gelaat heel de smartelijke
ondervinding uit eener vrouw".
Silvian .teekende zijne antwoorden op
en nam afscheid met de woorden:
„Zorg dat zij ons niet ontsnappe. Naar
alle waarschijnlijkheid is zij eene afvallig
medeplichtige der bende en kan zij ons als
zoodanig de grootste diensten bewijzen".
„Zij ook schuldig?" riep Ernst veront
waardigd uit.
„Aan vroegere misdrijven, ja, mijn waar
de heer", antwoordde de dectectiwe pp
beslisten toon: „Ik ben daarvan zoo diep
overtuigd, dat, indien zij zich op Engel
se-hen bodem bevond, ik niet aarzelen zou
haar in hechtenis te laten nemen".
Nog lang na zijn vertrek zat Nieuwen-
jheim daar als geheel versaft ter neer. Het
'vermoeden van den geheimen agent was
tot dusverre geen oogwenk bij hem opge:
rezen. Hij had haar steeds zoo hoog ge
plaatst, in zijn verbeelding haar het slacht
offer gewaand eener bende ellendelingen,
en nu beschuldigde men Kaar plotseling in
zijn hijzijn hunne handlangster te zijn ge-
Censuur van tooneelstukken.
De sociaal-demokraat Tak heeft in de
Tweede Kamer, wat hij noemde, de cen
suur over tooneelstukken ter sprake ge
bracht.
Hij had het o. a. over de „opvoe~den-
de kracht" die van het tooneel uitgaat,
aan welke kracht velen met recht zullen
twijfelen, die weten, wat voor soort pro
ducten tegenwoordig met voorliefde voor
het tooneel mét zorg worden uitgekozen.
Hij 'bracht ook ter sprake het verbod
van den burgemeester van Goes, om
„Allerzielen" op te voeren en jbe-
weer'te, dat het .subjectief oordeel v,an bur
gemeesters geen doorslag mag geven in
zaken, rakende de ppenbare orde pf ze
delijkheid. Er zou volgens hem niet pre
ventief, maar' repressief moeten worden
opgetreden.
Daarom vroeg hij herziening van ar'-
188 der Gemeentewet welke minister
Rink terecht onnoodig achtte en wilde,
dat de ministers den burgemeesters zou
aanschrijven, dat zij in deze zaak een
zelfstandig oordeel hebben .te
vellen.
Dit laatste is zeer juist.
De burgemeester moet zich ean zelf
standig oordeel vormen, pf hij op grond
van art. 188 |der gemeentewet de opvoering
van een tooneelstuk pipet .verbieden; en
o. i. zal hij idoor zulk zelfstandig gevormd
oordeel geleid, er altijd toe moeten over
gaan een tooneelstuk te verbieden, waarin
de godsdienstige overtuiging van ingeze
tenen wordt aangerand, wijl daardoor
immer gevaar ontstaan kan voor .ver
storing der openbare prde.
En den vrijzinnigen, die zeggenmaar
nog nooit is ,<loor de opvoering de orde
verstoord, kan onmiddellijk den mond ge
snoerd wonden door er op te wijzen, dat
daarin ligt opgesloten ide raad: zoo ver
stoort dan de orde!
De heer Tak noemde het verbieden der
opvoering van een tooneelstuk een gebrek
aan verdraagzaamheid 1
Maar hoe moet dan dezelfde heer Tak
het noemen, wanneer een iooneehverk ge
schreven wordt met het doel .anderen in
hun heiligste gevoelens te kwetsen.
Dat is volgens dezen socialist wèl ver
draagzaam 1
V Tot slot..
„De Tijd" heeft onze weerlegging van
hetgeen haar iemand schreef omtrent den
op te richten Bond van R. K. k ie s-
vereenigingen in Zeeland o ver
wees t.
Hij poogde te glimlachen over hetgeen
een misgreep van den anders zoo slimmen
agent moest zijn; maar die los daarheen
geworpen aanklacht was voldoende ge
weest om hem eene menigte kleine zaken
voor den geest te roepen, die hij aanvanke
lijk over het hoofd had gezien: de soort
afschuw welke de ongelukkige voor zich-
zelve scheen te gevoelen; de zorg waar
mede zij vermeden had haar naam of ge
schuwing dat zij ongeluk aanbracht over
boorteplaats op te geven; hare;perste waar
schuwing voor gevaar voor hen, wie be
lang in haar stelden.
Indien het eens werkelijk zoo ware en
zij was daardoor zijne liefde ten eens male
onwaard? Maar neen, neen, hij wilde het
niet gelooven; het kon niet; hij zou haar
eens geknield vergiffenis afsmeeken ook
maar eene seconde aan haar getwijfeld
te hebben, en thans zou hij nog van verre
over haar waken, door aanstonds den
brief te schrijven, waarover Silvian hem
gesproken had.
Den volgenden morgen bevond hij zich
in zijn hotel, toen de detective boven
kwam en haastig zeide
„Kom mede, beneden wacht ons een rij
tuig. Ik heb het huis gevonden".
„Goddank! Gaan wij er heen?"
„Zoodra gij gereed zijt mij te volgen.
Steek voor alle voorzichtigheid uw revol
ver bij u. 'Wij weten niet of het huis
genomen, tevens daarbij eenige opmerkin
gen makend.
Zoo zegt „de Tijd", dat haar correspon
dent beter dan „de Nieuwe Zeeuwsche
Courant" weten kan, dat er „voor de zoo-
veelste maal" sprake is van de stichting
van een Bond.
Dit is makkelijk gezegd; maar wij zijn
zoo vrij dit zonder verder bewijs volstrekt
niet aan te nemen, en handhaven, dat het
i;s voor de eerste maal, dat men wil
komen .tot de oprichting van een Bond.
Verder zegt „de Tijd", vermoedelijk met
de bedoeling haar berichtgever te verdedi
gen, dat, om te weten, hoe de Katholieke,
kiezei's in Zeeland georganiseerd zijn, pu
bliek geen ander middel ten dienste staat
dan.de Pius-almanak 1
De opgaven van dezen almanak zijn
wat deze zaak aanbelangt, onvolledig!
Ons is het echter onverklaarbaar, hoe
„publiek", met slechts de gegevens uit
den Pins-,almanak, het publiek durft in
lichten over eep zaak van zoo groot aan
belang; temeer, daar „publiek" van uit
Middelburg sc-hrijft en dus in Zeeland
bekend moet zijn.
Tegen onze rectificatie, dat de zelfstan
digheid der kiesverenigingen gehand
haafd blijft toch wel een cardinaal
punt wordt en kan ook niets worden
ingebracht.
En dan zegt ,„de Tijd", dat er voor ons
niet zoo heel veel reden tot verbazing
schijnt te bestaan.
Jammer, dat de enkele opmerkingen van
het blad die verbazing nog hebben ver
groot.
FRANKRIJK.
De scheidingis voltrokken. De
regeering heeft een gerechtelijke huiszoe-
king doen houden in de nuntiatuur te
Parijs.
Volgens geruchten, loopende in de gan
gen van de Fransche Kamer, zou de secre
taris van de nuntiatuur uit Frankrijk
zijn gezet.
Bij monseigneur Montagnini, officieus
vertegenwoordiger van den Heiligen Stoel,
is een gerechtelijke huiszoeking gedaan.
Mgr. Montagnini is een vonnis van uit
zetting beteekend, en hij is naar* de grens
vervoerd.
Clemenceau, een interpellatie van
Groussau over de vervolging van de nun
tiatuur beantwoordend, verklaart dat de
vervolgingen zijn ingesteld door de justitie,
omdat het concordaat verbroken is.
Het gebouw van 'de nuntiatuur staat
onder de Fransche wet. Hij' weet niet,
onbewoond is of niet".
„Hoe zult gij er dan binnen gaan?"
„Als men niet open doet,'met de mid
delen die ons ten dienste staan. In een
rijtuig .achter het onze bevinden zich twee
agenten, waarvan er een hel smidsvak
volkomen verstaat".
Binnen de vijf minuten waren zij op
weg. {hnst was geheel opgetogen over de
snelheid waarmede alles in het werk was
gegaan en zeide dit aan zijn metgezel, er
bijvoegende hoe verwonderd hij zich ge
voelde dat de schrandere detective zelf
er niet blijde over was.
Silvian haalde met een droefgeestig
lachje de schouders op.
„Ik wordt oud, mijnheel-", zeide hij
zuchtend, „en dat is een Ieelijk ding voor
iemand van mijn vak; het is niet dat
•de krachten mij te kort schieten; maar
met 'ieder jaar dat men langer leeft, komt
er ook wat meer verdriet tot ons, en op
het laatst gaat men voortdurend aan zijn
eigen leed denken, en raakt men daardoor
verstrooid".
„Het spijt, mij dat ook gij niet gelukkig
zijt", sprak de jonge man, die vol mede-
jijden zag hoe de lippen van den anders
zoo flihken man beefden.
„Denk er geen tweemaal aan; het is
de moeite niet waard", zeide Silvian, boos
op zichzelven zijne aandoening verraden
te hebben. „Laat mij u liever vertellen
hoe ik het. huis ontdekte: Ik ging van mor
welke papieren zullen worden teruggege
ven en welke achtergehouden zullen wor
den. Men had eerder een eind moisten ma
ken aan de correspondentie tusschen Mon
tagnini en de geestelijkheid. Wij ïespec-
teeren den godsdienst, maar zullen alles,
wat naar politieke actie van Rome zweemt,
zonder mededoogen bestrijden!
Montagnini, die order aan de bisschop
pen gaf de Fransche wet te schenden(l) is
in staat van beschuldiging gesteld. Drie
Parijische geestelijken zullen vervolgd wor
den voor schending van de wet van 1905.
Men wil met hen een voorbeeld stellen.
Het was gisteren de dag jwaarop de
Wet op de Vereenigingen te werken begon.
En nu de H. Vader ook heeft verboden
aangifte te d'oen voor bet houden van
den eeredienst, is plotseling de' ware aard
der tijdelijk fluweelzachte politiek van
Hriand aan den dag gekomen ten heeft hij
zich vertoond zooals hij is.
Briand verklaarde aan eenen dagblad
schrijver, dat, indien'de katholieken het
hevel van den Paus opvolgen, het een
strijd zal zijn tusschen de Kerk en de
wet, en het gouvernement zoo' krachtda
dig zou handelen, dat het laatste; woord
aan de wet bleef.
De minister verklaarde verder, dat men
het volgens hem aanliegdje op burgeroorlog,
«naar dat hij reeds een aantal maatrege
len had voorbereid, die hij zijnen collega's
van het kabinet eerlang zou voorleggen.
Clemenceau verklaarde van zijnen kant
dat, zoo de Kerk oorlog wilde, zij dien zou
hebben. Sommige prelaten hadden voor
stellen gedaan om de bisschoppelijke palei
zen te huren, maar het, gouvernement heeft
besloten, gezien de omstandigheden, al die
voorstellen te wijzigen. Al de gebouwen,
fiahoorende aan den Staat en thans be
woond door leden der geestelijkheid, zullen
van af 11 December aan den Staat k'omen.
Het schijnt niet in 't voornemen te lig
gen ,de kerken te sluiten, maar wel alle
priesters gerechtelijk te vervolgen.
Door de Scheidingswet, toegelicht en
verrijkt met Briands ministerieele circulai
res, is de Fransche Regeering leverancier
ster geworden van rouwversieringen voor
uitvaarten in de katholieke kerken. Van
daar dat de prefect van het Seinedeparte-
ment in een eerste aankondiging betref
fende de 'toepassing der Scheidingswet,
mededeelt, dat van den 13den af degenen
die draperieën en andere henoodigdhedén
wenschen voor rouwversiering van gebou
wen voor den Eeredienst bij lijkdiensten,
zich te vervoegen hebben niet tot die kerk
besturen, maar tot den maire van hun ar
rondissement.
Eenzelfde meedeeling zal de prefect ook
kunnen doen voor versieringen bij 'huwe
lijksplechtigheden en voor ide leverantie
van stoelen. Uit. deze dingen blijkt, hoe
prachtig de nieuwe toestand van scheiding-
is tusschen Kerk en Staat.
Niettegenstaande de laatste alle banden
met de eerste heeft verbroken, hoeft hij
zich het monopolie toegeëigend van het
leveren der decoraties voor de plechtig-
gen vroeg naar verschillende verhuurkan
toren in Kensington, en liet overal het
portret van den doode zien, er mij wel
voor wachtende te zeggen welk doel mijn
onderzoek had. Indien de brave lieden in
mij Silvian den defectieve hadden herkend,
zouden zij geen woord losgelaten hebben,
want een perceel waarop een moord heeft
plaats gegrepen, wordt niet weder betrok
ken. Ik had (dus een zeer ouderwetsch
pak aangetrokken en een Vreemden tong
val aan mijn lEngelsch gegeven, om des te
beter te schijnen wie ik voorgaf te zijn, een
rijke holland.sche hoer, Jacob van jder Kaas,
wiens dochter wat al te sterk hot hof was
gemaakt door een Engelschman, die haar
den 'vorigen zomer 'te Bcheveningen had
ontmoet, ik kwam 'eischen dat hij haar
trouwen zou, want het ongelukkige kind
was gedwongen gewieest ,mij haren toe
stand te bekennenechter hardnekkig wei
gerde zij mij zijn naam en adres op te
geven. Het eenige wat ik in stiltehad;
kunnen bemachtigen was zijn portret, en
:ik moest mijn verhaal tot in het oneindige
toe uitkramen, zonder dat iemand dok
maar een oogenblik vermoedde dat ik het
was die hen beet nam. Ten laatste op het.
vierde kantoor waai' ik kwam, zeide de
eerste klerk
„Zeer zeker herken ik hem; bet is de
lange Ier, van Notting-Hill-road".
Ik sprong van blijdschap op.
(Wordt vervolgd.)