No. 50. Zaterdag 28 April 1906. Tweede Jaargang. Ier BUITENLAND. and. AL WIJK. AK KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN. UIT DE PERS. ing op't leven. Maart 1843. lijk Besluit No. 41. litaal f300.000. I.374.679.625. iagd. ÏDENZA.AK C 63, A.GIELSE. K. geïntroduceerde -ingen verstrekt NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Abonnementsprijs per 3 maanden Afzonderlijke nummers a contant Geïllustreerd Zondagsblad., alléén abonné's per 3 maanden voor de 0.95 0.05 0 37V, VERSCHIJNT eiken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Advertentiën van 15 regels f 0.50; iedere regel meer 10 Ct Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. a contant. Reclameberiohten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. Korte Inhoud Zondagsblad. Ditmaal tal van actueele afbeeldingen van de ramp van den Vesuvius en die te San Francisco. Nog stellen platen voor de Russische keizerfamilieEen eigenaar, dig Paaschgebruiken een militair feest te Bergen op Zoom; Mengelwerk: De on. derkruiper; Feuilleton: De Bloedige Hand. Voor de noodlijdenden in Zeeland. Vorige opgaaf f 1765.01 N. N. Ierseke f 25. Nog van de R. K. parochiale scholen te 'sHeerenhoek f 4.20 Totaal f 1794.21 Provinciaal Wateranoods-Comlfé. Door den penningmeester van dit co mité werd nog ontvangen uit: Zeeland. Collecte te: AVemeldinge (restant) f145, Heinkenszand (restant) f3.40, en Zuid- zande (restant) 13.475, Clir. Nat. Werk mansbond afd. Middelburg f 10, zangver. Hoop op Zegen, Axel f 11.76, nagekomen gift Axel f 5, rederijkerskamer Advendo Noordwello f 10.325, liefdadigheidsvoorstel ling Zierikzee f201.80, Chr. schsol Oude- lande nagift f 0.27, inschrijving „De Zeeuw" f5, en idem „Nieuwe Zeeuwsche Courant" f4.63. Nederland. Collecte teSt. Pancras f 75, Meppel f 1288.11, Nijkerk f727.31, Mijnsheeren- land f 87.65, Steenbergen f 1804.57, Meer kerk f 122.65, Bodegraven f 132.15, Nieuw koop f 231.59, Leerdam f 368.52, Baflo f 230.75, Leek f 820.90 en Hoogezand f 108.11. Verder: Loge De Geldersche Broeder schap f 40, dames-comité Monnikendam en omstreken 181.50, nagekomen gift Zwee- loo f 1, van een koperen feest Vlaardingen f3.60, nagekomen gift Maastricht f3.95, zangver. Concordia Winterswijk f86, uitv. tooneelver. Kunst na Arbeid Zutfen f 102.765, not. T. Benningbroek f 10, uit 's Grave n zande f 9, Ned. Handelsmaat schappij A'dam f 1000, mevr. J. J. v. d. V. Overveen f 1000, uitv. gem. zangver. I). de Lange Koog a. d. Zaan Ï90, W. 'R. en eenige schoolkameraadjes Gouda f0.80, jhr. W. F. T. v. Z. Prinsenhage f 60, van een bruiloft Wommels f 10.25, A. R. B., gecollecteerd te Amsterdam f 10 en coll. Scheik. iaborat, Delft f 19.50. Door C. Boasson: mej. A. v. S. gecoll. te Gorinchem f 215.875, N. W. R'dam f 1, R. F. Lille f4.76, W. F. Roulers f2.50, L. R. Louvain f 4.78 en H. K. Genappe f9.56. Buitenland. Jas. Williamsen en Son Lancaster 50 pd.st. en uit Berlijn f 100. Na 10 maanden. Zelfs vrijzinnigen zijn het er over eens, dat hunne geestverwanten, om de zege praal bij de stembus te behalen, gebruik gemaakt hebben van middelen, die den toets der kritiek niet kunnen doorstaan. Door valsche voorspiegelingen en schijn. schoone beloften is het vblk misleiden nu het nieuwe ministerie ongeveer tien maanden Nederland bestuurt, mogen we wel wijzen op eenige punten, die het niet houden van belofte aantoonen. Onze legeruitgaven dan, waren volgens de vrijzinnigen veel te hoog. Als dr. Kuyper maar eenmaal weg was, dan zou men eens zien, wat daaraan be zuinigd kon worden 1 En wat hebben we te zien gekregen Een vrijzinnig minister van oorlog, die maling heeft aan elke bezuiniging. Men zal zich nog. herinneren, hoe ook de Tariefwet tegen het Christelijk mi nisterie werd uitgespeeld. Door die wet, beweerden de vrijzinnigen, zou de werkman gedrukt worden en ge. troffen in zijn brood en in zijn klompen en zijn pet. Maar de heer Plate, lid der Tweede Ka mer, voorzitter van de Kamer van Koop handel van een handelsstad als Rotterdam, een man dus, die wel zeer goed de ge volgen eener tariefwet moet kennen; iemand ook die behoort tot de liberale partij, heeft beweerd, dat door het tot standkomen der tariefwet de lage arb»ids- loonen zeer zullen stijgen. Hetzelfde dus, wat wij vóór de ver kiezingen schreven. Deze liberaal erkent dus, dat men den arbeider heeft misleid. En dan nog de opcenten! Toen minister Harte een voorstel deed tot heffing van 5 opcenten, kwam heel het vrijzinnige kamp in 't geweer om zoo'n enormiteit te bestrijden. Neen, dat mocht niet gebeuren. Het toenmalige Kamerlid van Baal te, thans minister, was een der eersten, die de heffing dier opcenten veroordeelde. Maar ondervinden zouden we de zege ningen van een vrijzinnig ministeriel De minister van financiën De Meester zou met belasting hervorming ten tooneele tredenmaar voor hij zelfs maar zijn plan nen voor het voetlicht had gebracht, wer. den we verrast niet met 5, maar met 10 opcenten. Dus nog meer betalen dan onder het „Kuyper-regime" Zouden de oogen langzamerhand open gaan? Slechts door een stroobreed gescheiden. Het was de „Zutph. Crt.", die, in haar ontstemming over de onvriendelijke hou ding van de Vrijzinnig-Democraten tegen de Unie-liberalen, dezer dagen de volgen de verzekering gaf „Men vergete het niet, de Vrijz.-Dem. Bond is in opvatting en kleur slechts door een stroobreed gescheiden van vele kiesvereenigingen, die hij de Lib. Unie zijn aangesloten. „Op alle of bijna alle punten kunnen deze vereenigingen samenwerken met de afdeelingen van den Vrijz.-Dem. Bond, en ééne lijn trekkend, zouden zij sterk zijn, en een groote kracht kunnen ont wikkelen." Uit deze Unie- liberale verzekering ziet men, dat het met het „afglibberen" stijl van-dag-tot-dag naar het radicalisme, waartegen men volgens de „vaste en on wrikbare overtuiging" van het „Hbl.", een paar jaar geleden erg voorzichtig moest zijn, al een aardig eindje op streek is. Dus tusschen Unie-liberaal en Vrijzinnig- Democraat ligt slechts „een stroobreed". Heel veel is dat niet meerover een stroospier is gauw heengestapt. En is het nu niet merkwaardig, dat op het socialistencongres door orthodoxe Marxisten beweerd werd, dat Mr. Troelstra de S. D. A. P. leidde naar de zijde der Vrijzinnig-Democraten De heer Troelstra noemde dit wel een waanvoorstelling, maar ondertusschen bleek uit de genoemde voorbeelden, dat er hier en daar tusschen de Soc.-dem. Kamerfractie en de Vrijzinnig-Democraten toch ook niet heel veel meer dan „een stroobreed" lag. En tegen te spreken is het niet, dat het Socialistencongres metterdaad een wei jïig „rechts" gehouden heeft; heel veel is dan ook niet noodig. i Zoodat, om het Zutphensche beeld vast te houden, de Unie-liberalen zoo ongeveer twee stroobreed van de socialisten afstaan. Welke afstand er nu tusschen de Vrij en de Uniejiberalen bestaat, is ons niet gegeven te bepalen; maar zoo nu en dan krijgt men den indruk dat deze groepen ook geen mijlen ver van elkander staan. Het is misschien niet kwaad op die af standsvermindering te letten; wel te ver. staan, nu er geen verkiezingen voor de deur staan. Als Juni in het land komt en een stem bus mee brengt, dan verdwijnen zelfs alle stroospierenen loopen de socialisten even hard voor Jhr. Van Karnebeek als voor Mr. Troelstra in eigen persoon. (Stand.) Kiesrechthervorming. Nadat „het Centrum" ons artikel over kiesrechlhervorming grootendeels had overgenomen, gaf dat blad nog o. a. ver. schillende opmerkingen in zake de Katho lieken en het kiesrechtvTaagstuk. „Het Cen trum" betoogt dan, dat in 1894 tengevolge van het ontwerp.Tak een groote verwij dering tusschen de Katholieken ontstond. Er ontstond een soort van Babylonische spraakverwarring, e?n opwinding en ver kettering, waarvoor in elk geval onze partij bewaard had moeten blijven. Wanneer men na de Grondwetsherziening het vraag stuk terstond in studie had genomen, zou op de hoofdpunten wellicht overeenstem, ming zijn verkregen en ware de felheid van den strijd zeer zeker niet tot zulk een hoogte gestegen. De zoozeer gevreesde en in zoo donkere kleuren afgeschilderde kie. zersvermeerdering na de Grondwetsherzie ning gaf terstond een meerderheid aan de Rechterzijde. En ook de latere uitbreiding onder Van Houten bleek geenszins nood lottig te zijn voor de Christelijke partgen. Dr. Schaepman had het trouwens reeds jaren te voren gezegdhet is ongerijmd, wantrouwig te zijn jegens het volk. En toen hij bijna twintig jaren geleden het eerste hoofdartikel in onze „Volkscourant" schreef, was het diezelfde goede dunk der kleine luyden, der braede massa achter de toenmalige kiezers, welke hem wel is waar niet met geestdrift voor het algemeen kiesrecht getuigen deed, maar hem toch veel minder dat kiesrecht als een natio nale ramp en een onoverkomelijk gevaar deed verwerpen. De katholieken zijn een parlij die een toekomst heeft. Zij zijn een partij-, welke voortdurend nieuwe kracht put. uit haar onvergankelijke beginselen, zich aanpassend aan alle tijdsomstan digheden, aan alle politieke en sociale evoluties. Wij hebben een groot deel van het volk achter ons dit weten wij en hebben de gebeurtenissen ten overvloede op onomstootelijkc wijze aangetoond. Wij behoeven ons niet uit zucht tot zelfbehoud vast te klampen aan een bestaande rege. ling, aan een bepaald cijfer van kiezers. W ij kunnen in volle vrijheid, in volle onbevangenheid en zonder angstige partij, overwegingen nagaan, of de vigeerende kieswet een deugdelijke wet. is, dan wel of de wenschelijkheid bestaat tot een defini tieve oplossing te geraken en o. a. door in voering van evenredige vertegenwoordi ging een zuiverder afspiegeling van het volk in de Kamer te garandeeren. En zou het nu niet een beetje dwaas, om niet te zeggen absurd wezen, wanneer wij de vrees gingen doelen van de schrijvers en sprekers der oud-liberale groep, ja, zelfs een nóg grooter wantrouwen jegens de niet-kiesgerechtigde bevolking aan den dag legden, dan die bekommerde pen. en woordvoerders?Wij gelooven, dat de vraag zichzelve beantwoordt. Vereischte is thans, dat, nu de electorale, quaestie ontegenzeggelijk aan de orde ge steld is en ook de katholieke parlij zich binnen korter of langer tijd er over zal moeten uitspreken, tot een deugdelijke bestudeering van het vraagstuk worde overgegaan. Een deugdelijke bestudeering niet slechts i n de Kamer, maar ook in onze politieke organisatie daarbuiten. De vinger Gods. Wij lezen in de „Nieuwe Koerier": Ontzettende rampen hebben de laatste weken de volkeren getroffen. Naast de ramp van Courriéres, die wel licht door beter toezicht en meerdere voor zichtigheid ware te voorkomen geweest, kwamen de ontketende natuurkrachten, waartegen geen menschenkracht bestand is, dood en ontzetting brengen onder dui zenden en duizenden. Uitbarsting van den Vesuvius, aardbeving te Formosa (Japan) en de laatste dagen in California, waar be halve vele kleinere plaatsen een wereld stad als San Francisco verwoest is. Zullen wij hier spreken van de straffen de Hand Godsi, die de aarde treft we gens haar ongeloof en zedenbederf? Neen, dat kunnen wij niet, wijl het den mensch niet gegeven is, Gods raadsbeslui ten te doorgronden. Christus leerde ons, dat niet iedere ramp een straf is. Maar wel mogen wij1 zeggen, dat hier de vinger Gods duidelijk zichtbaar is, om den mensch te wijzen op zijn nietigheid. In hun waanwijsheid hebben de men- schen gezegd, dat zij zich niet meer be kommeren om de wetten Gods; bijna geen enkel land der wereld, waarin men in het openbaar leven zich paal en pqrk laat stellen door wat God gebiedt. Men vraagt, zich enkel af, waarmee het. meeste te verdienen valt, of waardoor men zich boven andere volkeren kan verheffen, en zulk doel wettigt alle middelen. En deze politiek wordt gevolgd zoowel in het oude Europa, als in de nieuwe wereld, waar de „dollar" koning is en in het opkomende Japan, dat de stof vergoodt. Alen wil geen rekening meer houden met God. En nu komen de natuurkrachten met wereldschokkende rampen den mensch zijn kleinheid en nietigheid verkondigen bij al zijn verwaandheid. De mensch bouwt ste den en paleizen in lange jaren van moei zaam werken en één enkele aardschok doet dat heerlijk menschenwerk ineenstor ten als een kaartenhuis. Zou de mensch thans erkennen willen, dat hij1 niet is zijn eigen god, maar dat er een Alachtige is boven hem? Zat hij1 terugvinden in zijn hart het ge bed tot dien Almachtige, evenals de ge redde mijnwerkers, die niet schroomden te bekennen, dat zij gebeden hadden, met al de krachten vurigheid hunsjharten, hoewel zij zoo lange jaren het bidden verleerd hadden Hopen wij het in volle vertrouwen op den barmhartigen Vader in den hemel, die Zijne macht den menschen toont, om uit hetgeen wat wij rampen noemen, het goede te doen geboren worden. In Gods handen immers zijn wij allen. De ramp in Californië. Generaal Greely, die te San Francisco het bevel aanvaard heeft, zendt nu de eerste ambtelijke opgaaf over de veronge. lukten naar Washington. Een zeer nauwkeurig onderzoek seint de generaal door kapitein Winn heden ingesteld, brengt, voor zooveel inlichtin gen te verkrijgen zijn, het geheele aantal slachtoffers van de ramp te San Fran cisco op tweehonderd zeven en zeventig. Daarbij zijn gerekend omstreeks 50 niet. herkende lijken die in verschillende dee- len der stad gevonden, en lijdelijk hegra ven zijn in Lombard street en Bay street en op twee pleinen. Veertien lijken zijn uit Valencia hotel voor den dag gehaald; men vermoedt dat nog 56 menschen in de bouwvallen omgekomen zijn. De namen der 150 herkende dooden worden in de lijst vernield. Hoewel deze opgaaf de doodenlijst van San Francisco aanzienlijk vermindert, zegt generaal Greely dat men niet gelooft dat ze nog aangevuld zal behoeven te worden, tenzij met enkele slachtoffers uit de puin. hoopen. Het is wel opmerkelijk dat het aantal dooden nagenoeg blijkt overeen te komen met de laatste schatting. In de eerste dagen hoorde men ramingen tol 5000, en dat in een telegram van onlangs, dat op ambtelijke gegevens heette te berusten, het aantal slachtoffers nog op meer dan 1000 geschat werd! Woensdagmiddag te kwart over drie heeft hier wederom een aardbeving ge woed, die bijna een minuut lang duurde, tengevolge waarvan groote opschudding teweeggebracht is. De nog overeind staan de muren van de afgebrande gehouwen stortten in en minder lichte gebouwen werden heen en weer bewogen. De schokken werden ook te Oakland en Barkeley gevoeld. Dat zich na de zware schokken nog enkele, zelfs vrij hevige naschokken voor. doen, is een gewoon verschijnsel. Ach teraf blijkt ook, dat de aardbeving van verleden week door enkele lichte stooten voorafgegaan is, een paar dagen vroeger, maar natuurlijk heeft niemand daar bij zonder op gelet. Zoo zullen vermoedelijk de grondbewegingen die nu nog plaats hebben slechts de onvermijdelijke beroe ringen zijn van den weer tot rust komen, den bodem. Gelukkig is de Californische bevolking niet zoo prikkelbaar als de Ilalianen die in den omtrek van den Vesuvius wonen. Alen mag aannemen dat de Californiërs zich niet bijster ongerust maken over den toestand, en hun nieuwe stad rustig her bouwen zullen van staal en beton, om de kracht van volgende aardbevingen te tar ten. FRANKRIJK. Volgens een officieele mededeeling heb ben tot dusver van de 38,000 Fransche geestelijken, die op grond van de wet op de scheiding van Kerk en Staat recht op levenslang pensioen of tijdelijke ondersteu ning hebben, tot 15 April 27,242 aange vraagd om in het genot van een van heide te worden gesteld. De afgevaardigde Denys Cochin schrijft aan den „Figaro", dat de door de wet aan de geestelijken beloofde pensioenen, op den bepaalden datum, den len April, niet zijn uitbetaald geworden, zoodat tal van pastoors op het platteland zich in groote verlegenheid bevinden, daar de geloovigen gerekend hadden op de goede trouw der Regeering en nog geen maatregelen hebben genomen om in het onderhoud hunner herders te voorzien. Indien de Regeering vereiseht dat wij de wet aanvaarden, zegt de afgevaardigde, dan moet zij zelve niet beginnen met de bepalingen, welke die wet dragelijk zouden kunnen maken, te schenden. Die rnede- deeling, gevoegd bij het feit dat de Re geering weigert van de nieuw benoemde bisschoppen de vrije administratie toe te kennen over hun ambtelijke inkomsten, zal misschien nu wel aan menigeen de oogen doen opengaan die tot dusverre van een „loyale proefneming" met de scheidings. wet nog eenig heit verwachten. De „Verité Francaise" had eergisteren gemeld, dat de aartsbisschop van Kame. rijk, in toepassing van het onlangs ver schenen decreet, aan abbé Lemire, Kamer afgevaardigde voor het district Haze. brouck, verboden heeft zich opnieuw ver. kiesbaar te stellen. Het bureau Havas be richt evenwel „dat abbé Lemire nie mand heeft gemachtigd, zijn candidatuur als niet gesteld te verklaren". De „Univers" teekent bij het bovenstaan, de aan, dat men er niet aan behoeft te twijfelen, of abbé Lemire zal zich zeker terugtrekken, indien de handhaving van zijn candidatuur hem in conflict zou bren gen met de instructies uit Rome. Of abbé Lemire zich evenwel in dergelijk geval be landt, is aan de redactie van de „Univers" onbekend. In Frankrijk blijft de toestand onrust wekkend, niet alleen in het Noorden, maar overal. In Parijs schijnt men met eenige be zorgdheid den lsten Afei tegemoet te zien. De staking der zetters en drukkers duurt onveranderd voort, zonder dat er iets bi- zonders voorvalt. De patroons hebben ver schillende eischen ingewilligd, maar de stakers hebben besloten, vol te houden, totdat alles, wat ze vorderen, toegestaan zal zijn. JAPAN. In de „Revue des Deux Mondes" geeft de heer André Bellessort een beschrijving van een Japansche gevangenis, n 1. die te Omeeto. 't Was geen vleiende getuigenis van de Japansche beschaving dat zij gaf! De gevangenis is eigenlijk een aaneen schakeling van kooien met traliewerk, precies als onze dierentuinen zijn ingericht. Achter de tralies bloot gesteld aan zon of hitte, geplaagd door vliegen, liggen de veroordeelden op den grond. De groote kooien bevatten een twintigtal van ben, de middelmatige vijf of zes, de kleine slechts één. Een wachter, met een stok gewapend, treedt op don directeur toe, maakt het militaire saluut, en slaat op den vloer als een temmer die zijn dieren wakker schud den wil, terwijl hij uitroept: „Salueert!" Die, welke niet machteloos zijn door de vermoeienis of gebrek aan slaap, werpen zich voorover op den vloer, tot het bevel klinkt „staat op!' Hun gelaat staat niet woest, maar het is zonder persoonlijke uit drukking en er ligt een waas over van die treurigheid welke misschien alleen door het afwezig zijn van toekomstgedachten wordt veroorzaakt. „Wij hadden", schrijft de heer Belles sort, „reeds bijna de geheele instelling bezichtigd en zouden het hospitaal binnen treden toen de d'recteur eenige woorden wisselde met een Japanschen leeraar in vreemde talen, die ons vergezeld had. Wij gingen terug en men bracht mij voor twee kooien, elk met slechts een gevangene. Een stokslag op de traliestangen en de beide mannen in hun gele kleeding. met hun uitgemergeld gelaat en doode oogen, wierpen zich op de knieën met zulk een kracht, dat hun voorhoofd den vloer raakte. „Daar ziet gij," zei de directeur, „twee commandants van het Japansche leger, die op Formosa voor den vijand gevlucht zijn".

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1906 | | pagina 1