N0 3i Dinsdag 13 Maart 1906.Tweede Jaargang.
Arbeidscontract.
KATHOLIEK ORGAAN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN.
FEUILLETON,
Hef gestolen kind.
UIT DE PÊRb„
BUITENLAND,
HI1IM ZEEUWSCHE MP
Abonnementsprijs per 3 maandenI 0.95 VERSCHIJNT Advertentiën van 1—5 regels f 0 50; iedere regel meer 10 Ct
Afzonderlijke nummers a contant 0.05 Eenzelfde advertentie 3 X geplaatst, wordt 2 X berekend.
Geïllustreerd Zondagsblad, alléén voor de eisen Dienstaanbiedingen 5 regels voor 25 Ct. a contant.
abonné's per 3 maanden0 377s MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. Reclameberichten 25 Ct. p. r. Bij abonnement speciale prgs.
Zij, die zich thans abonneeren
ontvangen de verschonende nummers
tot i April a. s. gratis.
't Behoeft, niet aan de vergetelheid prijs
gegeven dat het Smidt, minister van Ju
stitie in 't Kabinet-Tak van Poortvliet,
geweest is, die 15 jaren geleden, aan den
Groningschen afgevaardigde, Drucker, de
opdracht gaf, een arbeidscontract-ontwerp
samen te stellen.
Drucker's arbeid strekt op dit oogenblik
tot grondslag van de bij de Tweede
Kamer in behandeling zijnde wetsvoor-
dracht-Van Raalte.
Opvolgers van Smidt zullen wel intus-
schentijd hunne aandacht en daadwerke
lijke belangstelling aan deze materie heb
ben gewijd. Maar eerst door Loeff onder
't vorig ministerie, heeft de vrucht van
Drucker's arbeid, eenigszins gewijzigd, in
den vorm eens wetsontwerps de Kamer
bereikt. Door den tegenwoordigen titula
ris van 't Depart, v. Justitie eerst inge
trokken, is het nu, andermaal gewijzigd
en met verdere strekking, bij de Tweede
Kamer een onderwerp van beraadslaging.
Nu kan men ;wel zeggen, dat 'thoog
tijd werd, de drie armzalige artikelen van
't Burgerlijk Wetboek, die de overeen
komst tusschen werkgever en werknemer
regelen, aan te vullen, dat inzonderheid de
werkman daarop niet langer wachten kon,
„geen dag en geen nacht", toch behoeft
men de 15 jaren, verloopen na Drucker's
opdracht zich niet te beklagen.
Wij leefden wel snel, maar 't geestesle
ven niet snel genoeg, dat dit tijdsverloop
niet noodig was, om tot eene gezondere
opvatting te komen omtrent de beperking
der grenzen, aan de contractsvrijheid van
werkgever en werknemer te stellen, vooral
met 't oog op de veel zwakkere maatschap
pelijke stelling van den laatste.
Zelfs één jaar vroeger, onder Loeft, zou
't collectief arbeidscontract in zijn wets>
voordracht geen onderkomen hebben ge
vonden, terwijl het nu in 't ontwerp-Van
Raalte is opgenomen en ook door de
Kamer wel zal worden gehonoreerd.
De tijd is een leermeester. Drucker's
proeve van ontwerp was goed. Loeff's
wets voordracht was beter. Zal 't ontwerp-
Van Raalte best heeten mogen?
Opmerkelijk is 'twel, dat, terwijl de
sociaal-democratische partij in den lande
eene agitatie tegen dit ontwerp heeft op
gezet, als ware het „een werk van Satan",
2
Toen de kleine uitgerust was, onder
vroeg de graaf haar.
Was de man met den zwarten knevel
uw vader?
O neen?
Wie was hij?
Antonio.
De graaf glimlachte.
Jawel, dat weet ik, maar wie was
uw vader?
De kleine zag hem met groote, ver
baasde oogen aan, maar zeide niets.
Sedert wanneer zijt gij bij Antonio?
Dat weet ik niet.
Sedert altijd?
Het kind aarzelde.
Neen, antwoordde het éindelijk, vroe
ger was ik in een groot schoon huis,
evenals dit.
Ik heb het wel gedacht, mompelde
de graaf. De zigeuner is een kinderdief.
Zando was altijd heel goed voor mij,
zeide het kind, zonder dat het gevraagd
werd.
Liane kwam op dit oogenblik aanloopen
en de beide kinderen begonnen te spelen.
0, riep Liane eensklaps uit, wat is da.t
de socialistische woordvoeders in de Ka
mer weigeren, alle medeplichtigheid aan
die agitatie te endosseeren, tegenover het
ontwerp een ongewoon kalmen toon aan
slaan en zich zelfs niet ongenegen hebben
verklaard, tot deszelfs verbetering mede
te werken.
Intusschen zou 't gewaagd Zijn, op
hunne stemmen voor 't ontwerp, hoe ver
beterd ook, te rekenen. Want hun Duit-
sche partijgenoot, Rebel, heeft gezegd, dat
de socialisten nooit tevreden mogen zijn
met welke wettelijke hervorming ook, die
van niet-socialistische zijde wordt aange
boden en tot stand gebracht.
Dat dit ontwerp voor de meest ver
schillenden, groot en klein industrieelen
of kleine bazen, kantoorklerken, reizigers,
arbeiders, enz., slechts in 't algemeen re
gelt en derhalve zich aan 't werkelijke
leven niet volkomen aanpast, kan voor
de socialistische fractie minder zwaar
wegen, indien zij eenig gewicht wil
hechten aan 'tfeit, dat hunne buitenland-
sche geestverwanten aan zoodanige rege
ling verre de voorkeur geven. Dat echter
een zoo in de praktijk ingeleefd man, als
't lid Plate, iets voelt voor eene meer
specialiseerende (bijzonder kenmerkende)
regeling, die in Duitschland jaarlijks
70.000 processen voor 'tGewerbege-
richt bracht, zoodat ook daar- de socia
listen om eene algemeene vragen, wie
heeft 'tooit kunnen vernachten?
Hierbij achten wij echter de mogelijkheid
niet uitgesloten, het bezwaar te ondervan
gen, hierin bestaande, dat de kleine baas
of werkgever, die zelf weinig meer dan
een dagloon verdient, zijn werkman, door
ziekte tot arbeiden verhinderd, 't arbeids
loon moet uitbetalen.
In aanmerking genomen, dat de kinde
ren der duisternis zoo sluw zijn en dat
eigenbaatzucht en winstbejag 's menschen
betere gevoelens zoo lichtelijk overheer-
schen, in aanmerking genomen ook,
dat 't vereenigingsleven der werklieden
van den kant van zoovele werkgevers nog
tegenkanting ondervindt, kunnen wij voor
alsnog geen hooge verwachtingen koeste
ren van den zedelijken invloed, die, vol
gens sommigen, op de rechtvaardigheids
begrippen van deze wet zal uitgaan. Zoo
dat men het kan betreuren, dat haar eén
strafrechterlijk karakter ontbreekt.
Vooral om de gedwongen winkelnering,
die hier en daar nog welig tiert, waren
strafbepalingen zeer gewenscht.
Dat Lohman er niet in slagen zou,
de dienstboden uit 't ontwerp te lichten,
schoon! Van wie is dat?
En zij zag nieuwsgierig naar een me
daillon dat de kleine om den hals droeg
aan een kettinkje. De graaf kwam haastig
nader en bezag het voorwerp. Er stond
een wapen in gegraveerd.
Maar, riep hij uit, dat is het wapen
van den graaf de Rochegrise I
Rochegrise herhaalde het kind.
Kent ge dien naam
De graaf wist wat hem te doen stond.
Ik herinner, zegde hij bij zichzelf,
dat er voor drie jaren een meisje van
den graaf de Rochegrise verdween. Men
dacht aan een ongeluk. Alle nasporingen
waren vergeefsEr is nu geen twijfel
meer, men heeft het kind ontvoerd, en
dit is hetWat zal de vader blij zijn
O, wat zou ik blij zijn geweest, als ik
mijn zoon had teruggevonden Maar wij
moeten den bandiet opsporen en hem
straffen Vóór alles echter moet het
kind aan de ouders worden teruggegevpn".
Om aan het kasteel van den graaf de
Rochegrise te komen, moest men ver
scheidene dagreizen afleggen. Albert
d'Aiglenoir maakte onmiddellijk toebereid
selen voor den tocht: den volgenden dag
vertrok men reeds. Een tiental ruiters
openden den stoet. Daarna volgde de graaf
op zijn strijdros; vervolgens kwam er een
rijtuig, waarin Liane en Blanche zaten
zoo was de naam van het gevonden
was te voorzien. En dat 'tden amende-
mentvoorstellers gelukken moge, de vrouw
de beschikking en 't beheer over 't door
haar verdiende loon te geven, teneinde te
voorkomen, dat haar man het verbrast,
willen wij' hopen.
Of echter de Kamer met den Minister
zal instemmen, dat staking en uitsluiting
geen beëindiging of verbreking van de
arbeidsovereenkomst is, doch slechts ver
zaking van de daaruit voortspruitende ver
plichtingen, staat nog te bezien.
Maar dat de kansen voor eene afzonder
lijke regeling voor boeren en boerenarbei
ders niet groot zijn, nu niet alleen de
grootvader van 't ontwerp, Drucker, maar
ook een der leiders der anti-revol. partij,
Talma, zich daar tegen heeft verklaard,
zal de Nederlandsche Boerenbond zelf ook
wel vreezen. Eer het zoover komt, zal de
landbouwèrstand meer dan thans in de
Kamer moeten vertegenwoordigd zijn.
Hoe 'tzij, mat de reeds ingediende
amendementen is met 't ernstig streven
naar verbetering van 't ontwerp nog
slechts een begin gekomen. In de laatste
jaren had 't zoo den schijn, alsof de
Kamerleden op dit stuk met elkander wil
den wedijveren, wat voor de duidelijkheid
van vele wetten niet bevorderlijk is ge
weest.
Verslagen.
De nederlaag der sociaal-democraten bij
de behandeling van het ontwerp-arbeids:
contract, in de zitting van Donderdag reeds
zoo duidelijk merkbaar, is volkomen ge
worden.
De heer T a, k, die zich trachtte te ver
dedigen tegen de aanvallen der heeren
Drucker en Van Nispen tot Se
ven a e r en bovendien den minister van
Justitie te beantwoorden had, bracht het
er werkelijk treurig af.
„Wat hij hakkelend, aarzelend somtijds
tegen de bij uitstek zakelijke betoogen van
den minister en den heer Drucker in
bracht, is nauwelijks het oververtellen
waard", schrijft de oor- en ooggetuige van
de „N. Rott. Courant".
En de heer Van Nispen toonde nog
eens met feiten en data aan, op hoe on
verantwoordelijke wijze van socialistische
zijde de agitatie tegen het ontwerp is ge
voerd, nadat het. reeds gewijzigd was.
Het ontwerp werd als „onverbeterlijk"
uitgekreten, en thans stellen de socia
listische afgevaardigden verschillende
amendementen voor, daarmede erkennen
de, dat de leuze, waarmee men het volk
heeft opgezweept, pure misleiding was
De heer Tak had het werkelijk zwaar
te verantwoorden.
En alsof de kastijding, welks Nijmegen's
kind. Een twintigtal ruiters sloten den
tioep.
Voorwaarts, beval de graaf.
Zoo toog men op weg.
De beide eerste dagen van den tocht
gingen zonder ongevallen voorbij'.
Den derden dag leidde de weg tusschen
heuvels door met eiken en beuken be
groeide bosschen.
De wegen waren slecht, er heerschte
donkerheid en somberheid in de bos
schen. Blanche was bang en verborg zich
achter in het rijtuig. Liane daarentegen,
die ouder en nieuwsgierig was, en geen
vrees kende, zag naar buiten.
Plotseling op een donkere plek, weken
de struiken aan weerszijden van den weg
uiteen en een twintigtal gemaskerde man
nen sprongen te voorschijn, den degen
in de vuist en onder den uitroep
Geeft u over!
Zich overgeven! de brave boogschutters
van den graaf d'Aiglenoir dachten er niet
aan en na enkele oogenblikken beten reeds
een paar der aanvallers in het stof. Maar
men bemerkte ondertusschen niet, dat een
lange man naar den wagen snelde. Liana
daaruit trok, haar in zijn armen nam en
er mee weg snelde in het. dichte bosch.
Het verschrikte kind uitte slechts één
doordringenden kreet, maar de graaf
hoorde dien, hij' zag wat er gebeurde en
drong achter den kinderroover aan, zijne
afgevaardigde hem en den zijnen toedien
de nog niet genoeg was, kwam prof.
Drucker den ongelukkigen Volks-
redacteur met eenige ontzettend rake op
merkingen nader bewijzen, dat hij eigen
lijk onbevoegd was over deze aangelegen
heid het woord te voeren.
Wat. met betrekking tot het arbeidscon
tract in de buitenlandsche wetgeving is
opgenomen, kent hij óf onvoldoende óf
in 't geheel niet.
Vandaar dat hij' verkeerd citeerde en
de heer Drucker hem meer dan eens
snijdend te recht wees.
Werkelijk, het was een formeele afta
keling.
En de povere houding der socialisten
kwam zoo mogelijk nog scherper uit, toen
de heer Troelstra het woord nam, om
te verklaren, dat de agitatie had moeten
ophouden, toen het gewijzigd ontwerp ver
scheen.
Die verklaring wekte opzien.
Terecht.
Men weet, dat alleen de heer Scha
per den moed had openlijk tegen het
voortzetten der agitatie te waarschuwen,
en dat hem daarover ook in ,,'tVolk" de
les gelezen werd.
Thans komt de heer Troelstra ge
tuigen in zijn zin.
Thans tracht men het te doen voor
komen, alsof de partij in de Kamer met
die gansche agitatie niets te maken heeft
gehad.
Thans nu niet langer te loochenen
valt en het zonneklaar wordt voor geheel
het land, dat deze regeling der arbeids
overeenkomst den werklieden aanmerke
lijke voordeelen bezorgt haalt men op
jammerlijke wijze bakzeil.
Droeviger figuur is moeilijk denkbaar
en treuriger aftocht is wel zelden door
een partij gemaakt.
De waarlijk denkende arbeiders kun
nen thans opnieuw en werkelijk niet
voor de eerste maal beoordeelen, welke
„waarde" zij mogen hechten aan de „agi
tatie" der S. D. A. P. en de beweringen
van haar comités! (Ctr.)
FRANKRIJK.
Aan de „Koln. Volksz." wordt uit Rome
gemeld, dat de H. Stoel vier of vijf Fran-
sche bisschoppen heeft uitgenoodigd hun
ontslag aan te vragen. Zoodra deze aan
vragen zijn ingekomen, zal de Paus
nog in deze maand of anders, op zijtn
laatst, in April een nieuw geheim Con
sistorie houden, waarin de thans nog be
staande zes en de vier of vijf nieuwe
vacaturen zullen worden aangevuld.
De „Vérite" meldt:
Aan ieder der Fransche bisschoppen
is een vragenlijst, toegezonden in ver
band met de door Z. H. den Paus uitge
vaardigde Encycliek over de Scheiding
van Kerk en Staat. Over de op deze lijst
gestelde vragen zal de bisschopsconfe
rentie moeten beraadslagen en haar
mannen volgden hem, terwijl de bandie
ten zich in alle richtingen verspreidden.
De graaf en zijne mannen liepen hijgend
het bosch in, maar zij' kenden er den weg
niet, zij' verdwaalden en vielen over de
wortels der boomen, raakten verward in de
neerhangende takken en kwamen niet
vooruit. Binnen heel korten tijd hadden
zij elk spoor van de roovers verloren en
moesten terugkeeren, krankzinnig van
woede en verontwaardiging. De wanhoop
van den graaf was vreeselijk om aan te
zien.
Zonder een traan te storten, zonder een
kreet te uiten kwam hij bij het rijtuig terug.
Daar trok een onverwachte aanblik zijn
oogen. Achteloos op een wiel van het rij
tuig gezeten, een glimlach op de lippen,
de armen gekruist, zat daar een schoone
knaap van 15 jaar en zag hem naderen.
Bij hem, op den kant van den wagen, zat
Blanche, geheel hersteld van haar schrik
en eveneens glimlachend.
Zando, mompelde de graaf verbaasd.
Wat beteekent dat:
'tls heel eenvoudig, mijnheer de
graaf. Ik was onder degenen, die u aan
vielen.
Verklaar u nader!
-Ziehier mijnheer, zeide Zando, die
was opgestaan. Antonio, mijn meester, had
gezworen zich op u te wreken. Gij' had
hom Blanche ontroofd, hij wilde u op zijne
moeten beantwoorden. De antwoorden
zullen naar Rome worden gezonden.
Daarna zal de Paus een besluit nemen
en aan het Fransche episcopaat zijn in
structies zenden.
Er heeft Zaterdag een ramp in de mijnen
van Courrières plaats gehad, 's Morgens
waren 1800 mijnwerkers afgedaald. Men
vreest, dat er velen omgekomen zijn.
De brand veroorzaakte een instorting
die den luchttoevoer heeft afgesloten. De
schachten 2, 3 en 4 staan alle in brand.
Het is onmogelijk hel aantal slachtoffers
te schatten, daar men nog niet met het
bovenbrengen heeft kunnen beginnen. Tot
dusver weet men alleen van een vijftien
gekwetsten. De brandende schachten lig
gen te Salau-Mine, Billy-Montigny en Méri-
court.
In de laatste dagen hadden de hevige
regens grondverzakkingen doen ontstaan,
die ook in de mijnen schade hadden ver
oorzaakt. Te Billy-Montigny moeten er een
aantal mijnwerkers deels gestikt, deels ver
pletterd zijn. Verscheidene gemeenten zijn
bij de ramp betrokken.
Ter aanvulling laten wij hier vol
gen het verhaal van een geredde: Een
mijnwerker, Dasson genaamd, als door een
wonder aan den dood ontsnapt, vertelt,
dat hij zich 's morgens om 7 uur op een
diepte van 280 meter bevond, toen hij een
hevigen luchtdruk voelde. Onmiddellijk
daarop, werd de lucht ijler en vermengd
met giftige dampen. Verschillende arbei
ders, die bij Dasson waren, begaven zich
instinctmatig naar de schacht No. 10, maar
daar zij zich zóó onwel voelden, dat zij
in zwijm dreigden te vallen, zette Dasson
hen op een mijnwagen. Niettegenstaande
zijh eigen toestand, gelukte het hem hen
tot den ingang .van schacht No. 10 te
brengen, waardoor hij hen van een anders
wissen dood redde.
Boven gekomen deed zich om 7 uur een
vreeselijke ontploffing hooren in de
schachten 2, 3 en 4. Een bak werd een
10 meter hoog geworpen. In schacht No.
4 werd een arbeider pp slag gedood.
In schacht No. 3 werd een paard, dat
een mijnwagen trok, in de lucht geworpen.
De opening der drie putten levert een on
beschrijfelijk schouwspel op. Een aantal
mijnwerkers hebben de goede ingeving ge
had om door schacht No. 10, in de nabij
heid van het station Billy-Montigny, te
ontsnappendeze schacht toch is onbe
schadigd gebleven. Langs deze schacht is
het gelukt eenige lieden te redden.
Hetis volstrekt zeker dat 1193
m ij n w e r k e r s z ij n omgekomen;
400 zijnontkomen, maar gewond.
SPANJE.
Prinses Ena van Battsnberg heeft 'J vol
gende telegram aan den Paus gezonden:
„Op het oogenblik dat ik tot de Apostoli
sche Roomsch Katholieke Kerk toetreed,
wensch ik Uwe Heiligheid nederig te dan
ken voor al Uw vaderlijke goedheid mij
bewezen. Ik wensch mij ook met heel mijn
hart aan te bieden als uw meest toegewijde
en trouwe dochter. Nogmaals om uw ge
beurt uwe dochter ontvoeren. Hij had ver
nomen want hij' weet alles meester
Antonio dat ge hier zoudt voorbijgaan,
en hij' nam zich dadelijk voor om u een
hinderlaag te leggen een schermutseling
met uw lieden aan te vangen, en onder
tusschen uwe dochter te rooven; ge ziet,
dat het hem is gelukt. Wat mij' betreft,
die voor mijh meester slechts haat en
verachting gevoel, ik heb de gelofte afge
legd om hem te dwarsboomen in zijn plan.
Ik zal u uwe dochter teruggeven.
Indien ge waarheid spreekt, riep de
graaf, zal ik u rijk maken.
Ik spreek de waarheid, mijnheer de
graaf. Luister. Heden, te middernacht zult
ge in het bosch driemaal een uil hooren
schreeuwen, daarna nog driemaal.Een
uwer mannen moet daarop antwoorden.
Indien ge doet, wat ge me belooft,
zal ik u nooit vergeten, op mijn woord
van eer.
Dan tot middernacht, mijnheer de
graaf.
En met het masker weer zijn gelaat
bedekkende, verdween de knaap in het
dichte bosch.
Albert d'Aiglenoir telde met groot onge
duld de uren, die er nog verloopen moes
ten, voor dat het middernacht was. Dat
uur kwam eindelijk en driemaal achtereen
hooide men een uilengekras.
(Slot volgt.)