No. 87.
Dinsdag 27 Maart 1906.
Tweede Jaargang.
BlNNEEUJKm
KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN.
De cultuur in door xeewater
overstroomde polders.
f
0.95
0.05
Abonnementsprijs per 3 maanden
Afzonderlijke nummers a contant
Geïllustreerd Zondagsblad, alléén voor de
abonné's per 3 maanden„0 37%
MAANDAG-
V E R S C|H IJ N T
eiken
WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Advertentiën van 15 regels f 0.50iedere regel meer 10 Ct
Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend.
Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. a contant.
Reclameberiobten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs.
Voor de noodlijdenden
in Zeeland.
Vorige opgaaf f 1629.62
Een Zeeuw te Amsterdam f 2.50
F. K. te L. f 2.50
E. de B., 's Hage f 50.
Spaarcenten van de kinderen
der Zusterschool f 4.56
Totaal f 1689.18
Bij den penningmeester van het pro
vinciaal-comité zijn nog ingekomen de vol
gende giften:
Uit Zeeland: van H. Ph. f1000; A.
W. B. v. B. f50; N.N. f2.50; „Waters
nood" f0.25R. v. d. L. f10; M. v. B.
f 2.50 en „Een werkman" f 2.50, allen Mid
delburg; verder van Leerlingen Openbare
school, Amemuiden f 9kinderen dei-
Christelijke school, idem f 10.865v. V.
Tholen f300; A. H. f50; J. A. W. D.
f7.50; beiden Middelburg; van de Goe-
scho Commissie f 4850Gesticht St. Mi
chael, Sas van Gent, f10; 't Comité to
Ellemeet f230; 't Comité te Waarde
f 341.70; Afd. Oostburg Mij. Landb. en
Veeteelt f50; Leerlingen Christelijke
school Kapelle-Biezelinge f 14.05; Collecte
openbare school Oostkapelle f 21en
schoolkinderen te Nisse f 7.25.
Uit binnen- en buitenland van: firma J.
Cölln, Hamburg f100; A. W. R., Utrecht,
f 40Z. D. II. det Bisschop v. Haarlem f 100
K., Haarlem f100; fam. v. V., idem f25;
R., Nijmegen, f60; M. S., idem, f20; bij
„Nieuwe Courant" Den Haag f25; G. d.
.1. d. J., idem f2.50; H. J. v. d. W.,
idem f10; (A. -f- B.)z idem, f5; D. H.
K., idem, f 5Julius, Heerenveen, f 10
v. d. K„ Schoonhoven, f10; A. P. F.,
Groningen, f75; H. E. O., idem, f2.50;
officieren van de veldartillerie, Bergen op
Zoom, f75; B. L„ Lekkerkerk, f4.50; F.
M. v. d. V., Oosterbeek, f2.50; C. v. d.
G., f 1, A. M. L., f 300, A. L„ f lö, G. L. Z.,
f 10; Mevr. wed. K. £25; alle vijf te Rot
terdam; collecte juridisch dispuut Themis
Leiden, f26.515; N. N., Driebergen, fl;
N. N., 's Bosch, f5; G. V., Schiedam, f 10;
mr. S. v. W„ Wassenaar, f10; E. v. D.,
Amsterdam, £15; C. J. L., idem, f 10 en
kinderen Ned. Herv. school te Hoogeveen,
f 1.50; V. d. P. te W. f100; Comité Lek
kerkerk, £450; N.N., Amsterdam, £100;
mr. J. H. v. L., idem, f2.50; W. J. v. W.
R., Leeuwarden, f 100; R., Schagen, 100;
A. S., Rotterdam, £2000; J. v. B., idem,
£5; wed. H. G., Brielle, £10; M. J. A„
Pernis, f 1.50; W. K. B. f50; K. f375;
E. J. W. P. M. f 10; V. f 2.50; „Een Zeeuw-
sche", Dordrecht, £25; H. H., Zwolle,
f2.50; dr. D. J. B„ Lichtenvoorde, f10;
K. S., Meppel, f2.50; leerlingen openb.
school te Spijkenisse f 12.525A. L. K.,
Leiden, f10; J. v. d. B., Utrecht, £10;
V. R. en J. H. K., Leiden, f lö; P. F. B.,
Bloemendaal, f 25G. v. d. B., Groesbeek,
f25; V. C., Biarritz, f50.
Men verzoekt ons opname van een door
den heer I. G. J Kakebeeke, rijksland-
bouwleeraar, te Goes, in „de Veldbode"
geschreven artikel, waaraan wij terwille
der actualiteit gaarne voldoen.
De namiddag van 12 Maart van dit jaar
is voor verscheidene kuststreken van ons
land zeer noodlottig geweest. Vooral Zee
land is zwaar geteisterd en tal van polders,
ter gezamenlijke grootte van ruim 4800
hectaren, zijn geheel of grootendecls over
stroomd. Allen, die bekend zijn met de na-
deelige werking van het zeewater op den
kleigrond, zullen begrijpen, dat aan den
landbouw in Zeeland enorme schade is
toegebracht, een schade, die gedurende
meerdere jaren zwaar gevoeld zal worden.
Zoodra de verschillende polders tegen
het thans instroomende vloedwater -be
schermd zullen zijn, zullen de landbouwers
zich de vragen stellen wat zij met dien
grond moeten beginnen, welke-gewassen
op dergelijke gronden verbouwd kunnen
worden en hoe zij -die .-.gronden moeten
bewerken, -en-daarom komt 'het mij v-an
belang voor-thans te herinneren ahu vroe
ger genomen -proeven.
In den nacht van 23 op 24 December
1894 zijn, eveneens tengevolge van een
hoogen vloed bij Noordwesten wind, ver
schillende zeepolders ingeloopen. Vooral
het eiland Goeree-Overllakkee had het
hard te verantwoorden en bij Goedereede
overstroomden meerdere polders.
Door mij zijn in de jaren 1895 en 1896,
als deskundige bij den aanlag der proef
velden in Zuid-Holland, in den Zuider
polder bij Goedereede, die gedurende 14
dagen onder zeewater heïft gestaan, proe
ven genomen met het doel na te gaan,
of het al of niet wenschelijk is den grond
te bewerken met een ondergrondsploeg,
teneinde den ondergrond los te maken
en het doorzakken van het zout te be
vorderen, en na te gaan welke gewassen
op met zeewater overstroomde gronden het
best geteeld kunnen worden. Verbouwd
werden zomergerst, haver, suikerbieten,
paardenboonen, aardappelen en vlas. De
perceelen, waarop suikerbieten en paar
denboonen gezaaid werden, waren voor
een deel behandeld met den ondergronds-
ploeg. Dez.- gewassen werden gezaaid op
18 en 29 April 1895. De bovengrond, die
vóór het zaaien met de eg behandeld werd,
viel zeer goed uiteen. Zoodra echter de
grond eenige dagen rustig had gelegen,
vormde zich weer een ijzerharde korst,
waar de jonge plantjes zeer moeilijk door
heen konden komen. Boonen en suikerbie
ten werden met de machine gezaaid, de
andere gewassen uit de hand. Gerst, boo
nen en aardappelen kwamen op tijd op, de
haver laat en dun, de suikerbieten zeer
onregelmatig en het vlas zeer laat. De
onder de boonen gezaaide karwij mislukte
geheel. Omtrent den groei dier gewassen
kan vermeld worden, dat de gerst welig
groeide en blijkbaar zeer weinig last van
het aanwezige zout had. Eind Juni zag de
gerst er minder goed uit, een gevolg van
het aanhoudende droge weer en van den
harden, onnatuurlijken bodem.
De boonen vertoonden reeds spoedig
een ziekelijk voorkomen, en vooral die,
welke met den ondergrondsploeg bewerkt
waren, bleven kort van stroo (H 33 c.M.)
De aardappelen groeiden in het begin
vrij goed, doch lieten het er spoedig bij
zitten; het loof bleef klein en verschrom
pelde.
Het vlas kon zich niet door de harde
korst heenwerken, zoodat de stand dun
bleef. Hit groeide zeer slecht op en be
reikte een lengte van slechts 2 a 4 d.M.
De haver kwam wat dun voor don dag,
omdat het onmogelijk was met de egge
het zaad een voldoende grondbedekking
te geven. Za groeide welig op en bezat
de donker blauwe kleur, aan goede haver
eigen.
De suikerbieten kregen een paar dagen
na het zaaien regen, wat onder gewone
omstandigheden voor het ontkiemen zeer
goed is, doch juist hier verkeerd werkte,
daar de grond zeer hard werd. Door meer
dere regens kwam hierin later verbete
ring. In het begin was waar te nemen,
dat 't gewas op het bewerkte veldje beter
doorgroeide, later echter was geen verschil
meer te bespeuren.
De boonen en aardappelen werden te
vroeg rijp; de gerst was rijp in 'tlaatst
van Juli en de haver begin Augustus.
De suikerbieten werden op 5 October ge
rooid. Van de gerst werd 32.66 ILL. per
hectare gedorscht, de haver gaf een op
brengst van 45.54 H.L. De suikerbieten
op het onbewerkte perceel leverden 30119
K.G. per hectare met een gehalte van
16.2% en op het met den ondergronds
ploeg bewerkte perceel 32491 K.G. met
16-9%.
De gerst en de haver leverden flink ont
wikkelde korrels, de boonen waren gerim
peld en slecht; de aardappels waren zeer
slecht van smiak. Uit den uitslag dezer
proefneming kan men dus het besluit trek
ken, dat op de ondergeloopen polders aard
appelen, vlas, paardenboonen en karwij
niet uitgezaaid moeten worden, terwijl sui
kerbieten, gerst en haver een vrij goede
opbrengst kunnen geven.
Deze opbrengst klopt vrij goed op de
ondervindingen van de landbouwers in
den bedoelden polder. Suikerbieten en
.gerst voldeden goed, haver echter veel
minder. De haver op het proefveld stond
veel beter dan die in eanig ander deel van
den polder. Overal vertoonde het stroo
•een r.gele -kleur, alsof het,-.gewas verbrand
was. Deze betere-opbrengst op het .proef
veld, zal we'Hicbt.een-.gevojgigeweast zijn
van het z-eer-ondiope-onderbreijgen. Haver,
.die licht ingeëgd was, groeide overal be
ter dan met de machine gezaaide.
Eveneens deden verschillende landbou
wers slechte ondervindingen op met aard
appelen en boonen.
De bewerking van den grond heeft voor
de boonen geen merkbaar voordeel gege
ven. voor de suikerbieten echter wel en
dat voordeel zou, wanneer de zomer wat
vochtiger geweest was, waarschijnlijk groo-
ter geweest zijn.
Een bewerking metdfaonilei-
grondsploeg verdient dus aan
beveling. Overal waar in de polders
het zaad in hel voorjaar ondergeploegd
was, stonden de gewassen dunner. Deze
bewerking moetdaarom afgera
den worden; men moet het zaai
zaad zooveel mogelijk ineggen.
Is men bevreesd, het zaad moeilijk met de
egge te kunnen onderbrengen, dan kan
men wat meer zaaizaad gebruiken. Op
zandige plaatsen in den polder bleek het
ploegen minder nadeelig te zijn.
Lucerne en klaver op enkele perceelen,
in den Zuiderpolder gelegen, hadden ook
veel van het zoute water geleden.
De lucerne groeide later goed door en
gaf een bevredigende opbrengst, de klaver
was veel minder.
Weinig werken in den grond gaf in
dezen polder de beste resultaten, geheel
overeenkomstig vroeger opgedane onder
vindingen. Een bemeslingsproef is in den
polder niet genomen, doch wel bleek hiel
en daar, dat superphosphaat werkte, zoo
wel op geploegde als ongeploegde gronden.
Bij overstroomingen van polders in Gro
ningen heeft men de ondervinding opge
daan, dat 'n bemesting met chilisalp. gun
stig gewerkt heeft en zeer zeker is 't aan te
bevelen om met deze meststof proeven te
nemen. Zij, die dit voorjaar het over
stroomde land reeds met superphosphaat
bemest hebben, zullen dat niet meer be
hoeven uit te zaaien, daar liet niet waar
schijnlijk is, dat deze meststof met het
water den grond uitgegaan is.
De resultaten, in den Zuiderpolder op
gedaan, komen vrijwel overeen met die
uit den Annapolder in Noord-Beveland,
die in denzelfden nacht doorbrak. Ook in
dien polder heeft men de meest uiteen-
loopende gewassen, alspaardeboonen,
erwten, gerst, haver, zomerkoolzaad, vlas,
suikerbieten, mangelwortels en paarden-
peen uitgezaaid en met de egge onderge
bracht. Alle gewassen mislukten, alleen
gerst gaf een matige opbrengst en lucerne
was vrij goed. Suikerbieten gaven, in te
genstelling met den Zuiderpolder, een ge
ringe opbrengst. De Annapolder h eft on
geveer drie weken onder het zeewater ge
staan. üaai noch in den Zuiderpolder,
noch in den Annapolder gedraineerd land
was, zijn hieromtrent geen ondervindingen
gedaan. Vroegere overstroomingen hebben
echter aangetoond, dat gedraineerd land
veel vóór heeft boven niet gedraineerd
land.
Daar een totale rust voor het land zeker
gunstig is, wordt dikwijls aanbtvolen, het
land in weide te loggen. Dez? raadgeving,
hoezeer juist in beginsel, is in de practijk
niet. gemakkelijk uit te voeren, aangezien
de fijne gras- en klaverzaden slecht op
komen en men dus slechts z.-lden een
eenigszins volle weide kan verkrijgen.
De proef in den Zuiderpolder werd in
1906 voortgezet met suikerbieten en gerst
en getracht werd om den invloed van een
kalkbemesting en van -een bewerking met
den ondergrondsploeg na te gaan. Alle
perceelen werden bemest met 600 K.G.
superphosphaat en 300 K.G. chilisalpeter
per hectars, terwijl een enkel perceel
bovendien 2000 K.G. ongebluschte kalk
per hectare ontving.
Het resultaat was als volgt voor de
wintergerst
Superphosphaat ~j- chilisalpeter 45 H.L.
per H.A.idem -f- kalk 42 H.L. per H.A.
idem met diepe grondbewerking 42 H.L.
per H.A.
De kalkbemesting en de diepe grond
bewerking met den ondergrondsploeg heb
ben bier niet veel gegeven. De proefnemer,
de heer D. Lodder te Goedereede, schreef
echter, dat do met kalk bemeste perceelen
het water veel beter doorlieten dan de
andere perceelen.
Het resultaat met de suikerbieten was
Superphosphaat -f- chilisalpeter 40096
K.G. per H.A.; idem -f kalk 44813 K.G.
per H.A.; idem jnet. diepe grondbewerking
42577 K.G. per H A.
Opmerkelijk wvas -ibet,-;.dat.jde met-kalk
rèemesfe.peavelen. dadel ijk-bet-wniefcdoor-
lietcnecn niet vast ineensloegen, -terwijl
op de andere perceelen dagen daarna nog
groote plassen op het land stonden. De
bieten op de kalkperceelen groeiden ook
veel beter en hadden meer blad. De proef
neming van dat jaar heeft dus de uit
komst van het voorgaand jaar, dat sui
kerbieten en gerst np de door
zeewater overstroomde gron
den goed groeien, bevestigd en te
vens geleerd, dat h?t gebruik v aln
ongebluschte kalk in niet te
kleine hoeveelheid, veel bij
draagt tot een meer gunstigen
toestand van den grond.
Het grootste gedeelte van den Zuiderpol
der werd bezaaid met suikerbieten, waar
van zeer goede en ook zeer slechte oogsten
kwamen. Over 't algemeen gaven die per
ceelen do grootste opbrengsten, welke kort
vóór de overstrooming waren bemest en
ook die, welke in het eerste jaar van de
overstrooming waren gebraakt.
De luzerne, die in 1895 veel werd uit
gezaaid, bleek te zijn een gewas, dat op
overstroomde gronden thuis behoort en
gaf ongekend hooge opbrengsten. Winter
tarwe gaf weinig stroo, doch een goede
opbrengst aan korrels. Erwten waren in
1896 even slecht als in 1895. Een per
ceel koolzaad, in den nazomer van 1895
uitgezaaid, stond in 1896 uitstekend.
Naar aanleiding van het hierboven me
degedeelde meen ik, dat op die overstroom
de Zeeuwsche kleigronden, welke nog tijdig
van het zeewater bevrijd zijn geworden en
waar het mogelijk zal zijn om te zaaien,
zij het ook laat in het voorjaar, suiker
bieten, gerst en misschien ook haver uit
gezaaid zullen moeten worden. Is het mo
gelijk onder de granen luzerne te krijgen,
dan kan men daardoor in de volgende
jaren het land veel verbeteren.
Aangezien de overstrooming in dit jaar
zooveel later valt dan in 1894, zal het
op vele gronden onmogelijk blijken om dit
voorjaar nog iets uit te zaaien. Het komt
mij voor, dat men voor die gronden het
best zal handden door er niet te veel op
te werken, en alleen de bovenste grond
laag met eg en cultivator te behandelen,
om te verhinderen, dal het onkruid zich
te veel ontwikkelt. In den nazomer kan
dan koolzaad, of in den herfst winter
gerst. uitgezaaid worden, of wel men kan
het land in het voorjaar bezaaien met
suikerbieten en gerst. Een bemesting in
'ta.s. najaar met 2000 a 2500 K.G. on
gebluschte kalk per hectare verdient aan
beveling. Voor geen der uit te zaaien ge
wassen vergete men het chilisalpeter.
Hulp a a n Zeeland door 't B ij k.
Men schrijft, uit Den Haag aan de „M. C."
In verband met hetgeen van verschil
lende zijden is opgemerkt omtrent door de
Regeering te nemen of alsnog te nemen
maatregelen ten aanzien van de water-
ramp, welke de provincie Zeeland heeft
getroffen, vernemen wij van zeer bevoegde
zijde, dat, voorzoover het rijksbestuur kier
de behulpzame hand kan bieden, al liet
mogelijke zal gedaan worden om den nood
te lenigen zoowel wat dadelijk te ver
strekken hulp betreft als ten opzichte van
do jammerlijke gevolgen, vrelke zich eerst
later zullen doen gevoelen.
Wat betreft de dadelijke hulp, en wel
in verband met de verzakking van den
spoordijk te Rilland-Bath nabij wachtpost
19 kan iederen dag een beslissing verwacht
worden of de aandeelhouders van den
Engelschenpolder (Eersten en Tweedon
Bathpolder) de dijken willen herstellen of
niet. Zoo niet wat zeer waarschijnlijk
is, daar deze maatschappij over niet vol
doende geldmiddelen beschikt dan doen
zich twee mogelijkheden voor: óf het pro
vinciaal flcstuur neemt met rijkssubsidie
deze dijken over en bekostigt het dijkher
stel óf de regeering zat van 'den spoor
dijk, die slechts een zanddam is, een zee
dijk maken. Voor beide'alternatieven zijn
reeds de plannen gereed en een ingenieur
van den Raad van Toezicht bevindt zich
reeds ter plaatse.
Opgemerkt moet nog worden, dat mot
het oog op den tegenwoordigen toestand
en het gevaar, dat de spoordijk zou kun
nen bedreigen, indien het water bij- nade
rend springvloedtij rijst, op de plaats yan
den duiker bij wachtpost 19 de toestand
niet-jerger is-danooldeïs langs den :4P-
Uati.de ..zandaanvoer inaar.'de oplek van
:het .onheil -niet yluggpr geschiedde, was
het gevolg van -een opstopping aan het
station te Bergen op Zoom, tengevolge
van het. spoorweg-deraillenient, dat de toe
stand nog gecompliceerder maakte. Vooral
ook omdat toevallig in den gederailleerden
trein zich waterstaats-ingenieurs bevon
den, die tengevolge van dit onheil physiek
niet in staat waren zich clad-lijk naar d?
- j I j I - j
door het water bedreigd? plaatsen te be
geven.
Ook ten aanzien van de overstroomde
polders van Oud-Vosscmeer zijn reeds
plannen opgemaakt en blijven provinciaal
bestuur en rijksregeering diligent.
Wat betreft het verstrekken van mili
taire hulp is kV oensdag nog aan den Com
missaris der Koningin in Zeeland opge
dragen om aan de betrokken burgemees
ters nogmaals to vragen of zij militairen
verlangen. Vermoedelijk zullen dezen ech
ter eerst noodig zijn als bij afloopend
water meer toezicht op de onbewoonde
huizen in de overstroomde polders wordt
vereischt. Alsdan zullen onverwijld mili
tairen en eenige brigades marechaussees
ter beschikkig gesteld worden. Het tot dus
verre, behalve in Hontenisse, afslaan van
militairen bijstand wordt wellicht ver
klaard door de moeilijkheid om de mili
tairen in de overstroomde streken onder
dak te brengen.
Ten opzichte nu van de maatregelen,
welke bij de regeering in overweging zijn
om ook de getroffen bevolking tegemoet
te komen in de schade, door het zoute
water aan bet land toegebracht, is en
kan voorloopig nog geen beslissing geno
men worden. Wel echter kan medegedeeld
worden, dat aan het departement van
landbouw beslist nagegaan zal worden in
hoeverre en op welke wijze hier geholpen
kan worden.
Ter bevoegder plaatse is men volko
men overtuigd dat de schade, door het
zeewater aan het overstroomde land toe
gebracht, zeer groot zal zijn en voor de
eerstvolgende jaren den cconomischen
toestand der bevolking ten zeerste zal
drukken. Indien hieraan, hetzij door vrij
stelling of door vermindering van belas
ting, van rijkswege tegemoet kan geko
men worden, zal dit zeker een punt van
overweging bij de regeering uitmaken.
Daarvoor moet echter eerst, de schade
van de ramp in zijn geheel overzien
kunnen worden, waartoe thans echter nog
geen voldoende gegevens zijn.
De Koningin en de Prins naar
Zeeuwsch Vlaanderen. H. M. de
Koningin en Z. K. II. de Prins hebben
zich Vrijdag andermaal naar de plaatsen
der overstroomingen in Zeeland begeven
en verlieten daartoe tegen 8 uur per Hol-
landsche spoor den Haag, slechts verge
zeld van freule Rengers, hofdame, en kolo
nel baron Van Tuyll van Serooskerken,
adjudant.
Ditmaal gold het bezoek de geteisterde
streken in Zeeuwsch-Vlaanderen.
Donderdag zijn drie auto's, paarden en
een rijtuig uit. de Koninklijke stallen recht
streeks uit den Haag naar Goes getrans
porteerd.
Na aankomst te Vüssingen gingen de
vorstelijke bezoekers per boot naar Bres-
kens, om vandaar per rijtuig den Clara-
polder in te rijden tot bij Philippine. Van
daar werd de tocht voortgezet naar Hulst
en dan weer noordwaarts naar de onder
geloopen polders rondom Hontenisse.
De terugtocht, liep over Hansweert naar
Vlake.
De Koningin, zoowel als de Prins, vroe
gen belangstellend aan den burgemeester
dezer gemeente naar den omvang van de
ramp in deze gemeente. De burgemeester
deelde alle bijzonderheden mede en stelde
de Koningin er mede in kennis, dat vooral
de neringdoenden zooveel schade hadden
geleden. H. M. was verwonderd, dat, hoe
wel het bezoek strikt geheim was gehou
den, toch zoovelen hier tegenwoordig wa
ren bij aankomst van den trein.
Jhr. mr. de Casembroot werd door de
Koningin uitgenoofligd den tocht mede te
maken, waaraan deze voldeed.
Te Vlissingen was algemeen bekend dat
de Koningin en de Prins met den mail-
trein hier verwacht werden, om ook de
geteisterde streken in Zeeuwsch Vlaande
ren te bezoeken. Aan het station viel eene
groote .bedrijvigheid waar te nemen, daar
men .van'-.het"perron af loopers naar de
■.ponton' lggde,..f)n aHdere maatregelen voor
54e-,ontvangst werden genomen.
He maïïtrein kwam om 11 uur hier
Aan, in welken trein, een salonrijtuig van
de Centraalspoor was geplaatst. Óp het
perron werd het vorstelijk echtpaar opge-
wacht door jhr. mr. De Casembroot, voor
zitter van het provinciaal watersnoodco
mité, en den burgemeester dezer gemeente.
Onder de hal was een talrijk publiek, dat
de Koningin en den Prins luid lo, juichte,