;en. No. 121. Zaterdag 13 October 1906. Tweede Jaargang. [mal FEUILLETON. BUITENLAND, KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN. Blad. Korte Inhoud Zondagsblad. DE ROZENKRANS. SLAVENKETENEN. UIT DE P E Rb* Abonnementsprijs per 3 maanden voor Goes f0.75, daarbuiten f 0.95 Afzonderlijke nummers a contant„0.05 GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor abonné's £0.371/2, voor niet-abonné's„045 Advertentiën van 15 regels f 0.50iedere regel meer 10 Ct Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 régels voor 25 Ct. a contant. Reclameberichten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. fl. f 1.50 d'or f 2. - 2. - 1.75 - 1.40 - 1.20 - I.— la 20 ets. Arnhem [tot 1 uur, eken, van I week en Iper week Iper week liging, ge- |lve in de per jaar (dagavond voor de geopend cent per verkrijg- na Ves- jchool, da- |21/2 uur. ■er week. Pastorie, cent per ms. Platen: Gymnastiekvereeniging „Medio- burgum" te Middelburg; de Piet Hein zin kende; in de Rotterdamsche zweminrich ting; de 3 October-viering te Leiden; Bil- derdijk-herdenkingde nieuwe universiteit van Aberdeen; een wedstrijd met luchtbal lons; Louis Bouwmeester; een ijsberen- congreseen nieuwe vliegmachinena de aardbeving in Chili met tekst. Feuille ton de twee parelvisschers, We zijn nu in de maand, gewijd aan de bijzondere vereering van den rozenkrans. De invoerder van deze devotie was de H. Dominicus, die het rozenkransgebed als geliefd wapen gebruikte in den strijd tegen die. ketterijen der Albigenzen. Van dien tijd af, dat is sedert zeven hon derd jaren hebben de Katholieken onop houdelijk met godsvrucht de kralen door hun vingers laten glijden. Een heele wereld van gedachten en ge voelens ligt daarin opgesloten; een ver korting van het evangeliede korte inhoud van het leven van JezusZijn Mensch- wording, Zijn Verlossing, Zijn Verheer lijking. En het leven van Jezus vereenigt zich in het rozenkransgebed diep met het leven Zijner Moeder, wier gelaat ons onder de Wees-gegroeten aanblikt of ingetogen, of door smart verduisterd, of van blijdschap schitterend. Want tusschen de mysteriën door ziet men Maria, die den groet des engels ont vangt; Maria, die zich haast naar het bergenland om Elisabeth te bezoeken; Ma ria bij de kribbe in het kleine stadje Beth lehem, waarheen zij van verre gekomen is, opdat de voorspellingen zouden vervuld worden; Maria, haar zoon in den tempel wedervindend. En ook is Zij het nog, die haar deel neemt in de martelingen van Christus in Zijn heilig Lijden. Zij is het, die met Hem den Calvarieberg beklimt en staat aan den voet van het Kruis. Zij is het nog, die met de apostelen en de heilige vrouwen getuige is van de Ver rijzenis en zich in het cenakel bevindt bij de nederdaling des heiligen Geestes. Zij is het ten slotte, wier lichaam in een zalig© hemelvaart door engelenhanden wordt gedragen ter kroning in den hemel. Even zoovel© voorstellingen van diepen zin en onvergelijkelijke grootheid, die zich bij het bidden van den rozenkrans aan den geest voordoen. 30. Goes. 29). „Ik ben geheel te uwer beschikking, hee- ren; maar ik hoop toch niet, dat gij Olga Liliënstern zult verdenken, een dergelijke daad ,met opzet te hebben gepleegd?" „Wij verdenken nimmer iemand, voordat zijne gehuld bewezen is", verklaarde de commissaris ,op plechtigen toon„maar daarom blijft het toch onze plicht alles nauwkeurig na te gaan. Mag ik u vragen, of .Olga Liliënstern haar slachtoffer reeds lang kende?" „Ik ben in staat u hierop met den meesten nadruk te antwoorden: njeen. Ik zelve heb hen aan elkander voorgesteld". „We'es zoo goed dit op te teiekenen", zeide de officier van politie tot zijn metge zel, en zich weder tot Marie Roval wen dende, ging hij voort: „Weet gijl nog, wanneer deze eerste ontmoeting plaats had „Ongeveer acht wieken geleden." „En hoe was hunne verstandhouding daarna „Sergius Demiroff geraakte spoedig on der hare betoovering en ofschoon zij het mij nooit gezegd heeft, geloof ik dat mijne vriendin zijne gevoelens deelde en vroeg of laat. zijne vrouw zou zjjn geworden." De eenvormigheid der woorden maakt de gebedsopzegging vreedzaam en kalm, en breekt, niet de bekoring, "die de overweging der mysteriën over ons brengt. En vruchtbaar zijn ze ook, die woorden wat er van uitgaat zijn de wondere vruch ten der mysteriën; 'tis een volle en over vloedige oogst van nederigheid en ver sterving, van gehoorzaamheid en ijver, van onderwerping en volharding. De rozenkranshij is het boek van hen, die lezen noch schrijven kunnen, hij is de geest dergenen, die de meest ver borgen schuilhoeken der wetenschap heb ben doorgrond! De rozenkrans is een gedicht. Een gedicht van rozen, die zich aan el kander reien in een bloeiende guirlande: witte rozen van onschuld, roode rozen van liefde of smart, gele rozen van zege praal en glorie! Geeft ons heel het leven der Kerk geen aanblik van poëzie? Zie de legenden, die om het leven der heiligen geweven zijn en zooveel andere verhalen die ons heb ben bekoord; zie de feesten, die den loop van het jaar aangevenzie de kathedralen met hare bogen en hooge vensters, hare fresco's en mozaieken, hare torens, die hun spits boren in de lucht; hoor de stem van het orgel die door hare ruim ten galmt! En dan de schoonheid der liturgie, der kerkgebruiken i Jiust deze liturgie deelt het kwistigst haar rijkdom van beelden en symbolen nit bij de officies, gewijd aan Maria. Te ver wonderen valt dit niet, want is Maria niet de groote: en zachte poëzie van het Katholicisme, zij de stengel en de bloem uit den stam van Jesse.? Gij herinnert u de Meimaand met zijn bloemen en geuren, met het tooisel, dat in die dagen de aarde siert en waarmede zij de Koningin des hemels eer schijnt te willen bewijzen. October beantwoordt aan die lentemaand. Het droefgeestige der din gen doet ons in ons zelf keeren en de lengte en stilte der avonden noodigt ons tot overweging. Rondom ons, in onze tuinen, die. hun bladeren verliezen, bloeien nog schaarsche rozen. Maar altijd kunnen er rozen bloeien in onze zielen en zelfs onder onze vingers door de kralen van den rozenkrans. Laat ons trachten te begrijpen, dat de rozenkrans met de drie mysteriën een „Gij spreekt steeds van uwe vriendin, maar kendet gijzelve haar sinds lang?" „Sedert bijna drie maanden." „Waar hebt gij haar het eerst ontmoet?" Marie R-oval vreesde ©en oogenblik hare .tegenwoordigheid van geest te verliezen, ,doch zij werd zichzelve spoedig weder meester en antwoordde schijnbaar lucht hartig. „jEi-gens, op een soirée bij vrienden, ik weet niet 'goed meer waar; zij zelve zal het zich nog beter herinneren." „En.waar kwam zij vandaan Wie waren hare ouders?" Ditmaal wendde de kleine actrice een ware driftbui voor: „Mijn Hemel, hee'nen!" riep zij uit: „Als gij meent da,t wij ia onze wereld den tijd nemen ons met dergelijke dwaasheden op te houden, dan vergist gij u. Dat is alles goed en wel voor het faubourg Saint- Germain waar men van A. tot Z. wil weten met 'wie men omgaat; maai- iemand als ik die uit de lagere volksklasse is op geklommen tot den rang van eerste too- neelspeelstier aan ©en der groote Parijsche schouwburgen, vraag niet anders dan hart en geest dn mijne vrienden, en Olga Li- tiënstern bezit beide". „Heeft zij echter geen invloed uitge oefend op uw plotseling besluit, gisteren, avond niet te spelen?" „Ik zal u toonen hoezeer ik wensch u oprecht te antwoorden: welnu ja, sedert jaren had zij zich verhinderd gezien hare beeld is van ons leven: want wij begin nen met de blijdschap, en door de droef heid moeten wij komen tot de glorie, die ons wacht. De heliogravure van het Aanschijn v. O.H. Jezus Christus. Onder dit opschrift namen wij onlangs uit „de Maasbode" over een stuk van dr. Nuyens uit Westwoud. Ook in ,,d'e Tijd" schreef de Romeinsche ^correspondente over bovengeliteld onder- iverp. Dienaangaande wordt ons nu van ge achte zijde medegedeeld „Men diende te weten zoowel de eigenaardige correspondente van „de Tijd" !als dokter Nuyens dat sinds eenige jaren geen enkel weten schappelijk man meer aan de echtheid van de H. Lijkwade van Tur ij n (beter gezegd Lircy, want bij of door de kanunniken van Lircy is het zgn. H. Aanschijn vervaardigd, gelijik Che- vallier een geschiedschrijver van den eer sten rang heeft aangetoond) eenige beduidende waarde he-chl". Ofschoon dit aan ons gericht schrijven geen rectificatie bedoelde, nemen wij er bovenstaand gedeelte uit over, om dit meer bijzonder onder de aandacht te brengen va.n „Tijd" en „Maasbode", daarbij dezen bladen, zoo zij het wenschelijk achten, gelegenheid gevend, in hun kolommen, die daarvoor een meer geschikte plaats bieden dan de onze, over deze zaak nog ©etn woordje te zeggen. Waarom niet fatsoenlijk ge- b 1 even? De stembus van 1905 toonde, hoe ver het gaat, als men eenmaal den laster- ho-nd van de ketting laat. Om maar zijn doel te bereiken, heeft men toen slijk met bei zijn handen op geraapt; tenslotte alle fatsoen weggewor pen; en getoond wellust te vinden in echt vuil werk. Prof. Hojwerda was de eenige, die den moed had daartegen op te komen. De anderen, ook de deftigsten en meest goied- hartigen ónder hen, zwegen. Ze vonden het wel vuil en vies; z© gingen er met den rag naar toe staan; en deden of ze 'tniet zagen; maai- ze leden niet aan de heldennatuur en hielden zich daarom stil. Het doel werd dan ook bereikt. De hee- ren vrienden kwamen weer in de mach,t. En sinds keerden fatsoenlijker manieren terug. Maar zie, nauwelijks komt er weer een geliefkoosde loopbaan, het tooneel te vol gen; en zij erkende terecht niet jong ge noeg meer te wezen om van meet af al de kleine achtereen volgende rollen te door kropen, waaraan men ons anders steeds onderwerpt. Zij verzocht mij dus haar voor één avond de rol van Ermingaxde af te staan, opdat het Parijsche publiek, de pers en de verschillende toonpeldirccteuren over hare groote gaven zouden kunnen oordeelen. Ziedaar wat ik den moed niet had haai- te weigeren, nadat ik mij eenmaal v.a.n haar dramatisch talent had overtuigd". „Gij hebt. hier niets meer bij te voegen?" „In het. geheel niets, en ik ben bereid hetzelfde, woord voor woord, tegenover den rechter van instructie te herhalen". „Da,n blijft ons nog slechts over u te danken, en u te verzoeken uw© vriendin te willen laten roepien". „Kunt gij haar heden dat verhoor niet sparen?" vroeg zij goedhartig: zij! was de zen nacht reeds zoo diep geschokt". „Het spijt mij", antwoordde de commis saris beleefd: „maar onze instructies lui den daartoe te beslist". „Dan zal ik zelf haar gaan wekken, zoo gij het mij vergunt; ondergeschikten zijn dikwijls zoo ruw". Hiertegen werd niet het minste bezwaar gemaakt en zij trad zachtkens op Olga's kamer toe. Deze was, als gewoonlijk, op slot en zij klopte, terwijl zij riep „Wordt wakker, schoone slaapster, ik ben het, Marieen ik kom u tijding partieel© stembus in 't zicht, of 't begint weer. Eerst nog matig. Dat spreekt vanzelf. Opwinding gaat met tempo's. Maar toch is men reeds weer zoover, dat Dr. De Visser openlijk aan de kaak wordt gesteld als een man, in wien „de ijdelheid zich presenteert met gemaakte .nederigheid". Hij wordt gezegd zijn toga te hebben uit getrokken en zich, „in 'tnarrenpak" te hebben gestoken; „middelen aan te grijpen een ernstig man onwaardig"; op het „ap plaus van het schellinkje" te speculeeren; en in poiiticis op te treden „als een too- neelspeler die den draak vertolkt". In Go'i-kum hadden we. pas nog dit „gooi en met vuile eieren" beleefd van het li berale blad in die stad; maar daar is toen tenminste van achtbare liberale zijd© nog protest tegen gehooid. De „Opr. Haarlemmer Cour." maakte zich nog pas aan de krenkende laaghartig heid schuldig, om, zonder zweem van be wijs, een rede van Dr. Kuyper te quali- ficeeren als van „niet onverdacht© eer lijkheid", en dat zonder dat ze zelve die rede, met de noten, nog gelezen had. Maar dit is een locaal blad, en deze gemeenheid had geen politieke strekking. Maar de aanval op Dr. de Visser is politiek, is een poging om hem voor de Leidsche kiezers te brandmerken. En komt voor in een Haagsch blad van rijks strekking. In het „Vaderland". Is dit kwaad nu niet te stuiten? Noch de Christelijk-historische, noch de Antirevolutionaire pers, noch die der Roomsch-katholieken, voorzoover ze een algemeen karakter draagt, maakt zich aan dergelijk persoonlijk aantasten va,n een tegenstander schuldig. Van die zij blijft men tegenover de per sonen zijner tegenstanders bij'na altoos hoog f a t s o e n 1 ij k. Is het nu voor de liberale pers zoo on doenlijk, om desgelijks te doen, en ook harerzijds de goede manieren in onzen politieken strijd weer in eere te brengen? Het verhoogt, het karakter van den strijd. Het is de traditioneel Engelsche usantte. Hel is eisch van het Constitutioneel© stel sel. Het is de adel van een parlementaire worsteling. Betoog tegenover betoog, redenen tegen over redenen, beginsel tegenover beginsel, program tegenover program, maar van de personen der candidaten af blijven. Onder de kiezers woelt vaak booze hartstocht. In strooibiljetten wordt reeds genoeg gezondigd. Op meetings wordt soms schandelijk gelogen. Maar laat de Nederlandscbe pers dan voor 't minst onze pene ophouden, en af'- latdn van zoo .onfatsoenlijke practijk. (Stand.) FRANKRIJK. Wolven i n s chaa p s k ie e re n. De brengen". Er volgde geen antwoord. Na afloop van een minuut herhaalde zij haar geroep; ditmaal luid op de deur kloppende, maar alles bleef doodelijk stil. Aangegrepen door een onbesehrijfelijken angst schudde izij aan den knop en bonsde op den muur, en toen ook dit te vergeefs Meek, snelde zij naar de mannen van het gerecht terug. „Hoeren", riep zij ademloos: „Ik vrees dat hier een tweede ongeluk heeft plaats gegrepen, en dn dat geval is het mijne schuld; ik had die mogelijkheid moeten voorzien en haar van nacht niet alleen laten; zij was veel te wanhopig over het gebeurde. Thans geeft zij geen antwoord; hare deur is afgesloten en ik vraag mij af, of zij niet heeft toegegeven aan een oogenblik van radeloosheid over het voor gevallene om zichzelve van het leven te berooven. Ik bid u, vergezelt mij, en helpt mij de deur openbreken". De beide mannen volgden haar op den voet. Zij trachtten beurtelings hiet slot te doen springen, maar dit was hun onmo gelijk. „Haal terstond den eersten smid den besten", gebood de commissaris zijn met gezel „wellicht zijn de levensgeesten nog op te wekken". Zij die voor Olga's deur de wacht ble ven houden, wisselden ternauwernood een woord met elkander. Marie Roval weende in stilte en beiden telden de minuten die „Semaine Religieuse" van het diocees Évreux, waarschuwt de geloovigen tegen een aantal rondreizende vreemdelingen, die, als geestelijken gekleed, in meerdere parochies vereenigingen van ©eredienst trachten te stichten, en met dit doel aller lei misleidende middelen aanwenden. In Frankrijk is geen belangrijke verande ring in den toestand waar te nemen. In de „Univers" schrijft Francois Veuil- lot een artikel, waarin hij de katholieken aanspoort om, nu de scheidingswet ver eenigingen voor den eeredienst in het le ven riep, waaraan een Katholiek geen deel 'kan nemen, en nu de regeering tracht, het. 'stichten van parochiale vereenigingen te bemoeilijken, over te gaan tot het oprich ten van allerhande vereenigingen strikt volgens de wet van 1901, in elke parochie, die zich ten doel stellen het geven van christelijk onderwijs, het kinderpatronaat en de armenzorg. Vereenigingen, die allen te zamen kunnen brengen om den herder der parochie, en een macht zullen vormen iegenover het sectarisme, dat. zulke booze aanslagen tegen den godsdienst in den zin heeft. En daartoe moeten de Franschen nu, in 1906, vijftien jaren na de verschijning der encycliek „Rerum Novarum" nog wor den aangespoord in aen „Gauioïs"" hëelt g-raaf de Mun minister Clémenoeau van antwoord ge diend op zijne redevoering. Heel het staatkundig beleid dezer regee ring, zegt de Mun, ligt in het feit, dat zij niet met den Paus onderhandelen wil. Dat de Paus, het hoofd van de wereld kerk, voor geen enkel volk een vreem deling is, dat weet iedereen. Dat weet men omdat men er eiken dag bij alle vol ken der aarde het bewijs van ziet, zelfs bij de volken, die zich van Rome hebben afgescheiden. Overal waar katholieken zijn, onderhandelen de regeeringen met den Paus over zaken die den katholieken gods dienst betreffen, de Vereenigde Staten van Noord-Amerika, de sultan van Turkije. Uit Rouaan wordt gemeld, dat de pre fect de burgemeesters van Le Houlme en Le Héron van hun post ontzet heeft, om dat zij kruisbeelden, die de leeraars uit de schoollokalen hadden verwijderd, weer daarin hebben laten plaatsen. RUSLAND. In Riga lieten twee jonge vrouwen in een tramwagen een pakje liggen, dat bij nader onderzoek een met dynamiet gela den helsche machine bleek te zijn. Door stoppen van den wagen werd een ont ploffing voorkomen. De politie te Wilna arresteerde aldaar alle leden van een bond voor revolution- naire propaganda in he.t leger. Onder de 23 gearresteerden bevinden zich een offi cier en twee soldaten. Een telegram uit Tiflis meldt, dat prins Jason Pavlenof Dinsdag is vermoord in een dorp daar in de buurt. De moorde naars ontsnapten en de boeren lieten het er verloopen moesten, aleer er hulp kwam opdagen. Eindelijk verscheen er een slotenmaker in zijn zwart, glimmend pak voorzien van de noodige breekijzers. Hij' bekeek het slot aandachtig en schudde toen het hoofd: „Het is zonderling", sprak hij„dit slot is afgedraaid, maar er steekt geen sleu tel in". „Gij vergist u. Wij' hebben te vergeefs getracht door het sleutelgat te kijken". „Dat koint, wijl er aan den binnenkant een prop papier voor zit. De deur moet van deze zijde afgesloten zijn en de sleutel werd er daarna afgetrokken". „Maak in elk geval open". De werkman gehoorzaamde ©n vijf mi nuten later bevonden allen zich in het in duister gehulde vertrek. De blinden wa ren gesloten evenals de overgordijnen en de diepste stilte heerschte daarbinnen. Onwillekeurig greep Marie Roval den arm van den commissaris. Zij doorleefde sedert eenige uren zulke sombere gebeur tenissen, dat zij bang werd tot zelfs in haar eigen huis. „Maak terstond licht", gebood hij kortaf. Zijn metgezel gehoorzaamde, en weldra scheen de heldere winterzon ongehinderd naar binnen. Op datzelfde oogenblik ontsnapte een kreet va,n de lippen der actrice. Het bed w.a,s niet alleen ledig; het was zelfs niet aangeroerd geworden. "(Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1906 | | pagina 1