No. 129. Donderdag 1 November 1906. Tweede Jaargang FEUILLETON, SLAVENKETENEN. KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN. Verschijnt eiken MAANDAG-, WDENSDAG- tn VRIIDAGAVOHD. UIT DE Pi Rb, Abonnementsprijs per 3 maanden voor Goes f0.75, daarbuiten f 0.95 Afzonderlijke nummers a contant0.05 GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor abonné's f 0.371/2) voor niet-abonné's045 Bureau LANGE VORSTSTRAAT, GOES. Advertentiën van 15 regels f 0.50; iedere regel meer 10 Ct Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. a contant. Reel ameberich ten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. Ouderdom- en invaliditeitverzekerirtg. De eerste Troonrede, door dit ministerie opgesteld zegde toe ouderdom- en inva- liditeitverzekering. De plannen en gegevens daarvoor lagen gereed: ze waren klaar gemaakt door het ministerie-Kuyper. Als gevolg van de liberale verkiezingsleu zen, die o. a. zich uitten in Roodhuijzen's vraag: „Wat heeft 'n dooie aan een pen sioen?", zou eenige omwerking noodza kelijk zijn, omdat men toch piet grond mocht veronderstellen, dat het nieuwe vrij zinnige ministerie niet alleen meer zou beloven, maar ook meer zou geven dan minister Kuyper. Toen kwam de tweede Troonrede. En wel zonder invaliditeitverzeke- ring! Aanstonds spraken wij onze verwonde ring daarover uit, aan een vergissing den kend; totdat de minister verklaarde, dat het werkelijk in zijn bedoeling lag de in- validiteitverzekering van die van ouder dom te scheiden. Als men nu weet, dat ook liberale eco nomen (zelfs 't liberale Unie-rapport sprak in dezen zin) de onafscheidelijkheid van beide verzekeringen bepleiten, dan vraagt men zich met verbazing af, wat minister Veegens toch mag bewogen hebben, met verlreding der liberale leuzen alleen ouder domspensioen aan de orde te stellen. En onwillekeurig komt dan de gedachte op, dat de vrijzinnigen om in 1905 de overwinning te behalen, sehoon-klinkende beloften noodig hadden om den werkman te paaien, en zoo het .gehate ministeriel Kuyper ten val te brengen. Het kunstje was in Frankrijk afgezien; waarom zou men het niet pok hier be proeven. Met dat al blijft de werkman toch maar het kind van de rekening, de dupe der liberale voorspiegelingen. Van Kuyper zouden alle werklieden, die niet meer werken konden, een wekelijksche uitkeering krijgen, ter wijl ieder werkman, die den, 70-jarigen leef tijd had bereikt, een uitkeering zou krijgen, ook al was hij niet invaJied. Kon dus een werkman op 30- of 40- jarigen leeftijd geen werk meer verrichten dan kreeg hij pensioen. Voor elk geval was dus de werkman geborgen. Waaruit blijkt hoe eerlijk de politiek van Roodhuijzen en consorten was! De liberalen zouden meer geven dan 32). „Wat wilt gij, mijnheer?" sprak de koet sier op bitteren toon: „Hij had ook even goed niets voor mij kunnen doen gelijk hij later zeide, toen ik hem om eene kléine hulp kwam vragen voor mijn ou'dsle kind, eene dochter,'die versterkend voedsel noo dig had. Ik was immers niets meer in zijne oogen dan een versleten werktuig." „En hebt 'gij er nooit aan gedacht u daarover te wreken De 'oude man haalde de schouders op. „Waartoe dat?" zeide hij: „m'ijne'kinde ren waren daardoor niet in het leven ge bleven, en de moeder zou het er niet beter om hebben gebald. De rijken hebben geen hart voor ons arme menschen; wij weten dat immiers van het oogenblik af dat wij iets kunnen begrijpen. Ik had het moeten bedenken toen hij mij opdroeg mijn leven voor hem te gaan wagen; maar als men jong is spot men met alle gevaar." „Gij zeidet daareven nog altijd veel van uwe vrouw te houden. Zoudt gij het aan nemen indien ik u de middelen verschafte hate levensdagen nog van ©enige weelde te omringen?" "Beide mannen zagen elkander een oog wenk doordringend aan. „Vat moet 'ik daarvoor doen?" vroeg Kuyper: in werkelijkheid géven ze minder, alleen de ouderdomsverzekering. Deze oneerlijke politiek js dan ook te doorzichtig, dan dat ze lang onopgemerkt kon blijven; de oogen gaan dan ook open: men heeft het te Leiden reeds gezien! Vragen naar den bekenden weg. De „Middelburgsche Courant" heeft on langs aan een paar Katholieke organen een vraag gesteld, betreffende de toe standen in Frankrijk en Spanje, katho lieke landen, waar men zich, zooals het blad zegt, meer en meer vrij maakt van de tyrannie der op het Vaticaan heer- schende parlij. En het Middelburgsche vrijzinnige or gaan vroeg om verklaring van 'ver schijnsel; een verklaring, waarop men haar, zooals de redactie schrijft, liet wachten. Vermoedelijk zal mien de Middelburgsche redactie wel hebben laten wachten om die onnoozelheid harer vraag. Overigens zouden wij haar vraag willen beantwoorden met de vraag wat zij toch wel verstaat onder „de tyrannie dei- op het Vaticaan h©erschende partij". Mocht echter de „Middelburgsche Crt." met hare- vraag bedoelen, hoe 'tkomt dat in Frankrijk en Spanje „men" zich meer en meer wil losmaken van de Katholieke Kelk, zoo ka,n kort het antwoord luiden, dat ten spijt van den zegenbrengen den invloed der Kerk, die rechten gevend, ook plichten, en soms zware oplegt, „m e n", verblind door de materialistische opvattingen dezer verlichte(eeuw, van die plichten, van die „dwangbuizen" niets meer wil weten; dat die „men" een teu- gelloozen hartstocht naar aardsche genoe gens em lusten wil botvieren, waarhij zij de Kerk vindt tegenover hen; dat die „men" grootendeels bestaat uit leden der vrijmetselarij en ongeloovigen, die menig- werf verraders van het Geloof, dat hun eenvoudige moeder hun heeft geleerd, en in hun waanwijsheid en hoogmoed sma lend op de getuigenis, dat |d© Rots van Petrus zal blijven staan, niets liever wen- schen dan de Kerk van Christus ten gronde te richten; dat in de wilde horden van die „men" zich bevinden trawan ten, die even zwak als Judas, maai' zelfs zonder zijn wroeging, hun geloof voor zilverlingen en baantjes hebben ver kocht aan de grootmees tors-vervolgers va:n de Katholieke Kerk. de 'koetsier op gesmoorden toon. „01 eene kleinigheid slechis; gij moet mij eenen dienst bewijzen, die niets voor u beduiden zal." j,En gij zoudt daarvoor gold geven!" vroeg de grijsaard ongeloovig. „Zeker, want het zou mij alles waard zijn om den man dien gij in uw rijtuig hebt, eenige oogeiiblikken later onder vier oogën te spreken; hij houdt mijne eer in handen; van hem hangt het leven af van lieden die mij dierbaar zijn; ik wil hem overhalen mij zijne wapenen af te staan: maar nooit, verstaat gij mij, zou hij er in toestemmen mij aan te liooren, zoo ik hem daartoe niet dwong. Welnu, gij behoeft slechts van den bok te- klimmen en mij voor twee uur uw rijtuig en paard af te staan; klokslag 'tien uur zal ik u beiden terugbrengen aan den ingang van de Al- bert-poort in het Hyde-park. Ik heb dan tijd genoeg'hem naar mijne eigene woning te brengen en met hem te spreken." „Hum!" luidde het antwoord van den wezen stalknecht, die den spreker scherp in het gelaat had gezien: „In de gegeven omstandigheden zou ik heel wat geven voor wat zilver; maar ik heb geen lust voor mijne ziel te verkoopen en mee te werken aan een© misdaad". „Een misdaad", herhaalde de ander met een spottend lachje„Gelooft gij dan waar lijk nog aan de mogelijkheid dat een jong en krachtig gebouwd man zich op klaar lichten dag, in het hartje van de stad zou Wat wil de „Middelburgsche Courant" nog meer? Onderkruiperij. Volgens de socialisten zijn d© toestanden en verhoudingen in de „kapitalistische" maatschappij zoo „rot", dat onmogelijk conflicten kunnen achterwege blijven. Daarom: .geen staking kan er .uitbre ken, of zij begroeten deze als een gelukkig middel om propaganda te maken voor hunne beginselen. En hoezeer zij steeds schimpen op de mannen van de „direkte aktie", gaan de roode heeren gaarne uit op anarchistisch avontuur, en steunen, zooals men in 1903 gezien heeft, anarchistische stakingen. Staking gemotiveerd of niet is voor hen hot „heilig" middel om de hoof den der arbeiders te revolutioneeren. Vandaar dat de socialisten onderkrui pers beschouwen als zeer gevaarlijke hac- cillen voor het socialistische lichaam. „Gij zult niet onderkruipen" kan men bijna dagelijks in de soc. or ganen als afschrikwekkende waarschu wing lezen. En wat gebeurt nu? Aan het sociaal-democratisch hoofdor gaan „het Volk" breekt een staking uit. De loopers van dat blad beweren, dat zij te weinig verdienen, en leggen heit bijltje er bijl neer. Een staking dus in optima forma in socialistischen boezem, waarin men toch met zekerheid zou meenen zelfs de kie men van onderkreiperij niet te kunnen ontdekken. Jawel! Bij gebrek aan ander» loopers, laat de directie van „het Volk" d© Post voor de bezorging van haai- blad zorg dragen. Zij laat alzoo voorloopig nog wel de „Koninklijke" dienst der Posterijen fungeerem als onderkruiper! Waar blijf! hier de logica enhet beginsel Tegenstelling. Merkwaardig is in de beschouwing der liberale pers het gemis aan verwondering over den uitslag der Leidsche verkiezing. Vrij algemeen schijnt men het erover eens te zijn, da,t het zoo en niet andere gaan moest. „Leiden is opnieuw verloren, doordat de bizondere redenen, die het vorig jaar den doorslag gaven, thans niet meer be staan", zegt hel „Handelsblad". „De- uitslag is zooals wij dien verwacht ten", getuigt de „Nieuwe Arnhemsche Courant". laten dooden of bestelen?" „Neen, maar evenmin dat hij u zou vol gen, (als dit tegen zijn verlangen is". „Op het gegeven oogenblik zal ik hem wel daartoe weten te bewegen. Neeml. gij de zaak aan, ja of neen?" „Maar wie zegt mij dat gij paard en rij tuig terug zult brengen?" „Ik zaïl u vooraf de waarde daarvoor geven; en gij kunt dat geld als uw loon behouden zoodra gij beiden terug hebt". „Nu, dan", sprak de koetsier nog ©enigs zins aarzelend; „maar gij moet eerst zwe ren dat ik daardoor geen moeielijkheden met het gerecht kan krijgen. Dat heb ik voor niets ter wereld over". „Geen nood, vriend. Geen haan die er naar kraaien zal". „Het zij zoo. Ik moet dan alleen nog maai- zien dat ik van den bok kom, en gij weet dat valt mij lang niet gemakkelijk met dat vermaledijde houten been. Wat zal mijn passagier wel zeggen?" „O! dat is niets. Gij rijdt eenvoudig naar de eerste de beste fontein voor paarden, en zegt hem daar dat gij uw beest even te drinken moet geven. Op die manier is alles verklaard. Het vriest te hard dan dat hij door de raampjes kan kijken of gij wel weder opstijgt". De grijsaard prevelde iets tusschen de tanden. Het gansche voorstel stuitte hem tegen de borst, en hij herhaalde telkens bij zichzelven, da,t hij het geweigerd zou hebben, ©Js het niet geweest was om de „Sedert de handgreep der kerkdijken om in dit district een Chr. Historischen candidaat te stellen, was deze uitslag te vreezen", schrijft de „Zulphensche". „Den uitslag betreuren wij zeer, al was hij te verwachten", kantteekent de „Mid- delbui-gsche". En de,,Nieuwe Rottend. Courant" geeft op de vraag: of het bericht van dr. de Visser's verkiezing voor haar onver wacht komt, het onomwonden bescheid: „Zeker niet". De liberalen erkennen dus, dat Leiden een rechtsch district is ©n dat prof. Van der V 1 u g t het slechts bij toeval repre senteerde. Wanneer morgen Kampen, Gorinchem, Gouda en andere districten hun liberale vertegenwoordigers los laten, zullen zij in denzelfden trant moeten redeneeren, een zelfde gelatenheid aan den dag moeten leggen. Immers, verschil met Leiden is er niet, althans geen verschil ten vooïdeele der vrijzinnigen. Zonderling Hoe dikwerf is vam de overzijde na de Juni-vfrkiozingen van verleden jaar hoog uitgebazuind, dat het „clerical»" regime „verpletterd" was. Niets meer en niets minder. Verpletterd was h e t En ziedaar, nu in een teekenachtig ge val blijkt, dat de „clericalen" op weg zijn, de geleden verliezen te herstellen en de hun toekomende zetels te hernemen, is men in 't geheel niet verbaasd, had men het zóó en niet andere verwacht! Zou men voortaan niet wat minder luid spreken over de „verplettering" der chris telijke partijen in 1905? (Cientr.) Spelen met 't landsbelang. Volgens de verslagen in de dagbladen heeft de liberale opponent tegen Dr. de Visser op de Leidsche» meeting o.a. de kiezers bezworen, om toch op den libe raal te stemmen, daar dit 't beste middel was, om Px-of. van der Vlugt weer geheel te doen herstellen. Is diL nu met de kiezers gegekt, of is 't dat niet Omdat een meevallertje een zenuwlijder licht wat opvroolijkt, daarom zullen de kiezers bij een politieke stembus zijn vriendje moeten steunen! Spelen alzoo met 't landsbelang. En dit schrijven we nu niet op rekening van den heer Roodhuizen, maar op reke ning van de liberale partij, want het was in de quailiteit van haar woordvoerder, dat hij optrad. De liberalen hadden zich van zulk een slau-aak-maar opponent moeten onthou den. Ze wisten van 1905, wat vleesch ze met hem in de kuip kregen, en toch vertrouw den ze aan hem hun zaak in het debat toe. (Stand.) oude, die eenmaal vrijwillig zijne ai'moede gedeeld had en au kinderloos en een zaam gebrek moest lijden om zijnentwil. Hijzelf zou geen mug hebben kunnen kwaad doen en wie weet, wat men met zijn passagier ging verrichten. Mocht hij daar dan wel de hand in hebben Maar he t was immers, gelijk de onbekende zeide, te gek om van te spreken dat een forsch gebouwd en gezond jongmensch zich geweld zou laten aandoen in eene stad waar het we melt van voox-hijgangers. Neen, hij kon volkomen gerust zijn, het zou op niets anders uitloopen dan op een© minder aan gename ontmoeting, eene hevige woorden wisseling en daarmede uit. Eenige minuten later reed hij op eene dier fonteinen toe, welke Lady Burdett- Couts, dxi haar groote barmhartigheid, het eerst qp de openbar© wegen der wereldstad liet plaatsen voor de dorstige trekdieren. Het stilhouden der cab deed Maurits ontwaken ©n het portiertje openende vroeg hij op vroolijfcen toon: „Zijn wij reeds aangekomen?" „Nog niet, mijnheer", antwooidde de koetsier, die met inspanning afsteeg. „Wij zijn pas aan de Kensiington-treinenmaar de zwarte moet drinken en zoo dadelijk gaan wij weer op weg". De Kensington-treinenDus naderen zij toch hunne bestemming; en voldaan sloeg de jonge man het deurtje weer toe, nadat hij gezien had dat zijln voerman hem niet misleidde. FRANKRIJK. Volgens loopende gerechten zou de Fransche Regeering voornemens zijn, der Kamer het voorstel te doen om aan de bisschoppen en priesters die „gehoorza mende aan een gezag uit den vreemde, weigeren een wet te erkennen, die in Frankrijk den algemeenen ©eredienst re gelt",, het Fransche burgerschap te ont nemen. Zulk een draconische maatregel tegenover de „ambtenaren van buitenland, zooals Clemenceau de hoogw. bisschoppen onlangs genoemd heeft, kan men van dezen verwoeden secfaris zeer goed ver wachten. En nog veel meex-. Kardinaal Lecot waarschuwt in de „Aquitaine", het orgaan van zijn aarts bisdom, tegen de „associations cultuelles", dio men ©en paar in zijn bisdom heeft opgericht. De- kardinaal noemt ze onwettig en schismatiek. Hij zegt vervolgens Als een vereeniging van. deze soort wordt opgericht, kan dat niet anders ge schieden dan met behulp van een slecht priester, die verloren heeft of ipso facto verliest en dat verklaren wij voor ons bisdom in het bizonder alle macht om te prediken, biecht te hooren en de Sacramenten toe te dienen. Alle kerkgoederen die gekocht, ge huurd of in erfpacht gegeven worden, zijn in de handen hunner bezitters on rechtmatig verkregen goederen. Men is verplicht ze terug te geven op straffe van in zonde te sterven; en deze ver plichting rust niet alleen op de bedrij vers van het onrecht jegens de Kerk, maar ook op hun erfgenamen, zoolang alls de gedachtenis aan den diefstal on der hen zal voortduren. De regeering is, zooals men weet, van plan om de wederspannige geestelijken het burgerschap te ontnemen. Ook moet het plan bestaan om GOOO a 7000 priesters onder de wapenen te roepen, om alsnog hun dienstplicht te vervullen. ITALIË. Z. H. de Paus heeft Vrijdag in bijizonder gehoor ontvangen, de heer James J. Hicks, fabrikant van metereologische instrumen ten te Londen. Deze, vergezeld van eenige zijner familieleden, Engelsche katholieke geestelijken en twee Italiaansche profes soren, bood Z. H. een vijftiental prachtige instrumenten aan voor de sterrenwacht van het Vaticaan. De II. Vader schonk dein heer Hicks als bewijs zijner erkente lijkheid een schoon© medaille met 's Pau sen beeltenis. RUSLAND. Michailof, de chef van de politieke politie te Sewastopol, is daar Zondag vermoord. De dader werd gegrepen, dadelijk volgens het standpunt ter dood veroordeeld en terechtgesteld. In het district Stawropol hebben met ge weren gewapende» movers een ontvanger, zijn begeleider ©n een postbeambte gedood en zijn daarop met de kas van den ont- Bijna onmiddellijk daarna begaven zij zich op weg. Het paard scheen waarlijk nieuwe krachten opgedaan te hebben want de cab rolde nu veel sneller voort, en nogmaals dommelde de vermoeide reizigdr in, niet twijfelende ojf binnen een half uur zou hij te huis zijn. Toen hij ten laatst© ontwaakte, door dien het rijtuig voor eene woning stil hield, greep hij zijn valies en zijn stok in de hand om daarmede uit te stijgen; maar op hetzelfde oogenblik werd het portier van binten geopend en meende hij ten prooi te wezen aan een boozen droom. Tegenover hem stond de vreemdeling die hem op zijne heenreis gewaarschuwd had zich niet met Nieuwenheim's zaken te bemoeien. De overtuiging dat hij in een valstrik geloopen was maakte zich aanstonds van hem meester, en reeds greep hij naar het tegenovergestelde portier, om daaruit te springen; maar de deurtjes van een En gelsche cab zijn niet gemakkelijk te openen en op het oogenblik dat hij met beide handen daartoe alle moeite inspande, strekte de vreemdeling den arm uit en hield hem een bevochtigden doek onder den neus. Maurits wendde zich pijlsnel om, maar de doek bleef tegen zijn mond geklemd, en op eenmaal was het alsof zijne lede maten alle krachten verloren, als geraak ten zijne gedachten verward en zonk hij onmachtig achterover. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1906 | | pagina 1