urg ►es. VLOED EN DOORBRAKEN. No. 32. Donderdag 15 Maart 1906. Tweede Jaargang. INJEJLz. assen. t 8 t i f, Goes. Bü dit Bummer Behoort een Bpepel. en dan fcoopen 8 >•••8 KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN. De Watersnood in Zeeland. cent. fanco. ring en uitbre aak zijn wij i tste concurrenti pnen bieden e onderstaande in Veeren pleohts met de aderen en doe |ze. Ie geheel 8 >0 pond bollen-, f lei en 1 ^trassen, MM ste :na len tte en MMtMM Ierbeste leste ge- tsen De- s Molton trekken ewerkte leren wij onze geheel over- ons een groot imilies in den snd a contant derverkoopers. i le Cointre, Goes. Abonnementsprijs per 3 maanden0.95 Afzonderlijke nummers a contant 0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, alléén voor de abonné's per 3 maanden0 377j VERSCHIJNT eiken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Advertentiën van 15 regels f 0.50iedere regel meer 10 Ct Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend. Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. a contant. Reclameberiokten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prijs. ZIJ, die zich thans abonneeren ontvangen de verschijnende nummers tot i April a. s. gratis. Het ontketende waterelement heeft ge tracht het land bij uitstek „ontwoekerd aan de golven" te heroveren en is daar helaas I maar al te wel in geslaagd. De opgezweepte golven hebben zware dijken als kaartenhuisjes ingeslagen en over een groot deel onzer provincie jam mer en ellende gebracht. Een ellende, waarvan men bij het lezen der verschillende berichten, de grootte kan begrijpen, en welker omvang nog lang zal nawerken. Velen zijn beroofd van hun inboedel, van hun huis, van hun vee en hun land. En vooral dit laatste weegt zwaar. Want niet alleen, dat de oogst dit jaar vernietigd is, maar bier zullen zich de naweeën nog lang doen gevoelen, daar er jaren over heen gaan, alvorens het land weder vruchtdragend wordt. En al wordt door den eigenaar dit jaar aan de pachters de pachtsom al kwijtge scholden, toch hebben de kleine pachters dit jaar en enkele volgende jaren weinig of niets om met hun huisgezin rond te komen. Hier dringt de nood en is ingrijpende hulp hoog noodzakelijk. Liefdadigheid kan nog veel goed maken. En liefdadigheid is in Zeeland, en met name te Goes ook bekend; immers: jonge dames collecteeren voor de Jodenvervol gingen in Rusland, dames en heeren spe len comedie louter voor de lupuslijders zou men dan de door het water zoo zwaar geteisterden niet gedenken Gedenken, wel te verstaan door het in de bres springen met klinkende munt? Waar men zooveel over had voor de „geknechten" in Rus land, zal men de Zeeuwsche landgenooten niet kunnen vergeten. Op nu, dames en heeren en allen, mannen en vrouwen, die een mede lijdend hart in het lijf draagt: sluit nu de handen ineen, collecteert, be delt, vormt comité's en speelt, zoo ge wilt, comedie, vooral geeft en draagt zorg, dat de nood in het geteisterde Zee land zooveel mogelijk gelenigd wordt. Laten over de heek; provincie en des noods daarbuiten zich comité's vormen (in Vlissingen is men reeds begonnen) en laat de pers meewerken door een aanspo ring en door hare kolommen open te stel len voor een inschrijving ten bate der noodlijdenden. Vooral de landeigenaren, die gespaard zijn gebleven voor den ramp, hebben nu gelegenheid hun dankbaarheid te luchten door diep in de beurs te tasten. Door zoo gehoor te verleenen aan de roepstem der liefdadigheid zal menige traan worden gedroogd en menig rimpel op het gebruinde voorhoofd onzer landbou wers weggevaagd. Wij twijfelen er niet aan, of de pers zal •door hare medewerking den weldadigheids zin van het publiek krachtig wakker schudden, dat op zijne beurt het leed zal verzachten. Wij beginnen een inschrijving te openen, waarop is geteekend door den directeur der „Nieuwe Zeeuwsche Courant" f 500 Mevr. de wed. A. Witkam, Hein- kenszand f 500 Samen f 1000 Dit is een prachtig voorbeeld. WIE VOLGEN? IERSEKE. Wij zijn gisteren een kijkje gaan nemen bij den doorbraak van den Olzenden en St. Pieterspolder. De toe stand is daar verschrikkelijk; groote ver woestingen zijn aangericht. In den Olzendenpoldcr, die circa 300 H.A. groot is zijn drie groote gaten in den dijk geslagen, die gezamenlijk onge veer 600 M. lengte hebben. Als met een waterval stroomt bijl hoogwater de vloed in den polder, telkens den dijk meer en meer afbrokkelend. In dezen polder is gelegen de hofstede van dhr. M. Vermue. Deze staat rondom in het water; aan de muren kan men zien, dat het water tot bij' den zolder heeft gestaan. Vrouw en kinderen van V. had den zich bijtijds verwijderd, maar dhr. V. zelf, die waarschijnlijk een en ander nog wilde hergen moest zich uit een zolderluik in een sloep redden. Ook eenige arbeiders gezinnen, die in dien polder wonen kon den zich redden. Het vee werd ook nog gered. In den Olzendenpoldcr zijn ook vele kleine boeren getroffen. In den Pieters polder was hel ook al jammerlijk gesteld. De dijk van dezen polder is zoowat overal gehavend en zal zoowat heelemaal opge kalefaterd moeten worden. In dezen polder is gelegen de hofstede van dhr. WLenshoek, waarin veel schade werd aangericht. In de schuur stond het water op een hoogte van ongeveer 1.75 M. De paardenkribben stonden vol water. Groote partijen aardappelen, enz. zijn daar verloren, ook is er een varken verdronken. Zes van deze dieren hebben gedurende twee uren rond de schuur gezwommen. Van alles en nog wat lag tegen den dijk aangespoeld: varkenshokken, kruiken, bie ten, ajuin, aardappelen, landbouwwerktui gen, tonnen, vlas, enz. De schade is daar zeer aanzienlijk. Naar men ons mededeelde zal daar met het repareeren van den dijk nog eenige dagen gewacht worden tot de hooge vloeden voorbij' zijn. De dijk van den Burenpolder is gelukkig niet doorge broken, anders ware de ramp niet te over zien geweest, daar in dien polder alleen een 37-tal huisgezinnen wonen. Vreeselijk is de verwoesting die is aange richt in de oestercultuur. Minstens 15 oesterloodsen zijn in stukken weggedre ven, waarbij nog komt de schade aan de dijken en niet het minst aan de oesters die op de banken zijn uitgezaaid, welke meer dan waarschijnlijk' onder het zand zijn gestroomd. Ierseke heeft Maandagmiddag een paar uren in angstige spanning verkeerd. Het springtij, aangewakkerd door een feilen noordwester storm, joeg het water tot een hoogte op, als de meeste menschen niet hebben beleefd. Honderden stroomden naar de daken. Het door den storm en door den gofslag overslaande en overstroomende water schuurde hier en daar geulen in dijken en brokkelde er stukken af, waardoor vrees voor doorbraak ontstond. De bewoners van de onmiddellijk hij het dorp gelegen Buren- en Molenpolders begonnen zich te bergen. De treinenloop op de Zeeuwsche lijn was Maandagavond en Dinsdag grooten- deels verstoord. De telefoon en telegraaf verbinding Maandagavond eveneens. Te Rilland mogen de treinen den dam slechts over één spoor passeeren. De an dere lijn wordt niet vertrouwd. Een reiziger verklaarde dat, terwijl hij over het eerste spoor reed, hij het andere gedeelte zag wegzakken. KRABBEND1JKE. Zoo'n hooge zee als Maandagmiddag en zooveel schade als nu werd veroorzaakt is iets buitengewoons. Het water stond gelijk met de zeedijken, d. i. ongeveer 3 M. hooger dan gewoon, zoodat bij1 elke golfslag het water over de geheele lengte van den Karei-polder over den dgk sloeg. Tegenover zulk een geweld stond menschelijke kracht machteloos. Ge lukkig waren de schepen binnen, vermeer derd met nog een paar scheepjes van Brui- nisse, maar het water sloeg over den ha- vendam heen, zoodat onze vloot heel wat te lijden had. De dijk van den Karei- polder brak op verschillende plaatsen van boven door, waardoor ook hij het afgaan van het water nog aanhoudend stroomen binnen kwamen en alzoo de geheele polder circa twee meter onder water kwam. Er staat geen enkel huis, zoodat de menschen hierdoor niet in ongelegenheid kwamen. Wel was dit het geval in den Engelschen polder, waar de wind vlak opstond en bij1 de boerderij van dhr. Vogel de dijk doorbrak. Het vee werd losgemaakt en aan den dijk gedreven en de menschen zochten ook een goed heenkomen, zonder van zelf veel van het hunne te kunnen meenemen. Den geheelen nacht is aan den Oostpolder gewerkt; deze liep dan ook niet onder. Het was een gerij en gcros van belang want er moest veel stroo zijn. Op den hoek voorhij de haven sloeg zooveel water over, dat varkens en geiten in veiligheid werden gebracht en een en kele ook met zijn bed wegging. Het water in de slooten rees zoo hoog, dat de plan ken, die toegang verleenden diep onder gingen. Gelukkig begon het water te zak ken en kwam het binnenwater alzoo niet, althans hij de meesten niet in huis. De dijk tusschen Engelschen polder en hel polder- tj© behoorende bij1 de boerderij van dhr. Kolff is laag en zoo stroomde dit ook onder, hoewel niet diep. (Dit is ook on bewoond). Men achtte toen geraden de- balken in de doorsneden der dijken te leggen, zoodat om 6 uur het treinverkeer stil stond. Dit laatste polderlje heeft uit- loozing door den Oostpoldor, waarin de boerderij van dr. Wouterse staat, daar door en ook door het water dat in dezen polder zelf was overgeslagen stond de watergang spoedig vol en ook het laag gelegen land aan weerszijden. De spoor weg ligt wat hooger, zoodat deze vrij bleef en wellicht ware het stremmen van het treinverkeer niet noodig geweest. De bal ken zijn er uitgenomen en de mailtreinen konden zachtjes rijdende passeeren. In den Engelschen polder moest nog iemand met een bootje worden gered en kwamen een paar diereni om, Hoe groot de schade is aan de polders, dijken, de gewassen in ge deeltelijk ondergeloopen land, de haven werken en de schepen valt nog zelfs niet te begrooten. Tot laat in den nacht bleef de storm gieren, maar het water was na 5 uur gaan zakken en het gevaar dus verminderd en daarna ging de wind liggen. Menschenlevens bleven gespaard. Om half 12 's nachts werd de klok geluid. De in genieur wilde 100 man hebben, daar een stuk van den dijk Oostpolder weggerukt was. Deze staat nu ook blank. Ook de telegraaf stond stil. Nog schrijft men ons uit KrabbenJijke Het dorp Krabbendijke ligt te midden van andere polders, zoodat toen Maan dag van alle kanten berichten van over strooming en doorbraak kwam, het hier betrekkelijk veilig was. Toch zaten velen, hoewel onnoodig, in angst. Ware echter de storm niet verminderd en het water nog één of twee getijden zoo hoog geko men, Oostelijk Zuid-Beveland zou het lot van Reimerswaal en de dorpen van het verdronken land van Zuid-Beveland heb ben gedeeld. Langs heel de Ooster-Schelde stroomde na 4 uur het water over de dijken. Het was springtij, juist volle maan en drt Noordwestenwind zette het water hevig aan. De Engelsche polder lag juist in den wind, vandaar dat daarvan de dijk op meer dan een plaats over aanmerkelijke lengte werd weggeslagen, en al de Krab- bendijksche burgers, die daar woonden, moesten vluchten of gehaald moesten wor den en de huizen voor het meerendeel door brand en water werden vernield. De men schen konden hun leven alleen redden en vonden bijna allen in het klooster te Rilland een onderkomen. Uit den Engelschen polder liep het wa ter in den Stroodorperpolder en omdat het gevaar dreigde voor den Rillandschen polder en Oos (polder werden de halken in de doorsneden der dijken gelegd. De spoor weg werd echter niet overstroomd en nog in dén nacht werden de halken weer ge licht, zoodat hel treinenverkeer, dat van 6 uur 's avonds geheel had stilgestaan, toen weer kon plaats hebben. Over den dijk van den Ooslpolder sloeg ook veel water binnen en daardoor werd de dijk zoo gehavend, dat eindelijk bij de eb er een groot stuk uitzakte en de inge nieur, die er laat in den avond bijkwam dadelijk voorziening noodig .achlte. Over de geheele lengte van den Karei- polder was het water binnengestroomd en toen eindelijk hier en daar een stuk van de kruin afsloeg kwam de polder om streeks 2 meter onder water. In de pol ders Stroodorpe en Karelpolder staat geen enkel huis of schuur. Aan den haven was het. ook een be droefde toestand. De havendam bood geen beschutting en de zee stond er dwars op. De visschersschepen, dat van den beurtschipper en een aardappelschip had den veel te lijden en werden gedeeltelijk op den wal, de losplaats, gezet. De schade aan de schepen is groot. Dat van J. Haver- hoek is geheel verloren. De mensehen van den Hoek Oostpolder begonnen ook last van het overslaande water te krijgen en brachten varken, geit enz. in veiligheid, maar het kwam bij de meesten niet verder dan dicht bij het huis en er niet in. Ook in den polder Nieuwlande kwam heel wat water en hij kreeg ook nog een gat in den dijk. Om 11 uur werd de noodklok geluid tot half 12 toe, dat bracht het geheele dorp op enkele vast slapers na, in rep en roer, en de ergste geruchten werden rondver teld. Er was echter geen buitengewone nood gekomen, maar liet bovengenoemde gat in den dijk Oostpolder moest worden ge dicht en daarvoor was volk noodig. Onder helder maanlicht en met veel gewillige en krachtige handen was die zaak spoedig in orde en om 4 uur 's morgens afgeloopen. Daar de Oostpolder geen water mocht loozen in Valkenisso voor Dinsdagmorgen, moest ook het snelle stroomen der sluis van den Stroodorperpolder worden belet, waartoe wel een 100 zakken aarde noo dig was. Aan den dijk van den polder Stroodorpe is betrekkelijk weinig schade. Aan dien van den Oostpolder werd door 100 man ook gedurenden den dag gewerkt, en het zal nog wel eenige dagen duren eer alles ge heel in orde is. De Engelsche polder lijdt het meest en naar berekening zal het herstel een paar ton kosten. De schade aan Karelpolder en haven werken is nog moeilijk te berekenen. Voegt hierbij: de waterschade aan de gewassen en het land, en men krijgt er eenigszins een denkbeeld van, wat een on heil en schade de gemeente Krabbendijke lijdt. Maandagavond waren we zoo goed als afgesneden van de buitenwereld. Al leen in de richting Goes liepen nog trei nen. Doch ook de telegraaf werkte niet meer in geen der beide richtingen. De reizigers, die om 6 uur hier niet verder konden, waren daardoor niet in staat hun betrekkingen kennis'te geven van het op onthoud, zoodat op vele plaatsen daar door de betrekkingen een nacht van angst zullen hebben doorgebracht. Dinsdagmorgen kwamen telegrammen, den vorigen dag aangeboden, over Waarde aan, dat telefonisch met Hansweert ver bonden is. Paarden en rundvee uit den Engelschen polder werden Dinsdag voor een groot deel hier gebracht. Sommige niet eens groote boeren kregen 8 en IC stuks. RILLAND. De Engelsche polder is geheel overstroomd. De ramp is daar ont zettend en onbeschrijfelijk. Langs de bin nendijken liggen aangespoeld kisten, plan ken, banken en kleedingstukken in der haast uit de catastrophe gered. Huisraad staat boven op de dijken. Boerenwoningen zijn ingestort; van an dere zijn de muren weg en voorraadschu ren zijn uit elkaar geslagen. Telkens komen wagens met een armzalig overschot van goederen den weg af om herberging te zoeken in het dorp. Door de overstrooming van den Engel- scheripolder is ook de Stroopoider geheei ingevloeid. Indien de binnendijken van den Reijgerbergschen polder, sinds jaren niet nagezien, niet gehouden haddon, ware de catastrophe volkomen geweest en het dorp van beide kanten verwoest door het water. Bij Krabbendijke zitten twee schepen zoo hoog en ver op het land dat afbraak nood zakelijk is. Zes polders zijn thans onder geloopen. In den Engelschen polder dreven 's mor gens koeien, paarden en varkens dood aan. Sommige personen zijn straatarm gewor den; vroeger welvarende menschen moes ten kleeren leenen om zich te dekken. Thans neemt het water af en is het drei gend gevaar geweken maar de dijken aan de Westerschelde hebben zoo zwaar gele den dat bij het minste wat er gebeurt ze het niet kunnen houden. Vierhonderd personen waren bezig een inlaagdijk aan den Reijgersbergschen polder op te werpen. De ramp in den Engelschen polder is ontzettend. Alle huizen zijn onderge loopen wat natuurlijk ontzettend veel schade heeft berokkend. De houtzagerij, de paardenstal van den heer Baas en verscheidene huizen zijn ingestort. Alles drijft. Een veertigtal beesten zijn een prooi der golven geworden. Sommige varkens raakten verward in de kruin der hoo rnen, kortom het is onbeschrijfelijk, het is 'in één woord een ramp. De menschen moesten van de daken worden gered. De schade aan meubelen is groot en daarbij zijn de menschen werkeloos. Het is een schouwspel om bij te schreien als men al de gereedschappen enz. daar ziet liggen. Ook de Reijgerbergsche dijk is over een lengte van 50 M. Maandag avond doorgebroken en hoewel men het gat 'met veel moeite en handenwerk stopte brak deze weer door, doch gelukkig was het gevaar spoedig voorhij. De door de ramp getroffenen zijn voor een gedeelte geherbergd bij den land bouwer Boot en weer een ander deel in de R. K. Kerk De verslagenheid is al gemeen. THOLEN. Te half 4 begon men Maandag alhier met de noodige voorzorgsmaatreg. tegen den opkomenden vloed. Overal wer den de schotbalken aan de doorsneden geplaatst, en ferm aangevuld met grond. Overal zag men op de laagst gelegen pun ten varkens, kippen, meubelen, enz. naar den zolder of paar hooger gelegen wo ningen vervoeren. Op eens, te ruim 4 uur, steeg het water met zulk een snelheid dat men overal handen te kort had. Het water stroomde over de schotbalken heen, en na eenigen tijd, toen het weer iets ver minderde, kon men met behulp van zak ken zand het water weer meester worden. Men keek in spanning naar de rondom- liggende dijken, en zag hoe de golven schuimden en rolden. Men zag haast de kruin der dijken niet meer. Steeds hooger, spraken de omstanders, voornamelijk de varensgezellen, reeds 11 duim hooger dan de laatste hoogste vloed op 22 Dec. 1894. Opeens weerklinkt, het geroep „de dijk aan den polder „Slabbekoorn" loopt over". Voornoemde polder ligt 10 minuten bui ten de kom der gemeente in de richting van Oud-Vosmeer. Men kon het vanaf de haven gadeslaan hoe de golven niet meer werden gestuit, maar geregeld over den dijk begonnen te rollen. Dit duurde zoo ongeveer 10 minuten, toen door de gedurige werking van het water en den ontzettenden drang de dijk bezweek en over een lengte van omstreeks 30 Meter den kruin totaal wegsloeg ter diepte van 1 Meter. Honderden menschen spoedden zich naar de plaats des onheils, doch eer men deze bereikt had was de dijk reeds zoodanig ingekankerd dat het gat al bij de 50 Meter was, bij een diepte van 2 a 3 meter. Binnen weinige oogen- blikken stonden de met koren bezaaide vel den totaal onder water en dreven de stal lingen der paarden, opgeheven door het water, in den polder rond. Gerooide hoo rnen gereed liggende tot vervoer mengden zich daarbij. Opeens plofte er een geweldig stuk dijk in de diepte weg, een tweede gat vertoonde zich en bij vernieuwing scheerden de golven zich ruim baan. Haast was de gansche vruchtbare polder gevuld van dijk tot dijk. En een tweede bezwaar zou weldra de omliggende landbouwers noodzaken hunne have en goed in veiligheid te brengin. Daar deze nu verdronken polder grenst aan den rijweg naar Oud-Vossemeer, die nog verhoogd wordt [door een zoogenaamde hooge kade, liggen er in dezen ondergeloo pen polder vele zoogenaamde oprillen, waardoor men op voornoemden rijweg kwam. Daar de polder nu vol stond, en het aan menschenhanden ontbrak om die oprillen te dempen of te versperren, be gon het water op eens op vijf of zes plaatsen tegelijk in den naastliggenden pol der te loopen, zoodat ook deze, eer de avond viel, blank stond, en een vier- of vijftal landbouwers onmiddellijk genood zaakt waren hun vee naar Tholen of Oud- Vossemeer te brengen. Men zag de jonge paarden tot aan de borst door het water sluiven, onwillig om hun woonplaats te verlaten. Het kostte groote moeite om have en goed te bergen. Met alle macht werd gewerkt met alle beschikbare krachten om den binnendijk te versterken. Voornoemd dijkje, genaamd het Schen keldijkje slechts een 1.50 a 200 meter lang

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1906 | | pagina 1