nmantels agsblad A.SCKULTt&Co. rs. ONZEN bteut op het No. 126. Donderdag 25 October 1906. Tweede Jaargang.' DE CRANE, BUITENLAND. andag 29 Oef. E BESTE, wsfraaf, Goes. Sfoomhouf Zagerij en Schaverij. delburg de collectie ■iKLEEDEN INJE Lz. ch geld ;oop van Effecten H. HENDRIKSE. 37V2 cent 45 we zending ij „Het Roode Kruis", - Oude Haven, KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN. Verschijnt eiken MAAHOAfi-, WOENSDAG- in VMIDIGlIVM DE DERDE HERHALINGSOEFENING. FEUILLETON. SLAVENKETENEN. LI 1T DE pERb, inde hervat te GOES in. tot deelneming ten spoe- aoodig op nieuw bij ïindere kwaliteit te den, ze zijn spoedig er hersteld worden. sn borgtocht, de. in het hotel de Kinderen >veel nieuws en illu GOEDKOOP is. DE DIRECTIE. LFT H 2, MIDDELBURG. tan Le Cointre, Goes. in teen in Schouwen en en onderpand van Effecten op billijke voorwaarden. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Goes fO.75, daarbuiten f 0.95 Afzonderlijke nummers a contant„0.05 GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor abonné's f 0.371/2, voor niet-abonné's045 Bureau LANGE VORSTSTRAAT, GOES. Advertentiën van 15 regels f 0.50; iedere regel meer 10 Ct Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. a contant. Reclameberiohten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prjjs. PROVINCIAAL WATERSNOOD-COMITE. Het Provinciaal Watersnood-Comité in Zeeland meldt ons dat in zijne vergade ring van den 22 October j.l. geconstateerd is dat eene som van circa f570000 ter zijner beschikking ligt; terwijl een bedrag van circa 1470000 toereikend zal zijn om binnen de door het comité in die ver gadering vastgestelde grenzen de schade te vergoeden, ,en de uitgaven ter voorzie ning in den onmiddellijken nood te be kostigen. Het Comité besloot: lo. aan ben die' na de ramp, (ejein inkomen voor 1906 overhielden van vermoedelijk minder dan f2000, alle gedeclareerde en juist bevonden schade te vergoeden; 2o. aan hen die na de ramp zulk een inkomen van f 2000f 3000 vermoedelijk overhielden, hoogstens 3/d hunner schade te vergoeden, doch niet verder dan tot een gezamenlijk bedrag van f 45000 3o. aan hen die f 3000 inkomen of meer overhielden, geen schade te vergoeden. Uit .het aldus vrijblijvende bedrag vair circa f 100000 zullen zoo noodig in 1907 nog ,vergoedingen hunnen worden gegeven aan landbouwers, terwijl ook hieruit in den jcomenden winter nog eventueel on voorziene (hulpverleeningen ter zake van de waterramp kunnen worden bekostigd. Van de algemeen© vereenigde commissie te Amsterdam ,werd een schrijven ont vangen, meldende, dat in de gegeven om standigheden voor die commissie geen aan leiding bestaat pm behalve de bij haar na 12 Maart voor Zeeland ingekomene gelden, meerdere bedragen uit haar fonds te verstrekken. Alzoo blijven ook de „voor zieningen in den onmiddellijken nood" f35000) voor rekening van het Prov. Comité en blijft het fonds der „Algem. Vereenigde Commissie tot leniging van Rampen door Watersnood" te Amsterdam onaangetast. Het 'Comité stelt thans nog de gelegen heid open voor hen, die nog geen schade declareerden, bij de Plaatselijke Comité's, om alsnog voor 1 November e. k. hunne j opgaven in te zenden aan den secretaris Mr. J. F. van Dein se te Middelburg; schaderopgaven na 1 November kunnen voor vergoeding niet mieer in aanmerking komen. Tegen deze militaire oefening zijn terecht van verschillende zijden, stem men opgegaan. De prganisafie van R. K. miliciens heeft zich ook uitgesproken tegen de derde herhalingsoefening, en zal een adres zen den naar de Tweede Kamer, waarbij af schaffing van deze oefening wordt ver zocht. Het pdres gaat vergezeld van een Me morie van Toelichting, waarin gezegd 32). Verder bevonden zich nog drie jonge meisjes hij hen die voor het eerst Enge land aanschouwden en in gespannen ver wachting naar buiten tuurden zonder veel bijzonders te aanschouwen, en nadat Mau- tits zijn© reisgenooten een poosje lang bestudeerd had, gat ook hij toe aan de onoverwinnelijke afmatting welke zich van hem meester had gemaakt, sedert hij niet langer het geraas der boot om zich heen hoorde, en sliep hij rustig in. Hij ontwaakte eerst te Londen, en ge voelde zich nog zoo slaperig daL hij blij Was in de eerste d© beste cab te stijgen die zich slechts aan zijn blik voordeed en den koetsier haastig het nummer opgaf waarvoor hij stil moest houden. Daarna wikkelde hij zich nog eens zorgvuldig in rijn pelsjasverzekerde zich dat de bevro ren raampjes zoo goed mogelijk gesloten waren, en verzonk weder in het land der (lroomen. Zijne laatste' gedachte was nog aan Maud, en het geluk dat hem binnen een uur te wachten stond. Hij had derhalve niet bemerkt dat, bij het verlaten van het stationsgebouw, on middellijk nadat de koetsier had moeten stilhouden om het nummer van'siijn rijtuig aan den op post staand politie-agent op te geven, een man naast den cabman op wordt, dat het van algemeene bekendheid geacht kan worden, dat het vervullen van deze herhalingsoefening in vele gevallen tengevolge heeft: ontbering van het ge zin (tijdens den duur dier oefening, en daarna, langdurige en bittere werkloosheid. Zulke groote afmetingen nemen die ge volgen pan, dat gelijk te Amsterdam en elders invloedrijke ingezetenen zich verbinden, pm door werkverschaffing en anderzins den nood bij dergelijke mili ciens te lenigen. Wat haat een to,ch in den regel te lage schadeloosstelling, indien, gelijk ons be kend is, een dorpsbakkerij moet worden stopgezet, omdat de eigenaar voor herha lingsoefeningen moet opkomen Wat haat 'tden dorpelingen als de eenigste bakkerij gesloten is, of de „belangen van den dienst" eischen dat de eigenaar onder de wapenen is? Hebben zij er brood door? Mag op deze wijze met de maatschap pelijke belangen van derpelingen worden omgesprongen Wal baat zelfs de „niaximum"-vergoe- ding a f 1.per dag, als de betrokkene, tengevolge der herhalingsoefening ontslag krijgt (Uit zijn betrekking? Dit zijn, dunkt ons, sprekende feiten. Hieruit blijkt tevens het voor handel en industrie zeer storende, als zij jaarlijks een groot contingent vaji de beste werk krachten moeten missen. Gebeurde dit in een periode, waarin zij èn voor de in dustrie èu voor het huisgezin in vele ge vallen niet zoo belemmerend was, ook dan nog zou de derde herhalingsoefening, om zichzelf, niet aanbevelenswaardig zijn; maar nu valt zij juist in een tijdperk, wapnèer in de meeste industrieën nog wel eenige vraag naar werkkrachten is, en eindigt als die vraag sterk aan het af nemen is. Voor de huisgezinnen beteekent dit: gebrek. Dat gebrek wordt nog ver zwaard, doordat de derde herhalingsoefe ning uit den aard der zaak moet ver vuld worden, als de miliciens reeds op een leeftijd zijn, waarin zij óf reeds aan het hoofd van een gezin staan óf als kost winner voor een gezin te. zorgen hebben. Niet alleen echter dat in het burgerlijke leven een groote schade wordt ondervon den door de herhalingsoefeningen en in zonderheid door de derde; maai' ook bij autoriteiten begint een tegenzin te ont staan in de herhalingsoefeningen. Zoo lezen wij in een oproep voor solli- citatiën voor de betrekking van suraume- den bok was geklauterd en in een levendig onderhoud met hem was geraakt. „Wat behoeft gij mede te rijden?" had de koetsier op norschen toon gevraagd. De ander stopte' hem rustig een halven kroon in de hand en antwoordde: Omdat ik daar belang bij heb." De aanblik van het zilverstuk oefende aanstonds een stillenden invloed op den ouden voerman uit. De Londensche cablie- den zijn bijna zonder uitzondering dood arm. Zoowel de Engeischen als de vreem delingen geven steeds de voorkeur aan een hansom, waarvoor altijd een flink paard gespannen is en die ook goed onder houden en zindelijk zijn, terwijl men zich afvraagt tegenover een cabstand, hoe het mogelijk is zulk eene verzameling vuile bouwvallige wagens, gebrekkige rossen en half doode koetsiers hijeen te krijgen. Meestal blijven zij dan ook werkeloos staan, en toch moet do arme voerman da gelijks nog zes gulden uitkeeren aan den rijtuigverhuurder, wil hij paard en cab huren, om daarmede zijn geluk te beproe ven. Het gebeurt hem maar zeiden met een shilling winst huiswaarts te keeren, want men kiest hem slechts bij gebrek aan heter, of wel in de stations, wanneer men hetzij koffers, hetzij een pak van eenigen omvang hij zich heeft. Overbeek's cabman keek zijn buurman eenigszins wantrouwend aan, terwijl hij mompelde „Nu, voor eenmaal dan. Het is anders geen gebruik; maar ik kan het moeilijk rair bij de Amsterdamsche Politie dat „de aspirant, indien deze nog militieplich- tig mocht wezen, niet meer voor herha lingsoefeningen onder de wapenen moet behoeven te komen". De R. K. miliciens willen nu een volks beweging op touw zetten om iedereen ge legenheid te geven van zijn gezindheid ten opzichte der derde herhalingsoefening te doen blijken. Daartoe laten zij lijsten circuleeren om handteekeningen te verzamelen. Ook het Centraal Bureau der K. S. A. steunt de beweging. Ons dunkt, dat het pogen om de derde herhalingsoefening afgeschaft te krijgen, goede kans van slagen heeft, en toe juiching verdient. De Katholieke leden der tweede Kamer zullen bezwaarlijk medewerking kunnen weigeren, want ook in hun program staat geschreven: vermindering van mililaire lasten. Tabaksbelasting. Wij achten hel niet van belang ontbloot ook voor onz© stad en streek, eens te la ten zien, wat hel „Friesche Dagblad" over deze belasting zegt. Mag men dit blad gelooven dan heb ben vooral de Friezen het minder aange naam vooruitzicht van door de aanhangige voorstellen, als zij wet worden, niet het minst zwaar te worden getroffen. Het blad begint mat de Tabaksbelasting. De tabaksbelasling (om daarmee te be ginnen) zal bedragen tien percent van den prijs, 'tls dus een tiende penning. En natuurlijk zal zij merkelijk drukken op het tabakshedrijf. Toen Alva den tienden penning wilde heffen op alle artikelen, kwam de burgerij daar kras tegen op en het is bekend, dat vele Brusselsche win keliers liever hun zaken sloten dan den tienden penning betalen. Nu zal de wijze van invordering van de tabaksbelasling wel eenigszins anders zijnmaar dit neemt niet weg, dat èn voor den tabaksfabrikant èn voor den winke lier een debietrecht op de tabak van 10 percent alles behalve een buitenkansje is, daar het belemmerend inwerkt op hun bestaansmiddel. En nu wil het geval, dat juist in onze provincie veel tabak gefabriceerd en ver kocht wordt. De Friesche heerenbaai hijvoorbeeld is door heel het land bekend en wordt veel gebruikt. Het Friesche tabakshedrijf, dat door energie en overleg tot bloei is geraakt, zal nu getroffen worden door den tienden penning. Toen het vorig© ministerie een tabaks- weigeren; de oude ligt ziek te huis, en de buren willen haar niel verzorgen, of ik moet er dagelijks twaalf stuivers voor ge ven, wat zoo ongeveer mijn heele ver dienste is, op goede dagen nog wel, dat begrijpt ge." „Wie is de oude?" vroeg de onbekende. „Mijn vrouw," klonk het met een diepen zucht. „Hebt gij dan geen kinderen?" „Niet meer. Zij zijn allen sedert lang dood. Ook al niet van weelde gestorven mijnheer. Zij hadden zwakke longen, en de dokter sprak van frissche lucht; maai' bezorg hun dat eens, als men met zijin, vij ven in een kelderkamertje woont en ze al te zwak zijn om nog naar huiten te wandelen. Ik had z© wel in mijn rijtuig naar het een of ander park kunnen bren gen en later weer afhalen, maar dan ver loor ik weer da kans een paar vrachten te vervoeren, en ze moesten toch eten ook." „Dus zijn ze een voor een gestorven?" „Ja mijnheer, en dat heeft de moeder den dood aangedaan. Van het oogenblik af dat wij onzen laatsten jongen hebben begraven, heeft zij geen uur gezondheid meer gekend. Ziet gij, ik had nog altijd mijn werk, en zag dagelijks van allerlei dat eene verstrooiing gaf aan mijne gedachten; maar de moeder bezat niets anders dan hen, in de lang© uren die ik buitenshuis doorbracht: ik kon zelfs niet voor het eten thuiskomen. En de buren konden haai' niet troosten. Zij waren zelf even arm belasting voorstelde' van drie ton stegen van alle zijden noodkreten omhoog. Dit ministerie wil de tabak belasten met twee millioen. Ook thans zal er wel verzet komen. En hij dat verzet sluiten wij als Friezen ons aan. Wij hopen, dat de Friesche tabakshan- del en industrie (en de tabakshandel in het algemeen, voegen wij er bij (Red. N. Z. Ct.) voor den voorgenomen aanslag op haar ontwikkeling bewaard blijve. B ij n a komisch. Op het jubileumfeest van de Dageraads mannen is, in presentie van den oud-Minis ter Van Houten, geprotesteerd tegen het gebruik in. de Troonrede van de formulé: „Gods zegen", door Ministers, die zelf niet aan God geloofden. Dit protest zal door veten buiten dezen kring gesteund worden. Niets is weerzin wekkender dan het huichelen in zulk een officieel woord. Natuurlijk is er uit anderen hoofde iets voor te zeggen, maar tegenover den oud-Minister was d© zet raak. Nog iets anders was bijna komisch. Mej. Drucker vertelde hoe de vrouw nu 60 eeuwen lang verdrukt, was. Waar haalde ze die 60 eeuwen vandaan Natuurlijk uit de 6000.jaar van de Schep ping, gelijk de H. Schrift het leert. En dat zegt men op zulk een Dageraads vergadering, die juist tegen alle gezag der Schrift het uitberst van woede. Natuurlijk versprak ze zich. Maar juist dat zich verspreken op zulk een jubileum teekent. (Standaard.) FRANKRIJK. Niet tevreden met de belangrijke porte feuille van Binnonlandsche Zaken, welke hem reeds feitelijk tot eersten minister maakte, heeft Clemenceau ook officieel het hoofd van den Franschen ministerraad wil len zijn. Hij is nu de machtigste man van het land, machtig door zijn invloed, machtig door zijn waardigheid, de man, die de Republiek re-presenteert binnen en buiten de grenzen. Een jammerlijk „toeken", zegt het „Cen trum". Want al valt het met te ontkennen, dat de Kabinets-formateur, die straks als premier het land besturen zal, over groote hoedanigheden beschikt, het zijn vooral negatieve hoedanigheden, welke hem ty peeren. In Clemenceau zegeviert niet slechts het anti-clericalisme, maar de. brutale cynische ontkenning van al wat geloof is. Met een spotlach op de lippen spreekt hij over God en met een grijns over den duivêl. Clemenceau behoort tot hen, die den godsdienst trachten te dooden door onver schilligheid en sarcasme. En hij is daar- als wij en scholden van den ochtend tot den avond tegen het lot en tegen de rijken, die het zooveel beter hebben dan wij ramp zalige stumpers en zelfs nog het leven van hunne kinderen konden redden. Dat alles is wel waar, en mijne vrouw is het ook met hen eens, maar het maakte haar nog ongelukkiger het telkens te hooren herhalen. Zij heeft zoo jaren achtereen voortgekwijnd en is nu sedert een maand bedlegerig geworden. Ik behoef u niet te zeggen welk een ellende dat is. Als ik ééns in de week iemand vind om wat voor haar te koken, den boel schoon te maken en bij haar te zitten, dan is dat veel." „En waarom zendt gij haar niet naar het hospitaal?" „Daar heb ik wel over gedacht.; maar zij smeekt mij zoo hartroerend daar niet toe over te gaan, dat ik er den moed niet toe heb. Zij zou daar goied verzorgd en nooit alleen zijn; maar zij heefl de kin deren zien opgroeien en sterven in ons oude huis, en zij hecht daarom aan eiken hoek der spelonk. Ik geloof dat zij haar voor geen paleis zou willen verruilen." „Dus hebt gij nooit beter dagen ge kend?" „Jawel, mijnheer, maar lang geleden, in mijne eerste jeugd, toen ik eerste stal knecht bij den hertog van Bedford was. Ik verdiende toen ruimschoots mijn brood en was al met Mary verloofd. Wij dachten niet anders of het zou ons altijd goed gaan. Tot mijn ongeluk verstond ik opperbest de kunst jonge rijpaarden af te richten, en om nog gevaarlijker dan een fanaticus als Combes. Zulk een man verheven te zien op de plaats van Frankrijk's eersten minister, beteekent de meest volslagen triomf van het anti-religieus radicalisme. Clemenceau is de verpersoonlijking van den Etat athée, den Staat zonder God, den Staat t e g ei n God. Vele jaren heeft het geduurd, voordat men er zelfs aan d a e h t, hem in een kabinet op te nemen. Voor het uiterste van zijn ministerschap schrikte men telkens terug. Maar thans is dat uiterste niet slechts aanvaard, het is tot zijn hoogste hoogte opgevoerd. Een anti-clericale spotter, die praalt met zijn ongeloof, die met grenzenlooze min achting neerziet op een zoo „verouderde"' instelling als hij de Kerk acht en tegenover Haar zelfs niet de gewone vormen in acht neemt, is in het katholieke Frankrijk offi cieel gebieder. Zullen het volk eindelijk de oogen open gaan? Een vergelijking. Het „Hbld. v. Antw." teekent door een vergelijking met den toestand in België scherp de rampza lige gevolgen af, van de anti-clericale poli tiek, die in Frankrijk gedurende de laatste jaren gedreven wordt. Het blad doet het in z'n typisch Vlaamsch taaltje, dat mis schien hier en daar voor ónze ooren een beetje harden klank heefl. „In België, met een clericaal ministe rie, sluit de begrooting alle jaren met een boni; in Frankrijk, met een Combistisch bewind, met razende anti-clericalen aan 't hoofd, is het tekort op de begrooting van 1902, volgens den ontslaggevenden minister van financiën, 200 millioen. Waarom? Omdat hier het conservatieve gouvernement, alleen de stoffelijke belan gen van het land betracht en in Frankrijk de politiek der regeering zich beperkt bij anti-clericalisme, priesterjudasserij en kloostervervolging. Wie geen papen vreet in Frankrijk, is niet eens mieer liberaal en mannen als Méline, Aynard, Jules Roche zijn in den ban van 'tliberalisme geslagen; zijn cle ricaal, omdat ze voor de vrijheid zijn. Laat ze nog maar wat dieper in de „krot" zinken; dat is misschien het eenige middel om de Fransche kiezers, die niet zien willen, door voelen te doen overtui gen, dat ze met een blind paard naar den afgrond hollen. De anti-clericale' liefhebberij kost geld, kost veel geld; 'tvalt te bezien hoelang ze daar nog aan willen meedoen". Aan het „Journal de Gemève" wordt uit Rome het volgende geschreven: In zekere kringen, ook ondier de Ka tholieken, schijnt men nog te gelooven, dat de beslissing van Pius X niet onher roepelijk is en dat, wanneer de Staatsraad, daartoe door de regeering aangezet, de uitspraak doen zou, waarover het gaat, op zekeren dag dat Mylord eene wedden schap had aangegaan binnen de veertien dagen een ontembaren Arabischen hengst uit een circus te zullen berijden alsof het slechts een lam gold, droeg hij mij op het dier voor hem klaar te spelen. Het was een prachtig beest, maar men zou ge zegd Rebben dat de duivel zelf in hem huisde. T-oen ik hem maar zag met zijne van bloed doorloopen oogen en zijn val- schen Mik, begreep ik aanstonds dat ik mijn «baas gevonden had. Toch wild© ik de proef niet opgeven. Het zou mij mijne plaats hebben gekost en daarbij kwam mijn trots ook in het spel. Kort en goed, ik be steeg Uluto, en een half uur later wierp hij taij in het zand en verbrijzelde met een (enkelen hoefslag mijn rechterbeen. Na dien tijd was het met allen voorspoed ge daan. Ik werd in het ziekenhuis verpleegd men zette mijn been af, en ik kreeg daar voor een stuk hout in ruil. Toen ik her steld was, kon ik onmogelijk op den hoo- gen bok van een hansom klimmen en zoo werd 5k cabman. Mary wilde mij toch trouwen; dat is waarom ik nog zoo aan de oude hecht." „En de hertog, deed hij niets voor u?" „Hij gaf mij vijf pond om het leven mee te 'beginnen en een getuigschrift voor den rijtuigverhuurder. „Een aalmoes dus (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1906 | | pagina 1