Dinsdag 8 Mei 1906. Tweede Jaargang. BUITENLAND, No. 54. KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN. Bjj ffl miner behoort een BjjYoepl. EVENREDIGE VERTEGENWOORDIGING. FEUILLETON. SLAVENKETENEN. NiH mm np Abonnementsprijs per 3 maandenf 0.95 Afzonderlijke nummers a contant 0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, alléén voor de abonné's per 3 maanden0 37Y2 MAANDAG- VERSCHIJNT eiken WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Advertentiën van 15 regels f 0.50; iedere regel meer 10 Ct Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. a contant. Reclameberiohten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prjjs. Provinciaal Watersnoods-Comité. De penningmeester van het comité ont ving nog uit; Zeeland. Uit Goes; Tooneélver. „Oefening en Ge noegen" f 4.9G, inschr. „De Zeeuw f 2.50, insehr. „N. Zeeuwsche Cour." f 29.20, ze ker Iemand f 3, en Oosterbaau en Le Coin- tre 2e storting op uitg. „Overstrooming in Zeeland" f 250. Verder „Kweekelingenbode" Wemeldin- ge f 20.00 en coll. Zondagschool en Cate chisatie Camperland f 5.70. Nederland. Collectes teWestzaan f 147, Tiel (res tant) f 384.466, Apeldoorn f 3950, Heiloo f 140, Zwijndrecht f 300, Culemborg f600.15, 2e Exlooërmond f 66.34, Stads kanaal (restant) f 3.30, Geldrop f 25, Rijs wijk (restant) f 2.45, Zuid-Beijerland f 159.21, Oud-Beijérland f 240.75. Verder Turnver. Oud-Beijerlahd f 295.19, Chr. Zangver. „Horach" aldaar f50, E. It. H., Den Haag, f 1,N., idem f5, en uit Scheveningen f 10. Aan 't thans heerschende meerderheids stelsel in kiesdistricten kleven vele ge breken. En terecht wordt in 't rapport, door de kiesrechtcommissie uit de liberale unie indertijd uitgebracht, aangemerkt, dat de vrijheid van keuze aan velen feiteljjk wordt ontnomen. Er wordt getransigeerd en geschipperd, beginselen worden verzaakt, althans er een offerfeest van gehouden, aansluiting gezocht tusschen kiezersgroepen, die in vele opzichten ganschelijk niet met elkan der overeenkomen, om den gemeenschap- pelijken tegenstander te overwinnen en ten val te brengen. En waar dan binnen zulk een betrekke lijk kleine oppervlakte de strijd om de meerderheid, om de helft plus één van het stemmental gestreden wordt, daar ge schiedt dit dikwerf met eene verwoedheid en verbittering, die 't karakter der ver kiezingen verlagen -en aanleiding geven tot de meest afkeurenswaardige praktijken. Aan deze bezwaren komt de evenredige vertegenwoordiging grootendeels te gemoet door aan elke strooming en rich ting in 't kiezerscorps, van genoegzame beteekenis, de gelegenheid te geven, zich naar verhouding harer sterkte in de Ka- i.) HOOFDSTUK I. Deonbekende. De zoogenaamde „Engelsche trein" stond gereed het station Rozendaal te ver laten, om naar Zeeland te stoomen, en de passagiers voor de nachtboot die van Vlis- singen naar Queensborough vaart, binnen enkele uren aan de haven van de Ruijter's geboorteplaats af te zetten. Als gewoonlijk heerschte er eene groote bedrijvigheid op de beide perrons. Van verschillende zijden waren er reizigers aan gevoerd, die elkander verdrongen om de voor heil bestemde lijn op te zoeken. In weerwil van de snerpende koude liepen de buffet-jongens langs de openstaande por tieren met allerlei ververschingen. De cou- rantenventer, een oud gediende, met lij dende gelaatstrekken en verkleumde lede maten, riep op schorren toon: „Het Vader land, de Figaro, het Nieuws van den Dag, de Nieuwe Zeeuwsche Courant", en met luid gedruisch werden de afge koelde stoven door warmere verruild. Hiel en daar boog een vreemdeling zich uit een raampje, om te zien hoe een Neder- landsche grensplaats er wel uitzag, maai de felle noordoosten wind dreef hem spoe dig weer naar- binnen, waar hij zich haastte zich dichter te wikkelen in zijn reismantel of dekens. mer, Prov. Staten, gemeenteraad te doen vertegenwoordigen. Zij maakt ©en einde aan de onderdrukking der minderheden. Detalrijkste part ij zal de mees te leden afvaardigen, maar niet meer dan haar toekomt. En of de minderheden af gevaardigden erlangen of vertegenwoor digd zijn, zal niet van het toeval of ge modder afhangen, maar van haar eigen sterkte. De vertegenwoordiging zal daardoor ook beter worden samengesteld, omdat de ve lerlei partijschakeeringen aan 't licht zul len komen. De kiezers krijgen meer vrij heid van keus, door zich met gelijkgezin den te kunnen vereenigen ten behoeve van een bekwaam en geschikt geacht verte genwoordiger hunner beginselen. De partij vorming wordt ook zuiverder. Onnatuur lijke, heterogene stembuscombinaties wor den overbodig. Bovendien wordt de belangstelling in de publieke zaak verhoogd, daar niet zoo veel stemmen meer verloren gaan of zoo vele kiezers wegens machteloosheid van de stembus wegblijven. Het karakter dei- verkiezingen wordt edeler, de strijd van beginselen zuiverder. Elke stem krijgt ge lijke beteekenis, wat bij districten met zeer uiteenloopend getai kiezers onmogelijk is. Dat klinkt nu wel wat optimistisch voor velen, idealistisch zelfs en daarom schre ven we bovengrootendeels. Maar men behoeft niet verwonderd te zijn, dat, om aan de bezwaren en schadelijke ge volgen van het bestaande stelsel te ont komen, zoovelen eene uitkomst, althans eene niet te versmaden verbetering mee- nen gevonden te hebben in de evenredige vertegenwoordiging. Dit stelsel vindt dan ook in alle landen tal van aanhangers, waaronder eminente staatslieden, terwijl het in enkele staten, o. a. in 't naburige België reeds, geheel of gedeeltelijk is ingevoerd. De Vereeniging voor evenre dige Vertegenwoordiging hier te lande telt leden uit alle partijen en frac ties. Mr. Harte heeft, nog student zijnde, als wij ons goed herinneren, aan de Utrechtsche universiteit, in eene brochure het stelsel warm verdedigd. Dr. Kuyper heeft het in 't „Program" zijner partjj met kracht aanbevolen en zelfs een stelsel ont worpen. Zij, die meenen, o. a. 't R. K. Eerste In een der uit 'üuitschland komende wagens was een jongmensch gezeten. Hij had van Breda af alleen, gereisd, want nooit misschien had de mailtrein zoo wei nig lieden vervoerd. Een ieder die niet om dringende zaken of familieredenen op reis ging, bleef bij zulk een weersgesteld heid te huis. Ernst Nieuwenheim had zich echter weinig om sneeuw en koude be kommerd, en zijn vooraf bepaalden tocht naar Londen willen 'doorzetten. Een zijner vrienden was in Engeland getrouwd en had hem laten beloven het Kerstfeest mede te komen vieren in het land dat nog zoo vol geestdrift is in de laatste Deoemner- dagen. Hij zou er een aantal aangename kennissen maken, en er verscheiden aller liefste vriendinnetjes zijner jonge gast vrouw ontmoeten. Kortom, het uitstapje beloofde hem te veel dan dat hij er van af zou hebben gezien, om zich aan den ouderlijken haard te blijven koesteren. Maar dat nam niet weg dat hij zich ver stijfd voelde; door het geopende portier- stroomde de avondlucht binnen; de be vroren vensters waren slechts gebrekkig gesloten; van alle zijden scheen het te tochten en ontstemd trok hij zijn mantel kraag op, terwijl hij prevelde „Ik zal blij zijn als wij ons maar een maal op de boot bevinden. Daar is het tenminste warm. Gelukkig dat ik alleen zit en dus plaats heb om mij uit te strek ken. Zoodra wij weer op weg gaan, zal ik trachten wat te slapen; dan vergeet ik mijn ellende." Hij zou zijn voornemen spoedig ten uit voer kunnen brengen, want reeds hoorde Kamerlid Vermeulen, dat de tegenwoordige Grondwet de invoering der Evenredige Ver tegenwoordiging wel degelijk toelaat, kun nen o. i. voor die zaak niet. beter doen, dan ook uit haar datgene te helpen ver wijderen, wat voor anderen een bezwaar kan zijn. Zoo naïef zijn wij nu niet, om voorbij te zien, dat naast moraliteits- zich ook machtsfactoren laten gelden in den poli- tieken strijd. Niet ten onrechte zei mi nister Borgesius bij de behandeling der Not av. G i I s e in de Tweede Kamer „In alle landen, waar het waagstuk der Evenredige Vertegenwoordiging aan de orde gesteld is, heeft de politiek en dikwijls de politiek in min gunstigen zin een rol gespeeld." Zoo zal 'tin ons land ook wel gaan. Het partijbelang, of wal men teil minste gewoon is als zoodanig te beschouwen, zal den doorslag geven, al nemen wij gaarne aan, dat in alle kringen mannen zullen worden aangetroffen, die eene mo- reele politiek van grooter beteekenis ach ten dan een paar zetels. Laat ons hopen, dat Dr. Kuyper in zijne partij, Lohman, Visser en Verkouteren in de hunne mannen genoeg naast zich zul len vinden, om hunne geestverwanten te overreden, dat eene moreele politiek wel 'tbezit van enkele zetels waard is, al zouden deze dan ook aan de Ka tholieke part ij ten deel vallen. Men zou zoo zeggen, dat de ontwikkeling van denkbeelden en beginselen, welke de liberale partij sinds 1897 tot drie partijen heeft doen afwikkelen, dezen reeds tot warme voorstanders der Evenr. Vertegen woordiging maken moest. Het is evenwel te bezien, of 't anti-clericalisme, dat haar tot dusver bij verkiezingen de onteerende rol van een louter negatieven strijd heeft doen voeren, niet ©eh beletsel wezen zal, om zich tot die moreele politiek op te heffen. Ten slotte nog eene opmerking aan de geloovige partijen. Het zou dwaasheid zijn te ontkennen of niet in te zien, dat in de politiek van den dag zoowel een sociaal als een gods dienstig element op den voorgrond treden. Evenredige Vertegenwoordiging zal der halve onvermijdelijk tengevolge hebben, men de deurtjes door de conducteurs dicht slaan, en had een der beambten post ge val bij de klok om het sein tot vertrekken te geven, toen het portier wagewijd werd opengerukt en doortocht verleend aan eene vrouw. Zij wierp den jongen man een snellen maar doordringenden blik toe, en nam daarop plaats in den tegenovergestelden hoek van het rijtuig. Haar gelaat was met een dichten sluier bedekt, toch meende Ernst, naar haar slanke, bijna tengere ge stalte te oordeelen, dat zij nog in den vollen bloei der jaren was, en ziende dat zij noch reisdeken, noch pelsen hij zich had, dacht hij „In elk geval zal zij wel niet verder dan Bergen op Zoom meereizen en hier zeker slechts den dag hebben doorge bracht. Zij die haar lieten vertrekken, moe ten zich al heel weinig bezorgd over haar maken, dat zij haar niet ©ens een warme sjaal medegaven. Is dat nu weer om zoo goed als in zomerkleeding op weg te gaan Ik durf er alles onder verwedden, dat zij leelijk is als de nacht, anders zou meu wel medelijden met haar hebben gehad." Maar of hij zich dat ook al wijsmaakte, het begon hem te hinderen dat hij zelf zoo goed ingestopt was, terwijl eene vrouw aan de koude blootgesteld zou blijven. Op dat oogenblik verscheen de conduc teur om de kaartjes na te zien. Hij had Nieuwenheim's biljet reeds geknipt, en be keek dus alleen dat der onbekende. „Londen, Victoria station," zeide hij, „u blijft zitten tot Vlissingen-haven," en on- rméldellijk daarop werd het portier gesïo- dat er in de politieke partijen, wortelende in godsdienstigen grondslag, eene partij groepeering zal ontstaan, die zich als de Christelijk-dem«cratische aan dienen en bij verkiezingen op een of meer afgevaardigden aanspraak maken zal. De godsdienstige of, wil men liever, de kerkelijke arbeiders buiten den poli- tieken en verkiezingsstrijd te willen hou den, is eene illusie, die onmogelijk kan gekoesterd worden door hen, die de ver schijnselen op maatschappelijk en politiek gebied ernstig nagaan en weten, wat in andere landen, o. a. ïn Duitschlarid en België, is geschied. Het tegenwoordig kiesstelsel maakt den godsdienst tot een Staatskussen in den politieken strijd en brengt kiezers, die in de vergaderzaal hunne belangen wenschen behartigd te zien door iemand, die zoo wel hun m a a t s c h a p p e 1 ij k e als gods dienstige inzichten deelt, vaak in eene pijnlijke positie, niet zelden tot gevaarlijken tweestrijd. Hij, wien de godsdienst lief is, zal zijn broeder in den geloove, dien twee strijd willen besparen. Het is toch wel Christelijk, zooveel mo gelijk le vermijden, dat stoffelijke en gees telijke belangen in botsing komen. Het na te laten brengt veelal schade aan de laats ten. Men bedenke het wel, het sociale ont wikkelingsproces met zijn politieke gevol gen is in ons land evenmin te keeren als in andere. Wel kan dit zich met schok ken of op regelmatige wijze voltrekken. Dit hangt af van he't doorzicht van hen, die op dit oogenblik den meesten invloed hebben. Wanneer dit besef bij de godsdienstige partijen werkt, zijn de kansen op de in voering van eene Evenr. Vertegenwoordi ging zeer groo't. Zij is in 't belang 'der maatschappij, aan wie zij eene rustige ont wikkeling waarborgt, door haar te behoe den voor een verwoeden kamp tusschen de uiterste partijen, waarbij voor tusschen- groepen geen plaats, althans zeker geen veld van vruchtbare werkzaamheid over blijft. BELGIE. Chistelijke stervensmoed. Roerend is het verhaal, dat een der ge redde kadetten van het vergane opleidings ten en weer klonk het schel gefluit der locomotief. Ernst had moeite gehad den uitroep te smoren die hem naar de lippen drong. Zij begaf zich dus ook naar Engeland, en zou dan anderhalf uur moeten hier zitten, zonder eenige beschutting tegen de ze barre temperatuurI Dat was al te erg; wie mocht zij dan wel zijn dat zij niet eens in staat was geweest zich van een plaid te voorzien? Een Engelsche gouver nante waarschijnlijk, die met Kerstvacantie huiswaarts keerde, of wel ©ene leerares van de eene of andere school. Ja, dat moest het zijn; maar hoe dan te verklaren dat zij eerste klasse reisde, terwijl zij te arm was om voor haar gezondheid te zorgen Hoe 'het ook zijn mocht, hij 'be sloot er nie'i. minder gerust om te slapen, en strekte zich zoo gemakkelijk mogelijk uit, pogende niet meer aan zijne reisge- nooie ié denken. Maar wat hij ook beproefde, hij 'kon het rijk der droomen niet binnengaan, en na een kwartier lang te vergeefs de oogen te hebben gesloten, verkoos hij liever het nieuwsblad te lezen dat hij te Rozendaal had gekocht. Hij hief zich dus weder over eind en zag onwillekeurig zijn medepassa gierster aan. Ditmaal was hij geheel en al verbluft. Zij had haar sluier omhoog geslagen, -en hij aanschouwde ©en beeld schoon gelaat, zoo jong en zoo doorschij nend van kleur, alsof zij nauwelijks twin tig jaren telde. Het lichtblonde haar scheen een gouden gloed te dragen, en kwam gol vend te voorschijn onder het gesloten hoed je dat hare lokken bedekte. Ook de rech schip „De Smet de Nayer" deed omtrent den kalmen, echt christelijken stervens moed van de jeugdige opvarenden, die bij deze verschrikkelijke ramp den dood von den. Het waren de tegenwoordigheid van een katholiek priester (den aalmoezenier, den eerw. heer Cuypers en de vertroosting van den godsdienst, die de jeugdige gemoederen voor vertwijfeling en wanhoop bewaarden „Ik weet niet, wat uw overtuiging is", dus meldt de bedoelde kadet aan een re dacteur van den Brusselschen „Matin", „maar doordat ik dien zoo bovenmensche- lijk goeden priester den dood heb in zien gaan, heb ik gevoeld, dat alleen de goede God ons helpen kon, zoo zacht, zoo zalig en kalm te sterven. „De abbé had ons aller biecht gehoord. Daarop had hij zich naast den kapitein ge plaatst en daar, het hoofd 3-ls met een stralenkrans omgeven, hfeef hij rechtop en fier staan, met bezield gelaat, de hand met een breed gebaar van zegening uit strekkend over de zee Hij zei ons een laatste vaarwel; hij smeekte over de doo- den de barmhartigheid van den Verlosser afl 'tls afgrijselijk! We hielden allen zoö broederlijk veel van elkaar aan boord. Dó abbé was zoo eenvoudig goed. Toen heeft de monsterachtige zee ons arme schip overstelpt en zonder ©en schreeuw, zon der eén klacht van hen, die op hun helden- post waren gebleven, is het schip gezon ken. Ik heb voor het laast kapitein Four- bault nog gezien, terwijl hij de hand drukte van onzen aalmoezenier, die hem naar zich toe trokToen gingen ze den dood inl „Na die mannen zich met zooveel koel bloedigheid en zelfverloochening te heb ben zien overgeven aan de zee, voelt men zich overweldigd door do grootheid en onvergankelijke schoonheid der helden ziel". FRANKRIJK. In een verkiezingsrede heeft Doumer, voorzitter der Fransche Kamer, volgender wijs geoordeeld op een hem toegeworpen verwijt, als zoude hij lid der loge zijn „De vrijmetselarij was oorspronkelijk ©en zuiver philantropische instelling, een ver eeniging van menschen, die een loffelijk doel beoogden. Toen ik er lid van werd, sloot ik mij aan bij een groep van geest verwanten, die allen een politiek van vrij heid, waarheid en gerechtigheid voor stonden. „Maar langzamerhand trad een hervor- ming inde vrijmetselarij werd en is sinds gebleven een kliek, een sekte, die den verklikkersdienst organiseerde, het régime van 't verraad van de kuiperijen en ide Internationale. „Met zulk een régime heb ik mij1 nooit kunnen vereenigen, het lag niet op den weg mijner beginselen. „Daarom brak ik in Januari 1904 met do terhand had zij ontbloot en deze was blank en klein als die van een kind. De oogen alleen kon hij niet z'ien, want zij hield ze neergeslagen op ©en reisgids, dien zij blijkbaar met aandacht onderzocht. Meer dan ooit gevoelde hij thans mede lijden met haar, en gehoor gevende aan een plotselinge opwelling des harten, boog hij zich 'tot haar over en zeide: „Vergeef mij, maar gij zijl minder goed tegen de koude gewapend dan ik en gij zult mij wel het genoegen willen doen tot Vlissingen toe een van mijne reis dekens te gebruiken. Ik heb het natuurlijk te warm."' Langzaam sloeg zij 'den blik naar hem óp, den somberen, troostelo.ozen blik van twee staalgrijze oogen, 'terwijl zij antwoordde „Ik dank u, gij zijl zeer vriiandelijk, maar ik bekommer mij niet om het weer." „Maar anderen kunnen dat wel doen voor u, en indien gij bij uwe weigering blijft, zult gij mij noodzaken mij te ont doen van mijn beide plaids, want nooit zal ik er in toestemmen mij als man te koesteren, terwijl ©ene vrouw mij het voor beeld geeft van zulk ©ene stomcynsche verharding tegen een vorst als deze." „Indien ik het gewild had zoude ik mij in mijn pels hebben kunnen wikkelen," zeide zij hooghartig„maar indien gij het niet anders verkiest, dan zal ik uw deken aannemen. Ik dank u intusschen nog maals." Ernst stond verheugd op en hielp haar het voorwerp omslaan. Bij deze beweging raakte zijne hand 'de hare aan. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1906 | | pagina 1